Regering wil niet meer voor telefoontaps betalen

Bij de begrotingscontrole heeft de federale regering besloten dat telecomoperatoren de telefoontaps in opdracht van politie en justitie niet meer mogen aanrekenen. Het zou de regering dit jaar 10 miljoen euro opleveren.

De operatoren hebben bedenkingen bij de beslissing van de regering. Ze zeggen de voorbije jaren flink geïnvesteerd te hebben in de technologie en vragen zich af hoe de nieuwe maatregel bekostigd zal worden.

“Naast de kosten voor gebruik factureerden we ook de afschrijvingen van de investeringen die we maakten. Als er vanaf nu niets meer gefactureerd mag worden, dan vraag ik me af hoe de operatoren die kosten moeten dragen”, zegt Jan Margot, woordvoerder van Belgacom. “We hopen op een overleg om uit te klaren hoe deze beslissing kan worden toegepast zonder dat iemand daarvan de dupe wordt.”

Minister van Justitie Annemie Turtelboom (Open VLD) vindt dat de telefoontaps goedkoper kunnen, maar geeft toe dat er nog ruimte is voor onderhandelingen. “De prijzen voor telefoontaps zijn proportioneel te duur in ons land. Het hoeft dus niet noodzakelijk gratis te zijn, maar de factuur zal toch een stuk naar beneden moeten gaan.”

Bron » VRT Nieuws

Moord op Julien Lahaut was geen improvisatie

Historici die de moord op Julien Lahaut onderzoeken, maakten zopas een eerste balans op. Julien Lahaut, de voorzitter van de communistische partij in België, kwam op 18 augustus 1950 om het leven bij een aanslag. Een week voor zijn dood zou hij “Vive la République” geroepen hebben toen koning Boudewijn de eed aflegde in het parlement.

Het historische onderzoek naar de moord op Lahaut werd in 2008 door de Senaat bevolen. De eerste fase is bijna afgerond. Volgens Emmanuel Gerard, professor aan de KU Leuven, was de aanslag geen improvisatie. “De vraag is wie de opdrachtgevers waren. Waren het leopoldisten die ervan overtuigd waren dat de koning de laatste bescherming tegen het communisme vormde, of is de moord te kaderen in het verhevigen van de Koude Oorlog?”

Of er geld zal zijn voor de tweede fase, is nog niet geweten. Gerard hoopt van wel: “We willen ook nog graag toegang krijgen tot de archieven van de Staatsveiligheid, die nu nog gesloten zijn.”

Bron » De Standaard

Turtelboom wil meer processen afkopen

Minister van Justitie Annemie Turtelboom (Open VLD) wil dat de parketten veel meer gebruikmaken van de nieuwe wet die criminelen toelaat op elk moment hun proces af te kopen. De regering bereikte daarover een jaar geleden al een akkoord, maar de procureurs-generaal zijn het nog altijd niet eens over een nationale rondzendbrief over de manier waarop verdachten van alle soorten misdrijven deals mogen sluiten met de aanklager.

Annemie Turtelboom (Open VLD), minister van Justitie, luidt de alarmbel over de wet die criminelen toelaat hun proces af te kopen. Al een jaar geleden bereikte de regering daarover een akkoord. Voortaan mogen verdachten van alle soorten misdrijven op elk moment een veroordeling afkopen.

Maar een jaar later is er bij het gerecht nog altijd geen rondzendbrief. Dat vernam De Tijd. Er zijn dus nog altijd geen nationale richtlijnen voor de aanklagers wanneer en hoe criminelen hun proces mogen afkopen.

“De minister klopt nu op tafel bij de procureurs-generaal om de rondzendbrief zo snel mogelijk uit te vaardigen”, zegt de woordvoerster van Turtelboom. “In Antwerpen, Brussel en Gent zijn al plaatselijke richtlijnen verspreid. Maar er moet dringend een leidraad komen voor heel België. We willen dat de wet breder wordt toegepast, in heel het land. We leven in budgetair moeilijke tijden. En meer minnelijke schikkingen met verdachten betekenen veel meer geld voor de schatkist.”

In maart vorig jaar kondigden de partijen van de regering-Leterme een revolutionaire wetswijziging aan. Ze wilden de wet op de minnelijke schikkingen in strafzaken drastisch uitbreiden. Voortaan zouden verdachten op elk moment hun proces kunnen afkopen. Zelfs als het proces al begonnen is. Zelfs als er in eerste aanleg of in beroep al een uitspraak is geweest. Zolang de uitspraak niet definitief is, kan de crimineel nog onderhandelen met de aanklager.

