121

(76 replies, posted in Bende Bouhouche-Beijer)

Sensationele wapenvondst politie België

De wegens het uitblijven van succes in het onderzoek naar de Bende van Nijvel vaak verguisde speurders uit die Belgische gemeente, hebben een sensationele vondst gedaan die wellicht enige klaarheid brengt in deze en een andere geruchtmakende affaire. In een garagebox onder een flatgebouw in de Brusselse gemeente Sint-Lambrechts-Woluwe troffen zij het gehele arsenaal super-moderne wapens aan dat op oudejaarsnacht 1981 onder de neus van de fameuze anti-terreurgroep Dyane werd gestolen uit de Rijkswachtkazerne in Etterbeek.

Ook de collectie die op 15 mei 1985 gestolen werd bij verzamelaar Juan Mendez-Blaya - de topman van wapenproducent FN die op 7 januari 1986 vermoord werd - vonden de Nijvelse dienders in de garagebox. De vondst dateert al van vorige week maandag, maar werd pas gisteren bekend.

Beschamend

Uit de zwaar bewaakte kwartieren van de Belgische terreurbestrijders werd in de eerste nacht van het jaar 1982 tien uiterst moderne Heckler + Koch-machinepistolen gestolen, evenals vijf Riotguns, vijf FAL-geweren, twee zware pistolen en een grote hoeveelheid munitie. De wapens werden afgevoerd met een auto van de groep Dyane zelf. Onder de wapens die na de moord op Juan Mendez in diens huis boven water kwamen, bevond zich een Heckler + Koch-machinepistool, dat van de groep Dyane afkomstig was.

Op verdenking van de moord op Mendez werd een maand later de ex-Rijkswachter en inmiddels tot wapenhandelaar omgeschoolde Madani Bouhouche gearresteerd. Bij hem werd niet alleen het wapen gevonden waarmee Mendez om het leven was gebracht, maar ook een bij de groep Dyane gestolen Riotgun en enkele wapens uit de collectie-Mendez.

Bron: De Telegraaf | 19 November 1987

122

(561 replies, posted in Bende Bouhouche-Beijer)

De directeur wist te veel

Zelden werd zo duidelijk aangetoond wat voor wespennest de internationale wapenhandel is als na de moord op Juan Mendez, directeur van de FN-wapenfabrieken in Herstal bij Luik. Wie de moord pleegde en waarom zal wel nooit duidelijk worden, maar het onderzoek bracht een onvoorstelbare reeks schandalen aan het licht. Onze verslaggevers 'KORVER & !GOVAARS berichten in dé tweede aflevering van de serie "Makelaars van de dood" over de zaak Mendez: cocaïnehandel, chantage, corrupte politie en illegale wapenleveranties.

Nijvel, zaterdag. Het was zo te zien een pechgeval op een koude, donkere januari-ochtend. Op de vluchtstrook van de drukke autosnelweg Brussel-Namen sloot een man het portier van een gestrande auto af en liep weg.

Vanuit de voorbijsnellende auto's was niet te zien dat er nog iemand in de wagen was achtergebleven. Hij lag onderuit gezakt op de bestuurdersplaats. Vier kogels uit een FN 7.65-pistool waren hem van korte afstand in het hoofd geschoten en twee andere hadden hem in de hartstreek getroffen. De dader kon er zeker van zijn dat de man dood was, voor hij de sleutel uit het slot trok.

Het jaar 1986 was precies zeven dagen oud, maar de moord zou de gemoederen tot op de dag van vandaag bezig houden. Het slachtoffer werd voor negenen ontdekt en de Rijkswacht begreep dat dit een zaak met een heel delicaat karakter zou worden. De dode man op de bestuurdersplaats was namelijk Juan Mendez, 34 jaar, een van de directeuren van de wereldbekende FN-fabrieken. Sinds 1981 was hij verantwoordelijk voor de leverantie van tienduizenden wapens aan het troebele Midden- en Zuid-Amerika. Nu omgebracht met z'n eigen produkt. De Rijkswacht sprak dus al gauw van: "Een executie", "Huurmoordenaars", "Politiek in het spel", mogelijk ook een "Regering op de achtergrond".

Maar nu, anderhalf jaar later, is men er nog steeds niet uit. Heel wat stukjes van de legpuzzel heeft men op tafel gekregen. Elk stukje goed voor een opzienbarend schandaal. Maar niemand weet hoe ze precies in elkaar passen. Want de gigantische belangen van de wapenhandel zijn met zoveel rookgordijnen omgeven dat niets vaststaat; elke leugen kan waarheid bevatten en elk bewijs kan vals zijn. Na negentien maanden werd zelfs de leider van het onderzoek in de boeien geslagen, waardoor de waarde van de door hem getekende processen-verbaal twijfelachtig is geworden...

Juan Mendez leek niet voorbestemd om te sterven door een kogel. Zoals het ook niet in de lijn der verwachtingen lag dat hij tot directeur benoemd zou worden van een van de machtigste wapenfabrieken van Europa. Een topman van de Fabrique Nationale d'Armes de Guerre (FN), een van de grootste industrieën van België met een omzet van ver boven 1 miljard gulden per jaar.

In 1960 emigreerde z'n vader uit Spanje naar Brussel. Mendez senior was tolk Spaans/Frans en Spaans/Engels. In Brussel, de hoofdstad van de Europese Gemeenschap vond hij met die kwaliteiten veel emplooi en richtte er na enige jaren een vertaalbureau op dat veel vertrouwelijke opdrachten van de Europese top kreeg. De jonge Juan doorliep de beste scholen in Brussel, waarna hij een gerenommeerde handelsopleiding volgde. Daarna trad hij bij zijn vader in dienst als tolk-vertaler. Hij deed daar veel internationale contacten op en leerde discreet om te gaan met de zaken die hij beroepshalve te horen kreeg. Al jong kreeg hij zo een reputatie in de betere kringen en op basis daarvan werd hij al op z'n negenentwintigste - en inmiddels tot Belg genaturaliseerd - gevraagd als directeur van de Fabrique Nationale in Herstal. Daar was door onverwachte omstandigheden een vacature ontstaan: de directeur Midden- en Zuid-Amerika had ontslag moeten nemen. Hij werd ervan verdacht aan landen in dat werelddeel wapens geleverd te hebben die met cocaïne werden betaald. Die voorganger was de uit Peru afkomstige Carlos Davilla del Pielago.

