1,221

(0 replies, posted in 1980-1989)

Samenvatting

  • Slachtoffer: Guido Zwinnen

  • Wanneer? De nacht van 28 op 29 november 1987

  • Motief: onbekend

  • Modus operandi: Vermoord met twee schoten in het hoofd in een holle weg in het gehucht Rijkhoven, nabij Bilzen. Het lichaam werd gedumpt in de koffer van zijn wagen in een bos nabij Lierneux. De wagen was uitgebrand.

  • Wapen: Een karabijn met afgezaagde loop en kolf, kaliber .22.

  • Status: juridisch opgelost

Verdachten

  • Johnny Peters: kreeg op het assisenproces 20 jaar dwangarbeid voor deze moord.

  • Ludo Haenen: Ondanks het feit dat iedereen ervan overtuigd was dat hij de moordenaar was, lukte het zijn advocaat - Jef Vermassen - om een vrijspraak te bekomen. Ludo Haenen was een gewezen lid van het VMO en heeft in de zomer van 1983 een café in Voeren beschoten. Daarbij geraakten verschillende mensen gewond. Hij werd hiervoor ook veroordeeld.

Vermoedelijke moordenaar van Lanakenaar opgepakt

De BOB van Genk heeft afgelopen zondag de 24-jarige Ludo H. uit Borgloon gearresteerd. Hij wordt ervan verdacht samen met Johnny P. (28) uit Sint-Truiden een moord gepleegd te hebben op de 26-jarige Guido Zwinnen uit Lanaken. Het verkoold lijk werd op 29 november in een afgelegen bos in Lierneux (onder Spa) aangetroffen in de koffer van een brandende auto.

Johnny P. die daags na de feiten al gearresteerd werd, werd door de rijkswacht van Lanaken herkend bij een nachtelijke wegcontrole. Hij zat toen met het slachtoffer Guido Zwinnen en nog een tweede onbekende in de auto van Zwinnen. Na een paar dagen heeft de man bekentenissen afgelegd. Hij zou aan de moord hebben meegeholpen omdat Guido Zwinnen hem nog geld schuldig was.

Zondag werd de tweede onbekende opgepakt door de BOB van Genk. Dat gebeurde na een gezamenlijk onderzoek met de BOB van Spa.

Ludo H. (24) is niet onbekend bij het gerecht. Hij was in juli ’83 nog betrokken bij een schietpartij in café “Chez Liliane” in Voeren. De man heeft gisteren nog geen bekentenissen afgelegd, maar werd toch door de onderzoeksrechter aangehouden.

Ludo H. zou Guido Zwinnen die bewuste nacht van 29 op 30 november twee kogels door het hoofd geschoten hebben, ergens in een holle weg in het Bilzense Rijkhoven. Hij zou toen het lijk verborgen hebben in de kofferruimte van de eigen wagen van het slachtoffer.

Zo reed Ludo H. Een honderdtal kilometer verder. In een verlaten bos ter hoogte van Lierneux (bij Spa) werd de Audi 80 van Guido Zwinnen in brand gestoken. Een boer, die gewekt werd door zijn hond, heeft het vuur ontdekt. In de koffer stak nog steeds het verkoolde lijk van Guido Zwinnen.

De twee daders, Johnny P. en Ludo H., zouden dan in de wagen van Johnny H. terug naar Limburg gereden zijn. Toen Johnny P. daags na de feiten gearresteerd werd, vonden de onderzoekers moddersporen op zijn wagen. Die waren duidelijk afkomstig van de plaats van de moord in Lierneux.

Bron: Gazet van Antwerpen | 16 December 1987

Dossier over Lierneuxmoord naar Tongeren

De Raadkamer te Verviers heeft vrijdag beslist dat het onderzoek naar de moord op Lanakenaar Guido Zwinnen voortaan door het parket in Tongeren zal gecoördineerd worden. Onderzoeksrechter Dhooghe heeft de twee verdachte Limburgers vrijdag al ondervraagd. Dinsdag zal de raadkamer in Tongeren beslissen of de verdachten aangehouden blijven.

De beslissing om het dossier naar de moord op Guido Zwinnen (26) over te geven aan het Tongerse gerecht, ligt voor de hand: de feiten hebben zich hoofdzakelijk in Bilzen afgespeeld, de betrokkenen zijn Limburgers en Lierneux (onder Spa) is enkel de plaats waar de feiten aan het licht kwamen.

Zoals eerder gemeld, hebben de verdachten Ludo H. (24) uit Borgloon en Johnny P. (28) uit Sint-Truiden het lijk naar een verlaten bos in Lierneux gereden om het daar, samen met de auto van het slachtoffer in brand te steken.

Bron: Gazet van Antwerpen | 19 December 1987

Moordenaars van Lanakenaar blijven in cel

De Raadkamer te Tongeren heeft gisteren de aanhouding van de 28-jarige Johnny P. uit Sint-Truiden en de 24-jarige Ludo H. uit Borgloon met één maand verlengd.

De twee worden ervan verdacht de 26-jarige Ludo Zwinnen uit Lanaken vermoord te hebben. Op 29 november werd diens verkoold lijk aangetroffen in de kofferruimte van zijn uitgebrande wagen, in een bos te Lierneux. De man werd, zo bleek later, enkele uren voordien met twee kogels afgemaakt in een holle weg in Bilzen.

Johnny P. heeft al uitgebreide verklaringen afgelegd. Ludo H. blijft vooralsnog ontkennen. Over het motief tasten de onderzoekers nog in het duister. Johnny P. en Ludo H. kennen elkaar uit extreem-rechtse milieus. Ludo H. is overigens VMO-sympathisant die in de zomer van ’83 schoten afvuurde op het Waalsgezinde café Chez Liliane in Voeren.

Lierneux, de plaats waar het lijk in de brandende auto werd achtergelaten, grenst trouwens aan La Roche, de plaats waar op het einde van de jaren zeventig de beruchte VMO-kampen hebben plaatsgevonden.

Of dit alles iets met de motieven voor de moord te maken heeft, is nog niet uitgemaakt. Vast staat dat het slachtoffer Guido Zwinnen eerder al voor het gerecht is moeten verschijnen voor handel in drugs, overvallen en wapenhandel. Er wordt geopperd dat er misschien een afrekening heeft plaatsgevonden.

Bron: Gazet van Antwerpen | 23 December 1987

Ludo Haenen schoot jonge man door het hoofd

Maandag begint voor het Assisenhof van Limburg het proces tegen Johnny Peters (31) uit Sint-Truiden en Ludo Haenen (26) uit Borgloon. Ze worden beschuldigd van moord op Guido Zwinnen (26) uit Lanaken.