En dat niet alleen in fraudezaken, maar voor bijna alle soorten misdrijven. De nieuwe regeling moest niet alleen de achterstand bij de parketten – zeker in fraudezaken – helpen weg te werken. Het zou ook ettelijke miljoenen euro’s extra opleveren voor de schatkist. Maar in het college van procureurs-generaal is vandaag nog altijd discussie over de manier waarop de nieuwe wet moet worden toegepast.

Volgens welingelichte bronnen zijn er nog twee grote discussiepunten. In welke mate moet de verdachte die de deal sluit met de aanklager een volledige openheid bieden? Hoe strenger de eisen, hoe groter de drempel om een deal te bereiken. Maar ethisch ligt dat moeilijk. En in welke mate moet de verdachte effectief elke cent kunnen betalen van de getroffen schikking? Kan een deel van de schikking alleen op papier bestaan?

De procureurs-generaal zijn het wel eens over andere kwesties. Zo zal de rondzendbrief openbaar zijn zodat iedereen weet onder welke voorwaarden er deals gesloten kunnen worden met criminelen. Ook zullen alleen de opgeleide magistraten deals mogen sluiten. En alle partijen – verdachten, slachtoffers en aanklager – moeten akkoord gaan.

Bron » De Tijd

Prijs DNA-analyse drie keer te hoog

Het gerecht geeft jaarlijks tien miljoen euro uit aan DNA-analyses. Dat zou, net zoals bij andere kosten, een pak goedkoper kunnen. Minister Annemie Turtelboom laat onderzoeken hoe. “De manier waarop de betaling van DNA-analyses vandaag is geregeld, laat fraude toe”, zegt Bertrand Renard, onderzoeker bij het Nationaal Instituut voor Criminologie en Criminalistiek (NICC). “Laboratoria die vanuit een economische logica het DNA ontleden, proberen het onderste uit de kan te halen en voeren soms tests uit die niet nodig zijn voor een gerechtelijk onderzoek. Dat jaagt de factuur de hoogte in.”

“Bovendien hebben sommige laboratoria meer dan één rekeningnummer. Daardoor riskeert het gerecht dezelfde factuur twee of drie keer te betalen. De overkoepelende dienst Gerechtskosten heeft te weinig zicht op wie achter die rekeningnummers zit en elk gerechtelijk arrondissement doet zijn betalingen op een verschillende manier. De uitgaven zijn dan ook nog eens onder verschillende termen opgeslagen. Het wordt tijd dat Justitie anders omspringt met de betaling van deze analyses.”

Binnenkort wordt de databank die het DNA van veroordeelden bijhoudt, een stuk groter omdat onder anderen inbrekers erin terechtkomen. Als de tarieven voor een analyse dezelfde blijven, betekent dat een jaarlijkse meerprijs van anderhalf miljoen euro.

Dat komt doordat de factuur die in België aan zo’n analyse hangt erg hoog is in vergelijking met onze buurlanden. Het DNA ontleden van een veroordeelde misdadiger, een vrij eenvoudige procedure, kost hier al snel 300 euro. In Frankrijk kan dat voor 60 tot 100 euro. “Daar is de analyse van die profielen ook in handen van één laboratorium”, zegt Renard. “Hun manier van werken is gestandaardiseerd en door de overheid geregeld, dus moeten ze de prijs laag houden. Hier kunnen negen verschillende laboratoria hetzelfde werk doen, waarvoor ze elk hun eigen tarieven hanteren.”

Renard ging na hoe tussen 2000 en 2010 de kosten en het gebruik van DNA-onderzoek in strafzaken evolueerde. Zijn bevindingen worden vandaag voorgesteld op een studiedag over gerechtskosten. Al geruime tijd heeft Justitie het moeilijk om haar uitgaven onder controle te krijgen. In 2010 spendeerde het gerecht ruim 106 miljoen euro aan expertverslagen, tolken, gerechtsdeurwaarders, telefonie, enzovoort.

Iets meer dan tien miljoen euro ging op aan DNA-onderzoek. Over een periode van tien jaar kostten de DNA-analyses alles samen 73 miljoen euro. Volgens Renard ontbeert Justitie een algemene visie op expertiseonderzoeken. “De magistraat die de opdracht geeft, weet te weinig af van het domein om een gerichte vraag te stellen. Niet alle laboratoria zijn bevoegd voor elk soort onderzoek. De resultaten die ze afleveren, kunnen ook nog eens sterk verschillen. Maar er is geen controle op de kwaliteit van dat resultaat.”

