Jean-Paul Dumont

Advocaat van de Bende Haemers

Operatie red Patrick Haemers

Ook in het gerechtelijk dossier over de bende Haemers zit een aantal opmerkelijke feiten en verklaringen over de geheime rol van meester Dumont. Tijdens de Haemers-processen heeft men daar zelfs niet over gesproken. Dumomt en zijn vrienden-advocaten doken op in de affaire-Haemers na de ontvoering van Paul Vanden Boeynants. Dat gebeurde eind 1989 toen Patrick Haemers, zijn vrouw Denise Tyack en Axel Zeyen in een Braziliaanse cel in Recife zaten. Het Belgische gerecht wilde hen koste wat het kost uitgeleverd krijgen. Maar Patrick Haemers en co hadden geen zin om terug te komen.

Op 26 juli 1989 verklaarde Eric Haemers, de broer van Patrick, aan de politie dat Dumont hem een paar weken eerder had opgebeld en hem het adres van Patricks advocaat in Rio had gevraagd. Dumont had hem daarbij de ‘vriendelijke groeten’ overgemaakt van Michel Vander Elst, een Brussels advocaat en vriend van Patrick Haemers. Hij zou later worden veroordeeld voor de ontvoering van Paul Vanden Boeynants. Even later ging ook Dumont-kompaan De Quévy zich met Patrick Haemers in Brazilië bemoeien. Advocaat De Quévy kende het Haemers-milieu al heel lang.

Eind jaren zeventig, begin jaren tachtig hing advocaat de Quévy rond in de kroegen Les Cerisiers en de Gypy’s in Sint-Lambrechts-Woluwe, waar ook de jongens van Patrick Haemers verzamelden. De Quévy kende Eric Haemers, de broer van Patrick en de eigenaar van de Gypy’s. En hij kende Jürgen Zeyen, de broer van Axel, omdat die geregeld in de Gypy’s achter de tap stond. Maar dat ‘kennen’ beperkte zich volgens De Quévy tot ‘goeiedag’ zeggen.

En met Patrick Haemers had hij helemaal niets te maken. Meester De Quévy: ‘De groep van Patrick Haemers was mijn stijl niet, ik praatte zelfs niet met hetn. Nee, Jean-Paul Dumont kwam daar niet. Die heb ik pas later leren kennen, aan de balie. God, wij wisten ook niet wat diemensen later allemaal zouden uitspoken. Ik snap het nu nog altijd niet. Wij gingen toen onze sportspullen in de winkel van Achille Haemers kopen, dat is alles.’

Wij citeren een rapport

In 1989 had meester De Quévy officieel nog altijd niets te maken met Patrick Haerners, die in Brazilië in een cel zat, hij was toen de advocaat van Axel Zeyen. Maar toch drong hij zich op aan vader Haemers. Op verzoek van Michèle Dewit, het ex-lief van Patrick Haemers en de toenmalige vriendin van Axel Zeyen, ging Achille Haemers met De Quévy praten.

Michèle Dewit had vader Haemers wijsgemaakt dat ze een advocaat kende die ervoor kon zorgen dat zijn zoon niet aan België zou worden uitgeleverd. Onder het mom van een bezoek aan zijn cliënt Axel Zeyen, die in dezelfde gevangenis zat als Patrick Haemers, zou De Quévy naar Brazilië reizen en daar alles regelen om Patrick uit de handen van de Belgische justitie te houden.

De Quévy was zo zeker van zijn stuk dat hij een collega meenam, de Brusselse advocaat Beaudouin Dunesme. Dunesme sprak Portugees, beweerde De Quévy, dat zou van pas komen. Maar het moest allemaal in het diepste geheim gebeuren. Uiteraard, want wat De Quévy en Dunesme van plan waren was illegaal, en bovendien was geen van beiden officieel aangesteld als advocaat van Patrick Haemers.

De officiële Belgische advocaat van de familie Haemers was meester Fernande Motte-De Raedt. Maar Achille Haemers, die ten einde raad was, stemde in met het bedenkelijke plan van advocaat De Quévy, en betaalde. In het dossier-Haemers zitten verklaringen van anonieme informanten die de politie op de hoogte hielden van de reddingswerken van Achille Haemers en het advocatenduo De Quévy-Dunesme.

