11

(839 replies, posted in 1985)

Xenophon wrote:

Je mag niet vergeten dat sommige van die PV's louter de neerslag zijn van wat getuigen verklaard hebben.  Niets zegt dat die getuigen zich niet volstrekt te goeder trouw kunnen vergist hebben.  Als 6 getuigen iets verklaren mag je er quasi zeker van zijn dat daar tegenstrijdigheden zullen inzitten, zelfs bij mensen die het oprecht goed menen.  Enorme stress en buitengewone gebeurtenissen doen rare zaken met de herinnering.

En zo kunnen we als voorbeeld verwijzen naar de reconstructie dat plaatsvond in Aalst waarvan ik het P.V. heb geplaatst. Verschillende getuigenverklaringen alleen al in verband met de juiste kleur van de GOLF GTI.

Alzo waren er ook beschrijvingen in boeken waarvan het aantal schotwonden op de heer VANDEN EYNDE kant nog wal raakten. Maar zeer belangrijke vaststellingen die de feiten weerhielden werden wel nergens vermeld. En zo kunnen we nog uren, dagen, weken en maanden doorgaan.

En voor het overige, als men beweerd dat de vaststellingen vals zijn, niet correct, onjuist, tegenstrijdig, getuigenissen die men in twijfel trekt enz... staat het iedereen vrij van de betrokken partijen om daarvoor klacht in te dienen en het nekschot op de Heer FINNE te bewijzen als tevens het doodschieten van zijn dieren. Eén zaak irriteert mij wel. Waarom een Rijkswachtofficier niet ter plaatse is gebleven en zelfs de verplichting had ambtshalve eigenhandig Proces Verbaal op te maken wat hij persoonlijk heeft vastgesteld op het ogenblik van zijn aanwezigheid en op het ogenblik van de uitvoering der feiten in de DELHAIZE te OVERIJSE.

En ondergeschikte binnen de RIJKSWACHT zou op zijn minst behept geweest zijn met een tuchtverslag.

En aankopen of niet door de Heer FINNE in de DELHAIZE om vervolgens al dan niet de boekenwinkel daarop te vervoegen en te verlaten. Ik ben ook al een DELHAIZE en een GB binnen gegaan. Niet om inkopen te doen. Maar om gebruik te maken van het openbaar toilet om dringend te wateren. Ik heb eens een hele uitbreiding gegeven inzake bloedsporen, op en neerslaande bloedspatten, de richting van de schoten en dergelijke. Dit inzake het forensisch onderzoek. Misschien eens interessant om zich hierin eens te verdiepen alvorens tot uitspraken te komen van gedumpte personen.

12

(329 replies, posted in Slachtoffers)

Ik was daarbij niet aanwezig, Tiens, en kan alleen maar weergeven wat in het opgemaakt P.V. is vermeld. En dat is voor mij nog steeds het meest aanvaardbare en aannemelijke. Onderzoekers hebben ook al meermaals moeten vaststellen dat slachtoffers of nabestaanden dikwijls mis zijn met hun denken of op basis van vermoedens die men voor werkelijkheid acht.

Zo hebben nabestaanden werkelijk kunnen vernemen wat er over hun dierbare werd verklaard in het dossier in positieve zin en volledig tegenstrijdig wat er in pers en forums is geschreven.

Spectator Of Life wrote:

Losstaand van het hele hondenverhaal blijf ik vooral markant vinden datgene waarover minder controverse en tegenstelling lijkt te zijn; een agent herkent toevallig Finné waarna er zomaar wordt beslist om naar zijn huis te gaan. Bij de bende overvallen leek er altijd wel toevallig een juiste persoon op een juiste plaats te zijn.

Graag het origineel stuk van het Proces Verbaal of het PV N° voor inzage, a.u.b. Of minstens een verwijzing in welk stuk van dossier dat dit is terug te vinden. Doe geen moeite want het is niet te vinden. Weer een verhaal dat verwijst naar grootmoederstijd van de priemen met de wol.

13

(839 replies, posted in 1985)

PARKET VAN DE PROCUREUR DES KONINGS

GERECHTELIJKE POLITIE

Afdeling : GBB 3
Bundel : 458 / 85 dd. 27.09.85

Ten laste van onbekenden.
Verdacht van moord om diefstal te vergemakkelijken
Op klacht van : Ambtshalve

VOORWERP : Verwittiging. Afstapping ter plaatse. Relaas der feiten. Opdrachten. Vaststellingen. Inbeslagnamen. Verzoek.

PROCES VERBAAL Nr. 20808

Naar aanleiding der taak voorgeschreven door de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU
Toegezonden aan de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU, Brussel 11 oktober 1985

Getekend, De Hoofdcommissaris voor gerechtelijke opdrachten.

PRO JUSTITIA

Ten jare negentienhonderdvijfentachtig, de zevenentwintigste der maand september, om 21.03 uur,

Wij, C.L., gerechtelijk officier, hulpofficier van de Procureur des Konings, van het arrondissement Brussel, worden door onze bestendige wachtdienst ervan op de hoogte gesteld dat een gewapende overval werd gepleegd op het warenhuis DELHAIZE te OVERIJSE. Bij deze hold – up zouden vijf mensen zijn omgekomen. De feiten zouden zich hebben voorgedaan omstreeks 20.30 uur. De bestendige wachtdienst werd op de hoogte gebracht door de dienst 906 te 20.58 uur en belast zich met het nemen van nadere bijzonderheden. Wijzelf vervoegen dadelijk onze bestendige wachtdienst. Bij onze aankomst meldt gerechtelijk inspecteur S., van de wachtdienst ons dat hij tevergeefs telefonisch contact heeft trachten op te nemen met het warenhuis zelf. Bij de Politie OVERIJSE konden volgende bijkomende inlichtingen worden bekomen.

De overval zou zijn gepleegd door drie of vier daders. Alvorens de winkelruimte binnen te gaan werd een jongen op de parking neergeschoten. In de winkel werden vervolgens twee klanten neergeschoten, kassa’s leeggeroofd en werd de adjunct directeur verplicht de brandkoffer te ledigen.  Om hun vlucht te verzekeren namen de daders toen een persoon in gijzeling die ze nadien eveneens hebben neergeschoten. Ze namen de vlucht met een VW GOLF GTI van blauwe kleur, nummerplaat beginnend met “FPF…” in de richting van Oudergem. Eén der daders was drager van een donkere mantel, een hoed en had een zwarte doek voor het aangezicht. Een tweede dader zou kleiner zijn van gestalte en een donkere kledij dragen. Er werd geen staat van politiealarm afgekondigd. Politie OVERIJSE en de Rijkswacht zijn ter plaatse. De Heer Substituut Procureur des Konings SCHOOLMEESTERS werd verwittigd. Geven opdracht aan onze bestendige wachtdienst de gerechtelijk inspecteurs W. en M. op te roepen om zo vlug mogelijk de plaats der feiten te vervoegen. De Heer D.V., Eerst Aanwezend Commissaris Eerste Klasse, afdelingsoverste met weekdienst werd op de hoogte gebracht en zal zich naar onze wachtdienst begeven.

Vergezeld van gerechtelijk agent, D.M., begeven wij ons onmiddellijk ter plaatse. Wij blijven intussen permanent in radiocontact met onze bestendige wachtdienst. Deze meldt ons dat de Heer Substituut Procureur des Konings SCHOOLMEESTERS en de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU met eigen middelen ter plaatse zullen gaan. Als wapendeskundige wordt de Heer STEVENS aangewezen en als Wetsdokter, de Heer TAHON. De gerechtelijk inspecteur W zal deze ten huize afhalen. Labo – operateur L., begeeft zich eveneens ter plaatse.