Madani Bouhouche, een van de onderzoekers in die affaire, kon de bewijzen niet keihard op tafel brengen, zodat de directeur werd ontslagen van rechtsvervolging. Maar zijn reputatie was al te veel bezoedeld. Ook al omdat z'n neef wel voor die drugshandel kon worden gearresteerd. Die was manager van de El Puma-bar in Brussel, merkwaardig genoeg eigendom van Davilla. Die bar was gebruikt als dekmantel voor cocaïne-transacties.

Zo maakte Juan Mendez onverwacht zijn entree in de internationale wapenhandel. Een wereld waarin discretie met nog veel grotere letters wordt geschreven dan in de kringen van tolken en vertalers. Hij startte in de gouden jaren van de Belgische wapen-export waarin de omzet met sprongen vooruit ging. In 1982 bereikte men een omzet van 4 miljard gulden. De Fabrique Nationale en de munitie-gigant Poudreries Réunis de Belgique hadden daarin een leeuwedeel. Het was een verdubbeling van de omzet van 1981 en zelfs drie keer zoveel als in 1980.

Maar na vijf jaar wilde hij terug naar de beschermde wereld van het vertaalbureau. Weg uit de schemerwereld van de internationale wapenhandel, waarin alleen geld en politieke belangen tellen en waarin gerespecteerde diplomaten en gehaaide advocaten niet te onderscheiden zijn van witte boordenmisdadigers. "De ware reden van het aanbieden van zijn ontslag is nog steeds een mysterie," vertelt een onderzoeker van de Bijzondere Opsporings Brigade (BOB). "Maar het is wel duidelijk dat hij erg veel wist over zaken die politiek uiterst gevoelig liggen."

Zo bleek uit in beslag genomen papieren in het kantoor van de vermoorde directeur dat er illegaal voor 18 miljoen gulden FN-machinegeweren aan de Surinaamse dictator Desi Bouterse was geleverd. Omdat België officieel niet aan Bouterse mag leveren, was het transport gedekt door documenten waarin Zaïre als eindbestemming was opgegeven.

Een buitengewoon vreemde zaak was ook de arrestatie in Frankrijk van de Amerikaanse wapenhandelaar Douglas Stowell. Die was door Mendez aangetrokken als bemiddelaar voor de verkoop van FN-wapens aan Latijns- Amerikaanse regeringen. Stowell woonde in Honduras en het Zwitserse Gstaad, maar werd najaar 1985 door de Franse douane gearresteerd na een bezoek aan de fabriek. In zijn peperdure Ferrari werd een grote hoeveelheid documentatie over zware wapens en gevechtshelikopters gevonden. Noodlottig werden hem echter vier nieuwe FN-pistolen die hem als monster door Mendez waren meegegeven. De bijbehorende papieren klopten niet.

"Criminelen die wapens aan de onderwereld leveren worden op die manier gepakt, maar een man als Stowell die op dit niveau zaken doet, kan zo niet tegen de lamp lopen. Die weet zich altijd gedekt," legt de BOB-speurder uit. "Het leek er op dat hij er in was geluisd. Hij werd ingesloten in Metz op verdenking van illegale wapenleveranties aan Nicaragua. Maar wie hem dit geflikt heeft bleef onduidelijk." De Franse justitie hoorde Juan Mendez over de foute papieren en het reilen en zeilen van Douglas Stowell en had al de afspraak voor een tweede onderhoud gemaakt. Dat ging echter niet door. Mendez werd vermoord.

Welk complot er achter de moord zat en wie de executie had uitgevoerd, kon het rechercheteam onder leiding van Rijkswacht-kapitein Jacques Rousseau en BOB-adjudant Guy Goffinon, niet achterhalen. Wel stuitte men op andere zaken die inzicht gaven in de duistere wereld van de wapenhandel. Zo ontdekte men dat Madani Bouhouche - de BOB-rechercheur die onderzoek had gedaan naar de vermeende drugshandel van Mendez' voorganger Davilla - zelf wapenhandelaar was geworden. Hij had de politiedienst moeten verlaten omdat hij op illegale wapenhandel was betrapt. In zijn nieuwe broodwinning onderhield hij contacten met Mendez, het directielid van de grootste wapenindustrie in België.

Maar nog verwonderlijker was dat Bouhouche op de bewuste januari-morgen juist bij mevrouw Mendez op bezoek was toen de Rijkswacht haar het bericht kwam brengen van de gewelddadige dood van haar echtgenoot. Hij had zich daar 's morgens kort na acht uur aangediend omdat hij, volgens eigen zeggen, op dat ongebruikelijke tijdstip een afspraak met haar man had. Toen die niet thuis bleek, was hem aangeboden te wachten op diens terugkeer.

De omstandigheden werden zo verdacht gevonden dat huiszoeking werd gedaan in de woning van Bouhouche in Jette. Zonder resultaat. Maar bij een tweede huiszoeking, enige tijd later, werd een wapen gevonden. Volgens een expert waren hiermee de dodelijke schoten gelost. De verdachte ontkende in alle staten en zijn verdediger vroeg zich af hoe een zo belangrijk bewijsstuk bij de eerste huiszoeking over het hoofd kon zijn gezien.

De vraag werd actueel of ook hier geheimzinnige krachten in het spel waren die Bouhouche, net als de Amerikaanse wapenhandelaar Douglas Stowell, koste wat kost buiten spel wilden zetten. De verdediging liet het wapen voor alle zekerheid óók door een wapenexpert bekijken. Die kwam tot de conclusie dat het twijfelachtig was dat dit het moordwapen was. Niettemin wordt de ex-rechercheur in arrest gehouden.

Een woordvoerder van het parket van de Procureur des Konings in Nijvel verklaarde: "Hoewel niet vaststaat dat hij de dodelijke schoten gelost heeft, zijn wij toch van mening dat hij medeplichtig is." Die veronderstelling werd mede ingegeven door de vlucht van Jean Bultot, de adjunct-directeur van de gevangenis in Sint Gillis. Op de dag dat het nieuws over de arrestatie van Bouhouche wereldkundig werd, vertrok hij met de noorderzon. Later bleek dat hij naar Paraguay was uitgeweken.

Na anderhalf jaar onderzoek was de balans bizar:

  • Een directeur van de wapenfabriek geliquideerd.

  • Z'n voorganger Carlos Davilla ontslagen op verdenking wapens in ruil voor cocaïne geleverd te hebben.

  • De rechercheur Bouhouche die deze zaak onderzocht, ontslagen wegens illegale wapenhandel.

