Analyse: Waarom Guy Mathot het altijd gedaan heeft

Er ging de voorbije weken op het proces-Cools geen dag voorbij of de naam van Guy Mathot ging over de tongen. Volgens sommigen is de burgemeester van Seraing en niemand anders de enige ware opdrachtgever van de moord op André Cools. De man achter de schermen die, zoals zo vaak in het verleden, de dans ontspringt. Vandaag krijgt Mathot, het enfant terrible van de Luikse politiek, op het proces-Cools eindelijk zelf het woord.

De kans is bijzonder groot dat Guy Mathot vandaag tijdens zijn getuigenis op het proces-Cools de gelegenheid aangrijpt om uitgebreid zijn hart te luchten. Mathot, die geen beschuldigde is in de zaak, heeft de voorbije weken op het proces-Cools en in de pers heel wat verdachtmakingen moeten slikken. De burgerlijke partijen, zoon Marcel Cools in de eerste plaats, steken niet onder stoelen of banken dat zij menen dat Guy Mathot op zijn minst vooraf op de hoogte was van de moord op André Cools.

Volgens Marcel Cools hebben getuigen hem een paar weken na de moord, op de kermis van de Luikse wijk Outremeuse, zelfs verteld dat Guy Mathot en Guy Spitaels wisten dat André Cools vermoord zou worden. Het is maar een van de tientallen sterke verhalen die de voorbije 30 jaar over de flamboyante Guy Mathot de ronde gedaan hebben.

In een van de verkiezingscampagnes begin jaren 80, in een periode toen de regeringen elkaar in snel tempo opvolgden, wachtte in Seraing ooit een volle zaal met PS-militanten op Guy Mathot. De minister kwam uit Brussel en zou de grote toespraak houden.

Mathot kwam anderhalf uur te laat en zichtbaar dronken de zaal binnen. Niemand in de zaal was echt verwonderd. Mathot was altijd te laat en dikwijls dronken. Bovendien had de halve zaal ondertussen al anderhalf uur aan de grote bar achteraan in de zaal doorgebracht. Het waren de tijden toen het socialisme nog echt plezant was

Toen hij aan zijn speech begon, raakte Guy Mathot maar moeilijk uit zijn woorden, tot groot jolijt van zijn militanten. Na enkele minuten was de metamorfose compleet: plots stond er een krachtig en waarachtig minister op het podium.

Een man die volgens de aanwezige journalisten toen de beste toespraak over de staatshervorming – het thema bij uitstek van die jaren – hield die in die periode ooit gehouden werd. Het is een anekdote die typisch is voor Mathot. Achter zijn vele gebreken die hij heeft gecultiveerd, gaat een grote persoonlijkheid schuil.

Net als zijn grote voorbeeld André Cools werd Guy Mathot in een socialistisch nest geboren. Mathot haalde een licentie in de botanische wetenschappen aan de Luikse universiteit. En dan gebeurde wat niet kon uitblijven: de talentvolle Guy Mathot werd opgemerkt door partijvoorzitter André Cools. Hij maakte Mathot meteen politiek secretaris van de toen nog unitaire BSP.

In 1971 werd Guy Mathot kamerlid, dankzij zijn piston André Cools. Mathot was de jongste politiek secretaris (27), de jongste burgemeester (29) én het jongste kamerlid (30) ooit. In 1977 werd hij in de regering-Tindemans ook de jongste minister ooit.

En, zoals het vaker met de kroonprinsen bij de Parti Socialiste gebeurde, liep het vanaf dat moment lelijk mis. Als minister begon Guy Mathot geregeld op te duiken in de schandaalkronieken. Het Rekenhof maakte brandhout van zijn te kwistig beleid en was ook niet mals voor de uitgaven voor drank, spijs en schoenen op de kabinetten van de minister.

Mathot vond te veel geld uitgeven niet echt een probleem. “Het begrotingstekort is er vanzelf gekomen. Het zal vanzelf ook weer verdwijnen”, was een van zijn legendarische uitspraken.

Mathot leek schandalen aan te trekken: als de minister van Openbare Werken in 1977 op wintersport vertrok, miste hij (uiteraard) zijn trein. Hij nam de volgende, maar de NMBS hing voor de minister meteen een extra luxewagon aan de trein. Een schandaal was geboren.

Voor het imago van deze nog altijd veelbelovende jonge god was dat allemaal niet dodelijk. Hem werd veel vergeven. Zo werd Guy Mathot nog in 1981 de PS-vice-eerste minister in de regering van Mark Eyskens, en behield hij (voorlopig) het vertrouwen van André Cools.

Maar na 1982 ging het om meer dan drank en schoenen. Eliane Van Vreckom, een min of meer officiële vriendin van Mathot, werd toen door het gerecht ondervraagd in verband met de louche verkoop van een schilderij, waarbij ook Mathot zou zijn betrokken.

Mathot zelf bracht een weekend in de gevangenis door omdat hij geknoeid zou hebben met de aankoop van zijn BMW en met subsidies voor de plaatselijke voetbalclub. In 1985 dwong PS-voorzitter Guy Spitaels Mathot af te zien van zijn kandidatuur voor de Kamer, en Mathot trok zich terug in Seraing.

Maar een kat heeft negen levens en in 1988 kwam Guy Mathot terug in de Senaat. In 1993 riep hij zich voor de verzamelde pers in een rommelig Luiks restaurant met een rommelige lunch (américain frites voor iedereen, en Mathot zoals altijd te laat) uit tot grote baas van de PS in Luik.

Tot de Agusta-affaire ook hem achterhaalde en onderzoeksrechter Véronique Ancia in 1993 de opheffing vroeg van de parlementaire onschendbaarheid van de heren Spitaels, Coëme en Mathot. De mythe van de “drie Guy’s” was geboren. En de loopbaan van Guy Mathot was gebroken.

Maar Guy Mathot werd, ondanks vele gerechtelijke onderzoeken, nooit veroordeeld. Dat zijn naam ook in de zaak-Cools opdook, is, meer dan op feiten, gebaseerd op zijn groezelige reputatie. Ondertussen is Guy Mathot, naast burgemeester van Seraing, ook voorzitter van de Luikse PS-federatie.

Bron » De Standaard