Bij onze aankomst aldaar te 21.30 uur stellen wij vast dat een grote menigte mensen aanwezig is op de parking van het warenhuis. De plaats toestand wordt er in stand gehouden door de plaatselijke Politie en Rijkswacht. Zijn aldaar aanwezig: De Heren V.D.B., T., L., en P van de Politie Overijse, leden van de plaatselijke brandweer; de Heren S., en O., van de Rijkswacht Tervuren, de Heren S. en V. van de Rijkswacht KORTENBERG;

De Heren T., S., L., B., M., J., D., en Majoor C., van de Rijkswacht LEUVEN. Bij Majoor C., en Kapitein D., van de Rijkswacht informeren wij ons dadelijk betreffende de huidige stand van het onderzoek. Er wordt ons medegedeeld dat één slachtoffer na de feiten overleefde en dat deze door een ziekenwagen van de dienst 900 werd overgebracht naar het hospitaal van ETTERBEEK, waar hij bij aankomst overleed. Het cliënteel en het personeel heeft kort na de feiten de winkelruimte verlaten. De Rijkswacht KORTENBERG, die de patrouille van de Rijkswacht TERVUREN bijstand verleende heeft daarna de plaats ontruimd en verrichte de eerste vaststellingen. De ooggetuigen en het personeel werd geïdentificeerd en de getuigenverhoren worden in de refter van het complex afgenomen door Rijkswacht en Politie. De eerste gegevens omtrent deze zaak werden door de Rijkswacht reeds via telex verspreid. Radiofonisch werden hun, in de omgeving patrouillerende voertuigen opdracht gegeven controles te verrichten ter opsporing van de daders. Nadere bijzonderheden betreffende de persoonsbeschrijving van de daders konden ons niet worden verstrekt, Het nadeel in speciën is vooralsnog onbekend.

RELAAS VAN DE FEITEN

Kapitein D. geeft ons volgend relaas van de feiten op basis van de verklaringen van de eerste getuigen.

Omstreeks 20.35 uur reed, via de inrit gelegen naast de Car Wash een voertuig VW GOLF GTI de parking op van het warenhuis in de richting van de parkingplaatsen gelegen naast de Coffee Shop. Het voertuig verplaatste zich met gedoofde koplichten en parkeerde zich op de middelste parkeerstrook loodrecht op de gemarkeerde stroken. Uit de wagen stapten drie mannen, gewapend met geweren en mogelijks een automatisch pistool. Of mogelijks een vierde persoon (bestuurder) in de wagen achterbleef kon niet worden gepreciseerd. De drie begaven zich dan via het voorziene pad langs de Coffee Shop naar de ingang van het warenhuis. Gekomen aan de parkeerruimte, ingesloten door de Coffee Shop, een winkelrij en een deel van de zijgevel van het warenhuiscomplex riep één van hen een jongen toe in de Franse taal: “Toi – là, descends !” Deze jongen was aan het fietsen op de vrije parkeerruimte. De jongen gehoorzaamde, liet zijn fiets vallen en enkele ogenblikken later werd er op de jongen gevuurd. Hij deed nog een paar passen en viel toen neer.

Een andere persoon die een boekenwinkel verliet werd eveneens neergeschoten toen hij in zijn wagen wou stappen.

Daarop gebood één der daders een man, die verkiezingsaffiches aan het plakken was voor het warenhuis, naderbij te komen. Zij namen deze persoon als gijzelaar mee in de winkelruimte. Toen zij het warenhuis binnen waren en zich in de ruimte achter de kassa’s bevonden riepen ze iedereen toe niet meer te bewegen en te gaan neerliggen. Aan de kassiersters werd het bevel gegeven hun kassaladen te openen en het voorhanden zijnde geld in een zak te stoppen. Bijna dadelijk na het binnenkomen werd de kassierster, die zich tussen de eerste en de tweede kassa bevond neergeschoten. Een klant die tussen de tweede en de derde kassa bevond werd eveneens neergeschoten. Eén der daders vatte post bij deze kassa’s. Een tweede vervolgde zijn weg richting het bureel van de directeur. Ondertussen werden schoten afgevuurd op bakken wijnflessen die zich links of rechts bevonden. Eén der daders liep naar de hoger gelegen bureelruimte (gelegen aan het einde van de kassarij). Op dat ogenblik waren een viertal personen in deze lokalen aanwezig waaronder de onder directeur van het bedrijf. Aan de hoofdkassierster werd geboden de brandkoffer te openen.  Daarop werden drie personen opgesloten in de naastgelegen bureelruimte van de directeur. De onder directeur werd verplicht de tweede, ingebouwde koffer te openen, waaruit de pakken biljetten werden genomen en in een plastiek vuilniszak opgeborgen. Ondertussen was een tweede dader de bureelruimte binnengekomen. Hij begaf zich vooreerst naar het bureel van de directeur waar hij de draad van het telefoontoestel stuktrok en op het toestel zelf vuurde. Ook het toestel in het lokaal waar de brandkoffers zich bevonden werd stukgeschoten. Intussen hadden een zestal kassiersters het geld dat in hun kassalade zat in een plastiekzak geborgen. Deze zakken werden door één der daders opgehaald. Toen een kassierster last had met openen van haar kassa werd de kassa stukgeslagen. Na de overval verlieten de daders met hun gijzelaar terug de winkelruimte. Op het pad ter hoogte van de Coffee Shop schoten ze hun gijzelaar neer, gingen terug naar de wagen en stapten in. Toen één der daders bemerkte dat een persoon, die zich in de omgeving van de car – wash bevond hun nakeek vuurde deze nog in zijn richting. Met volle snelheid verdwenen ze toen in de richting van Sint Jesus Eik. Enkele kilometers verderop kunnen zij aldus een verkeersknooppunt bereiken van waaruit ze alle richtingen uitkunnen. Volgens de ooggetuigen spraken de daders Frans zonder enig hoorbaar accent.

ONDERZOEK

De aanwezige verantwoordelijke van het warenhuis DELHAIZE identificeert zich als:

G…….., J.P. ………………………..

De overleden slachtoffers identificeren zich als:

NOTTE Stefaan, ……………………

FINNE Leon, ………………………

VAN KILDONCK Rosa, ………………………

BUSIAU Jean Pierre, ……………………….

BENNEKENS Luc, ……………………….

Het gekwetste slachtoffer identificeert zich als:

M. J.P.

Van de Rijkswacht KORTENBERG vernemen wij dat op het ogenblik der feiten nog een groot aantal personen in de winkelruimte aanwezig was. Dit aantal wordt geschat op ca. 200 personeel inbegrepen. Een deel van de aanwezige personen heeft de zaak tijdens en na de overval via nooduitgangen uitgevend aan de achterzijde van het gebouw verlaten, de overige verlieten de zaak via de normale uitgang. Toen de Rijkswacht als eerste ter plaatse kwam heerste er een enorme paniekstemming en chaos zodat het niet denkbeeldig is dat de werkelijke plaats toestand (ligging hulzen e.d.) enigszins werd gewijzigd. Wij gaan dan over tot het verrichten van de nodige vaststellingen, bijgestaan door de gerechtelijk agent D.M. en labo-operateur L., die zorgt voor de nodige fotografische opnamen. Dr. TAHON, intussen ter plaatse gekomen met de gerechtelijk inspecteurs W en S., verricht eveneens zijn eerste vaststellingen.

De Onderzoeksrechter MAHIEU, zijn griffier en Substituut Procureur des Konings SCHOOLMEESTERS komen ter plaatse te 22.20 uur. Intussentijd heeft deskundige STEVENS samen met de Rijkswacht reeds een voorlopig onderzoek uitgevoerd met betrekking tot de gebruikte munitie en wapens. Aan de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU wordt een kort relaas gegeven van de feiten waarop de taakverdeling wordt vastgelegd. Vooralsnog kunnen geen verdere bijzonderheden gegeven worden omtrent de daders. De getuigenverhoren verlopen moeizaam vermits de meeste personen erg onder de indruk van het gebeuren zijn.

OPDRACHTEN:

De Politie OVERIJSE zal instaan voor het verwittigen van de nabestaanden van de slachtoffers. Op dat ogenblik is dit reeds volbracht behalve voor de genaamde FINNE, waarvan geen onmiddellijke familie gekend is. Zij zal eveneens instaan voor het voertuig van deze laatste en de overbrenging van alle lijken naar de Wolstraat te Brussel, het mortuarium waar op 28.09.1985 te 13.00 uur de autopsie zal plaatshebben.