  • Een medewerker van Mendez gearresteerd in Franrijk op verdenking van wapensmokkel naar Nicaragua.

  • Arrestatie van ex-rechercheur Bouhouche na het vinden van het mogelijke moordwapen.

  • De adjunct-driecteur van 'n gevangenis gevlucht naar Paraguay.

Een reeks van gebeurtenissen overeenkomstig de verzuchting van de Franse wapenhandelaar prins Michel de Bourbon: "Ik ontmoet in dit werk figuren die de meest obscure romanschrijver niet zou kunnen bedenken." Maar ook de situaties in de Mendez-affaire grenzen aan het ongelooflijke. Zo had de vermoorde FN-directeur een privé-collectie curieuze wapens. Hóe curieus bleek pas toen men er na zijn dood een Heckler & Koch machinepistool in aantrof dat was gestolen van de Belgische terreurbestrijdings-organisatie Diane.

Er waren ook berichten dat de Riot-gun waarmee de bende van Nijvel jarenlang dood en verderf zaaide in België, in de verzameling was aangetroffen. Dat werd later door de Procureur des Konings tegengesproken, maar de RTBF, de Franstalige Belgische televisie verklaarde het bericht uit zulke betrouwbare bronnen te hebben vernomen, dat men er geen woord van wilde terugnemen.

Mysterie, mysterie. Het onderzoek leek er in vast te lopen. Maar eind juli van dit jaar kondigde Rijkswacht-kapitein Jacques Rousseau aan een opening te hebben gevonden. Hij was achter de verblijfplaats van Jean Bultot gekomen en zou persoonlijk naar Paraguay reizen om de ex-gevangenis-directeur aan de tand ts voelen over zijn vermeende rol in de Mendez affaire. Het lag voor de hand dat Guy Goffinon, de BOB-adjudant die het grootste gedeelte van het veldwerk had gedaan, mee zou gaan.

Maar Rousseau wist het zó te plooien dat hij alléén naar Paraguay kon reizen. Een paar dagen later bereikte het Mendez-onderzoek z'n absolute dieptepunt. Rousseau, de leider van het onderzoek, werd zelf in de boeien geslagen. Beschuldiging: afpersing.

Een betoverend mooie vrouw uit Zaïre speelde daarin een sleutelrol. Ze was de eigenaresse van de "Samourai Club", die gevestigd was in een villa te Waver waar heren uit de betere kringen zich graag lieten verwennen. Tot haar relaties behoorde onder meer een bekende Belgische brouwerij-directeur. Die had deze Marie-Michèle meermalen geschreven hoezeer hij naar haar verlangde. Dat zou hem nog lelijk opbreken. Een onbekende vroeg in ruil voor die brieven een bedrag van 400.000 gulden.

In plaats van te betalen ging de brouwer naar de gerechtelijke politie. Die zette een val op. Het geld moest in opdracht van de afperser in een auto worden neergelegd die op een parkeerplaats stond langs de autosnelweg naar Namen. Tot verbijstering van de politie die zich rond de parkeerplaats had verscholen, bleek de man die het geld kwam ophalen, een hoge collega van een andere recherchedienst te zijn: Jacques Rousseau (36), tot dan de onkreukbare leider van het mysterieuze Mendez-onderzoek...

Dat betekende dat ook Rousseau in de boeien werd geslagen en de veelbelovende reis naar Paraguay niet doorging. Bovendien kwam het hele onderzoek op losse schroeven te staan. Want met name de verdediging van Bouhouche, de ex-speurder van de Bijzondere Opsporings Brigade, bij wie op zo'n merkwaardige manier het "moordwapen" zou zijn gevonden, stelt alles in het werk om de door Rousseau getekende processen-verbaal ongeldig te laten verklaren. In Brussel verzucht onze BOB-informant: "Elke keer als we denken een stap in de goede richting gezet te hebben, zijn er opeens weer totaal onverwachte ontwikkelingen. Je krijgt onwillekeurig de indruk dat er hogere machten aan het werk zijn. Het lijkt wel of deze affaire niet mag worden opgelost. Mendez wist te veel."

Bron: De Telegraaf | Ron Govaars en Henny Korver | 29 Augustus 1987

123

(13 replies, posted in 1980-1989)

Moord wellicht gevolg illegale wapentransporten

De justitie in het Belgische Nijvel onderzoekt of de moord begin van dit jaar op de wapenhandelaar Juan Mendez Blaya mogelijk iets te maken heeft met illegale wapentransporten van België naar Suriname. Mendez, commercieel directeur van de wapenfabriek FN in Herstal, was bij FN verantwoordelijk voor de verkoop van wapens aan Zuidamerikaanse landen. Begin 1985 maakte onze krant op basis van zes verkoopcontracten bekend, dat FN via Londen en Argentinië voor ruim vier miljoen gulden aan wapens en munitie aan het Surinaamse militaire bewind had verkocht.

Bron: Algemeen Dagblad | 5 Mei 1986

124

(92 replies, posted in Bewijsstukken)

Politie vindt wapen Nijvel-bende

Een Riot Gun, een van de wapens die op 27 september 1985 door de zogenaamde bende van Nijvel werden gebruikt bij de bloedige overval op een supermarkt in Overijse-Jezus-Eik, is door de Belgische politie teruggevonden in de curieuze wapencollectie van Juan Mendez-Blaya, de op 7 januari jl. vermoorde directeur van de FN Wapenfabrieken nabij Luik, aldus twee Belgische dagbladen.

Ook na de formele ontkenning van deze vondst door de Procureur des Konings [Jean Deprêtre] (officier van justitie) in Nijvel werd de bewering staande gehouden door de RTBF, de Franstalige Belgische televisie.

De aan de bende van Nijvel toegeschreven overvallen kenmerkten zich niet alleen door niets ontziende en redeloze willekeur waarmee 28 onschuldige mannen, vrouwen en kinderen in koelen bloede om het leven werden gebracht. De aanslagen, die in 1982 begonnen, onderscheidden zich ook door een aanpak die wees op een militaire of para-militaire training van de daders en op een ruime kennis van de procedures bij de Rijkswacht en van de tekortkomingen in haar structuur. Van die kennis werd steeds een voordelig gebruik gemaakt bij de keuze van de doelwitten en de vlucht na afloop van de aanslagen.

In de wapenverzameling van de vermoorde FN-baas werd ook een Heckler & Koch-machinepistool gevonden, dat deel uitmaakte van een partij wapens die op Oudejaarsdag 1981 werd gestolen uit het Brusselse onderkomen van de speciale terreurbestrijdingseenheid Dyane van de Rijkswacht.

