Oude knol verkocht voor duur springpaard

Het Brusselse hof van beroep heeft Eliane Van Vreckom (56), de ex-vriendin van minister Guy Mathot, gisteren het voordeel van de twijfel gegund in een oplichtingszaak met een paard.

De rechter had Van Vreckom in eerste aanleg veroordeeld tot negen maanden effectief, omdat ze samen met haar minnaar Mark P. (61) een jonge, onervaren ruiter voor 350.000 frank een oude knol verkocht had in plaats van een duur springpaard. Mark P. kreeg aanvankelijk, vanwege zijn blanco strafregister, slechts zeven maanden voorwaardelijk. Van Vreckom liep in 1989 al een celstraf van vier jaar op wegens oplichting.

De voorwaardelijke celstraf van zeven maanden voor Mark P. werd wel bevestigd wegens misbruik van vertrouwen. De jonge ruiter die door een drugsprobleem naar een afkickcentrum was gestuurd, werd door Van Vreckom en Mark P. meegetroond “naar de psychiater”. De tocht ging echter naar de bank, waar P. zijn slachtoffer een reeks cheques liet uitschrijven.

Bron » De Standaard

PS blijft gekant tegen regeling spijtoptanten

De Parti Socialiste (PS) blijft gekant tegen een wettelijke regeling voor spijtoptanten. De jongste onthullingen over een vermeende kroongetuige-spijtoptant in het Bende-onderzoek zijn een schandalig politiek manoeuvre, luidt het bij de PS. Tijdens een interpellatie over de spijtoptantenregeling in de kamercommissie Justitie bleek de PS de enige partij die niet van spijtoptanten wil weten. De oppositie blijft bereid om samen met de andere meerderheidspartijen een wisselmeerderheid te vormen.

De federale minister van Justitie, Marc Verwilghen (VLD), en PS-voorzitter Elio di Rupo bekvechten al maanden over de spijtoptanten. Minister Verwilghen maakt er een prioriteit van en Di Rupo houdt het ontwerp van wet tegen omdat hij vindt dat het niet de taak van de regering is om van België een verklikkersmaatschappij te maken.

Minister Verwilghen heeft gisteren in de kamercommissie Justitie gezegd dat hij er niet in slaagt Elio di Rupo over dit probleem te spreken. De minister wil aan Di Rupo duidelijk maken dat zijn vrees ongegrond is. In een poging Di Rupo toch te overhalen, heeft de minister een advies aan een college van experts van de Raad van Europa gevraagd. “Als wij zelf de regeling voor spijtoptanten niet uitwerken, zullen we door andere gedwongen worden”, zegt Marc Verwilghen.

De minister verwijst naar het EU-voorstel voor de strijd tegen terrorisme dat strafverminderingen verschaft aan spijtoptanten. De EU-ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie moeten voor 7 december beslissen over dit voorstel. Dat hebben de de staats- en regeringsleiders van de EU vorige vrijdag in Gent beslist.

Regeling

De PS wuift de niet gelukte toenaderingspogingen van Marc Verwilghen weg. De minister moet in de ministerraad praten. Over het probleem heeft Di Rupo al meermaals gesproken met zijn VLD-collega Karel de Gucht. “Tijdens die gesprekken blijkt dat beide voorzitters begrip hebben voor elkaars standpunt”, zegt de woordvoerster van Elio di Rupo. Volgens de PS staat een regeling voor de spijtoptanten niet in het regeerakkoord.

Minister Verwilghen ziet dat anders. In de regeringsverklaring staat weliswaar geen letterlijke verwijzing naar de spijtoptanten, maar er staat wel dat de regering alle niet uitgevoerde aanbevelingen van de commissie georganiseerde misdaad in de Senaat en de Bende-commissie bis zal uitvoeren. Eén van die aanbevelingen is een regeling voor spijtoptanten.

Bij de PS is men helemaal niet te spreken over het politieke manoeuvre om het Bende-dossier als breekijzer te gebruiken om een doorbraak in het spijtoptantendossier te forceren. Zaterdag verscheen in de VUM-kranten een bericht dat een spijtoptant klaarstond om in het dossier van de Bende van Nijvel te getuigen. De Bergense advocaat-generaal Claude Michaux, die het onderzoek leidt, ontkende dinsdag in deze krant het bestaan van dergelijke kroongetuige.