De Rijkswacht zal, bijgestaan door de wapendeskundige, de Heer STEVENS, alle nodige vaststellingen verrichten en instaan voor het verder verhoor van personeel en getuigen. De gerechtelijke Politie zal de technische beschrijving van de lijken doen, de fotografische opnamen en het zoeken naar vingersporen. De lijkschouwing op 28.09.1985 zal worden bijgewoond door leden van de gerechtelijke Politie.

VERDER ONDERZOEK:

Nadat labo – operateur L., zijn onderzoek op vingersporen in de bureelruimte heeft beëindigd verschaft de Heer G., onderdirecteur van het warenhuis, op verzoek van de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU, ter plaatse uitleg over de feiten die zich hebben afgespeeld in de kantoorruimte. Uit de uitleg die wij krijgen blijkt dat de daders uiterst koelbloedig zijn tewerk gegaan in deze lokalen. Toen de dader aan G. beval de tweede brandkoffer te openen en deze antwoordde dat zulks onmogelijk was, maakte hij zich kwaad. Daarop legde G. uit dat hij enkel kon geopend worden met twee sleutels waarvan één zich bevond in het warenhuis en de andere in het bezit was van de bankinstelling en dat hij zich daarvan kon vergewissen aan de hand van de uitleg die aangebracht was op de koffer zelf. De dader las toen de instructie en hernam zijn kalmte. Wij stellen terzelfdertijd vast dat in de geopende brandkoffer op de tweede bovenste lade een vijftiental bankbiljetten van 1.000 bfr goed zichtbaar liggen. Deze bankbiljetten bleven onaangeroerd, niettegenstaande het feit dat ze duidelijk zichtbaar en los lagen. De gestolen bankbiljetten betreffen deze van 100 fr en 50 fr. Ook de muntstukken bleven nagenoeg onaangeroerd. Daartegenover werden alle bankbiljetten uit de kassa’s in de winkelruimte meegenomen wat erop wijst dat de daders valstrikbiljetten hebben willen vermijden. Anderzijds dient opgemerkt dat in de geopende brandkoffer geen bankbiljetten lagen.

Ondertussen worden wij eveneens op de hoogte gebracht van het feit dat te EIGENBRAKEL, dezelfde avond omstreeks 20.10 uur, eveneens een gewapende overval heeft plaatsgehad op een warenhuis DELHAIZE. Aldaar zouden drie mensen zijn omgekomen en één zwaar gekwetste gevallen. Volgens de eerste inlichtingen betreffende de modus operandi kan het om dezelfde daders gaan. Onze labo – operateur M. is ter plaatse. Als wapendeskundige werd de Heer DERY aldaar aangesteld. Teneinde over eerste vergelijkingspunten te beschikken neemt de Heer STEVENS rechtstreeks contact op met zijn collega in het warenhuis te EIGENBRAKEL. Ook qua gebruikte wapens en munitie zouden aanduidingen bestaan die erop wijzen dat dezelfde daders op beide plaatsen de feiten hebben gepleegd. Beide wapendeskundigen zullen na beëindiging van hun bevindingen de resultaten nauwkeurig vergelijken.

Het door de daders buitgemaakte bedrag is vooralsnog  niet exact te bepalen doch de onder directeur schat dit momenteel op 250.000 bfr à 500.000,- bfr in contanten. Bovendien werden er door de daders een pak checks medegenomen waarop een stempel “DELHAIZE” is aangebracht en die dus niet voor inning door private personen in aanmerking komen. Het juiste bedrag zal later worden medegedeeld.

BESCHRIJVING VAN DE LIJKEN:

NOTTE Stefaan

Het lichaam ligt languit gestrekt aan het begin van de geplaveide, overdekte ruimte voor de ingang van het warenhuis op ca. 6 meter van de toegangsdeur. Het ligt in een hoek van 50° ten opzichte van de grondvaste plantenbak die de overdekte ruimte scheidt van de parking voor het warenhuis. Achterhoofd, linker schouder en linker bovenarm rusten tegen de betonnen, verhoogde stoep van de plantenbak. Het lichaam ligt op de rug, het hoofd naar rechts gedraaid, met de rechterslaap rustend op de asfalt. Aan het hoofd zijn geen uitwendig merkbare verwondingen. De jongen draagt een rode pullover met op de linkerzijde een geel, wit en blauw driehoekmotief in een streep uitlopend tot de rechterzijde. De pullover is naar boven opgeschoven tot ca. 8cm boven de navel. In de buikstreek van links naar rechts stellen we zichtbaar 8 schot ingangswonden vast, waarvan 6 zich op de linkerhelft bevinden. De rechter arm rust op de grond, de handpalm lichtjes opgeheven, de vingertoppen steunend op de grond. De linkerhand rust eveneens op de grond in een hoek van 90° liggend, de hand met samengetrokken vingers ter hoogte van de linker heup. Uit het linker gedeelte van de buik rustend op de grond puilen ingewanden. Op deze plaats is een plas bloed vermengd met buikholtevocht merkbaar. De jongen draagt een lange blauwe jeansbroek, waarvan de bovensluiting en de rits halfweg openstaan. Het rechterbeen ligt uitgestrekt in het verlengde van het lichaam, terwijl het linker been is opgetrokken in een hoek van 80°, de voet met de onderzijde rustend ter hoogte van het rechter kuitbeen. Het lijk voelt warm aan, er zijn geen livores aanwezig, noch lijkstijfheid.

FINNE Leon:

Het lichaam ligt op de tweede (vanaf het warenhuis gezien) parkeerstrook voor de winkelgalerij, zich bevindend tussen het warenhuis en de Coffee Shop. Het ligt in dezelfde richting van de wagen van het slachtoffer, die zich in der derde parkeerstrook bevindt. Het hoofd ligt in de richting van de daartegenover gelegen toegangsdeur tot de boekenwinkel. Het ligt op ca. 60 cm aan de linker zijde (bestuurderszijde) van de wagen. De persoon is gekleed met een lichtblauw hemd met korte mouwen en een donkerblauwe broek. De persoon ligt op zijn rug, het hoofd recht in het verlengde van het lichaam met het achterhoofd steunend op de grond, de kin lichtjes vooruit gestoken. Aan het hoofd zijn geen uitwendig zichtbare verwondingen. De linker arm ligt in een hoek van ca. 95° ten opzichte van het lichaam, lang uitgestrekt, met pols en hand gelegen onder het voorste koetswerk van de wagen. De rechterarm ligt naast het lichaam, opgetrokken in een hoek van 90°, de hand rustend aan de rechter onderrib. De benen liggen gestrekt in het verlengde van het lichaam, het rechter been boven het linker been. Van de rechter schouder tot aan de linkerdij is het overhemd doordrenkt met bloed en lichaamsvocht. Aan de linker flank van het lichaam heeft zich een bloedplas gevormd die loopt tot voor het linker voorwiel van de wagen en ook uitloopt langs de linkerarm tot aan de elleboog. Even voorbij het deurslot van het bestuurdersportier ligt op de grond de sleutel van de wagen FORD SIERRA toebehorend aan het slachtoffer. Vermoedelijk heeft het slachtoffer gepoogd in zijn wagen te stappen. Het lijk voelt warm aan, er zijn nog geen duidelijke livores merkbaar, noch lijkstijfheid.

VAN KILDONCK Rosa:

Het lichaam ligt tussen de eerste en de tweede kassaruimte, languit gestrekt met de voeten rustend op de gelijkgrondse lade van het kassameubel; de rechtervoet uiterst links in de onderlade van het meubel waarop de registratiekas staat; de linker voet in de onderlade van het meubel waarin de aankooptransportband zich bevindt. Het hoofd ligt op enkele centimeters aan de voet van het verbrede meubel waar ruimte is voorzien voor het inladen van aangekochte goederen. Het lichaam ligt op de rug, lichtjes schuin ten opzichte van de binnenlengteas van het kassameubel. De vrouw is gekleed in roze wekkledij; de handen liggen op het lichaam verborgen onder een na de feiten aangebrachte werkkledij van een collega kassierster. De benen zijn ontbloot tot enkele centimeters boven de knie. Het hoofd dat rechtop ligt en met het achterhoofd op de grond rust baadt in een zeer grote plas bloed waarin verscheidene bloedklonters voorkomen. Deze plas loopt van kassa 1 tot onder het inlaadmeubel van kassa 2. Een wonde is zichtbaar op de rechter wang. Het rechter oor is volledig bebloed. De schotwond (en) bevind (en) zich waarschijnlijk in de hals en het achterhoofd. Het lijk voelt nog tamelijk warm aan, er zijn geen livores onmiddellijk zichtbaar en de lijkstijfheid is nog niet ingetreden. Over de rest van het lichaam zijn geen uitwendige wonden zichtbaar.

