Al meer dan 50.000 ingeleverde wapens gesmolten

De politie heeft al meer dan 50.000 wapens gesmolten sinds de nieuwe wapenwet in juni vorig jaar werd ingevoerd. De wapens werden vernietigd in de hoogovens van het staalbedrijf Mittal Steel in Gent en Luik.

De wapenwet van 8 juni 2006 voorziet dat burgers die een verboden wapen in huis hebben dat gedurende een bepaalde periode kunnen inleveren zonder vervolgd te worden. Minister van Justitie Laurette Onkelinx verlengde de amnestieperiode intussen tot 30 juni van dit jaar. De maatregel geldt voor wapens uit verzamelingen, erfstukken of andere wapens die op wettelijke manier verworven werden.

Het grootste deel van de stukken wordt gesmolten bij Mittal Steel, het vroegere Sidmar, in de Gentse haven. Enkel de wapens uit Luik en Luxemburg worden vernietigd door Mittal in Luik.

Sinds de invoering van de nieuwe wet is in België geen enkel wapen meer vrij te koop en is het bezit ervan verboden. De straffen voor overtreders zijn streng, met celstraffen tot vijf jaar en boetes tot 25.000 euro.

Bron » De Standaard

Cel Vermiste Personen haalt vijfhonderdste wagen uit de Maas

De Cel Vermiste Personen van de federale politie heeft de vijfhonderdste wagen uit de Maas gehaald sinds de start van de operatie “Libremeuse” in juni 2006, blijkt uit het jaarverslag van 2006. Politiespecialisten doorzoeken systematisch waterlopen in België in de hoop vermiste personen te vinden.

Het speurwerk in het water is een van de drie grote assen waarop de Cel Vermiste Personen werkt. De twee andere zijn de onrustwekkende vermissingen en de identificatie van stoffelijke resten. In 2006 opende de Cel 1.172 dossiers rond onrustwekkende verdwijningen: 1.054 personen werden teruggevonden, van wie 117 overleden waren.

Bron » De Morgen

Extra volmachten inlichtingendienst van agenda gehaald

Het omstreden plan de regering om de inlichtingendiensten uitgebreide nieuwe bevoegdheden te geven en tegelijk de parlementaire controle op de inlichtingendiensten zo goed als af te schaffen, komt er niet meer tijdens deze legislatuur.

In een officieel bericht aan senator Hugo Vandenberghe (CD&V), voorzitter van de commissie Justitie van de Senaat, liet minister van Justitie Laurette Onkelinx (PS) weten dat de regering niet verder aandringt op een stemming over het wetsontwerp op de bijzondere inlichtingenmethoden (BIM).

Tot vorige week was het nog de bedoeling dat het wetsontwerp desnoods met de karwats door de commissie Justitie zou worden gejaagd en deze week op de voorlaatste of laatste plenaire zitting moest worden goedgekeurd. Die overhaaste behandeling was evenwel tegen de zin van de oppositiepartijen.

Diverse verontruste organisaties hadden ook hoorzittingen gevraagd over het plan, dat verregaande gevolgen kan hebben voor de privacy en de burgerrechten. Het door Onkelinx en haar collega van Defensie André Flahaut (PS) ingediende wetsontwerp wil immers ongebreidelde volmachten geven aan de Staatsveiligheid en de militaire inlichtingendienst ADIV.

In het kader van de strijd tegen het terrorisme voorziet het ontwerp een arsenaal aan nieuwe wettelijke en technologische middelen voor de inlichtingendiensten, tot en met de mogelijkheid om ongestraft misdrijven te plegen.

Hoewel iedereen het erover eens is dat de geheime diensten dringend in staat moeten worden gesteld om communicatie af te luisteren en andere moderne spionagetechnieken te gebruiken, ging het regeringsvoorstel voor vele parlementsleden te ver. Zelfs binnen de meerderheid stond niet iedereen achter het regeringsplan.

Zo diende senatrice Christine Defraigne (MR) vorige week een reeks amendementen in. De in het wetsontwerp gehanteerde definities waren volgens Defraigne te vaag en kunnen leiden tot ontsporingen. Bovendien wil ze de voorziene controlemechanismen voor het gebruik van BIM aanzienlijk versterken.

Volgens La Libre Belgique hebben minister Onkelinx en Flahaut het PS-congres van vorige zaterdag aangegrepen om de koppen bij elkaar te steken. Daar zouden de bewindslieden besloten hebben niet langer aan te sturen op een geforceerde spoedbehandeling in de Senaat.