“Het is schandalig en onaanvaardbaar dat dergelijke informatie in de media wordt gebracht”, zei PS-kamerlid Thierry Giet in de kamercommissie. Giet: “Ik kan moeilijk geloven dat het een poging tot manipulatie is om de wettelijke regeling toch door te drukken.”

Tijdens de kamercommissie bleek voorts dat de oppositiepartijen samen met de andere meerderheidspartijen een wetsvoorstel voor spijtoptanten van Tony van Parys (CD&V) en Geert Bourgeois (N-VA) willen bespreken. Dinsdagochtend waren alle partijen bereid dit probleem prioritair aan te pakken, maar in de namiddag was het enthousiasme al veel minder. De commissie beslist pas na de herfstvakantie of het dossier een prioritaire plaats krijgt op de agenda.

Bron » De Tijd

Geen spijtoptant in Bende-onderzoek

Er is geen spijtoptant voor het onderzoek naar de Bende van Nijvel. Dat zegt de Bergense advocaat-generaal Claude Michaux, die het Bende-onderzoek leidt, aan deze krant. De magistraat is wel gewonnen voor een spijtoptantenregeling. Zo’n regeling kan volgens de magistraat de laatste reddingsboei voor het onderzoek naar de Bende van Nijvel zijn.

De VUM-kranten stelden in hun editie van afgelopen weekeinde dat het Bende-speurders een spijtoptant hadden die het gerecht wilde helpen het raadsel van de Bende van Nijvel op te lossen. In de jaren 80 maakte de Bende bij een reeks moorddadige overvallen 28 slachtoffers.

“Het zou verkeerd zijn de mensen in de waan te laten dat wij dicht bij de oplossing staan. Maar van een spijtoptant is geen sprake. Ik weet van niets. Toch meen ik dat een dergelijke regeling noodzakelijk is als wij nog enige kans op slagen willen hebben. De getuige en zijn familie moeten beschermd kunnen worden zoals dat ook in andere democratische landen mogelijk is.”

De magistraat is er niet over te spreken dat de familieleden van de Bende-slachtoffers en de publieke opinie met dergelijke geruchten valse hoop wordt gegeven. Het spijtoptantengerucht voor het Bende-onderzoek lijkt de voorbije dagen te zijn gebruikt om een politieke doorbraak te forceren.

Sinds maanden weigert PS-voorzitter Elio di Rupo zijn steun aan een regeling voor medewerkers van het gerecht te verlenen. De federale minister van Justitie Marc Verwilghen (VLD) krijgt daarom zijn wetsontwerp niet door de ministerraad. De meerderheid weigerde vorige week een wetsvoorstel voor een spijtoptantenregeling van CD&V- kamerlid en voorzitter van de tweede Bende-commissie Tony van Parys als dringend te behandelen.

Dinsdag interpelleert Van Parys de minister van Justitie over deze weigering. Ook andere kamerleden hebben zich na afgelopen weekeinde voor een interpellatie aangediend bij de minister van Justitie.

Diegene die hoopte met het spijtoptantengerucht Elio di Rupo van mening te doen veranderen, heeft zich vergist. Di Rupo liet al weten zijn standpunt niet te wijzigen.

Bron » De Tijd

De as van Léon Degrelle

Extreem-rechts zit in Wallonië, en in Franstalig Brussel, vaak in onverwachte hoekjes, zoals bij de Wallon Boys – dat zijn voetbalfans – en zelfs bij bepaalde migrantengroepen. Maar misschien staat extreem-rechts al helemaal buiten de maatschappij, zoals in Charleroi, waar het geweld op straat blijvende vragen oproept, omdat extreem-rechts begint waar de democratische discussie eindigt, en de macht van fysiek geweld en van wapens primeert.

Naar de aanwezigheid van extreem-rechts moet dus ook buiten het politieke of para-politieke milieu worden gezocht.

Dit betekent niet dat extreem-rechts in politiek Franstalig België geheel afwezig zou zijn. In hun publicatie RésistanceS (nu op de website www.antifa.net/resistances/r0201.html) volgen sinds 1997 vrij nauwgezet de onderzoekers Johan Gulbenkian en Manu Abramowicz de bewegingen van uiterst-rechts in Wallonië en Franstalig Brussel. Daarbij komen telkens dezelfde namen terug: Willy Fréson, Robert Destordeur, Hubert Defourny, Daniël Féret, Marguerite Bastien. De zwaartepunten liggen in Luik, Verviers, Charleroi, Brussel.