BUSIAU Jean Pierre:

Het lichaam ligt op de rug, uitgestrekt evenwijdig met het derde kassameubel waartegen het met de linkerzijde van de romp leunt, de linker schouder lichtjes van de grond geheven. Het hoofd ligt voorbij het meubel waarop de registratiekas staat, lichtjes naar rechts overhellend en in de richting van de uitgang van het warenhuis. De persoon draagt een lichtblauw overhemd, dat volledig openstaat en waarvan de lange mouwen werden opgerold tot boven de ellebogen. De linkerarm in 90° geplooid over het lichaam, de onderarm rustend op de buik. De rechter arm ligt uitgestrekt in een hoek van 45° verwijderd van de romp. De vuist is half gebald. De persoon draagt verder een donkerblauwe jeansbroek. Het linkerbeen ligt in de hoogte met de voet rustend op een stel, type kassastoel. Het rechterbeen ligt schuin rechts in het verlengde van het lichaam. De benen liggen ten opzichte van elkaar in een hoek van 30°. In de positie waarin het lijk zich bevindt kunnen geen uitwendig zichtbare verwondingen worden vastgesteld. Het lijk voelt warm aan, er zijn nog geen zichtbare livores en de lijkstijfheid is nog niet ingetreden.

BENNEKENS Luc

Het slachtoffer leefde nog op het ogenblik dat de ziekenwagen van de dienst 900 ter plaatse kwam en werd overgebracht naar ETTERBEEK. Op de plaats waar het slachtoffer lag (op het pad van de ingesloten parking naar de parking gelegen achter de Coffee Shop) stellen we een bloedplas, veegsporen van bloed en verscheidene bloedvlekken in de richting van het warenhuis aan. Aan de muurkant liggen eveneens sporen van braaksel.

De getuigenverhoren verricht door de Rijkswacht worden afgesloten te 24.00 uur na verhoor van M., J.P., die na verzorging in het ziekenhuis Sint Luc terug ter plaatse is gekomen. De Rijkswacht meldt ons dat het getuigenverhoor geen bijkomende elementen elementen heeft opgeleverd ten nutte van het onderzoek.

Alle bijkomende elementen die nog aan het licht mochten komen tijdens het verder gedetailleerd uitvoeren van de vaststellingen zullen ons onverwijld worden ter kennis gebracht, dit op aandringen van de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU die met betrekking tot deze zaak een optimale samenwerking wenst tussen de verschillende politiediensten.

Wij verlaten de plaats der feiten omstreeks 01.30 uur.

Bij onze aankomst op de bestendige wachtdienst te Brussel melden de gerechtelijk inspecteurs met dienst dat een coördinatievergadering deze nacht nog wordt belegd op het justitiepaleis te Nijvel. Herhaalde pogingen om terzake in telefonisch contact te komen met onze collega’s van Nijvel blijven zonder resultaat.

Voegen hierbij de twee situatieschetsen, opgemaakt door gerechtelijk agent D. M., ter aanduiding van de ligplaats der slachtoffers.

Het onderzoek wordt verdergezet.
Waarvan akte,
Getekend C.L.

14

(839 replies, posted in 1985)

stiletto wrote:

Met de nieuwe gegevens die door Bossi geleverd werden, waarvoor dank, lijkt het interessant moment om dit topic te sluiten en een kompleet nieuw topic "Overijse" uit de grond te stampen. Dit om zoweinig mogelijk foute vaststellingen en conclusies mee te nemen en met een propere lei te kunnen beginnen.

Dan dienen er héééél veel topics afgesloten te worden en volledig herschreven. Zo kan ik ook niet begrijpen dat bij een aanvankelijke vaststelling van 5 roofmoorden, een P.V. van nog geen 1,5 blz is opgesteld door een eenheid. Blijkbaar worden zulke zaken aanvaard. Zal voor iedereen wel evident zijn dat bij het toekomen op een roofoverval met vijf dodelijke slachtoffers er wel iets meer valt te schrijven dan een zeer summier P.V van 1,5 blz.

15

(329 replies, posted in Slachtoffers)

Tiens wrote:

Is het waar dat, toen je vader stierf, de politie naar zijn huis ging voordat jij hiervan ingelicht werd, er de honden neerschoot en het huis doorzocht? Zo ja, vind je deze methode niet merkwaardig en wat vind je ervan?

Patricia Finné: Ja absoluut! Een politieagent uit Overijse zou mijn vader na de gebeurtenissen hebben herkend op de parkeerplaats van Delhaize. Deze persoon wist dat hij alleen woonde met 3 volwassen herdershonden en puppy's (2 of 3), en dat hij twee wapens had, met alle benodigde vergunningen. “Uit veiligheid" werd een dierenarts opgeroepen om de volwassen honden te euthanaseren en de puppy's in een asiel te plaatsen, de wapens werden in beslag genomen. Wat een verspilling van energie voor niets! Ik denk dat er andere, effectievere dingen te doen waren in de uren na het incident. Het was het begin van de vele onzin..."

"Ik sprak erover in CEP en stelde samen met de parlementariërs de vraag of ze dat normaal vonden? Geweldige stilte in de parlement. Mijn moeder werd pas de volgende dag rond 13.00 uur door de autoriteiten verwittigd. Wat mij betreft heb ik het van mijn moeder geleerd. Het was zaterdag rond 15 uur op weg naar het politiebureau van Overijse dat we vernamen dat de honden waren gedood. Het was veel in twee uur, ik had de indruk bij elke ontvangen informatie dat ik een vuist in het gezicht kreeg.

En vorig jaar nog in de Morgen op 11 maart 2023:

"Hij had in zijn villa in Overijse veel wapens liggen", weet Patricia (Finné)nog. "Hij had ook vier honden. Een politieman die aanwezig was in de Delhaize heeft mijn vader herkend. Agenten zijn die avond naar de villa gereden en hebben er de drie grote Duitse herders doodgeschoten. Zonder de familie te bellen. Er was ook nog een puppy, en die hebben ze naar het asiel gebracht. Het was zo'n rare, akelige tijd."

Toch wat tegenstrijdigheden.

Tot bewijs van het tegendeel geloof ik enkel en alleen wat in het Proces Verbaal is geschreven. Ik veronderstel dat een Adjunct Politiecommissaris geen valsheid in geschrifte gaat plegen door te schrijven dat de dieren werden opgehaald met opvordering van een dierenarts, terwijl zij wapengebruik zouden gehanteerd hebben om de dieren af te schieten.

Vergeet niet, vuurwapengebruik is een laatste redmiddel indien er geen andere opties ter beschikking zijn. Elke afgevuurde kogel dient men als ambtenaar met politionele bevoegdheid te verantwoorden.

Nu nog beter wat je al beter kan noemen. Bij elk vuurwapengebruik komt het Comité ter plaatse in opdracht van het parket en wordt het gebruikte wapen zelfs in beslag genomen voor verder onderzoek. Daar men soms binnen de seconde moet beslissen om het wapen te gebruiken tijdens een interventie, heeft het Comité P maanden de tijd om daarover te oordelen en conclusies te vormen. Dikwijls dan nog personen die nooit interventie hebben gedaan op het terrein.

En ter info wat de Morgen betreft. Daarbij was ikzelf persoonlijk aanwezig met nog drie andere personen in Aalst. In het bewust artikel dat vorig jaar verscheen kwamen zowat 6 totaal foutieve meldingen in voor. Die nooit verklaard zijn geweest door de betrokkene.

En niet alleen met pers artikelen dient men de nodige voorzichtigheid te nemen.