De moord werd ontdekt op zondag 29 november 1987 en veroorzaakte heel wat ophef. Haenen was immers ook de man die destijds in Voeren enkele mensen verwondde in café “Chez Liliane”, toen hij vanuit en auto de herberg beschoot. Hij liep daarvoor vier gevangenisstraf op.

Die novemberzondag in 1987 merkten enkele mensen in het Waalse Lierneux een brandende auto op aan de rand van het bos. In de koffer lag het lijk van Guido Zwinnen. De lijkschouwing wees uit dat hij was doodgeschoten.

De weduwe van Zwinnen zei aan de onderzoekers dat ze enkele dagen eerder een man in de buurt van haar woning had gezien, die voor haar echtgenoot een briefje had achtergelaten dat met “Johnny uit Hasselt” was ondertekend. Het spoor leidde naar Johnny Peters, die eerst enkele Italianen ten tonele voerde en daarna ene mijnheer X, die uiteindelijk Ludo Haenen bleek te zijn.

Peters ging tot bekentenissen over. Hij was op zaterdag 28 november naar Haenen gereden om enkele boeken terug te vragen. Haenen ging mee naar Bilzen, waar Peters een afspraak had met Zwinnen. Voor ze vertrokken stak Haenen een karabijn met afgezaagde loop en kolf achter zijn gordel.

Holle weg

In een café in Bilzen ontmoetten ze Zwinnen. Peters zei Haenen in dat café dat hij de Lanakenaar ging doden. De drie mannen reden later naar Maastricht, waar Zwinnen een afspraak had met een vriendin en waar ze enkele cafés bezochten. Daar vroeg Haenen aan Peters of die echt van plan was Zwinnen te doden. Peters vroeg hem wat te wachten.

Terug in Bilzen vroeg Haenen aan Peters of hij geen mooi plaatsje wist om te gaan schieten. Peters, die in de auto van Zwinnen had plaatsgenomen, leidde het drietal daarop naar een holle weg in de deelgemeente Rijkhoven. Het was inmiddels donker geworden. De drie mannen stapten de holle weg in, waar Haenen Zwinnen door het hoofd schoot.

Het lijk werd in de auto van Zwinnen gelegd waarna naar Lierneux werd gereden. Daar stak Haenen het voertuig in brand. Tot Peters zei hij dat als hij ooit zijn naam zou noemen “Johnny zaliger” zou zijn.

Bron: Gazet van Antwerpen | 20 Januari 1990

Moest Zwinnen dood omdat hij vriendin lastig viel?

Ludo Haenen (26) uit Borgloon heeft gisteren een slechte beurt gemaakt voor de Limburgse assisenjury.

Zelf blijft hij steevast onberoerd door de soms pijnlijke taferelen die zich in de rechtszaal afspelen: zijn advocaat maakt zich onsympathiek bij het publiek, en als apotheose van de dag maakte de weduwe Zwinnen gisterenavond bekend dat een vriendin Haenen de avond van de moord gezien heeft in het bijzijn van het slachtoffer.

Ludo Haenen houdt echter nog steeds vol dat hij de avond van de feiten thuis in bed lag. De getuigenis van de vriendin van weduwe Zwinnen is dus van primordiaal belang in deze zaak. Nicoline Masotte zal vandaag als getuige verschijnen. Volgens weduwe Zwinnen is Masotte 100% zeker dat het wel degelijk Ludo Haenen was die zij gezien heeft, omdat hij naast haar zat.

Welk motief zou Ludo Haenen dan kunnen hebben om Guido Zwinnen zo koelbloedig van dichtbij twee kogels door het hoofd te jagen en hem daarna naar de Ardennen te rijden en de wagen in brand te steken? De vrouw van het slachtoffer wist het niet, zijn ouders hadden er ook geen uitleg voor. Zwinnen had geen vijanden en hij zou avond maar eventjes wat gaan drinken.

Maar volgens de eerste beschuldigde Johnny Peters (31) uit Sint-Truiden wilde Haenen weerwraak nemen op Zwinnen. Hij had de avond van de feiten, op het bal van het VNJ te Bilzen, immers aan Haenen gezegd dat Zwinnen aanhalig is geweest met de vriendin van Haenen terwijl die in de gevangenis zat.

Wie geloofwaardig?

Vertelt Peters de waarheid? Hij was het die enkele dagen voor de moord in de woning van Zwinnen een papiertje heeft achtergelaten waarin hij vraagt dat Zwinnen die zaterdagavond naar een café aan het station van Bilzen moest komen “voor een dringende zaak”. Hij is ook de man die meer dan drie maanden geaarzeld heeft vooraleer meer details te geven over de feiten. Het gebruikte wapen was wellicht het zijne en hij geeft toe dat hij zelf de plaats in Bilzen heeft aangeduid “om te gaan schieten” (niet “moorden”).

Onderzoeksrechter Dhooghe, die negentien dagen na de feiten het onderzoek van Verviers heeft overgenomen, verklaarde gisteren voormidag echter dat de versie van Peters klopte met de vaststellingen in Bilzen en Lierneux. Peters heeft steeds vrijuit aan het onderzoek meegewerkt.

Ook meer objectieve feiten wijzen naar Haenen als de dader, zoals ondermeer de voetsporen van zijn Wehrmacht-laarzen in de sneeuw in Lierneux (bevestigd door een deskundige), de bloedvlekken op zijn kaki legerjas en de inslag van minstens 100 kogels .22 (hetzelfde kaliber als uit het moordwapen) in de oefenkelder van Haenen.

Volgens de advocaat van Haenen zijn bezwarende materialen die op Peters gevonden werden, nooit echt goed nagetrokken. Onderzoeksrechter Dhooghe verklaarde dat dit niet nodig was, omdat Peters een sluitend alibi had.

Bron: Gazet van Antwerpen | 24 Januari 1990

Kroongetuige van Peters ontkent

Nicoline Masotte, een vriendin van de echtgenote van de vermoorde Guido Zwinnen, heeft gisteren dan toch niet het alibi van Ludo Haenen doorprikt, zoals iedereen verwachtte. De weduwe Zwinnen had eerder gezegd dat Masotte haar na de begrafenis verteld had dat Ludo Haenen de avond van de feiten in een drankgelegenheid naast haar gezeten heeft, in aanwezigheid van Guido Zwinnen. (Haenen heeft altijd volgehouden dat hij die avond thuis in bed lag.) Masotte vertelde gisteren de jury dat zij niet zeker wist of het Haenen wel was.

De anti-climax in het Limburg assisenproces en een streep door de rekening van de verdediging van eerste betichte Johnny Peters, die hiermee haar belangrijkste getuige verliest.