Er werd al vaker gemeld dat, in tegenstelling tot het Vlaams Blok, deze Franstaligen vooral elkaar bekampen. Deze permanente neiging tot opdeling in telkens nieuwe cellen kan als het belangrijkste kenmerk van extreem-rechts in Franstalig België worden aangewezen. Zo viel in 1994 in Luik de Waals-nationalistische partij AGIR (opgericht in 1989) in drie fracties uiteen, die mekaar tot vandaag bekampen, in verenigingen, clubs, of min of meer gestructureerde assemblees, die voortdurend van naam veranderen: REF (van Référendum, met het letterwoord REF als een verwijzing naar de beweging en partij REX van Léon Degrelle), Bloc Belge, Front National, Bloc Wallon, BIS (Bruxelles-Identité-Sécurité), Parti des Forces Nouvelles, Assaut, Devenir, Bourguignons, Dernier Carré, Front de la Nation Belge, Front Nouveau de Belgique, Nation, Jeune Nation.

Het politieke resultaat van dit geharrewar is mager. In de Kamer van volksvertegenwoordigers zit nog enkel Daniël Féret (Front National), een plastisch chirurg, die als FN-voorzitter alle stormen overleeft. In het Brussels parlement zit zijn aartsvijand Marguerite Bastien (Front Nouveau de Belgique), een gewezen rechter bij de arbeidsrechtbank in Brussel, die ooit nog militeerde voor uiterst-links aan de ULB (Université Libre de Bruxelles). In Namen telt het Waalse parlement één extreem-rechtse gekozene: Alain Dadaune (FN). Tijdens de vorige zitting waren dat er nog twee, maar deze FN-fractie viel in twee brokstukken uiteen. In Brussel ging het er nog erger aan toe. Het FN had daar tijdens de vorige legislatuur zes gekozenen, waarvan er vier snel de partij verlieten, voor andere vage clubs of formaties, en als onafhankelijke parlementsleden bleven zitten. Extreem-rechts is in Franstalig België geen politieke factor meer.

Maar een aantal extreem-rechtse organisaties dingen niet, of niet meer, naar politieke mandaten. De parlementaire democratie interesseert deze militanten niet, ook niet als een middel om aan de macht te komen. RésistanceS vermeldt in dit verband een paar wel zeer bijzondere groeperingen. Zo bestaat een Association pour la mémoire de Léon Degrelle (AMLD), maar het zal niemand verwonderen dat een Fondation Européenne Léon Degrelle (FELD) werd opgericht, en dat AMLD en FELD elkaar bestrijden. Meer eigentijds is het Bloc Wallon (BW), dat met de steun van het Vlaams Blok – volgens RésistenceS – pogingen onderneemt om het identiteitsgevoelen in Wallonië te versterken. Het Luikse AGIR was al erg Waals gericht, het Bloc Wallon poogt met bijzonder weinig succes het Waalse nationalisme extreem-rechtse paden op te sturen.

Onder de benaming Dernier Carré (voorheen: les Bourguignons) zou nog altijd een Waalse versie van het Sint-Maartensfonds werkzaam zijn, maar dan wel in een erg besloten vorm. Deze laatsten van de Waalse SS-Oostfrontstrijders hebben in april 1998 as van Léon Degrelle op rituele wijze verstrooid bij de zgn. “Tombeau du Géant”, een heuvel bij een meander in de Semois, die in RésistenceS verkeerdelijk bij Dinant wordt gesitueerd: de Tombeau du Géant ligt bij Botassart, niet toevallig in de buurt van Bouillon, de geboorteplaats van Léon Degrelle.

Maar naast het mislukte politieke avontuur van het Front National, en naast de verenigingen van gewezen SS’ers (er zou in Luik ook nog een Stahlhelm-afdeling werkzaam zijn) beschikt uiterst-rechts in Franstalig België nog over andere uitdrukkingsvormen. Zo zijn al veel vragen gesteld over het racistische optreden van de zgn. “Wallon-boys”, een harde kern van supporters van FC-Charleroi, die ook hand- en spandiensten zouden verlenen aan het Bloc Wallon. Bevreemdend is ook dat een Front National Saint-Gillois (naar de Brusselse gemeente Sint-Gillis) vooral uit Italianen en Spanjaarden bestaat, en dat in diezelfde gemeente een afdeling van een Mouvement pour la Nation vooral Portugezen onder haar schaarse leden telt, die geregeld conflicten uitvechten met Marokkanen. Ook in Charleroi en Luik zijn migranten bij uiterst-rechtse clubs of verenigingen actief.