16

(57 replies, posted in Getuigen)

Scaramouche wrote:

Bossi, vermits je toch de stukken uit het dossier zou hebben, zou ik heel graag willen weten of de getuige Mark Ghekiere (één van de CVP-plakkers) in een P.V. verklaard zou hebben dat hij één van de daders zou herkend hebben als een jeugdvriend. Iemand die - zoals hij achteraf vernam - zou gewerkt hebben voor de groep Diane van de Rijkswacht. Heeft Mark Ghekiere die verklaring afgelegd aan de politiediensten of is hij daar veel achteraf mee afgekomen in de media (Het Nieuwsblad)?

Dat moet ik nog opzoeken, Scaramouche, en zit niet mee vervat in de verklaringen van de ooggetuigen bij de aanvankelijke vaststellingen en verhoren. Toch heb ik mijn twijfels als ik mij baseer op verschillende ooggetuigenissen. Men spreekt dat de daders drager waren van maskers en waarvan één drager van een sjaal dat het aangezicht bedekte.

Xenophon wrote:

Ik zeg alleen dat een politieambtenaar eerst een OPDRACHT moet krijgen vooraleer hij iets mag doen in - hier - een gerechtelijk onderzoek. Het zijn de magistraten die die opdrachten geven, de reactie van de officier was bijgevolg perfect normaal.

Totaal fout. Of het een opsporingsonderzoek of een gerechtelijk onderzoek betreft, ambtshalve kan men altijd optreden  en overgaan tot vaststellingen. In sommige gevallen zelfs verplicht om tot vaststellingen om ambthalve tot vaststellingen over te gaan. Bij een moord onderzoek gaat men ook ambtshalve over tot de aanvankelijke vaststellingen alvorens het Parket en magistraten met dienst in kennis zal gesteld worden.

Zou mooi worden om niet te mogen optreden alvorens de vraag eerstr te moeten stellen aan een magistraat.

17

(839 replies, posted in 1985)

Aan allen, zonder dank. De waarheid en de juiste correcte vaststellingen verdienen hun plaats. Geplaatst met uitdrukkelijke toelating van Familieleden en/of nabestaanden die de moed zijn verloren om zaken te weerleggen.

Breda72 wrote:

Beste Bossi,

Ik heb de teksten die je de laatste dagen hebt gepost gelezen, en ben benieuwd of je nog meer hebt hiervan? Voor mij is dit nieuw maar betreft dit uitwerkingen van originele documenten die online te vinden zijn?

Beste,

Deze P.V.'s en verslagen zijn overgetypt uit het dossier en niet online te vinden.

Breda72 wrote:

En in de documenten wordt verwezen naar andere stukken (verklaringen, situatie schetsen), heb je die ook?

Uiteraard zitten die mee vervat in het dossier.

En heb je nog meer van dit soort stukken? Het zijn de meest concrete stukken die ik heb gelezen in ieder geval, die het dichts bij de gebeurtenissen liggen. Wat mij betreft dank voor het posten daarom.

Er zijn dossiers van om en bij de 26.000 blz in één kaft en zelfs meer. Indien de klassering op een professionele wijze zou uitgevoerd zijn, was het veel makkelijker ter beperking van opzoekwerk. Toch zonder dank. Bedoeling is om de juiste waarheid naar voor te brengen en de verhaaltjes te weerleggen ivm nekschot, het dumpen van de Heer FINNE, het voertuig dat er niet stond en dergelijke misplaatste onwaarheden.

Zo is er op een slachtoffer in OVERIJSE in het warenhuis ook geen enkele verwonding vastgesteld afkomstig van een vuurwapen. Op het ogenblik dat de feiten werden uitgevoerd door de daders, was wel een Rijkswachtofficier aanwezig in het warenhuis met zijn echtgenote en kinderen. In deze had ik een andere houding verwacht van een Rijkswachtofficier. Daar kom ik ook nog op terug. 

In verband met het onbestaand nekschot op de Heer FINNE, werd dit als waarheid verkondig door een ex Kolonel van de Rijkswacht. Geconfronteerd met het dossier dat hem werd voorgelegd door het Comité P met de foto's van de autopsie, gaf hij uiteindelijk toe deze absurde informatie vernomen te hebben vanuit de pers.

Dat de Politie van Overijse de Familie van de Heer FINNE niet kon bereiken was alvast geen uitzondering in die periode. Toen bestonden er nog geen GSM's. Kon men geen bericht achterlaten met de boodschap dringend de Politie te contacteren. Op de plaats van eindligging van het slachtoffer zijn er op hem ook geen wapens aangetroffen waarvan hij drager zou zijn, noch in zijn gehuurd voertuig FORD SIERRA.

Zo is het verhaal dat de ronde deed dat de Heer FINNE over een gans arsenaal wapens zou beschikken. Eveneens nonssens waarop ik later ook terug kom. Net zoals het dossier ANGELOU dat toch wel enige waarheid verdient nopens de juiste en correcte vaststellingen alsook de vermelding en vaststellingen autopsieverslag.

18

(134 replies, posted in Speurders)

Ben wrote:
Bossi wrote:

Ga je Beuckels nog proberen te reanimeren om hem met Vermeersch nog te kunnen confronteren?

Wat een totaal nutteloze reactie.

Bossi wrote:

Het is niet omdat je familie van elkaar bent dat je ook onderlinge contacten hebt.

Beuckels was een informant van Vermeersch!

Youssou N'Dour wrote:

Als Vermeersch familie is van Beuckels, dan zou DNA van Vermeersch bruikbaar kunnen zijn in het kader van DNA-onderzoek in de strafzaak tegen Bende van Nijvel.

De vrouw van Vermeersch is een Beuckels. Vermeersch zelf niet.

Nutteloze reactie? Ik veronderstel van niet. De onderzoeken en zelfs doorgedreven onderzoeken rond de Delta Cel en de Heer Vermeersch zijn totaal uitgeput. Onderzoeken met zeer langdurige en onmenselijke verhoren door het Comité P. Afluistertechnieken door de POSA geplaatst, telefonische afluistertechnieken en email onderscheppingen. En het resultaat? 0,0.

Had ik trouwens gezegd tegen Onderzoeksrechter en Federaal Procureur toen ik aan het woord kwam als vertrouwenspersoon bij de bijeenkomst in Juni jl.. Dat ex leden van de Delta Cel op een onmenselijke wijze werden behandeld en dat er wel degelijk een oplossing was geweest indien  het dossier geen politieke tussenkomst kende.

Trouwens een nutteloze reactie? Heb jij andere bijkomende middelen of voorstellen betreffende Beuckels en Vermeersch die niet nutteloos zijn?

En wat is de bron dat Beuckels als informant fungeerde? Graag bewijs of verwijs naar de stukken in het dossier dat dit aantonen.

19

(134 replies, posted in Speurders)

Ga je Beuckels nog proberen te reanimeren om hem met Vermeersch nog te kunnen confronteren?

Er is nu een gans andere werkwijze in verband met informatie en informanten. Het is niet omdat je familie van elkaar bent dat je ook onderlinge contacten hebt.

20

(839 replies, posted in 1985)

P.V. 1777 / A dd. 27 september 1985 uitgaande B.O.B. Leuven:

Wij, M.J., 1ste opperwachtmeester en B.J., J.H. en B.D., allen 1ste wachtmeester te Leuven en in burger, brengen als gevolg van het aanvankelijk P.V. in de rand nader vermeld, volgende feiten ter kennis van de Heer Procureur des Konings te Brussel.

VERWITTIGING VAN DE FEITEN:

Op 27.09.85 te 20.50 uur worden wij door het transmissiecentrum van het Rijkswachtdistrict Leuven verwittigd dat een gewapende overval had plaatsgehad op het grootwarenhuis DELHAIZE, gelegen te Overijse, Brusselsesteenweg nummer 399. Bij deze overval zouden meerdere personen gedood zijn. De daders zouden bij hun vlucht een gijzelaar genomen hebben en nadien zouden zij vertrokken zijn met een personenwagen GOLF GTI van donkerblauwe kleur.

