Proces Borains

Nacht und Nebel

Onder grote belangstelling verschenen Cocu en zijn trawanten in 1988 voor het Hof van Assisen in Bergen. Slechts vijf Bende-feiten waren in de aanklacht tegen hen gehandhaafd. Na drie dagen werd het proces al onderbroken. Tijdens het onderzoek naar de moord op FN-ingenieur Juan Mendez had men in de woning van de hoofdverdachte, de ex-rijkswachter Madani Bouhouche, een revolver GP 9mm ontdekt, die was verstopt in een doos met diepgevroren bolognaisesaus.

Er bestond een vermoeden dat het wapen gebruikt kon zijn tijdens een van de overvallen van de Bende. Daarom eiste voorzitter Jacques Vereecke een bijkomend onderzoek en schorste het proces. Het wapen à la bolognaise bleek niet te zijn gebruikt door de Bende, ook al bestond er onder de ballistische expertise geen eensgezindheid. Het proces kon opnieuw beginnen.

Op dat proces zorgde Cocu, die maar liefst 45 maanden in voorhechtenis had gezeten, met zijn verklaringen over de manier waarop hij tijdens het aanslepende onderzoek was behandeld, voor opschudding. Een maand voor de start van het proces was hem door de GP’er Jean-Pierre Tilmant 3 miljoen frank beloofd in ruil voor de namen van de Bende-leden. Ook zou hij hulp krijgen om uit de gevangenis te kunnen ontsnappen.

Het proces tegen de bende van de Borinage.

Het proces tegen de bende van de Borinage.

Rechtbankvoorzitter Vereecke was in alle staten. Cocu vertelde over de actieve rol van Deprêtre: “Ik ben ondervraagd door de BOB van Waver, door de Gerechtelijke Politie en de BOB van Nijvel en Charleroi, door de BOB van Bergen en de Gerechtelijke Politie van Dendermonde. Ik ben door de onderzoeksrechter Schlicker ondervraagd geweest. Procureur Deprêtre was aanwezig tijdens het verhoor, maar zijn naam is niet in het proces-verbaal genoemd.” Voorzitter Vereecke kon zijn oren niet geloven. Verwijzend naar de Nazi-concentratiekampen, riep hij uit: “Dit is Nacht und Nebel.”

Vrijspraak

Uiteindelijk zijn Cocu en de andere Borains vrijgesproken van de Bende-overvallen. De Borains waren de Bende niet. En met die uitspraak werd de procureur Deprêtre op zijn plaats gezet. Maar het kwaad had toen al geschied. Het proces van de Borains was puur bedrog. Ze moesten zich verantwoorden voor een vijftal feiten uit 1983. De andere feiten, onder andere de drie moorddadige raids uit 1985, kwamen op het proces niet ter sprake.

Nochtans waren verscheidene maanden voor het proces in het kanaal Brussel-Charleroi zakken teruggevonden, waarin wapens zaten die gebruikt waren tijdens de hele Bende-campagne, dus zowel in 1983 als in 1985. Er was dus een duidelijk verband tussen een aantal hold-ups uit 1983 en die uit 1985, waar de Borains niets mee te maken hadden.