Een van de mensen die verdacht wordt van medeplichtigheid aan deze wapendiefstal is ex-Rijkswachter Madani Bouhouche (33), een goede vriend van FN-directeur Mendez-Blaya. Bouhouche werd eind januari gearresteerd, nadat bij hem thuis het 9 mm pistool was aangetroffen waarmee Mendez om het leven was gebracht. Bouhouche ontkent tot nu toe iedere bemoeienis met de dood van zijn vriend.

Bron: De Telegraaf | 24 Februari 1986

125

(16 replies, posted in Organisaties)

Belgische wapenfabriek wespennest

Dat de legale wapenhandel zich al te vaak van duistere praktijken bedient, wordt langzaam maar zeker duidelijk uit het onderzoek dat de Belgische justitie instelt naar de moord op Juan Mendez Blaya (34), commercieel directeur van de wapenfabriek FN in Luik. Mendez werd vorige week dinsdag vlakbij zijn huis in de Brusselse voorstad Overijse dood in zijn auto gevonden. Hij was door een oor, een oog, zijn hals en borst geschoten met zes kogels. Geld en waardepapieren zaten onaangeroerd in zijn binnenzak. "Een professioneel uitgevoerde executie, oordeelt de Rijkswacht, die nog geen spoor van de daders heeft.

Comfortabel leven

Voor het oog van de wereld leefde Mendez, zoon van een Spaanse tolk die in 1960 naar België emigreerde uit ongenoegen over het bewind van Franco, een uitermate comfortabel en rustig leven. Hij gedroeg zich als een hidalgo, een Spaanse aristocraat, en werd benijd om het succes dat hij had. Na zijn handelsstudie aan een gerenommeerd Brussels instituut werkte hij bij het vertaalbureau van zijn vader, dat veel en vertrouwelijk werk voor de Europese Gemeenschap verricht. Mendez reisde over de wereld en beschikte over voortreffelijke internationale contacten. Dat was voor een talentenjager in 1981 reden om hem in opdracht van de FN-fabrieken te benaderen voor de opvolging van de directeur Midden- en Zuid-Amerika, de Peruaan Carlos Davilla del Pielago, die het veld moest ruimen, omdat hij Zuidamerikaanse regimes wapens leverde in ruil voor cocaïne.

Geen bewijzen

Vervolgd is Davilla, die ook voor de Amerikaanse geheime dienst CIA werkte, nooit, omdat de Belgische justitie de bewijzen tegen hem niet rond kreeg. Wel werd Davilla’s neef veroordeeld wegens handel in verdovende middelen, waarbij zijn ooms bar El Puma in Brussel en een daarnaast gelegen winkeltje in Peruaanse souvenirs 1 als dekmantel werden gebruikt.

Het onderzoek tegen Davilla werd geleid door Madani Bouhouche van de Bijzondere Opsporingsbrigade (BOB), die niet lang daarna zelf wegens illegale wapenhandel werd vervolgd. Wie schetst de verbazing van de rijkswachters die mevrouw Mendez vorige week kwamen vertellen dat haar man was vermoord en haar aantroffen in gezelschap van Bouhouche, die een zakelijke afspraak met hem had. Bouhouche is tegenwoordig wapenhandelaar. Legaal.

Nader onderzoek wees uit dat Mendez helemaal niet zo’n rustig bestaan leidde. Met Bouhouche bezocht hij de extreemrechtse schietvereniging Practical Pistol Club of Belgium, waarvan de leden zich in antiterreurtechnieken bekwamen "voor het geval dat”.

Leden

De club is opgericht door enkele wapenhandelaars en commando’s. Lid ervan zijn bekende Belgische huurlingen, Rijkswachters, particuliere bewakers en sympathisanten van de extreem-rechtse groepering Front de la Jeunesse, die bekend staat om haar vreemdelingenhaat. Lid zijn ook de wegens illegale wapenhandel veroordeelde ex-gevangenisdirecteur Jean Bultot en een agent van de veiligheidsdienst van de Europese ministerraad, Robert Thomas, van wie bekend is dat hij nauwe banden met de Amerikaanse federale politie FBI onderhoudt.

Met allen was Mendez, die op de scherpschutterslijst van de club de zestiende plaats inneemt, min of meer bevriend. Het vermoeden dat Mendez, via zijn schietclub illegale wapenhandelaars bevoorraadde, ligt voor de hand.

Te meer daar de Nederlandse, Westduitse en Franse politie al in 1982 vermoedden dat bij FN de zwarte produktielijn was opgezet en het bovendien opmerkelijk vonden dat vele FN-wapens die bij criminelen opdoken, pas na de ontdekking als gestolen werden opgegeven.

De procureur van de Koning in Nijvel, die de supervisie over het onderzoek naar de moord op Mendez heeft, gelooft niet dat de daders in de illegale wapenhandel moeten worden gezocht. Een van de rechercheurs die aan de zaak werkt, zegt: "De wijze waarop Mendez is vermoord, doet denken aan huurmoordenaars. Wij vermoeden ook dat er politiek in het spel is. Er zou wel eens een regering op de achtergrond kunnen staan.”

Stowell

In dat verband is de relatie van Mendez met de Amerikaanse wapenhandelaar Douglas Stowell interessant. Stowell, van wie wordt gezegd dat hij iets met de CIA heeft te maken, zucht in een Noord franse gevangenis wegens de illegale import van vuurwapens. Stowell, die officieel in Tegucigalpa in Honduras woont, maar ook een huis in het Zwitserse Gstaad heeft, werd in november aan de Belgisch-Franse grens met zijn peperdure, zwarte Ferrari aangehouden. Hij kwam van Mendez, die hem vier nieuwe FN-pistolen had gegeven met ondeugdelijke papieren. In de wagen werden ook mitrailleurs gevonden en een gigantische hoeveelheid documentatie over zware wapens en gevechtshelikopters. Voor de wapens had Stowell geen vergunning en hij kon ook geen redelijke verklaring voor het bezit ervan geven. Mendez erkende alleen de gift van de vier pistolen.

Pierre Stievenaert, woordvoerder van de FN-fabrieken, bevestigt dat Mendez vorig jaar Stowell bij de fabriek introduceerde als bemiddelaar voor de verkoop van wapens aan Latijns-Amerikaanse regeringen. „En Mendez heeft een fout gemaakt door Stowell de verkeerde papieren bij de pistolen mee te geven,” zegt hij. "Verder onthoudt de fabriek zich van commentaar."