VERWITTIGING PARKET

Op 27.09.85 te 21.02 uur werd door het Hoofd Mobiele Permanentie van het District Leuven, 1ste opperwachtmeester P, de Heer Schoolmeesters, Substituut van de Heer Procureur des Konings te Brussel, ingelicht. Deze Magistraat beslist dat hij ter plaatse zal afstappen samen met de Heer Onderzoeksrechter en de Heer Wetsdokter.

EXPLOITATIE VAN DE INLICHTINGEN

Onmiddellijk na het ontvangen van het bericht, werden al de beschikbare effectieven op de hoogte gebracht van de feiten. Hen werd gevraagd opzoekingen te doen in de zone waar de feiten zich hadden voorgedaan. Telexen werden gericht aan de geïnteresseerde eenheden en diensten. De opzoekingen bleven evenwel vruchteloos. Wij begeven onszelf onmiddellijk ter plaatse.

VASTSTELLINGEN TER PLAATSE – EERSTE INLICHTINGEN

Op 27.09.85 te 21.40 uur komen wij ter plaatse aan. Wij worden er opgewacht door Kapitein D. van het District Leuven. Tevens zijn er meerdere leden van de B.O.B. Leuven ter plaatse evenals ploegen van de Mobiele Permanentie. DE PLOEGEN VAN DE Mobiele Permanentie hielden zich bezig met het vrijwaren van de plaats en met het aftekenen van de ter plaatse gevonden sporen. Het personeel hield zich bezig met het inwinnen van inlichtingen. Majoor C., Commandant van het Rijkswachtdistrict Leuven en Commandant D, dienstdoende officier komen eveneens ter plaatse. In afwachting van de komst van het Parket hebben wij de eerste verhoren van personeel en getuigen afgenomen.

AFSTAPPING PARKET

Op 27.09.85 te 22.25 uur stapt het Parket van Brussel, onder leiding van de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU, ter plaatse af. Hij is vergezeld van de Heer Schoolmeesters, Substituut van de Heer Procureur des Konings te Brussel, Wetsdokter, de Heer TAHON en wapendeskundige de Heer STEVENS. Samen met het Parket komt ook de Gerechtelijke Politie van Brussel, onder leiding van de Heer C, ter plaatse. Nadat wij de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU op de hoogte hebben gebracht van de inlichtingen in verband met de feiten, vergewist hij zichzelf van de toestand ter plaatse. Op 27.09.85 te 22.45 uur is er, onder leiding van de Heer Onderzoeksrechter ter plaatse een vergadering. Hier wordt de zaak besproken en de verschillende taken worden verdeeld.

Zo werden volgende opdrachten gegeven aan de verschillende politiediensten:

Politie van Overijse

Verwittigen van de families
Zorgen voor de overbrenging van de slachtoffers naar de Wolstraat te Brussel
Na de vaststellingen, zorgen voor het voertuig van FINNE, waarvan men op dat ogenblik niet wist of hij nog directe familie had.

Gerechtelijke Politie van Brussel

Nemen van foto’s
Technische vaststellingen en labonderzoeken
Lijkbeschrijving
Bijwonen lijkschouwing

B.O.B. Leuven

In samenwerking met de wapendeskundige, de Heer Stevens, de vaststellingen ter plaatse.

RIJKSWACHT LEUVEN EN BRUSSEL

Zorgen dat parking van warenhuis vrijgemaakt wordt.
Parking van het warenhuis bewaken zolang als nodig, en meer bepaald totdat de vaststellingen ter plaatse gedaan zijn.

Buiten deze opdrachten dienden al de politiediensten de opsporingen naar de daders onverwijld verder te zetten en al de inlichtingen dienden uitgebuit te worden. Tevens werd afgesproken van al de inlichtingen uit te wisselen.

BIJKOMENDE INLICHTINGEN IN VERBAND MET OPDRACHTEN B.O.B.

Zoals hoger vermeld diende de B.O.B. Leuven te zorgen voor de vaststellingen ter plaatse. Na deze vaststellingen ter plaatse en na akkoord met de wapendeskundige, de Heer STEVENS, mocht het warenhuis en de parking vrijgegeven worden. De Onderzoeksrechter diende hiervan niet meer ingelicht te worden. Wel vraagt hij ons om hem steeds op de hoogte te houden van het verdere verloop.

VASTSTELLINGEN TER PLAATSE

Beschrijving van de plaats van de omgeving waar het voertuig van de daders vermoedelijk heeft gestaan:

Op de parking gelegen rechts naast de  “de coffee shop” Windeking staat op de grond een voertuig afgetekend. Het voertuig dat hier gestaan had zou dit geweest zijn waarmee de daders zich verplaatsten. (Zie PW 1 van schets). Wanneer wij de onmiddellijke omgeving verder afzoeken vinden wij nog lege hulzen van kardoezen en patronen 9 MM. (Zie 1-2-3-5 van schets). Op een 40 tal meter van het VPI verwijderd treffen wij in het gras ook een stuk kolf van kunststof aan. Of dit iets met de zaak te maken heeft weten wij niet maar toch wordt dit door ons in beslag genomen.

Gekomen juist aan de zijkant van Coffee Shop Windekind is er op de grond een cirkel getekend. Hierin bevindt er zich bloed en braaksel. Het is op deze plaats dat een persoon werd neergeschoten door de daders. De gekwetste werd overgebracht naar het ziekenhuis waar hij overleed. Het gaat hier om het slachtoffer Bennekens. Iets voorbij het bloed en het braaksel ligt er nog een prop tegen de muur. (Nummer 6 van schets 1)

Wanneer wij ons van de zijkant van de Coffee Shop verder begeven naar de ingang van het grootwarenhuis Delhaize komen wij op een kleinere parking. Deze wordt afgebakend door de Coffee Shop, drie winkels zijnde Leonidas, Edelweiss, krantenwinkel en het grootwarenhuis Delhaize. Zij is van de grote parking afgescheiden door een bestaande groene zone. Op deze parking liggen er twee slachtoffers. Zijnde Notte Stefaan en Finné Leon. Notté Stefaan die op de schets 1 is aangeduid door nummer 19, ligt met zijn hoofd tegen de betonnen afbakening. Zijn voeten in de richting van het grootwarenhuis. Hij lag op zijn rug. Finné Leon ( nr 12 van schets 1) ligt uitgestrekt naast zijn voertuig Ford Sierra (zie PW 2 van schets 1) Hij ligt op zijn rug met de voeten in de richting van de grote parking. Zijn linkerarm ligt gestrekt en ongeveer haaks ten opzichte van zijn lichaam. Ongeveer ter hoogte van de voeten van het slachtoffer (zie 13 van schets 1) liggen de sleutels van zijn voertuig. Dit laatste staat vlak naast het slachtoffer, met het voorste in de richting van de winkels waarvan hoger sprake. Op de linkervoorslijkweerde kleeft er bloed, waarschijnlijk afkomstig van Finné. De antenne van het voertuig is ook geplooid.

Verder ligt, op een zekere afstand ook een fiets. (F van schets 1) Deze fiets is van Notté Stefaan.

Op deze parking treffen wij verder meerdere hulzen, proppen en loden kogeltjes aan. (Zie hieronder schets 1 nummers 7-8-9-10-11-14-15-16-17-18)

Op te merken valt dat deze voorwerpen gegroepeerd zijn tussen het lijk van de jongen en dit van de persoon die naast zijn voertuig is neergeschoten. In het uitstalraam zijn ook meerdere kogelgaten zichtbaar. Deze gaten zijn meer dan waarschijnlijk afkomstig van minstens 2 schoten, afgevuurd door een riot-gun. Van deze inslagen wordt een afzonderlijk P.V. en een afzonderlijke schets gemaakt.

Wanneer wij ons van aan het stoffelijk overschot van Notté Stefaan verder begeven via de buitenzijde van het grootwarenhuis treffen wij er nog 3 lege kardoezen aan ( Zie 20 van schets 1). Het is duidelijk dat hiermee geschoten werd op een voertuig Peugeot 504 hetwelk op de parking stond en wilde vertrekken. Dit voertuig ( N° 21 van schets 1) werd door deze drie schoten getroffen juist onderkant voorruit links en in de linkerzijdeur. De bestuurder van deze wagen, M. J-P, werd hierbij gekwetst aan de linkerarm. Hij werd voor verzorging overgebracht naar het ziekenhuis. Betreffende de kogelinslagen en het terugvinden van kogels in dit voertuig zal een afzonderlijk P.V. worden opgesteld.