Masotte herkende wel Peters; de derde bekken zij slechts oppervlakkig. Bij de directe confrontatie met Haenen (met en zonder baard) kort na de feiten had ze geen zekerheid. Ook na het tekenen van een robotfoto kon men niets wijzer worden. Zij had wel enkele dagen na de begrafenis van Zwinnen met diens echtgenote gepraat, maar ze ontkende gisteren formeel dat zij er gezegd heeft dat zij Haenen had herkend maar niet durfde spreken uit angst voor hem.

Voorzitter Frère probeerde met wat detailvragen een precieze omschrijving te vinden voor de mate waarin Masotte in die onbekende derde, waarvan zij alleen zijn ‘gek’ gezicht onthield, Ludo Haenen herkende, maar die omschrijving werd niet gevonden. Anderzijds vond ze wel dat Haenen ‘gekke’ ogen heeft.

“Mijn man was thuis”

Een nieuwe wending ook in het getuigenis van de (intussen) echtgenote van Haenen. Imke Verschoote (21) verklaarde gisteren dat haar man wel degelijk in bad lag toen zij ’s ochtends rond vijf uur naar huis werd gebracht door de vrouw bij wie ze was gaan babysitten. “Als hij er niet was, dan had ik hem daar ’s anderendaags beslist uitleg over gevraagd”, zei ze gisteren.

In het vooronderzoek heeft Verschoote (toen de vriendin waarmee Haenen samenwoonde) echter gezegd dat zij niet zeker wist of Haenen in bed lag. Gisteren verklaarde zij dat ze de Genkse BOB niet durfde tegenspreken toen die haar verzekerde dat elf getuigen Haenen die echtend gezien hebben.

Over de legerjas vertelde de vrouw van Haenen dat ze die zelf naar de droogkuis gedaan heeft en daar open op de toonbank heeft gelegd. “Ik heb toen geen bloedspatten gezien. En mochten die er wel op geweest zijn, dan waren ze wel afkomstig van enige tijd voordien, toen we mensen geholpen hebben bij een ongeval.”

“M’n beste vriend”

Het optreden van de ouders van Peters zorgde voor de gevoelige noot tijdens het proces. Een erg aangedane moeder Peters zei dat Haenen en een andere vriend thuis waren geweest nadat hun zoon was opgepakt en dat zij toen gezegd hebben: “Johnny is geen moordenaar. Die doet zoiets niet!”

Vader Peters schetste taferelen van een oerdegelijke vader-zoon relatie: hoe goed en behulpzaam Johny wel was, dat hij nooit een vinger uitstak naar zijn ouders of iemand anders.

“Johnny is altijd mijne beste vriend geweest. Ik vind het erg dat hij daar moet zitten en hoe hij door het slijk wordt gehaald. De deur staat nog altijd voor hem open. Ik zou hem op m’n schouders naar huis dragen!” eindigde hij pathetisch.

Bron: Gazet van Antwerpen | 25 Januari 1990

Geweld als zelfbevestiging of als stunt

Het neuro-psychologen-team sprak donderdag op het Assisenproces in Tongeren het motief tegen dat Johnny Peters had opgegeven voor de moord op Guido Zwinnen.

“Het gaat hier niet om een motief dat gericht is tegen een bepaalde persoon, zeker geen passioneel motief. In het geval van Peters was het meer geweld als stunt, om zichzelf meer waarde te geven in de ogen van anderen. Voor Ludo Haenen was geweld iets wat tot het normale dagelijkse leven behoort, tot zijn persoonlijkheid en imago.”

Het verhaal van Peters als zou Haenen Guido Zwinnen twee kogels door het hoofd gejaagd hebben omdat die zijn vriendin tijdens een VNJ-bal in Bilzen had lastig gevallen toen hijzelf nog in de gevangenis zat, vond deskundige Frans Mesotten weinig overtuigend. “Haenen is niet het jaloerse type, niet de woesteling die plots, impulsief of in paniek handelt of iemand aanvalt. Hij is integendeel gesloten, hard en volhoudend. Hij is koelbloedig genoeg om niet te reageren als het niet moet. Weinig passie en geen compassie, zou ik zeggen.”

Zowel Haenen als Peters kwamen uit het psychiatrisch onderzoek naar voren als nogal achterdochtig en wantrouwig. Haenen beschouwde Peters als zijn mindere, want hijzelf had zich al bewezen. Hij heeft bijvoorbeeld geschoten op francofonen in café “Chez Liliane” in Voeren.

Bij Peters had men evenmin een duidelijk motief kunnen vinden, tenzij dat mededaderschap aan moord gezien kan worden als een soort narcistische zelfbevestiging. De man was in wezen angstig en trachtte die angst te compenseren door geweld en deelname aan bijvoorbeeld de VMO om zo zichzelf eigenwaarde te geven. Hij verzint straffe verhalen om zijn imago sterker te maken.

Voetafdrukken

Het onderzoek naar de zoolafdrukken bij de brandende wagen waarin het lijk van Guido Zwinnen lag was vernietigend voor Haenen. Deskundige prof. Paul Daenens verklaarde dat de afdrukken in de sneeuw weliswaar in grote lijnen overeenkwamen met de zool van de Wehrmacht-laarzen van Haenen. M. Van Braeckel van de School voor Criminologie was echter formeel: deze afdrukken zijn afkomstig van die bewuste laarzen.

Die herkenning is belangrijk, omdat de laarzen die afkomstig zijn van het Duitse leger, maar zeer zelden in België te vinden zijn. Bovendien had Haenen ze laten herstellen, en dat detail werd ook herkend. Danny Vanwerde van de Hasseltse GP vestigde de aandacht op de linker hielafdruk in de sneeuw.

Jan Verluyten uit Borgloon, een vriend van Haenen en Peters, getuigde dat hij samen met Peters een weekend naar Italië was geweest omdat Peters daar nog geld ging ophalen van verkoop van namaak-horloges. Peters had toen een klein wapen bij zich. Hij vertelde ook nog andere sterke verhalen waaruit moest blijken dat Peters helemaal niet het onbesprekelijke meelopertje was.

Voerenproces niet overdoen!

Tijdens de ondervragingen werd er herhaaldelijk verwezen naar de schietpartij op cafébezoekers in Voeren. Diens advocaat maakte zich daar herhaaldelijk boos over: “Het proces Voeren zit wel in het dossier. Waarom de overvallen die Peters op zijn kerfstok heeft, ook niet? Waar blijven de gelijke rechten van de verdediging?”

Vooraleer de zitting werd geheven, veerde de raadsheer waarschuwend recht: “Ik heb de indruk dat men hier het proces van Voeren wil overdoen. Morgen komt bijvoorbeeld de caféuitbater van ‘Chez Liliane’ getuigen. Maar er bestaat een arrest dat zegt dat er enkel verklaringen mogen worden afgelegd over feiten die in de akte van beschuldiging staat of over de moraliteit van de betichten. Als er gepleit wordt tegen dit arrest, dan hoop ik dat de voorzitter onderbreekt ofwel ook de Krijgsauditeur te Antwerpen als getuige oproept.”

