Italië

De aanslag op een DC-9

27 Juni 1980

Op 27 juni 1980 stort een DC-9 toestel neer bij het eilandje Ustica. Bij dat ‘ongeval’ kwamen 81 passagiers om het leven. Italiaanse, Franse en wellicht nog andere geheime diensten spaarden nadien geen moeite om de waarheid niet aan het licht te laten komen. Radarbanden werden verbrand, verborgen of uitgewist. Bovengehaalde wrakstukken evenals getuigen verdwenen. Begin 1993 werd in Brussel de Italiaanse generaal Roberto Boemio vermoord. Een gewone roofmoord, zei het parket, alhoewel het duidelijk om een zeer professionele moord ging die nooit werd opgehelderd.

De brokstukken van de DC9.

De brokstukken van de DC-9.

Boemio was een kroongetuige in de zaak Ustica. Hij werd eind 1991 verhoord door onderzoeksrechter Rosario Priore die vanaf 1990 de zaak probeerde op te klaren, na tien jaar algemene tegenwerking. Na zijn gesprek met Boemio liet Priore dertien militairen, onder wie negen generaals, in staat van beschuldiging stellen wegens obstructie, vier zelfs wegens verraad. Een van die generaals stond op de ledenlijst van de loge P2. Boemio was de zevende militair die in de nasleep van Ustica de dood vond. In april 1994, na de verkiezingen in Italië, legde onderzoeksrechter Rosario Prio een rapport bij de premier neer. Daarin werd gemeld dat twintig hogere en lagere officieren van de luchtmacht hem hadden laten weten dat ze niets mochten zeggen. Maar iedereen ontkende hen een zwijgplicht te hebben opgelegd. Het onderzoek van Priore leverde alleen nog meer mysteries op.