Honduras

Een theorie van de politie is dat Stowell de verbindingsman van FN met contrarevolutionairen in Honduras en/of Nicaragua. Wapenleveranties aan deze groeperingen kunnen niet legaal worden verzonden en daarvoor zouden Stowells betrekkingen met de CIA een oplossing bieden. Amerika steunt immers de contrarevolutionairen in Nicaragua en heeft er belang bij dat die van wapens worden voorzien. Met het oog op wapenleveranties aan Nicaraguaanse opstandelingen werd Mendez al na de arrestatie van Stowell door de Franse politie ondervraagd. Frankrijk heeft het vermoeden dat Stowell wapens uit België via Frankrijk en Zwitserland naar de grensstreek tussen Honduras en Nicaragua transporteerde. Een tweede verhoor van Mendez door de Franse politie werd door de moord verhinderd.

De Belgische politie heeft ontdekt dat veel werknemers van FN verwoede wapenverzamelaars zijn. Van Mendez was bekend dat hij een uitgebreide verzameling schiettuig in huis had, maar van zijn adjunct-directeur Alain Coesens niet.

Bij Coesens werd huiszoeking gedaan; er werden zeventtig vuurwapens en documenten in beslag genomen. Dit versterkt de geruchten dat Mendez met enkele FN-medewerkers een handel in door de fabriek afgekeurde vuurwapens had opgezet.

Ontslag

Dan is er nog de theorie dat Mendez de mond gesnoerd is omdat hij te veel van duistere praktijken wist en zich uit de wapenhandel wilde terugtrekken. Onlangs nam Juan Menlez Blaya ontslag als directeur van FN. Hij wilde weer voor het door zijn vader opgezette en nu door zijn zuster geleide vertaalbureau gaan werken. Het waarom daarvan is slechts een van de vele vragen waarop de Belgische justitie het antwoord zoekt.

Bron: Algemeen Dagblad | 18 Januari 1986

126

(21 replies, posted in Westland New Post)

Maandag begint in Brussel proces in verband met mysterieuze moorden in rechtse groep

Maandag begint voor het assisenhof in Brussel een proces tegen twee mannen die verdacht worden executies te hebben uitgevoerd en documenten te hebben gestolen van de Navo en de Generale Staf van België. Ook zouden zij lid zijn geweest van de verboden neo-naziclub Westland New Post.

De zaak is interessant omdat het gaat om politieke afrekeningen in extremistische politieke milieus en om de ledenlijst van de organisatie. De laatste zou namen van beroepsmilitairen en leden van de Staatsveiligheid bevatten. De zaak is aan het rollen gekomen toen de politie van de Brusselse gemeente Vorst in augustus 1983 een man aanhield die zojuist op een Noordafrikaan had geschoten. Bij de arrestant, Marcel Barbier, werd vervolgens huiszoeking verricht.

Er werd beslag gelegd op diverse wapens, mappen met instructies voor paramilitaire eenheden, plannen voor ontvoeringen en verslagen van oefeningen. Verder werden gegevens aangetroffen over het bestaan van Westland New Post (WNP), die in de plaats was getreden van het verboden Front de la Jeunesse, een extreem rechtse en paramilitaire organisatie die krachtens een wettelijk verbod op dergelijke clubjes leek te zijn opgedoekt. Tevens werden enkele plastic zakken aangetroffen met geheime telexen en Navo-documenten die blijkbaar afkomstig waren van de Belgische Generale staf die hoofdkantoor houdt in het Navo-gebouw te Evere.

Dubbele moord

Gedurende de verhoren bekende Barbier een belangrijk delict. Hij zei een van de twee daders te zijn bij een dubbele moord op de als uiterst links bekend staande Fons Vandermeulen (31) en zijn vriendin Francesca Arcoulin (44). De stoffelijke overschotten werden anderhalf jaar voor het schot in Vorst, en wel in februari 1982, aangetroffen in een appartement in de gemeente Anderlecht. Vandermeulen en Arcoulin bleken gewurgd en daarna met kogels doorzeefd te zijn. Volgens deskundigen betrof het een executie: Vandermeulen zou agent voor de KGB zijn geweest.

Interessant is dat Barbier al op het moment van de moord werd verdacht van medeplichtigheid. Maar het parket werd toen bedolven onder alibi's die ten faveure van Barbier werden verstrekt door militairen. Het parket zag toen van verdere rechtsvervolging af. Kort daarna trok Barbier zijn bekentenissen in. In een lange brief schreef hij dat hij opdracht van bovenaf had gekregen om de bekentenis af te leggen. De opdracht zou volgens Barbier zijn verstrekt door Paul Latinus, toen „maarschalk" van de WNP.

In werkelijkheid zouden de executies zijn uitgevoerd door Eric Lammers. De laatste staat maandag als tweede verdachte terecht. De naam Latinus deed een bel rinkelen bij Staatsveiligheid: "hij had daar in 1980 vergeefs gesolliciteerd. Het spoor Latinus leidde vervolgens naar betrokkenheid van functionarissen van Staatsveiligheid bij de handel en wandel van WNP. Minister Gol (Justitie;) verklaarde eind 1983 naar aanleiding daarvan in een besloten kamerzitting dat zijn diensten in en om WNP opereerden en dat er niets aan de hand was. Latinus zelf zal niet voor het verdachtenhekje verschijnen. Hij werd eind april 1984 dood aangetroffen in het huis van zijn vriendin in het Waals-Brabantse dorp Court-St.Etienne.

Bron: NRC Handelsblad | 2 Mei 1987

Meer informatie over de dubbele moord in Anderlecht » Forum

127

(101 replies, posted in Politiek & Business)

'Als CEPIC extreem-rechts is, ben ik ook extreem-rechts' - VdB ontkent alles, verdenking blijft

De vroegere Belgische premier, Paul vanden Boeynants, heeft woensdag tijdens het verhoor voor de Bende van Nijvelonderzoekscommissie alle aantijgingen aan zijn adres ontkend. "Ik ben een gewone man, natuurlijk met slechte kanten, maar waar jullie me allemaal niet van beschuldigd hebben...", zei VdB, met zijn bekende gevoel voor dramatiek.

Staatsgreepplannen in België, drugssmokkel in bevroren vlees, seksfeesten, de Bende van Nijvel, VdB ontkende iedere betrokkenheid bij de schandalen die België teisteren. Toch zag de parlementaire onderzoekscommissie een wens in vervulling gaan met het onder ede verhoren van Vanden Boeynants. Het was immers zijn naam, zo hadden de onderzoekers in de loop der jaren gemerkt, die tijdens diepgravende speurtochten naar de daders en de motieven achter de Bende van Nijvel keer op keer bleef opduiken.