Welke vragen vandaag beantwoord zullen worden, zal dus afhangen van de appreciatie van voorzitter Frère.

Bron: Gazet van Antwerpen | 26 Januari 1990

“Rijkswacht beschermt Peters”

Een rechtszaak zonder voor de hand liggend motief, zoals bij de moord op Guido Zwinnen in Bilzen, is altijd een gedroomd gegeven om de assisenjury van het eigen Grote Gelijk te overtuigen. Daarbij werd vooral uitgekeken naar het pleidooi van Mr. Vermassen. Hij stelde dat zijn cliënt Ludo Haenen door eerste betichte Johnny Peters in de val is gelokt, dat Peters een informant is van de rijkswacht en daarom beschermd wordt. Hij diste daarbij een uitgebreid verhaal op van een afrekening door de Italiaanse drugsmaffia, met Luxemburgse connecties.

Mr. Vermassen had de voorbije dagen aangekondigd ‘brandhout’ te zullen maken van het gerechtelijk onderzoek. Gisterenavond noemde hij het werk van de speurders en experten ‘boerenbedrog’ en ‘goochelkunst’. Dat zou er op gericht zijn om Peters te beschermen omdat die zou optreden als infiltrant in het internationale drugsmilieu. Sporen naar Peters’ schuld werden niet nagegaan.

Hij verwees naar de sporen van de laarzen, het voor Haenen wel meest compromitterende element in het proces - zijn ‘vingerafdruk’ of ‘identiteitsbewijs’ zoals de tegenpartij het uitdrukte.

De advocaat zei dat het onderzoek op dit vlak zeer onnauwkeurig is gebeurd: de foto’s zijn slecht genomen en er is met niet verfijnde technieken gewerkt. Hij beweerde ook bewijzen te hebben dat de voetsporen in Lierneux (bij de wagen waarin het lijk van Zwinnen verbrand werd) niet overeenstemt met de lengte van de schoenen van Haenen.

Mr. Vermassen: “Men heeft Peters onmiddellijk geloofd op z’n woord maar hij heeft de onderzoekers misleid. Ze hebben gezocht naar feiten die overeenkomsten vertonen en hebben de verschilpunten achterwege gelaten.

Volgens de verdediger hangt Peters maar een mistgordijn op en beschermt hij de ware mededaders: de Italiaanse drugmaffia, met een contactpersoon in Luxemburg. Zwinnen moest dood omdat hij Peters verraden heeft bij de politie van Lanaken.

“Het proces van Peters is niet het proces van de leugen maar dat van de waarheid”, stelde de verdediging van Peters. “Mijn cliënt is in zijn naïviteit geconfronteerd met een laffe moord en brandstichting. Hij heeft niets te verbergen. Daarom spreekt hij, in tegenstelling tot Haenen. Zijn verklaringen stroken volledig met de vaststellingen die door de onderzoekers gedaan zijn. Als hij eerst niet bekend heeft, dan is dat uit een panische schrik voor Haenen. Dat is morele dwang, en dus is hij niet strafbaar. Ik vraag de vrijspraak, zeker voor de betichting van moord.”

Procureur Fabienne Schraepen had eerder beide betichten beschuldigd van moord met voorbedachte rade. Ze vroeg de assisenjury ‘ja’ te antwoorden op alle gestelde schuldvragen.

Volgens haar is Haenen een ‘leugenaar’ en een ‘komediant’. “De vaststellingen van de deskundigen zijn objectieve bewijzen. Haenen heeft geen overtuigd alibi. Peters is ook schuldig aan moord. Je kan perfect een moord plegen zonder de trekker over te halen. Zonder zijn hulp was de moord niet mogelijk.”

Ook de burgerlijke partijen pleitten in die zin. Haenen werd beschouwd als hoofdrolspeler in deze moordzaak. “Zijn enige reactie is ‘mondje toe’. Hij heeft zijn VMO-lesje goed geleerd. Peters is in zijn hemd gezet door Haenen, die hij beschouwde als zijn idool. En Zwinnen, die was de verkeerde man op de verkeerde plaats. Op hem werden opgekropte anti-linkse frustraties op een moordende wijze botgevierd.”

Bron: Gazet van Antwerpen | 30 Januari 1990

Johny Peters veroordeeld tot twintig jaar

De overtuigingskracht van de ‘Italiaanse drugmaffia’-versie van Mr. Vermassen heeft gewonnen op de ‘objectieve bewijzen’ van experten en onderzoekers. Een kennelijk erg verdeelde jury heeft na ruim vier uur beraadslaging Ludo Haenen vrijgesproken van moord op Guido Zwinnen uit Lanaken.

Zijn medebetichte Johny Peters wordt beschouwd als de dader van én de moord te Bilzen en de verbranding van het lijk te Lierneux. Hij werd hiervoor tot 20 jaar veroordeeld. In de zaal speelden zich ontroerende taferelen af.

De beide betichten zelf reageerden eerder gelaten. Het duurde even vooraleer de draagwijdte van de uitspraak doordrong tot de vrouw van Haenen, maar enkele minuten later viel zij haar (vrije) man vreugdetranen huilend in de armen.

De vrouw van het slachtoffer Guido Zwinnen begon hysterisch met haar armen te zwaaien en moest uit de aal gedragen worden. “Ik weet zeker dat hij (Haenen) het geweest is!” herhaalde ze, terwijl de dokter haar een kalmeringsspuitje toediende. Voor haar blijft de pijnlijke vraag: wie zijn dan wel de daders?

De jury antwoordde, wat Haenen betreft, negatief op alle gestelde schuldvragen. Peters daarentegen werd schuldig geacht aan opzettelijke doodslag, met voorbedachte rade, en aan brandstichting van de wagen (met lijk) in het Ardense plaatsje Lierneux.

Geen tegenaanval

Noch de advocaten van de tegenpartijen, noch het openbaar ministerie zijn gisteren overtuigend in de tegenaanval gegaan op de stelling van de advocaat van Haenen als zou Peters een verklikker van de BOB zijn en moedwillig de hand boven het hoofd zijn gehouden.

Mr. Vermassen ontzenuwde één voor één de mogelijke motieven die werden aangehaald voor Haenen. “Er is geen aannemelijk motief om de schuld van mijn cliënt aan te duiden. Er zijn geen raakpunten tussen hem en het slachtoffer, wel tussen Peters en Zwinnen: Peters zocht voor de Italiaanse drugsmaffia kopers. Zwinnen wilde dar niet op ingaan en moest daarom een lesje geleerd worden. Peters zelf werkte mee uit wraak, want Zwinnen had hem ooit verraden bij de politie van Lanaken.”