Jan De Kinder, de directeur-generaal van het NICC, stelt voor om de magistraten te laten bijstaan door een forensisch adviseur. “Die functie zal iets kosten, maar het terugverdieneffect is vele malen groter”, zegt De Kinder. “Hij kan de opdrachten voor bijvoorbeeld een DNA-analyse aansturen en zo overtollige onderzoeken tegenhouden.”

De minister van Justitie, Annemie Turtelboom (Open VLD), laat weten dat er nu al pre-evaluaties bestaan om na te gaan hoe ver sommige onderzoeken moeten gaan. “Er wordt ook eerst gebruik gemaakt van goedkopere technieken”, zegt haar woordvoerster. “Door een Europese aanbesteding voor DNA-analyses zal de prijs automatisch zakken. We pompen ook negen miljoen euro in de zoektocht naar manieren om het geld van het gerecht efficiënter te besteden.”

Bron » De Standaard

Nieuw DNA-spoor Bende is wellicht bloed van Killer

Het nieuwe DNA-profiel in de zaak van de Bende van Nijvel is afkomstig van een bloedvlek aan de binnenkant van een kogelwerend vest. Als dat vest bij de laatste overval van de Bende in Aalst werd gebruikt, zoals de speurders vermoeden, dan hebben zij wellicht het DNA-profiel van Killer te pakken, de man die 23 van de 28 doden op zijn geweten heeft.

Het kogelwerende vest waarop het bloedspoor werd aangetroffen, werd in 1986 in Ronquières uit het kanaal Brussel-Charleroi opgevist. Het vest was een van de zeven exemplaren die in 1983 door de Bende gestolen werden.

Het vest lag in een van de zakken die in de nacht van 10 op 11 november 1985, de nacht na de overval op het Delhaizewarenhuis in Aalst, in het kanaal gegooid werden. Die zakken bevatten niet alleen wapens, maar ook verscheidene voorwerpen die onder meer afkomstig waren van de overval in Aalst.

Dat laatste stemt de Bende-speurders tot nadenken. Want de enige keer dat de overvallers van de Bende onder vuur werden genomen, was bij de overval in Aalst. Daarbij zou een van hen gewond geraakt zijn. Na de bloedige raid vertrokken de moordenaars in een VW Golf, waarvan de achterklep open stond. ‘Killer’, de meest bloeddorstige van de overvallers, zat in de koffer.

Om de vlucht veilig te stellen, schoot hij op alles en iedereen die hen een strobreed in de weg wou leggen. Een agent schoot viermaal op de vluchtende auto. Hij is er nog altijd van overtuigd dat hij de man in de koffer geraakt heeft. En die man droeg een kogelwerend vest, daar zijn de speurders van overtuigd.

De puzzelstukken passen dus mooi in elkaar om te zeggen dat het nieuwe DNA-profiel dat van Killer kan zijn. Maar dan stelt zich nog de vraag of zijn naam ooit uit een databank zal komen. In 1985 was DNA immers een onbekend begrip en toen werden dus ook geen DNA-databanken samengesteld.

Als de theorie klopt dat de gewonde Killer na de overval in Aalst in het Bois de la Houssière, tussen ’s Gravenbrakel en Nijvel, begraven werd, dan is het DNA-profiel van Killer nooit in een databank opgenomen.

De speurders hopen dus stiekem dat Killer die nacht niet is omgekomen, maar dat hij later, zeg maar in de jaren ’90, nog om een of andere reden tegen de kar van het gerecht is gereden. En dat toen ook zijn DNA is afgenomen. Dan zouden die speurders tenminste over een naam beschikken. En zelfs als Killer daarna is overleden, dan kan zijn naam toch nog helpen om na te gaan met wie hij enkele jaren voordien optrok.

De onderzoekers zitten wel verveeld met het wachten op de resultaten van de DNA-analyse. De zak waaruit de kogelwerende vest met het bloedspoor werd gehaald, bevatte immers ook voorwerpen die verwezen naar feiten uit de jaren 1982 en 1983, toen de eerste reeks overvallen plaatsvond.

Het is echter onmogelijk om het bloedspoor op het kogelwerende vest te dateren. Mocht de bloedvlek uit de eerste Bende-periode stammen, dan valt het Killer-spoor meteen stil. Want het staat intussen vast dat de twee reeksen overvallen wel door dezelfde personen werden georganiseerd, maar door verschillende daders werden uitgevoerd.

Bron » De Standaard