Het verhoor had dus ook hoge verwachtingen gewekt. Uit verscheidene hoeken, waaronder die van het meest kritische commissielid Coveliers, was vooraf duidelijk gemaakt dat met het verhoor van VdB eindelijk het grote brein achter alles aan de tand zou kunnen worden gevoeld. VdB speelde vanaf het begin echter slim in op het feit dat hij uit eigener beweging voor de onderzoekscommissie wilde verschijnen. "Om een groot aantal fabeltjes en leugens de wereld uit te helpen", zo verklaarde Vanden Boeynants zijn verschijning.

Niet overtuigend

VdB mocht dan met een pluspuntje het zes uur durende verhoor in gaan, echt overtuigend kwam de 70 jaar oude politicus en zakenman toch niet over. Vragen over zijn banden met allerlei lieden die in de schandalen een hoofdrol speelden, deed hij goedkoop af met de reactie: "die man ken ik niet". Dat ging zo uren door. Zo ontkende Vanden Boeynants ieder contact met Paul Latinus, leider van de neonazistische groepering Westland New Post (WNP). En dat terwijl het Vanden Boeynants zelf was geweest die een aanbevelingsbrief voor de nazi-leider had geschreven, waardoor Latinus op een hoge post binnen de ambtenarij terechtkwam. Latinus kwam in 1984 onder raadselachtige omstandigheden om het leven. Toen was echter al bekend dat Latinus op goede voet stond met Melani Bouhouche, van wie wordt aangenomen dat hij één van de daders van de Bende van Nijvelbloedbaden is.

Seksfeesten

Ook met Léon Finné, een bankier die tijdens de seksfeesten voor de 'roze balletten' acte de présence had gegeven, onderhield VdB geen contact. "Ik heb hem misschien één keer op een cocktailparty gezien", verklaarde VdB. Finné was degene die aan derden verteld had over de staatsgreepplannen van een aantal extreem-rechtse Belgen. VdB werd aan het begin van de jaren '80 door Finné genoemd als één van de belangrijkste samenzweerders. De bankier was toevalligerwijze één van de slachtoffers van een bendeoverval in 1985.

'Niets, nooit'

VdB reageerde heftig schreeuwend op de aantijgingen, als zou hij een staatsgreep hebben voorbereid, samen met extreem-rechtse elementen binnen het leger, de rijkswacht en de magistratuur. "De rijkswacht of het leger is niet links of rechts, dat kan niet", zei VdB. Maar, reageerde commissievoorzitter Bourgeois, "Ik heb hier een telex voor me waarin staat dat de rijkswacht zelf onderzoek heeft gedaan naar de geruchten over een staatsgreep. Waarom bent u daar als minister van defensie nooit over ingelicht"? VdB begint te schreeuwen: "Niets, niets, nooit, nooit. In wat voor land zouden we anders wel niet leven. Zoiets is toch niet serieus te nemen."

Vanden Boeynants probeerde noch de linkse noch de rechtse politicus te spelen. De commissieleden wezen hem er op dat hij wel voorzitter is geweest van de extreem-rechtse fractie binnen de Waalse Christen- Democratische Parij (PSC). "Onze beweging binnen de PSC, de CEPIC, was er één die bestond uit anticommunisten, uit mensen die het belastingstelsel in België te stringent vinden, die vinden dat er te veel ambtenaren zijn, die vinden dat er een wal moet worden opgeworpen tegen de macht van de vakbonden. Als dat extreem-rechts is, dan ben ik extreem-rechts. Als de CEPIC extreem-rechts is, is de helft van de Belgen extreem-rechts", aldus Vanden Boeynants.

'Geen roddels meer'

Maar de onschuld zelve, VdB dus, kondigde woensdag aan dat het nu definitief afgelopen moet zijn met de 'roddels' over hem. "Al degenen die over mij blijven schrijven en zeggen dat ik contacten met fascisten heb, dat ik bij de daden van de Bende van Nijvel betrokken ben geweest of dat ik een pedofiel ben, zal ik voor het gerecht halen." Hij voegde daar dreigend aan toe: "Ditmaal zal ik verder gaan ".En als VdB dat zegt - hij heeft machtige politieke vrienden - berg je dan maar.

Bron: De waarheid | 22 Februari 1990

128

(1,231 replies, posted in Andere Personen)

In het geval van Bonkoffsky wel. Maar wellicht hebben ze verdachten in beeld waarvan ze zeggen dat die het voor 99% wel zijn, maar waar ze geen DNA via familie kunnen verkrijgen...

129

(179 replies, posted in Westland New Post)

Die in het donker - Extreem rechts heeft in België hoge heren te vriend

Door een stom toeval werd deze maanden de extreem-rechtse beerput in België weer eens wijd opengetrokken. Een burenruzie waarbij wapens gebruikt werden, was voor de politie van het Belgische plaatsje Vorst aanleiding om bij ene B. huiszoeking te verrichten. Daarbij deed ze een opvallende en belangrijke vondst: geheime militaire NAVO-documenten, gedetailleerde aanvalsplannen en een "fichesysteem" van een aantal personen. "Gevonden bij een Chileense vluchteling", luidde de verklaring van de arrestanten.

Maar de zaak begon te rollen en door de mist van aanwijzingen en gissingen doemden langzamerhand de contouren op van een tot dusverre onbekende extreem-rechtse organisatie: de Westland New Post (WNP). De club is vrijwel zeker een privé-militie op fascistische grondslag. Ze heeft een overduidelijke anti-semitische en anti-linkse grondslag. En zoals wel vaak in België, zijn ook topmensen van de Belgische overheid betrokken bij de leiding van de organisatie. De afdeling politie (!) van de Westland New Post werd geleid door een hoofdcommissaris van de staatsveiligheid.

Wie een half jaar geleden nog dacht dat extreem-rechtse ideëen in België een halt waren toegeroepen, ziet zich door de feiten in het ongelijk gesteld. In april van dit jaar verbood de rechter de Vlaamse Militanten Orde en even zag het er naar uit dat er bij onze zuiderburen geen plaats meer was voor extreem-rechts in georganiseerd verband. Nu is duidelijk dat extreem-rechts ook in georganiseerd verband nog wel degelijk bestaat en zelfs beschikt over een netwerk van buitenlandse contacten. Verder is opnieuw duidelijk geworden dat deze groep de hand boven het hoofd wordt gehouden door belangrijke figuren binnen het staatsapparaat.

