Feiten

Walibi: de vergeten Bende-aanslag

15 Augustus 1985

Onderzoeksrechter Doraene koppelde voor de Bendecommissie nog een andere aanslag aan Bouhouche en Beijer, namelijk de overval in het pretpark Walibi van 15 augustus 1985, waarbij een geldkoerier neergeschoten werd. Maar over die overval wilde Doraene voor de Bende-commissie slechts achter gesloten deuren praten.

Doraene verwees later in zijn getuigenis wel naar enkele wapens waaronder een uitzonderlijk Heckler und Koch, die Beijer onder een valse naam aangekocht had. Dit type wapen werd gebruikt bij de Walibi-overval. Dit werd geconstateerd aan de hand van de expertise van de kogelhulzen. Volgens voormalig procureur-generaal Demanet van Bergen, die het parket van Charerloi superviseerde, was de Walibi-overval een van de vergeten aanslagen van de Bende van Nijvel.

Officieel werd deze overval nooit in het organigram van de aanslagen van de Bende van Nijvel opgenomen. Maar volgens Demanet moest deze overval omwille van diverse technische redenen aan de Bendelijst toegevoegd worden. Ook de Delta-cel van Dendermonde had op een bepaald moment interesse voor het Walibi-dossier.

Kolonel Sack van de Delta-cel verklaarde hierover: “In eerste instantie hebben wij vanuit de informatie die we verkregen in het onderzoek naar de feiten in Delhaize Lokeren, gezocht naar een dossier waarin wij de potentiële daders konden onderbrengen. Ik ben zelfs tot in Nijvel geweest omdat de bendeleden op een bepaald ogenblik werden verdacht van de moord in Walibi in augustus 1985. Enkele leden van de bende waren toen voortvluchtig. We hebben gezocht naar een dossier waarin wij de verdachten konden onderbrengen om zo vanuit een comfortabele positie verder te werken in de richting van Aalst.”

De parking waar veiligheidsagent Willy Pans werd vermoord.

De parking waar veiligheidsagent Willy Pans werd vermoord.

Nochtans had een rapport van het Centraal Bureau voor Opsporingen van de rijkswacht deze overval reeds op 3 februari 1986 bij de ballistische wapenlijst van de Bendeaanslagen opgenomen. Maar merkwaardig genoeg niet in de gewone lijst waarin alle Bendeaanslagen opgesomd werden. Onderzoeksrechter Baeyens was voor het onderzoek van deze overval bevoegd. Hijzelf had in deze overval nooit de beruchte Bende gezien, maar hij had dan ook nooit enige kennis gekregen van het CBO-rapport.

Baeyens gebruikte deze Walibi-overval als voorbeeld van het knoeiwerk van de Belgische justitie. Een van de daders was opgepakt in Frankrijk. De verdachte zat vast in Grenoble. Baeyens vroeg een rogatoire commissie voor Frankrijk aan. Hij moest voor de bureaucratische molen eerst een volledige onkostennota opmaken.

Hiervoor moest hij uitdokteren hoeveel een maaltijd en een overnachting in een hotel in Grenoble kostte. Pas toen dit alles geregeld was en de kredieten geblokkeerd waren, konden de speurders vertrekken naar Frankrijk. Maar toen was de vogel al gevlogen. De verdachte die slechts voorlopig vast zat, was door de Franse autoriteiten vrijgelaten en onmiddellijk verdwenen.

Achteraf werd dit dossier geklasseerd met de vermelding ‘daders onbekend’ en pas recentelijk terug heropend. Volgens de Nijvelse onderzoeksrechter Schlicker geloofden de speurders eerst in een ballistisch verband tussen de Walibi-overval en de Bende omdat getuigen van deze overval mogelijk een Ingram-mitraillette herkend hadden. Maar het dossier werd nooit samengevoegd. Doraene had in zijn getuigenis terloops ook naar een Ingram bij de Walibi-zaak verwezen.