Procureur Schraepen argumenteerde: “Mr. Vermassen heeft in zijn schitterend pleidooi verwarring proberen te zaaien onder de juryleden. Maar gebruik uw gezond verstand. Verkijk u niet op de details. Dit is de hoofdzaak: Haenen heeft zijn visitekaartje achtergelaten in Lierneux: zijn voetsporen.”

De burgerlijke partijen stelden dat zij “gechoqueerd” waren door de wijze waarop Mr. Vermassen de nagedachtenis van Zwinnen door het slijk heeft gesleurd. “Een kat die in het nauw wordt gedreven, maakt gekke sprongen”, zei Mr. Christoffels. “Er wordt veel geïnsinueerd maar waar zijn de bewijzen voor dit verhaal? Of zijn al die mensen die tijdens het hele onderzoek objectieve gegevens naar voren hebben gebracht, dan allemaal tegen Haenen? En mocht de ‘Italiaanse versie’ van Mr. Vermassen dan toch juist zijn, dan is de rol van Peters hierin nog verschrikkelijker. Het slachtoffer Zwinnen zelf blijft in beide gevallen onbesprekelijk.”

“Eigen graf gedolven”

“Stel dat de Italiaanse versie klopt, dan zou Peters een leugenaar zijn die zichzelf beschuldigt,” verwees Mr. Stassen zich namens Peters. “Het hoofdargument van Mr Vermassen als zou de Mika-afdruk gemanipuleerd zijn, is vals en dient maar om verwarring te zaaien. Bovendien had hij de deskundigen toch kunnen confronteren met zijn theorie. Dit is pure misleiding!”

Dit is de ramp van Peters,” verduidelijkte Mr. Similon vooraleer de jury zich zou terugtrekken om de strafmaat te bepalen: “Johnny Peters is begonnen als bluffer, hij is verder gesukkeld totdat hij zijn eigen graf gedolven heeft. Vast staat dat hij misbruikt werd, door wie ook. Laat hem niet het volle gewicht van de straf dragen.”

Peters zelf bleef, ook na de uitspraak van de jury, vasthouden aan de versie als zou Haenen de trekker hebben overgehaald: “Er staat hier nu geen moordenaar meer. Hij is weg.” “Dat mag u niet zeggen,” wees voorzitter Frère de betichte terecht. Ook de jury heeft hem daar kennelijk niet om gewaardeerd.

Bron: Gazet van Antwerpen | 31 Januari 1990

1,222

(17 replies, posted in Onderzoekspistes)

Lijk van Mean geïdentificeerd

Woensdag is de identiteit bekend geraakt van de man wiens lijk dinsdagmorgen omstreeks 6 uur was aangetroffen langs de rijksweg 35 te Mean. Het betreft luidens een identiteitskaart die is teruggevonden in een te Luik achtergelaten taxi, de 42-jarige Luxemburgse taximan Constantino Duarte Franco Rodriguez. In de taxi waren te Luik bloedsporen aangetroffen en vrij snel werd door de speurders een verband gelegd met het lijk dat dezelfde morgen te Mean was gevonden. Rodriguez woonde luidens de identiteitspapieren in een dorpje nabij Esch-sur-Alzette.

Bron: Gazet van Antwerpen | 23 September 1982

1,223

(2 replies, posted in Andere Personen)

Ibrahim Murat is de jongere broer van Kapllan Murat. Hij wordt begin november 1983 gearresteerd. Ibrahim Murat en twee medeplichtigen pleegden een overval in Zemst.

Uit een artikel van GVA:

(…) De speurders zijn gematigd optimist, vooral omdat ze toch de hand hebben kunnen leggen op Ibrahim Murat, de jongeren broer van Kapllan Murat uit Anderlecht. Deze laatste staat overigens al een heel tijdje bovenaan het lijstje van de op te sporen gangsters, doch hij is steeds de politie te vlug af geweest.

Daarom dat de politie in stilte hoopt met de arrestatie van zijn broer op het spoor van Kapllan te komen. Voorts intrigeert het de recherche dat Ibrahim Murat en zijn twee medeplichtigen, die wegens een overval te Zemst, begin november werden gearresteerd, een voorliefde aan de dag legt voor snelle wagens, zoals BMW en Porsche. Nochtans zijn dit voertuigen die door de Bende van Nijvel tot dusver bekend, niet zijn gebruikt. (…) Nochtans hebben de moordenaars van de restauranthouder te Ohain geprobeerd om de Porsche van de eigenaar te stelen, doch dit lukte ze niet. (*)

Anderzijds vindt de recherche het vreemd dat Ibrahim Kapllan en zijn twee handlangers bij de overval op de garagist te Zemst (2 op 3 november) het vuur niet hebben geopend, zoals de “gekke doders” van Waals-Brabant het doorgaans wel doen.

Bron: Gazet van Antwerpen | 15 November 1983

(*) De journalist wist waarschijnlijk niet dat Kapllan Murat de Porsche van Van Camp al eens had gestolen.

1,224

(29 replies, posted in Robotfoto's)

EricF wrote:

Francis Dossogne is de enige die ik hier voorbij heb zien komen met zo'n ringbaard zonder snor.

Eén van de hoofdverdachten voor Nijvel met een baard zoals op deze robotfoto is Eric Lammers. De gelijkenissen tussen deze robotfoto en Eric Lammers zijn opvallend groot.

1,225

(4 replies, posted in 1990-1999)

Als die vijf overvallers gewapend zijn en die elf militairen niet, dan is dat niet zo vreemd. In vredestijd lopen onze militairen niet de hele tijd gewapend rond. wink

1,226

(1 replies, posted in 1980-1989)

Samenvatting

  • Wat? Moord op Alain Ribeauville (°29/9/1960) door zijn vennoot Daniel Demanet. Ze hadden samen een bedrijf in tweedehandswagens en de ontmanteling voor oude karkassen en auto’s.

  • Wanneer? 4 juli 1988

  • Waar? De moord gebeurde in Wolvertem. Het lichaam werd gevonden in het kanaal van Willebroek, aan de Verbrande Brug » Google Maps

  • Modus operandi: Het lijk was in een deken gewikkeld en een touw was rond beide voeten en de hals gedraaid en op de rug dicht geknoopt. Deze techniek doet denken aan de techniek van het ‘incrapettamento’, wat typisch is voor de Italiaanse maffia.

  • Wapen? Het moordwapen was een jachtgeweer, van zwaar kaliber. Het werd echter nooit gevonden omdat het tot schroot werd herleid, samen met de auto waarin de dader het had verstopt.