Troebel water

Het duidelijk in kaart brengen van extreem-rechts in België is een moeilijke zaak. In Nederland is de politieke topografie op dat gebied nog (?) niet zo ingewikkeld, maar de Belgische gemeenschap vaart op dat gebied in zeer troebel water. Allereerst natuurlijk omdat extreem-rechtse sympathieën vaak zweven op de rand van de "legaliteit" en daardoor al noodgedwongen in het geniep moeten werken. Dat geldt ook in Nederland maar de politiek-sociale structuur van onze Zuiderburen maakt dat grensgebied wel erg vaag. Allereerst is daar de tegenstelling tussen Walen en Vlamingen.

De hartstocht waarmee dat conflict in België wordt uitgevochten moet haast wel leiden tot "bloed en bodem-sentimenten". Je bent Vlaams omdat je Vlaams spreekt en omdat je in die regio geboren bent. Zo houden dergelijke tegenstellingen zich in stand. Verwerpelijk, maar zo ontstaat dus een haat tegen alles wat "allochtoon" is; buitenlanders, kleurlingen, joden enzovoort. Verder is er ook in België de economische crisis die daar nog harder toestaat dan in Nederland. Het "gezonde volksgevoel" wil dan zondebokken en vindt die in buitenlanders, vrouwen die vechten voor zelfstandigheid en linkse idealen.

Ook de rol van het diep in de samenleving gewortelde "katholieke denken" draagt een fiks steentje bij tot rechts denken. Opvattingen over het gezin, de positie van de vrouw en de hiërarchie in de maatschappij zijn er al van oudsher ingestampt hij de mensen en bepalen ook het standpunt van veel Belgen. Een dergelijke mentaliteit is natuurlijk een schitterende voedingsbodem voor "rechtse denkers" die nog een stapje verder willen gaan.

Dubieuze steun

Zo ontstond er in België een reeks van extreem-rechtse en fascistische groeperingen die mede dankzij dubieuze steun uit de hogere kaders van de Belgische samenleving welig konden tieren. Het meest rechts stonden organisaties als de Vlaamse Militante Orde in Vlaanderen en het Front de la Jeunesse in Wallonië. Dit soort groeperingen hadden hun hoogtepunt in de jaren zeventig: oefenkampen voor straatgevechten, het molesteren van buitenlanders en joden, verzieken Van linkse demonstraties, de lijst is te lang om op te doemen.

In het begin van de jaren tachtig berden deze extreme groeperingen verboden op grond van een wetsartikel die het vormen van privémilities verbiedt. Eerst het Front de la Jeunesse, later in april van dit jaar de Vlaamse Militanten Orde. België slaakte een zucht van verlichting; wettelijk is er in België geen plaats voor openlijk fascisme. Maar men besefte ten dele slechts een schijnoverwinning te hebben gehaald. Na het verbod op de VMO gaf haar leider, Erikson, te kennen: "Het VMO is ten einde, maar we zullen infiltreren in gelijkdenkende organisaties om onze doelstellingen te bereiken", duidelijker waarschuwing tegen openlijke of verkapte fascistische strijd kon België niet krijgen.

De nu in de publiciteit gekomen organisatie Westland New Post is nog te vaag in haar opzet om een duidelijk beeld te krijgen van al naar doelstellingen. Maar naarmate de reconstructie verder gaat, komen een aantal zaken duidelijk boven water. De organisatie is duidelijk rascistisch, ze beschikt over interzonale contacten en hooggeplaatst overheidspersoneel is bij de activiteiten betrokken. Wat zijn de feiten?

NAVO- documenten

Op 18 februari 1982 werd in een appartement in Anderlecht de lijken gevonden van een man en een vrouw. Ze waren allebei gewurgd en van dichtbij in het hoofd geschoten. Al snel leek het onderzoek op een dood spoor te zitten. Er was niets gestolen en de politie kon geen enkel motief achterhalen. Ze stond voor een raadsel. Door de manier waarop de mensen vermoord waren bevroedde de politie een of andere wraakactie binnen een obscuur milieu. Wel werd nog ene M.B. ondervraagd omdat zijn vriendin vroeger getrouwd was geweest met de vermoorde man. De ondervraagde had echter een sluitend alibi en de politie wist niet meer waar ze het moest zoeken.

Maar op 16 augustus van dit jaar werd diezelfde M.B. in het Belgische Vorst aangehouden na een ruzie met zijn broer waarbij hij op omstanders had geschoten. De politie vond naar aanleiding van het gebruik van schietwapens huiszoeking noodzakelijk en deed daar een verbazingwekkende ontdekking: geheime militaire documenten waaronder gecodeerde boodschappen van de NAVO.

Later volgde huiszoeking bij een huisgenoot van M.B. bij wie ook allerlei geheime documenten werden gevonden. Beide arrestanten stonden bekend om hun extreem-rechtse sympathieën. Een van hen had deel uitgemaakt van het eerder genoemde Front de la Jeunesse en werkte (ondanks zijn dubieuze ideëen!) als beroepsvrijwilliger op de generale staf van het Belgische leger in Evere. In die functie zou hij ook makkelijk toegang hebben gehad tot de Nato-documenten. De reden van de diefstal bleef in eerste instantie vaag. Bronnen uit het Front de la Jeunesse vertelden dat de documenten gestolen waren voor een Syrisch geheim agent. Maar langzamerhand kwamen er meer aanwijzingen dat de diefstal gepleegd was in opdracht van een tot nu toe onbekende extreemrechtse organisatie: de Westland New Post.

Infiltratie

Een interview in de Belgische krant Le Soir met een bekend persoon uit de "gevaarlijke hoek", ene Latinus, brengt meer duidelijkheid in de zaak. Deze Latinus zou verklaard hebben de WNP te hebben opgericht. Hij zei te werken voor een vreemde mogendheid van het westers blok en te strijden tegen de Sovjet-infiltratie in België. De diefstal van de documenten zou bedoeld zijn om aan te tonen hoe makkelijk de KGB kan infiltreren binnen de Belgische staatsgeheimen. Belgische journalisten kregen stukje bij beetje meer duidelijkheid in de structuur van de WNP. De oprichter is - zoals eerder gezegd - Latinus.