4 oktober 1989: ‘De rijkswacht heeft contact met informant Tango 1. Hij zegt dat Eric Haemers nog geld van Patrick heeft dat per se naar Brazilië moet. Dat geld moet worden gebracht door advocaat De Quevy.’

19 oktober 1989: ‘Een brief van Sabrina – Denise Tyack – voor Achille Haemers arriveert. Denise Tyack, Patrick Haemers en Axel Zeyen willen 5000 dollar: 2000 voor lsrael de Mello, de Braziliaanse advocaat van Haemers, 2000 voor Newton Lobo, een andere Braziliaanse advocaat, en 1000 dollar voor henzelf. Tyack laat weten dat Patrick de aangekondigde komst van De Quévy weggegooid geld vindt.’

Nog in oktober 1989 krijgt de politie twee brieven in handen die de Braziliaanse advocaat lsrael de Mello had geschreven. ‘Hij meldt in die brieven dat hij alles wil weten over Michel Vander Elst, VDB, de politiek in België en onderzoeksrechter Jean-Pierre Collin, die het gerechtelijk onderzoek naar de Bende-Haemers leidde. Advocaat De Mello wil dat De Quévy dat materiaal verzamelt. De Quévy wil wel voor Patrick Haemers werken, maar niet officieel.’

19 oktober 1989: ‘Achille Haemers gaat met Michèle Dewit naar De Quévy. Samen vertrekken ze naar Dunesme. Ze proberen vergeefs contact te leggen met het trio in de gevangenis van Recife. Achille koopt toch vliegtuigtickets voor De Quévy en Dunesme bij het agentschap Helios in Elsene. De twee advocaten vertrekken op 28 oktober ’89 vanuit het Franse Roissy en komen terug op 3 november ’89 met de Braziliaanse luchtvaartmaatschappij VARIG. Achille heeft De Quévy 5000 dollar meegegeven’.

8 november 1989: ‘Informant X 18 zegt dat Dunesme en De Quévy terug zijn. Ze hebben problemen want het Braziliaanse hooggerechtshof dat over de uitlevering moet beslissen, blijkt onomkoopbaar te zijn. Er kan alleen iets gebeuren als er 400.000 dollar wordt gestort op de rekening van advocaat Roberto Rosenbium van de Belgische ambassade. Ze hebben Achille Haemers op de hoogte gebracht, maar die wil niet over de brug komen.’ Toch blijft De Quévy optimistisch.

1 december 1989: ‘Informant X 18 zegt dat De Quévy in de gevangenis met Patrick Haemers heeft gesproken en dat Patrick ervan overtuigd is dat hij niet zal worden uitgeleverd. X 18 weet ook dat Achille in dat verband door een belangrijk man uit het milieu van de PSC en de CEPIC zal worden gecontacteerd. Die man zou zijn vakantie in Brazilië doorbrengen en daar de nodige stappen ondernemen om ervoor te zorgen dat Patrick Haemers niet wordt uitgeleverd.’

En dat gebeurde. In december 1989 duikt ex-CEPIC’er Jean-Paul Dumont op. De anonieme informanten X 18 en X 58 vertellen:

12 december 1989: ‘X 18 zegt dat Achille werd gecontacteerd door Jean-Paul Dumont en zijn maat Martial lancaster in verband met zijn zoon. Het contact werd gelegd in het restaurant Le Vieux Bruxelles van Michel Lavalle. Dumont zei daarbij tegen vader Haemers dat het nooit tot een confrontatie mag komen tussen Patrick Haemers en Paul Vanden Boeynants! Men zal er bijgevolg alles aan doen om de niet-uitlevering te regelen. In ruil moet Achille geen frank betalen.’

Advocaten die gratis hun diensten aanbieden, willen beletten dat het gerecht Vanden Boeynants met Patrick Haemers confronteert: u mag het gerust ophefmakend noemen! Achille Haemers bevestigt het verhaal. Achille Haemers: “Ik heb Dumont inderdaad in Le Vieux Bruxelles gezien. Mijn vriend Michel Lavalle zei tegen mij: ‘Ik heb de perfecte advocaat voor je zoon.’ Nog geen halve minuut later zaten Martial Lancaster en Jean-Paul Dumont voor mijn neus. Lancaster kende ik. Dumont niet. Lancaster zei: ‘Het is een beetje vervelend. Ik ben ook de advocaat van Paul Vanden Boeynants en van Roger Boas. Maar ik kan ervoor zorgen dat je zoon in Brazilië blijft.’ Ze zouden dat uit pure goedheid doen. Betalen was niet nodig.”