Buiten hogergenoemde sporen en aanduidingen zijn er op de parking op dat ogenblik geen andere aan te treffen die nuttig zouden kunnen zijn voor het onderzoek. Aan de terplaatse aanwezige rijkswachters werd de opdracht gegeven de parking te blijven bewaken, teneinde ons toe te laten bij klaarlichte dag op 28.09.85, op de parking nog opzoekingen te verrichten.

BESCHRIJVING VAN DE PLAATSGESTELDHEID IN HET GROOTWARENHUIS:

Wanneer men het warenhuis binnenkomt komt men in een zogezegd sas. De twee linker deuren geven toegang tot de winkel terwijl de twee anderen de uitgang zijn. Het betreft hier automatische deuren. Eens binnen, ligt rechts van de inkomdeur een kardoes (zie A van schets 2)

Vervolgens komen wij aan de kassa’s. Tussen kassa 1 en 2 ligt er een vrouw kassierster, in een plas bloed. Zij ligt met haar hoofd in de richting van de parking terwijl haar voeten gericht zijn naar de winkelruimte van het grootwarenhuis. Ze ligt op haar rug. Het gaat hier om de genaamde, Van Kildonck Rosa.

Tussen kassa 2 en 3 ligt het stoffelijk overschot van een man. Het betreft hier een klant. Deze ligt eveneens op zijn rug en in dezelfde richting als de kassierster. Van deze wordt gezegd dat hij van de emotie zou gestorven zijn. Bloed treffen wij hier niet aan. Het gaat hier om de genaamde, Busiau Jean Pierre.

In de omgeving van deze twee slachtoffers vinden wij verder tegen kassa 3 ( B van schets 2) een huls 9 MM, terwijl deze kassa is stukgeschoten. ( B1 van schets 2) Wanneer het slachtoffer Busiau is weggehaald vinden wij hier ook nog een loodje (D van schets 2), terwijl onder het lichaam van Van Kildonck een mantel van een kogel werd aangetroffen (C van schets 2). Ook dit voorwerp troffen wij aan nadat het slachtoffer was weggebracht.

Het is duidelijk dat de daders in de omgeving van de eerste kassa’s aan het schieten zijn geweest. Hetzelfde mag gezegd worden voor de omgeving van kassa 8 en omgeving. Zo treffen wij op de rolband van kassa 7 een stukgeschoten Spa-fles aan terwijl 3 flessen wijn werden stukgeschoten. Deze laatsten bevonden zich in een bak wijn die op rolband van kassa 8 stond. Ingevolge het stukschieten van deze flessen is de inhoud van deze flessen op de vloer terecht gekomen. ( PW van schets 2) Tegen de voet van bewuste kassa 8 vinden wij een huls 9 MM (E van schets 2) terwijl op de rolband resten liggen van de mantel van een huls. (E1 van schets 2)

Tussen kassa 10 en 11 (F van schets 2) vinden wij een vilten prop, terwijl op kassa 11 zijnde de rolband een kogelinslag is waar te nemen. (G van schets 2)

Kassa 14, zijnde de expresskassa staat open. Het is duidelijk dat de daders hier ook aan het werk zijn geweest en deze geplunderd hebben. Andere vaststellingen zijn er in de winkel op dat ogenblik niet waar te nemen. Ook werden wij door niemand van het personeel er opmerkzaam op gemaakt dat zij hier of daar iets hadden gevonden.

Na de vaststellingen in de winkel begeven wij ons verder naar het bureel alwaar de daders ook zijn geweest.

VASTSTELLINGEN EN BESCHRIJVING PLAATSGESTELDHEID VAN HET BUREEL

Het bureel van de vestiging Delhaize te Overijse is gelegen aan de andere zijde van het magazijn waar de toegangsdeuren zijn.  De toegang hiertoe bevindt zich naast kassa 14. Om hier te geraken moet men enkele trappen omhoog. Deze ruimte bestaat uit twee delen, namelijk de ruimte waar zich twee brandkoffers bevinden en de andere ruimte waar het afdelingshoofd van de zetel, zijn bureel heeft.

De ruimte waar de brandkasten staan is afgesloten door een soort balie. Wanneer men naar de brandkast gaat ligt op de grond links, vlak achter de balie een zak kleingeld. (1 van schets 3) Eén van de twee brandkasten staat open (B van schets 3) Het is uit deze brandkast dat er een hoeveelheid geld is meegenomen. Op te merken valt dat er nog een grote hoeveelheid geld werd achtergelaten, waaronder meerdere bankbiljetten van 1.000 frank, die zomaar voor het grijpen lagen. Links van de brandkast staat op een tafel een telefoon (T 1 van schets 3) Rond deze telefoon, die stukgeschoten werd door één der daders liggen lood en twee proppen. Op de grond ( J van schets 3) ligt er een huls 9 MM. In de hoek gevormd tussen of beter gezegd door de balie en de muur van de trap, ligt er een alarmpistool. Of dit iets met de zaak te maken heeft kan ons niet gezegd worden en daarom nemen wij dit ook in beslag.

In het bureel van de directie werd het telefoontoestel ook stukgeschoten. Eerste werd dit uit de muur gerukt en op de grond geworpen. Juist voor de tafel, ligplaats van de telefoon (T 2 van schets 3) zijn zwarte sporen zichtbaar. Volgens deskundige STEVENS zijn deze afkomstig van het afvuren van een schot. Links van de tafel (L van schets 3) treffen wij nog meerdere loodsplinters aan. Deze zijn waarschijnlijk afkomstig van het schot waarmee de telefoon in dit lokaal werd stukgeschoten. Andere sporen of aanwijzingen, nuttig voor ons onderzoek vinden wij ook in deze plaatsen verder niet.

BIJKOMENDE INLICHTINGEN IN VERBAND MET DE VASTSTELLINGEN

Na hogergenoemde vaststellingen maken wij met wapendeskundige de Heer STEVENS nog een rondgang op alle plaatsen, teneinde toch maar geen enkel detail uit het oog te verliezen. Op dat ogenblik treffen wij echter niets bruikbaars meer aan. Wij besluiten dan ook op 28.09.85 de plaats te verlaten om 02.30 uur.


Aan het personeel van Delhaize en meer bepaald aan de poetsploeg, hebben wij uitdrukkelijk gevraagd om, wanneer zij iets zouden vinden in verband met de feiten, zij ons dit de dag nadien kenbaar zouden maken. Zij beloofden ons dit zeker te zullen doen. Voor ons vertrek hebben wij de winkel vrijgegeven zodat de poetsploeg aan de slag kon, zoals overeengekomen met de Heer Onderzoeksrechter. De parking daarentegen mocht niet gebruikt worden tot nader bericht. Deze is trouwens van bij ons vertrek onder bestendige bewaking gebleven van de Rijkswacht.

OPDRACHTEN VAN WAPENDESKUNDIGE

Op vraag van wapendeskundige de Heer STEVENS zouden wij op 28.09.85 in de vroege morgen terug ter plaatse dienen te komen teneinde de parking nog eens af te zoeken naar eventueel bijkomende sporen. Van de krantenwinkel, waar kogelinslagen waren diende een schets gemaakt te worden en eveneens diende het voertuig grondig onderzocht te worden. Deze opdrachten zullen door ons uitgevoerd worden. De stukgeschoten telefoons (2) dienden in beslag genomen te worden.

BIJKOMENDE INLICHTINGEN MET VASTSTELLINGEN VAN 28.09.85 TE 08.15 UUR

Zoals was afgesproken hebben wij ons op 28.09.85 terug naar Overijse begeven. Aldaar kwamen wij toe om 08.10 uur. Wij hebben ons in verbinding gesteld met de directie en hebben hen gevraagd of zij de voorbije nacht iets hadden gevonden. Dit was positief. Op de kassa van de kassierster die gedood werd had men nog een stukje lood gevonden terwijl men in een hangrek (H van schets 2) vier anorakken had aangetroffen en een broek, die doorzeefd met kogels. Wanneer wiij hiermee eens goed schudden vallen er nog twee loodjes op de grond. De jassen en de broek werden door ons meegenomen. Andere zaken werden er niet aangetroffen. Wanneer wij er toekwamen was de winkelruimte volledig opgeruimd. Aan de directie werd ook gevraagd om de kassa nummer 3, die werd stukgeschoten, niet van de hand te doen en ze ter beschikking te houden. Dit beloofde zij zeker te zullen doen.