  • Status: Opgelost. Daniel Demanet, de moordenaar, werd in 1990 tot 15 jaar dwangarbeid veroordeeld

Daniel Demanet:

https://i25.servimg.com/u/f25/11/22/12/24/daniel12.jpg

Drenkelingen te Grimbergen en Brussel geïdentificeerd

De twee drenkelingen die respectievelijk op 8 en 9 juli te Brussel en Grimbergen uit het water werden gehaald, zijn geïdentificeerd. Bovendien heeft het gerecht vastgesteld dat de man wiens gekneveld lijk in Grimbergen werd opgevist het slachtoffer is van een moord.

Het slachtoffer in Grimbergen is een 37-jarige Brusselaar wiens naam door de gerechtelijke diensten nog niet werd vrijgegeven. Het lijk werd nabij de Verbrande Brug uit het kanaal van Willebroek gehaald. Het was in een deken gewikkeld. Bovendien was een touw dat rond beide voeten en de hals was gedraaid op de rug dicht geknoopt. Een autopsie heeft uitgewezen dat de man is doodgeschoten. De kogel was via de linkerschouder in het lichaam gedrongen. (…)

Bron: Gazet van Antwerpen | 12 Juli 1988

Geen spoor in moordzaak te Grimbergen

In gerechtelijke kringen te Brussel werd dinsdag de volledige identiteit bekend gemaakt van de man die, gewikkeld in een deken en vermoord met een kogel in de linkerschouder, werd opgevist uit het kanaal van Willebroek ter hoogte van de Verbrande Brug te Grimbergen. Het betreft Alain Ribbauville, geboren op 29 september 1960 en ingeschreven de Smet-De-Naeyerlaan 486 te Jette. Tot nog toe werd geen enkel spoor in deze moordzaak gevonden.

Bron: Gazet van Antwerpen | 13 Juli 1988

Kanaalmoord van Grimbergen opgelost

Op 9 juni 1988 werd in het kanaal van Willebroek ter hoogte van de Humbeekbrug in Grimbergen het lijk gevonden van de 29-jarige Alain Ribeauville. Het was verpakt in een deken met touwen errond. Het slachtoffer was aan de linkerschouder gewond door een jachtkarabijn. De man, die aan de de Smet de Naeyerlaan 486 in Jette woonde, runde samen met Daniël Demanet, 26 jaar en wonende in de Posterijstraat in Grimbergen, een ontmantelingsbedrijf voor ouder karkassen en auto’s.

Kort na het vinden van het lijk werd Demanet verhoord, maar werd weldra weer vrijgelaten omdat de ondervraging geen resultaat afwierp. Maandenlang werden alle gegevens van het verhoor evenwel zeer zorgvuldig nagetrokken en het gevolg van het onderzoek was dat men de verdediging van Demanet kon ontkrachten.

Thans bekende hij alles en naar alle waarschijnlijkheid zal hij worden aangehouden.

Bron: Gazet van Antwerpen | 20 Januari 1989

Daniel Demanet spreekt van “onvrijwillige” moord

De 26-jarige Daniel Demanet die voor het Assisenhof van Brabant terecht staat wegend moord op zijn vennoot in Wolvertem, stelde op de eerste dag van zijn proces dat hij Alain Ribeauville “onvrijwillig” had gedood.

Op 4 juli 1988 schoot Demanet die samen met Ribeauville handel dreef in tweedehandswagens, zijn vennoot dood. Maandag zei beklaagde tot het hof dat het slachtoffer hem bedroog en geen verantwoording wilde afleggen. Zo verkocht hij een wagen zonder het akkoord te vragen van Demanet.

Pas zes maanden na de moord ging Demanet tot bekentenissen over. Dat gebeurde nadat zijn vriendin de gerechtelijke diensten had verteld over wat Demanet haar had gezegd, namelijk dat hij Ribeauville zou doden als hij geen uitleg verschafte over de verkoop van de auto. De vriendin verklaarde dat ze tot dan toe had gezwegen omdat Demanet haar had bedreigd.

Tijdens de namiddagzitting hoorden het hof en de uit tien vrouwen en twee mannen bestaande jury de getuigenissen van drie onderzoeksrechters en de wetsgeneesheren. Deze laatsten achtten het niet uitgesloten dat het slachtoffer werd gedood met een schot vanaf 25m. Op voorwaarde evenwel dat Demanet niet gelogen heeft over het type wapen dat werd gebruikt. Het wapen werd immers tot schroot herleid, samen met de auto waarin beklaagde het had verstopt.

Bron: Gazet van Antwerpen | 8 Mei 1990

Psychiaters: Demanet mentaal onevenwichtig

Voor het assisenhof van Brabant kwamen in het proces tegen Daniel Demanet, beschuldigd van de moord op Alain Ribeauville in Wolvertem, zijn handelspartner in een bedrijf van tweedehandswagens, de ballistische en psychiatrische experten, en de politie- en rijkswachtinspecteurs aan het woord. De namiddagzitting werd geschorst omdat één van de leden van het hof een dringend medisch onderzoek moest ondergaan.

Kolonel Stevens verklaarde dat de aanwijzingen die de beschuldigde gaf in verband met het moordwapen en de munitie, plausibel zijn. Het wapen was van een zwaar kaliber, en de schutter kon daarmee zijn slachtoffer vanop 20 meter afstand doden. De expert zei er wel bij dat hij het wapen niet kon onderzoeken, en dat het mogelijk blijft dat het schot van dichtbij gelost werd.

De psychiaters Dehon en Dossin meenden dat de beschuldigde in een staat van mentaal onevenwicht verkeerde waardoor hij soms niet in staat was zijn daden onder controle te houden.

Psycho-analyse

Daniel is een nerveuze jongeman, die zijn eigen bestaan als een “permanente catastrofe” beschouwt. Het verlies van zijn fysieke integriteit, als gevolg van de vele ongelukken die hij had, hebben een aanzienlijke bijdrage geleverd tot de vernietiging van zijn zelfbeeld. De psychiaters stelden voor Daniel Demanet in psycho-analyse te sturen, maar merkten op dat “men iemand die geen dorst heeft, niet te drinken kan geven”.

De fatale daad werd door de psychiatrische experten verklaard door het feit dat Demanet Alain Ribeauville wilde bedreigen, omdat hij hem beschouwde als zijn “kwelgeest”, de man die misbruik maakte van zijn vertrouwen en hem oplichtte. En omdat die bedreigingen niets uithaalden, ging hij nog een stap verder …

Verscheidene leden van de gerechtelijke politie en van de rijkswacht deden het relaas van de feiten. Pas na zes maanden had hij bekend. Officier Luc Leemans van de gerechtelijke politie leidde het onderzoek in de eerste dagen. Toen werden familieleden en vrienden van het slachtoffer ondervraagd, evenals de beschuldigde zelf. Die verklaarde aanvankelijk dat hij op 4 juli 1988 Alain Ribeauville rond de middag had verlaten, en sindsdien niet meer had weergezien. Hij opperde zelfs de hypothese van een “vlucht” naar het buitenland, want het slachtoffer was eerder veroordeeld met uitstel, maar zou zijn straf hebben moeten uitzitten.

