“Verhoren van verdachten moeten worden opgenomen”

De Salduzwet moet voorlopig niet gewijzigd worden. Er zijn geen problemen mee, behalve in Franstalig Brussel. Ook zouden de verhoren best audiovisueel worden opgenomen. Dat staat in een eerste evaluatie van de Dienst voor Strafrechtelijk Beleid.

Door de Salduzwet moet iedere gearresteerde verdachte bijstand kunnen krijgen tijdens zijn eerste verhoor door de politie. De wet is sinds 1 januari van kracht. De DSRB onderzocht de 1.505 eerste verhoren bij de politie in de eerste twee weken van januari. Wat blijkt?

Vlaanderen heeft 598 eerste verhoren (39%). Koploper is Franstalig Brussel met 313 verhoren (21%), voor Antwerpen (214 of 14%) en Luik (164 of 11%). De politie moet een callcenter bellen om een advocaat te zoeken. In 56% van de gevallen reageert dat binnen de vijf minuten, in 94% binnen het kwartier. 19% van de verdachten verklaarde schriftelijk geen advocaat te willen. In het buitenland is dit doorgaans rond de 40%.

In Franstalig Brussel werken veel te weinig advocaten mee. Dagelijks zijn er zo’n 7 voor gemiddeld 21 Salduz-gevallen. In Antwerpen heb je 16 advocaten voor 14 Salduzgevallen. 22% van de verdachten had een tolk nodig. Dat leidde soms tot problemen als de tolk zich niet onmiddellijk kon vrij maken. In de bewuste periode werden 274 verdachten aangehouden. Dat zijn er 4,28 per onderzoeksrechter.

Het aantal gerechtelijke aanhoudingen door de onderzoeksrechter is in de eerste veertien dagen van 2012 lichtjes gedaald in vergelijking met 2011: van 308 naar 274 of van 4,74 naar 4,28 per onderzoeksrechter. Maar in Antwerpen en Limburg is er een serieuze stijging (van 5,5 aanhoudingen per onderzoeksrechter in 2011 naar 6,31 in 2012).

Als je de cijfers van de eerste veertien dagen van januari doortrekt naar het hele jaar kom je aan 36.500 Salduzgevallen in 2012. Een eerdere manuele telling in opdracht van de Antwerpse procureur-generaal Yves Liégeois schatte het aantal Salduzverhoren jaarlijks op 81.561. Maar de DSRB waarschuwt voor voorbarige besluiten uit zijn studie, want “14 dagen is wat kort als observatieperiode”.

Probleem blijven: de infrastructuur van de politiezones. Er zijn klachten over “private gespreksruimtes” vanwaaruit de gesprekken tussen verdachte en advocaat toch kunnen worden afgeluisterd. De regering moet duidelijk maken hoeveel financiële middelen ze ter beschikking wil stellen voor de uitvoering van Salduz. Het rapport wijst er ook op dat de politiecellen op de meeste plaatsen niet aangepast zijn aan een opsluiting van 48 uur.

Het rapport wil dat de Salduzverhoren audiovisueel worden opgenomen. De federale politie had daarvoor een aanvraag ingediend, maar de Inspectie van Financiën gaf een negatief advies. Toch stelt het rapport voor om audiovisuele opnames mogelijk te maken. In tegenstelling tot wat de Orde van Balies beweert, moet de wet niet veranderd worden volgens de Europese rechtspraak en volgens de betrokkenen, zo stelt het rapport.

Bron » Gazet van Antwerpen