Patrick Haemers na zijn arrestatie in Brazilië.

Patrick Haemers na zijn arrestatie in Brazilië.

Mission Impossible

Over 13 december 1989 verklaren de informanten: ‘Achille Haemers belt naar het bureau van Dumont. Hij krijgt er Martial lancaster aan de lijn. Achille vertelt Lancaster dat de beslissing over de uitlevering is uitgesteld tot februari 1990.’ Heel goed,’ zegt lancaster, ‘dat geeft me de kans de nodige schikkingen te treffen.’ Hij zal Achille de volgende week documenten meegeven die ervoor moeten zorgen dat Patrick niet wordt uitgeleverd. Achille moet die documenten naar een bekende advocaat in Parijs brengen. Die man zal ze ondertekenen en daarna moet Achille ze met DHL naar Brazilië sturen.’

18 december 1989: ‘Een nieuw contact tussen Achille, Eric Haemers en Dumont in hetzeflde restaurant.’

19 december 1989: “Dumont en lancaster gaan niet in op de invitatie van Achille om te gaan eten. Lancaster is vermoedelijk met vakantie. De contacten tussen Achille Haemers en Dumont liggen stil.”

28 december 1989: “Er is een toevallige ontmoeting tussen Achille Haemers en Dumont. Aanwezig zijn: Giannini, de man aan wie Achille Haemers zijn nachtclub The Happy Few had verkocht, en de directeur van het BBL-bankfiliaal in Woluwe op de Georges-Henrilaan. De ontmoeting vindt plaats in het restaurant Aux Armes de Bruxelles in de Beenhouwersstraat. Volgens X 18 is Dumont strontzat. De advocaat omhelst Achille en zegt: ‘Als je eens wist hoeveel problemen Michel en ik hebben gehad sinds onze eerste ontmoeting.’ Michel Lavalle is zelf niet aanwezig. Hij is op reis naar de Canarische eilanden. Dumont praat een halfuur met Achille Haemers, hij beweert dat hij problemen heeft met de stafhouder.”

4 januari 1990: “Dumont eist dat Achille Haemers mee naar de stafhouder gaat. Hij wil dat Achille tegen de stafhouder zegt dat hun eerste afspraak louter toevallig is geweest, anders krijgt hij een maand schorsing. Dumont beweert dat alles naar wens verloopt in verband met de niet-uitlevering van Patrick, en dat hij en Achille Haemers naar Brazilië zullen vertrekken om de zaak te regelen. Elk op eigen kosten. Hij zegt ook dat hij, Dumont, ervoor zal zorgen dat onderzoeksrechter Collin uit het onderzoek verdwijnt.” Collin werd inderdaad gepromoveerd en verdween uit het onderzoek.

23 januari 1990: X 18 zegt dat vader Haemers op 22 januari contact had met Dumont, die in Le Vieux Bruxelles zat. Dumont zei aan de telefoon dat de papieren deze week klaar zouden zijn. Volgens X 18 bevond Dumont zich in het gezelschap van GP-commissaris Georges Marnette. Ook de huidige nationale magistraat André Vandoren zou een goeie klant van Lavalle zijn. Mogelijk heeft hij Dumont en Lavalle op de hoogte gebracht van de situatie aangaande Achille Haemers.

“De politiemannen in het onderzoek-Haemers vermoeden dat Achille Haemers weer contact heeft met Dumont, en dat hij de documenten van Dumont die nodig zijn om de niet-uitlevering van zijn zoon af te dwingen, naar Parijs heeft gebracht en vandaar naar Rio de Janeiro heeft gestuurd. Die documenten zouden de officiële stukken zijn die advocaat Dumont had opgesteld voor zijn vroegere cliënt Carmelo Bongiorno. Met die documenten probeerde Dumont te voorkomen dat Carmelo Bongiorno door Italië zou worden uitgeleverd in verband met de moord op journalist Stéphane Steinier. Opvallend is dat Patrick Haemers een tijdje eerder vanuit Brazilië had gevraagd alle mogelijke inlichtingen over de zaak-Steinier naar hem op te sturen.”