Tijdens zijn actieve periode voor het Front de la Jeunesse hield hij al dossiers bij van linkse activisten. Hij was (is?) zelfs contractueel informant van de Belgische staatsveiligheidsdienst. Tegenover journalisten beweerde de man al jaren te werken voor een Amerikaanse inlichtingendienst. In ieder geval voor een groot deel bleek de organisatie gefinancierd te worden door een 60-jarige Saoediër, die al tien jaar werkzaam is in Brussel als journalist. Van hem is bekend dat hij ook actief is in het inlichtingenwerk. Naar eigen zeggen beschikt hij over een 50-tal informanten in verschillende Europese landen, waaronder België. Van beide figuren, Latinus en de Saoediër staat ook vast dat ze over uitstekende contacten beschikken. Ze kunnen goed opschieten met leden van de staatsveiligheidsdienst en de Rijkswacht.

Eigen knokploeg

Het WNP beschikt in België over een afdeling politie, een direct inzetbare ordedienst en een afdeling contraspionage. De leden van de ordedienst dragen tijdens betogingen een geplastificeerde badge met de vermelding SIPO, een verwijzing naar de Sicherheitspolizei uit de nazi-tijd. Het optreden van deze "politie-afdeling" werd bij betogingen door de politie getolereerd, hetgeen wijst op de protectie die ze geniet uit de hogere kaders binnen het Belgische politiekorps.

Maar zij kon ook bestaan door de paniek onder de gewone Belgische politiemannen die zich de laatste tijd steeds meer bedreigd voelen door een aantal moorden op uniformagenten door criminelen. De afdeling politie van de WNP wordt mede opgeleid door een hoofdcommissaris van de staatsveiligheidsdienst die onder een schuilnaam opereert.

Anti-semitisch

Ook het theoretische kader van de organisatie wordt steeds duidelijker. De krant Le Soir - alweer - onthulde dat de WNP een nationaal-socialistische orde nastreeft. Zo heeft de organisatie ondermeer een "bureau voor zionistische vraagstukken" onder haar vleugels. Rechts-extremisme als splinterpartij is al een gevaarlijk verschijnsel. Een partij is een splinterpartij als het redelijk geïsoleerd bestaat naast de politiek van het establishment. Als blijkt dat er uitgebreide contakten bestaan tussen het establishment en extreem-rechts is er sprake van een levensgevaarlijke ontwikkeling binnen de politiek in een land. Bij de onthullingen die langzamerhand boven water komen drijven rondom de WNP-affaire komt die tendens steeds duidelijker boven water drijven.

De houding van de Belgische overheid tegenover het verschijnsel WNP komt op zijn zachtst gezegd in een curieus daglicht te staan. In ieder geval is duidelijk dat minstens vier leden van de staatsveiligheidsdienst, onder wie een hoofdcommissaris en zijn adjunct al twee jaar actief zijn binnen de WNP. Het is daarmee de eerste keer sedert lang dat in België concrete bewijzen voorhanden zijn van infiltratie binnen de staatsveiligheidsdienst. De Belgische minister van justitie, Gol, kon niets anders doen dan dit gegeven erkennen.

Twee dagen later kwam de minister met de verklaring dat de vier in opdracht waren geïnfitreerd binnen de WNP en "dat er geen aanwijzingen zijn dat zij hun bevoegdheden te buiten zijn gegaan". Een wat vreemde verklaring omdat die aanwijzingen er wél zijn. Zo gaven de agenten ondermeer cursussen in politietechnieken. Ook beschikten de leden van de WNP over blanco vrijgeleiden van het ministerie van landsverdediging die de houders ervan toegang verschaffen tot de gebouwen van de generale staf te Evere. Verder beschikten de WNP'ers over geplastificeerde badges van de Westduitse politie die gebruikt werden tijdens recente betogingen om bescherming te genieten van de ordediensten. Later nam het gerecht bij leden van de WNP in beslag: moderne vuurwapens en technische gegevens over PUMA-helikopters.

Les geven

Opnieuw het dagblad Le Soir wist te berichten dat één commissaris in november 1981 les zou hebben gegeven aan de paramilitaire kaders van de WNP. Deze staatsambtenaar gaf de WNP-fascisten onderricht in het schaduwen en opsporen van personen en het infiltreren van politieke groeperingen. Door deze gegevens komt de verklaring van minister Gol dan ook in een vreemd daglicht te staan. Juist als de Belgische overheid vier ambtenaren in het vuur heeft geworpen om te infiltreren binnen de WNP, worden documenten gestolen, wordt er een dubbele moord gepleegd en werd infiltratie zover uitgelegd dat in ieder geval een van de "infiltranten" zelfs militieopleidingen kan geven.

Dat de veiligheidsdienst zulk een laksheid aan de dag kan leggen dat geheime Nato-stukken kunnen uitlekken naar een internationale extreemrechtse organisatie, doet op zijn minst vragen opwerpen naar de verantwoordelijken voor dit alles. De veiligheidsdienst heeft al eens eerder een van haar hogere officieren moeten "wegpromoveren" als militaire attaché omwille van zijn extreem-rechtse bindingen. De hele WNP-affaire hangt aaneen van summiere gegevens en toevalligheden. Maar ze wijzen op zijn minst - ondanks de summiere gegevens - op een zeer bedenkelijk aspect van het Belgische maatschappelijk bestel. Om met de woorden van de hoofdredacteur van de Morgen, Paul Goossens te eindigen: "De WNP-affaire doet vragen rijzen waarop vice-premier Gol liefst zo vlug mogelijk heel duidelijke antwoorden moet geven".

Bron: De waarheid | Jos Verlaan | 24 Oktober 1983

Noten:

Stank

In België blijven er hooggeplaatste mensen rondlopen die als het maar eventjes kan de deksel weer op de doofpot schuiven. Tien maanden geleden gaf de Belgische minister van defensie, Melchior Wathelet, het gerecht opdracht om een nieuw onderzoek in te stellen naar de dood van de leider van de extreem-rechtse Westland New Post (WNP).

Nu blijkt dat nog steeds geen gevolg aan die opdracht is gegeven. Er is uitgelekt dat de betrokken procureur-generaal deze week de minister zou voorstellen geen nieuw onderzoek te doen naar de WNP-leider, Paul Latinus. Deze werd in 1984 bungelend aan een touw gevonden, maar er Wordt algemeen sterk getwijfeld aan de verklaring dat het om zelfmoord zou gaan.

Bron: De waarheid | 15 Maart 1990

130

(1,231 replies, posted in Andere Personen)

Tenzij gecremeerd en niet meer te koppelen aan DNA voor definitief uitsluitsel.