Maar misschien ontstaat momenteel de gevaarlijkste vorm die uiterst-rechts kan aannemen, deze van de georganiseerde misdaad, in de straten van Charleroi. Niemand minder dan de Waalse minister-president, Jean-Claude Van Cauwenberghe, kroop eerder deze maand onder zijn petje van gewoon gemeenteraadslid in zijn stad om er op “de afschrikwekkende toename van de criminaliteit” in Charleroi te wijzen. “Onze stad en streek moeten tot een rampenzone worden verklaard”, zei Van Cau, die erkende dat Charleroi niet meer alleen in staat is om het grote banditisme en de georganiseerde benden te bestrijden.

Het was Van Cau op korte termijn om meer geld voor de lokale politie te doen, maar op lange termijn stelt de minister-president van Wallonië, die burgemeester was in Charleroi, vast dat de grootste stad van Wallonië aan het openbare gezag dreigt te ontsnappen. Mijn collega’s van de Waalse pers in Charleroi spreken hem niet tegen.

Dáár zit uiterst-rechts in Wallonië.

Bron » De Standaard | Guido Fonteyn

Elk wapen in België moet ingeschreven zijn

De federale ministerraad keurde vrijdag een voorontwerp van nieuwe wapenwet goed. Die tekst vertrekt van het principe dat vuurwapens verboden zijn. Enkel de provinciegouverneur kan nog toestemming geven om daarvan af te wijken.

De nieuwe wapenwet, die de oude van 1933 moet vervangen, vormde het hoofdbestanddeel van een voor het overige nieuwsarme kabinetsraad. De minister van Justitie, Marc Verwilghen, kondigde aan dat “daarmee punt 26 van het veiligheidsplan van de regering wordt uitgevoerd, een essentieel punt in de strijd tegen de georganiseerde misdaad.”

De bedoeling van het voorontwerp, dat nog naar de Raad van State moet, is “de oude wet te verstrengen, te vereenvoudigen en efficiënter te maken”. Premier Guy Verhofstadt voegde daaraan toe: “zoals in al onze buurlanden al is gebeurd.”

De toestemming om een vuurwapen te bezitten wordt voortaan door de provinciegouverneur gegeven, in plaats van door de lokale politiecommissarissen. De toekenning is aan strenge voorwaarden verbonden:

  • de eigenaar moet meerderjarig zijn.
  • hij mag geen misdrijven op zijn kerfstok hebben.
  • hij moet een medisch attest kunnen voorleggen waaruit blijkt dat hij met wapens kan omgaan.
  • hij moet slagen in een proef.
  • er mag geen verzet zijn van mensen die met hem samenwonen.
  • hij moet een wettelijke reden opgeven.

Tot de redenen blijft de jachtvergunning behoren. Verwilghen benadrukte nog dat het oude onderscheid tussen oorlogswapens en wapens voor persoonlijk verweer verdwijnt. Ook een jachtgeweer wordt een vuurwapen als een ander.

Verkopers en leveranciers van wapens worden onderworpen aan voorwaarden van beroepsbekwaamheid, aan een strengere financiële controle en aan een deontologische code. Er komt ook een federale wapendienst bij Justitie, waarin afgevaardigden van Arbeid, Binnenlandse Zaken en Economische Zaken mee adviseren over het overleg met de sector en de belangengroepen, de invulling van de bekwaamheidsproeven, en de administratieve richtlijnen voor de gouverneurs.

Elk wapen in België moet voortaan geregistreerd zijn. Sommige wapens zijn voorbehouden aan de openbare macht. Wie zich schuldig maakt aan verkoop aan minderjarigen of aan illegale wapenhandel, riskeert voortaan straffen van minstens één jaar gevangenis.

Voor de bestaande wapens komt er een overgangsmaatregel. Zodra de wet over een half jaar of wat het Staatsblad gehaald heeft, krijgen de eigenaars zes maanden om zich in orde te stellen.

Bron » De Standaard