Ettelijke maanden later liet de gewezen vriendin van het slachtoffer blijken dat zij Demanet verdacht. Waarop Demanet door de knieën ging. Hij bekende dat hij zijn partner doodde met een jachtgeweer.

Bron: Gazet van Antwerpen | 9 Mei 1990

De lijdensweg van Marie-Claire

Marie-Claire, die sinds 1982 samenleefde met Daniel Demanet, heeft woensdag haar lijdensweg verteld voor het Assisenhof van Brabant, waarvoor Demanet terechtstaat op beschuldig van moord op zijn vennoot Alain Ribeauville.

Toen beklaagde op 4 juli 1988, dag van de feiten, thuis komt, “was hij helemaal wit, en zag er nogal aangedaan uit”, aldus getuige. Hei zei: Ik deed het, waarmee hij bedoelde dat hij zijn vennoot had omgebracht omdat die hem oplichtte.

Marie-Claire leefde dan nog zes maanden samen met Demanet die ze beschreef als gecomplexeerd, streng en agressief, maar waarvan ze vooral wist dat hij een moord beging en die haar bedreigde als ze ooit over zou reppen. Ze vroeg hem ook elders te gaan wonen, wat hij weigerde.

Bron: Gazet van Antwerpen | 10 Mei 1990

Ongeval bezorgde Demanet complex

Op het proces van Daniel Demanet, die beschuldigd wordt van moord op zijn vennoot, getuigden donderdag de ouders van beklaagde.

Ze zegden dat Daniel een normale jeugd kende tot hij op zijn zestiende zwaar gewond raakte toen vuurwerk in zijn handen ontplofte. Hij verloor enkele vingers, lag anderhalf jaar in het ziekenhuis en zijn handen functioneerden niet meer normaal. Zijn studies leden eronder en hij hield er een behoorlijk complex aan over, vooral tegenover zijn vrienden die daardoor “veel invloed op hem hadden”.

Hij leerde evenwel automechanica en het leven leek hem weer toe te lachen. Met zijn eerste vennoot had hij een ernstig meningsverschil en hij werd een grote illusie armer. Maar, zeiden zijn ouders, hij beet door. Toen Ribeauville, zijn nieuwe partner in zaken, ervan verdacht dezelfde weg op te gaan begon hij te drinken.

De zitting werd dan geschorst omdat het Hof op zoek ging naar de tas - “waar het slachtoffer nooit van scheidde” - in de hoop daar belangrijke documenten in te vinden. De hooggespannen verwachting werd ’s namiddags evenwel niet ingelost. De tas bleek zowat de “vliegende boekhouding” van Ribeauville te zijn: een indrukwekkende reeks facturen, al dan niet betaald, maar zonder verder belang.

Bron: Gazet van Antwerpen | 11 Mei 1990

“Ribeauville wou alleen maar gelukkig zijn”

Voor het assisenhof van Brabant werd vrijdag een belangrijk getuigenis afgelegd door Camille Ribeauville, de vader van Alain die op 4 juli 1988 werd vermoord door zijn vennoot Daniel Demanet.

Vader Ribeauville schetste een flatterend portret van zijn zoon, die “begrepen had dat zijn fouten en vergissingen uit het verleden tot niets dienden en die besloten had een normaal leven te leiden, met zijn gezellin Godelieve A. en haar dochtertje”.

“Alain hield van het leven en van de omgang met mensen. Hij had een eerbare carrière willen uitbouwen door een eigen zaak op te richten. Voor alles wou hij een gelukkig gezien, waar liefde en begrip belangrijk zijn. De beschuldigde omschreef hem als iemand die combines opzetten om zijn vroegere schulden weg te werken. Niets is minder waar. Alain had zijn leven volledig veranderd”, zei de vader van het slachtoffer die de debatten heel wat meer diepgang bezorgde.

Vervolgens kwamen de advocaten van de burgerlijke partij, onder meer Godelieve A. en haar dochter, aan het woord. Mr. Callewaert benadrukte het feit dat Demanet zijn slachtoffer had geslagen “als een hond” voor hij hem doodde. De beschuldigde dreef zijn cynisme zover dat hij alle sporen van de moord zorgvuldig uitwiste, zodat het een half jaar duurde voor hij werd gevat.

Advertenties

Mr. De Quevy ging nader in op de kleine advertenties die Demanet in allerlei huis-aan-huis bladen plaatste om aan te tonen dat Ribeauville hem wou oplichten. “In de advertenties stond alleen het telefoonnummer van Demanet. Hij heeft de misdaad dus koelbloedig voorbereid en betoonde sindsdien geen wroeging. Hij verdient een straf die in overeenstemming is met de ernst van zijn daad”, besloot de advocaat.

Ook mr. Coquelet ging in op de moordplannen van Demnaet. Ze besteedde ook aandacht aan zijn leugens, eens hij verdachte nummer één was. De advocate herinnerde eraan dat moeder Ribeauville, die aan kanker lijdt, sinds de dood van haar zoon elke behandeling weigert omdat het leven voor haar geen zin meer heeft.

Mr. Mazy, die het openbaar ministerie waarneemt, trachtte aan te tonen dat Demanet met voorbedachte rade te werk ging. ’s Morgens bracht hij zijn jachtgeweer naar Wolvertem en probeerde hij het uit op enkele autowrakken. En toen hij verdacht werd loog hij ontelbare keren.

Maandag houdt de verdediging haar pleidooi.

Bron: Gazet van Antwerpen | 12 Mei 1990

Vijftien jaar voor Demanet

Het Assisenhof van Brabant heeft maandag de 26-jarige Daniel Demanet tot 15 jaar dwangarbeid veroordeeld. Zulks gebeurde nadat de jury hem schuldig had bevonden aan de moord op 4 juli 1988 in Wolvertem op de toen 27-jarige Alain Ribeauville. Het slachtoffer was Demanets vennoot in een bedrijfje van tweedehands auto’s.

Bron: Gazet van Antwerpen | 15 Mei 1990

1,227

(4 replies, posted in 1990-1999)

Samenvatting

  • Wat? Een wapenroof in een legerkamp van de Ardense Jagers.

  • Waar? Het legerkamp Koning Albert in Marche-en-Famenne » Google Maps

  • Wanneer? In de nacht van 10 op 11 juni 1990.

