Bijkomend onderzoek in dossier ‘Dutroux bis’

De kamer van inbeschuldigingstelling van Luik heeft onderzoeksrechter Jacques Langlois maandag verzocht bijkomend onderzoek te doen in het dossier ‘Dutroux bis’. De rechter moet experts ondervragen over het nut van de voortzetting van bepaalde analyses. Uit hun inzichten moet blijken hoe het nu verder moet met het dossier.

Het dossier Dutroux bis, dat slechts enkele tientallen pagina’s telt, werd na de sluiting van het dossier Dutroux geopend om onderzoek te kunnen doen naar eventuele feiten of verdachten die niet aan bod kwamen op het proces Dutroux voor het hof van assisen van Aarlen.

De gerechtelijke autoriteiten zijn echter verdeeld over het dossier bis. Toenmalig procureur des konings Michel Bourlet, vandaag substituut, wilde dat de analyse van zowat 6.000 haren die in de woningen van Dutroux gevonden werden, aan het dossier 86 bis zou worden toegevoegd, alsook de analyse van microsporen. Die analyses werden nooit voltooid. Onderzoeksrechter Langlois vond ze overbodig, omdat ze zijns inziens geen nieuwe elementen zouden aanbrengen en te duur waren.

Op 23 november 2004 werd Langlois door de KI van Luik gehoord. Die gaf hem gelijk en beval de sluiting van het dossier bis. Daarop stuurde Bourlet in juni 2005 een rapport naar het parket-generaal van Luik waarin hij de voortzetting van de analyses bepleitte. Eind september 2005 concludeerde het parket-generaal dat in beperkte mate bijkomend onderzoek verricht moest worden. Langlois bleef echter bij zijn beslissing en liet de bijkomende analyses niet uitvoeren.

Het parket-generaal ging in beroep tegen die beslissing en het dossier werd door de KI onderzocht. In zijn requisitoir vorderde advocaat-generaal Jean-Baptiste Andries opnieuw bijkomend onderzoek. Volgens hem kon het dossier pas gesloten worden, nadat dat onderzoek was gedaan.

De KI was het eens met hem en gaf Langlois de opdracht het bijkomende onderzoek uit te voeren. De kamer van inbeschuldigingstelling wil weten op basis waarvan de onderzoeksrechter aanvoert dat analyses geen nieuwe elementen zullen aandragen. Langlois moet dus een rapport laten opmaken door de experts.

De KI gaf Langlois ook de opdracht na te gaan of de genetische profielen die in het kader van het onderzoek gevonden werden, opgenomen zijn in de DNA-bank die bij wet werd opgericht. De wet trad immers op 30 maart 2002 in werking, na de verzameling van de DNA-profielen.

Het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC) zal verifiëren of de profielen in de databank zitten en of de resultaten negatief zijn. Zo nodig zal het NICC de profielen in de DNA-bank invoeren en de resultaten analyseren. De KI heeft geen termijn vastgelegd waarbinnen die opdrachten afgerond moeten worden. Langlois is evenwel verplicht ze uit te voeren.

Bron » De Morgen