Bron » De Morgen

Jaar cel voor Kapllan Murat voor feiten tijdens zesde ontsnapping

Kapllan Murat is woensdag door de correctionele rechtbank van Nijvel tot een gevangenisstraf van een jaar veroordeeld voor feiten die hij pleegde tijdens zijn zesde ontsnapping in juli 2006. De straf komt bovenop de celstraf die hij nog moet uitzitten tot september 2009.

Op 16 juli 2006 keerde de ontsnappingskoning niet terug naar de gevangenis van Ittre omdat hij teleurgesteld was dat hem een voorwaardelijke invrijheidstelling werd geweigerd. Een dag later werd hij in een gestolen Volkswagen Golf door de politie doorheen Waals-Brabant achtervolgd.

Murat slaagde er toen in de politie af te schudden door de E411 in tegengestelde richting op te rijden en zijn voertuig ter hoogte van Waver achter te laten. Op 28 juli werd hij uiteindelijk opgepakt in Dilbeek.

Murat moest niet wegens zijn ontsnapping voor de correctionele rechtbank verschijnen, aangezien ontsnappen uit de gevangenis niet strafbaar is in ons land, maar wel voor feiten die hij pleegde tijdens die ontsnapping: de diefstal van de Golf, de weigering om zich over te geven aan de politie, de belemmering van het verkeer en het bedreigen van agenten.

Kapllan Murat weerlegde die feiten. De Golf zou hij van een vriend in bruikleen gekregen hebben zonder te weten dat die gestolen was. De kwaadaardige belemmering van het verkeer ontkende hij eveneens. Hij zei dat hij “alleen de wegcode niet gerespecteerd had”.

Volgens de verdediging had hij nooit de bedoeling gevaarlijke situaties te creëren, maar wilde hij enkel ontsnappen. De rechtbank was echter van oordeel dat Murat van de weg een obstakel wou maken voor de agenten die hem achtervolgden.

Murat moet nog voor de correctionele rechtbank van Brussel verschijnen voor een ander dossier. Op 29 april 2005 werd hij door de politie op heterdaad betrapt bij een inbraak in Londerzeel. Hij werd toen door een politieagent neergeschoten.

Bron » Gazet van Antwerpen

Nihoul wil namen noemen die ‘gecensureerd’ zijn

“Wie wil er namen?”, zo vraagt Michel Nihoul op zijn website www.michelnihoul.be. Nihoul is ontgoocheld dat uitgever Luc Pire een deel van de namen gecensureerd heeft die onthuld werden in het boek “Moi, Michel Nihoul” van de auteurs Georges Huercano en Catherine Lorsignol. Daarom stelt hij aan de internetgebruikers voor om de “verwijderde” namen te onthullen op zijn website.

“Heeft het Belgische publiek het recht om die namen te kennen? Het publiek moet daar zelf over beslissen. Als het publiek mij dat vraagt, zal ik de namen geven. Ofwel op mijn website, ofwel in het boek dat ik weldra zal publiceren”, deelt Michel Nihoul mee. Michel Nihoul wil dat zijn boek een werk wordt “zonder taboes”.

Hij zal het hebben over discrete ontmoetingen, maar ook over gerechtelijke beschermingen. Hij zal namen noemen van sportmensen, magistraten, politici en dergelijke. “Ik zoek een uitgever die me toelaat om alles te zeggen. Als dat geen Belg is, zal het een Fransman zijn”, aldus Nihoul. Bij uitgeverij Luc Pire staat men achter de beslissing om het eerste werk te censureren.

“De namen zijn eruit gehaald in overleg met de auteur, die niet Michel Nihoul is. Ik vind het beneden alle peil dat men namen noemt en dat men het privéleven van meerderjarige personen onthult als die daar geen zin in hebben. In hun privéleven doen ze wat ze willen, zolang dat privé blijft”, beklemtoont Luc Pire.

Over het tweede boek van Michel Nihoul, zegt Luc Pire: “Ik zal het eerst lezen, daarna zal ik beslissen. Ik zal handelen op dezelfde manier als met alle auteurs die hun werk willen uitgeven”.

Op 22 juni 2004 werd Michel Nihoul veroordeeld door het hof van assisen van Aarlen. Hij werd schuldig bevonden aan het leiderschap van een bende misdadigers die zich bezig hield met handel in drugs, wagens, identiteitspapieren en mensenhandel. Hij werd vrijgesproken voor de feiten in verband met de ontvoeringen van kinderen. Hij kwam voorwaardelijk vrij op 28 april 2006.

Bron » Gazet van Antwerpen