23 januari 1990: “Achille boekt een reis naar Recife.” En dan loopt het schijnbaar fout.

30 januari 1990: “Achille zou in het weekend met Dumont hebben gebeld. Dumont en Lancaster schijnen van niets meer te weten en houden Achille Haemers op een afstand.”

2 februari 1990: “Achille Haemers vertrekt naar Recife met Air France. Niet met Dumont, maar met Kevin, de zoon van Patrick Haemers.” Uiteindelijk zal Patrick Haemers toch aan België worden uitgeleverd, ondanks de inspanningen van De Quévy, Dunesme, Lancaster en Dumont.

Waarom?

De hamvraag is: waarom? Waarom duikt de vroegere CEPIC’er Jean-Paul Dumont op bij Michel Nihoul en Patrick Haemers? Waarom biedt een CEPIC-advocaat gratis zijn diensten aan om Patrick Haemers uit de handen van het Belgische gerecht te houden? En waarom bemoeide De Quévy zich met die zaak? Werd hij gestuurd door Dumont, die zich op de achtergrond wilde houden? En kwam Dumont pas zelf in actie toen hij zag dat De Quévy en Dunesme hun opdracht hadden verknoeid? En waarom wilde Dumont eigenlijk niet dat Patrick Haemers terug naar België kwam?

Twee uitspraken zijn in het licht van deze gegevens veelbetekenend. Eén: Dumont en Lancaster die tegen vader Haemers zeggen: “Het mag nooit tot een confrontatie komen tussen Patrick en Vanden Boeynants.” Twee: Patrick Haemers zelf die zegt dat hij zal praten als hij voor zijn rechters staat. Maar Patrick Haemers heeft nooit kunnen praten: hij stierf in een Belgische cel. Zit er achter de ontvoering van Paul Vanden Boeynants, de vroegere grote baas van het CEPIC, een verhaal dat het daglicht niet verdraagt? Had Dumont de opdracht gekregen te voorkomen dat de waarheid bekend zou worden?

Het kluwen

Vanden Boeynants en de bende Haemers hebben altijd volgehouden dat ze elkaar niet kenden voor VDB in 1989 door Haemers werd ontvoerd. In de zomer van 1996 heeft Humo daar grote vraagtekens bij gezet. In het artikel ‘De Bende van Woluwe’ toonde Humo aan dat er al in het begin van de jaren ’80 een link was tussen VDB en de bende Haemers.

Patrick Haemers en zijn gangster-vrienden Philippe Lacroix en Thierry Smars werkten toen als zwartgeld-smokkelaars voor de Brusselse bank Caisse Privé Banque. De Caisse Privé was de bank waarmee Vanden Boeynants zijn duistere zaakjes regelde. Guy Cruysmans, de toenmalige baas van de Caisse Privé, en opnieuw een man uit CEPIC-kringen, stond dicht bij VDB. Hij organiseerde mee de financiële sjoemelconstructies waarmee VDB zijn zwart geld uit de handen van de fiscus hield.

Volgens een aantal verklaringen in het dossier-Haemers was Cruysmans ook heel geïnteresseerd in het jonge volk dat de café’s van de groep-Haemers in Sint-Lambrechts-Woluwe frequenteerde. Hij ronselde ze om in zijn bank te werken en allerlei louche zaken voor hem te regelen, en legde een bijzondere aandacht aan de dag voor hun seksuele voorkeuren. Cruysmans gaf die jongeren zelfs politieke vorming.

Eén van de sprekers op die politieke vormingsavonden was, volgens getuigen, niemand minder dan Jean-Paul Dumont. Philippe lacroix en Thierry Smars van de bende-Haemers kwamen luisteren. Het Brusselse gerecht heeft altijd volgehouden dat Patrick Haemers en co vulgaire gangsters waren die geldtransporten overvielen, maar dat verhaal begint steeds meer te wankelen. Patrick Haemers zat heel dicht bij het chique politieke en financiële milieu in Brussel. Het wordt tijd dat het gerecht die banden ernstig gaat onderzoeken.