  • Wie? Onbekend

  • Status: Onopgelost

Buit:

  • 13 GP-revolvers

  • 3 Mini-MI-mitrailleurs

  • 5 FNC-geweren kaliber 5.56

  • Een duizendtal kogels.

Gewelddadige wapenroof in legerkamp van Marche

Rijkswacht en gerechtelijke politie hebben nog geen spoor gevonden van de gewapende inbrekers die zaterdag binnendrongen in het kamp Koning Albert te Marche-en-Famenne waar een eenheid van de Ardense Jagers gelegerd is. De dieven knevelden elf militairen en gingen aan de haal met een grote partij wapens en oorlogsmunitie.

Zaterdagochtend, meteen nadat één van de gegijzelde soldaten alarm had kunnen slaan, kwam een grootscheeps onderzoek op gang en werd een wedersamenstelling van de feiten gehouden. Zo bleek dat de dieven de hand hadden kunnen leggen op 13 GP-revolvers, 3 Mini-MI-mitrailleurs, 5 FNC-geweren kaliber 5.56 en een duizendtal kogels.

De vier of vijf gewapende inbrekers - daarover bestaat nog geen zekerheid - zijn binnen gedrongen langs de achterkant van het gebouw waar de Ardense Jagers verblijven. Ze verkenden eerst de troepenkamers waar er elf militairen - tien miliciens en één beroepsvrijwilliger - aanwezig waren. Die werden met geweld bijeen gedreven in één kamer en gekneveld.

Enkele militairen moesten daarop de inbrekers onder dwang naar de wapenkamer brengen. De deuren werden er opengebroken en de partij wapens en munitie die er opgeslagen lag, werd buitgemaakt.

Meteen daarna gingen de daders aan de haal en gaven de opgesloten Ardense Jagers te kennen dat ze een gijzelaar meenamen. De soldaten mochten de eerste vijftien minuten na het vertrek van de inbrekers geen alarm slaan, zonet zou de gijzelaar het moeten bekopen. Achteraf bleek dat gijzelaars-verhaal verzonnen om de vlucht te vergemakkelijken.

De inbrekers hebben de militairen niet bepaald zacht aangepakt. De soldaten werden geslagen en twee Ardense Jagers werden daarbij licht gewond en moesten naar het militaire ziekenhuis overgebracht worden.

Het militair kamp Koning Albert in Marche-en-Famenne is een zogenaamd “open kamp”. Van een afsluiting rond het 4.000 hectaren grote kamp is immers geen sprake.

De jongste overval op een legerkazerne in België dateert van 13 mei 1984. Toen werd in de nacht van zaterdag op zondag de kazerne van het derde regiment Ardense Jagers te Vielsalm overvallen. Er werden hoofdzakelijk geweren gestolen. Bij die overval werd een adjudant zwaargewond. Nog datzelfde jaar, begin maart, werd een wapendiefstal gepleegd in het legerarsenaal van Rocourt. Kort na de overval werd de korporaal van het arsenaal samen met vijf andere verdachten een tijdlang aangehouden.

Bron: Gazet van Antwerpen | 11 Juni 1990

Ook Maâche verdacht van wapenroof in Marche

Alhoewel er zeer weinig sporen en nog minder bewijzen zijn, wordt door de gerechtelijke diensten niet uitgesloten dat de wapenroof van zaterdag in Marche-en-Famenne het werk is van de Marokkaan Hassan Maâche. Deze meest gezochte gangster in ons land zou geholpen zijn door een man die vroeger zijn legerdienst deed in de kazerne van de Ardense Jagers.

Manche ontsnapte in juli 1989 uit de gevangenis van Lantin en pleegde nadien een reeks overvallen en diefstallen. Voor enkele weken werden twee van zijn bendeleden neergeschoten tijdens een overval op een wisselagent in Brussel.

Als Maâche inderdaad de wapenroof pleegde, samen met een medeplichtige, dan vermoedt het gerecht dat de gangster een nieuwe bende aan het vormen is.

Bron: Gazet van Antwerpen | 16 Juni 1990

Verdachten wapenroof Marche ingerekend

De rijkswacht van Brussel heeft twee kerels gearresteerd die worden verdacht betrokken te zijn geweest bij de wapendiefstal in de kazerne van de Ardense Jagers in Marche-en-Famenne, gepleegd in de nacht van 10 op 11 juni.

Vorige week had een achtervolging in Brussel plaats en op zeker ogenblik gooide een verdachte een wapen uit het raam van zijn wagen. Het bleek één van de 9mm-pistolen te zijn die in Marche werden gestolen. De verdachte kon ontsnappen maar werd later op de dag toch aangehouden.

Nadien werd nog een tweede verdachte ingerekend. Ofschoon de gerechtelijke instanties in Brussel geen commentaar wensen te verstrekken, ziet het er toch naar uit dat de daders niet in het terrorisme-milieu te worden gezocht.

Bron: Gazet van Antwerpen | 27 Juni 1990

Eén van de 38 gevangenen die in september 1983 uit de gevangenis van Doornik was ontsnapt:

Ontsnapte uit Doornik aangehouden te Brussel

Een gedetineerde, die ruim een maand geleden met een 30-tal anderen was ontsnapt uit de gevangenis van Doornik, kon door de Brusselse stadspolitie worden ingerekend. Het gaat om de genaamde Ramazan Tus, die een veroordeling opliep wegens handel in drugs. De politie trof de ontsnapte aan in de nabijheid van het metrostation Sint-Katelijne te Brussel.

Bron: Gazet van Antwerpen | 25 Oktober 1983

1,229

(177 replies, posted in Organisaties)

BOB'er verongelukt te Grand-Leuze

Dinsdagavond omstreeks 21u15 heeft zich een dodelijk ongeval voorgedaan op de rijksweg Doornik-Brussel te Chapelle-à-Wattines (Grand-Leuze). Een wagen die in de richting van Aat reed, is met geweld achteraan tegen een in dezelfde richting rijdende landbouwtrekker gebotst. De twee voertuigen kantelden in de gracht. De landbouwer kwam er met de schrik af, maar de autobestuurder was op slag dood. Het betreft Eddy Doyen (35), lid van de Bewakings- en Opsporingsbrigade van de rijkswacht te Aat. Een niet-geïdentificeerde vrouw die met hem meereed, werd in stervensgevaar naar de kliniek van Leuze overgebracht.

Bron: Gazet van Antwerpen | 9 September 1982

1,230

(10 replies, posted in 1990-1999)

De man was 60 jaar oud en 1m75 groot. Zo heb ik het lang geleden eens opgeschreven in één van mijn notitieboekjes (toen ik het jammer genoeg niet zo belangrijk vond om ook op te schrijven waar die info vandaan komt).