Op de parking hebben wij ook nog een zoeking uitgevoerd naar eventuele andere sporen. Deze worden door ons niet meer gevonden.

Wel vinden wij aan de paal ( P van schets 1) groene verfschilfers en stukken van vermoedelijk een achterlicht van een voertuig. Het is op deze plaats dat de VW GOLF GTI van de daders gestaan heeft. Daar één van de getuigen verklaard heeft dat hij een verdacht voertuig gezien heeft met een defect achterlicht nemen wij deze verfschilfers en stukken achterlicht voor alle zekerheid in beslag voor verder onderzoek. Na onze zoeking op de parking wordt deze door ons vrijgegeven. Dit gebeurde op 28.09.85 te 09.00 uur.

De bewaking werd van dat ogenblik ook opgeheven.

BIJKOMENDE INLICHTINGEN IN VERBAND MET HOGERGENOEMDE VASTSTELLINGEN

De stoffelijke overschotten van de vier slachtoffers worden door de begrafenisondernemer weggehaald om 23.50 uur.

Het voertuig van slachtoffer FINNE werd door de Politie van OVERIJSE, bij hen ondergebracht. Hiervoor hebben wij hen de sleutels van dit voertuig overhandigd.

De fiets van slachtoffer NOTTE Stefaan werd meegenomen door de vader. Het voertuig Peugeot 504 waarop men had geschoten werd ook vrijgegeven na de nodige vaststellingen. Zie afzonderlijk P.V.

BUIT

Aan de hand van de inlichtingen ons verstrekt door de directie van het grootwarenhuis DELHAIZE zou de buit rond de 500.000 frank bedragen. Precies kon men dit echter nog niet zeggen op dat ogenblik daar de kassa nog diende gemaakt te worden. De buit zou voornamelijk bestaan uit briefjes van 100 en 50 frank. Dit geld is voornamelijk afkomstig vanuit de brandkast, doch ook uit kassa’s die door de daders werden leeggemaakt. Zo zouden kassa’s 5-7-8-12-13 en 14 volledig leeggeplunderd zijn.

RELAAS VAN DE FEITEN

Op 27.09.85 omstreeks 20.30 uur komen gemaskerde mannen, vermoedelijk 4, de parking van het warenhuis op. Zij plaatsen hun voertuig, waarschijnlijk een VW GOLF GTI van donkerblauwe kleur op de parking achter de Coffeeshop WINDEKIND. Een van de daders blijft mogelijks bij het voertuig terwijl de drie anderen zich naar de ingang van het warenhuis begeven. Juist voor de ingang zijn drie kinderen aan het fietsen. Zij verplichten deze van af te stappen. Twee van hen nemen het hazepad, doch de derde zou gehoorzaamd hebben aan het bevel van de gangsters. Onmiddellijk hierop wordt deze jongen, NOTTE Stefaan, neergeschoten.

In de onmiddellijke omgeving zijn personen aan het plakken voor de verkiezingen. De gangsters duiden de man met het petje aan zeggende dat hij tot bij hen moet komen. Dit gebeurde ook, terwijl de anderen de vlucht namen. Er werd dan trouwens ook geschoten. In de richting van die personen, dus in de richting van de krantenwinkel. Mogelijks werd op dat ogenblik ook de Heer FINNE gedood. De man met de pet, de Heer BENNEKENS, zou met de gangsters meegegaan zijn en deze zou gebruikt zijn als gijzelaar. De gangsters zijn de winkel binnengegaan. Wat hier dan vervolgens allemaal juist gebeurd is is niet helemaal duidelijk. Feit is dat de gangsters zijn beginnen te schieten met als gevolg dat de kassierster VAN KILDONCK en de kliënt BUSIAU gedood werden. Alle aanwezige klanten vluchten weg of lieten zich op de grond vallen. Twee van de gangsters zijn vervolgens naar het bureel gegaan terwiojl de derde de wacht hield achter de kassa’s. Deze zou ook nog enkele malen geschoten hebben.

Een van de daders die het bureel binnenkwam heeft met zijn wapen iedereen achteruit doen gaan en zeggende dat de koffers open moesten. Eén van de kassiersters heeft een koffer geopend. Vervolgens dienden de vier aanwezige personen, waaronder de verantwoordelijke van de vestiging, zich te begeven naar het bureel van de directie. Zij hebben dit ook gedaan doch daar de laatste kassierster niet vlug genoeg was hebben zij deze een duw gegeven zodat zij ten val kwam. Hierop werd de deur van het bureeltje van de directie toegetrokken. De personeelsleden hoorden dan gestommel en kwam een andere gangster dan de eerste het lokaal binnen. Deze trok de draden van de telefoon uit de muur, wierp de telefoon op de grond en schoot deze stuk bij middel van een riot-gun. Hierop werd de deur weer dicht getrokken. Door het personeel werd dan nog gehoord dat er een schot gelost werd in het lokaal waar de brandkasten zich bevonden. Vermoedelijk werd op dat ogenblik ook de telefoon stukgeschoten.

Eén van de gangsters is dan vanuit het bureel terug het magazijn tot de winkel ingegaan en kort nadien kwam ook de tweede vanuit het bureel. Daar waar de eerste blijkbaar gehaast was had de tweede tijd genoeg want aan de express kassa, kassa 14, maakte hij nog halt. Hij verplichte de kassierster die ook op de grond lag, recht te staan en haar kassa te openen. Dit laatste ging niet onmiddellijk daar de rol van de kassa op was en zodoende kon deze niet geopend worden.  Zij heeft dan toch van alles gedaan en uiteindelijk is het haar toch gelukt. Wanneer zij hiermee bezig was werd zij meermaals bedreigd door de gangster met diens wapen. Wanneer deze kassa dan geledigd was is hij ook vertrokken richting uitgang. Buiten kassa 14 werden er ook nog 4 andere kassa’s leeg geroofd, doch wanneer dit juist is gebeurd hebben wij nog niet kunnen achterhalen. Nadat zij klaar waren in de winkel zijn ze buiten gegaan. Zij moeten waarschijnlijk BENNEKENS weer als gijzelaar hebben meegenomen. Zij hebben de vlucht genomen in de richting waar hun voertuig op de parking stond. Vooraleer zij aan hun voertuig kwamen, werd dan BENNEKENS, ook neergeschoten.

Gekomen aan hun voertuig zouden zij allen nog een schot gelost hebben om  vervolgens in te stappen in hun voertuig. Vervolgens is dit vertrokken, vermoedelijk een vierde dader aan het stuur, via de car- wash, in de richting van de Brusselsesteenweg. Tot aan deze steenweg werd rustig gereden met gedoofde lichten. Eens op de Brusselsesteenweg werden de lichten ontstoken en reed men met hoge snelheid in de richting van JEZUS EIK. Dit relaas hebben wij weergegeven aan de hand van onze vaststellingen en de verschillende verklaringen. Of deze helemaal juist of volledig is durven wij evenwel niet met zekerheid zeggen.

Moesten er andere getuigenissen naar voor komen dan zullen wij niet nalaten de nodige verbeteringen aan te brengen.

INBESLAGNAME

Al de voorwerpen waarvan sprake in huidig P.V. en waarvan niet gezegd werd dat zij terug gegeven werden aan de eigenaar of elders werden ondergebracht, zullen door ons neergelegd worden op de Griffie van de Correctionele rechtbank te Brussel, op uitzondering van de stukken van het achterlicht en de verfschilfers.

Voorwat deze laatste zaken betreft zullen wij een beslissing afwachten van de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU. Wat betreft inbeslagname zie bijlage hierbij P.V. gevoegd.



BESCHRIJVING VAN DE DADERS

Alhoewel er een vermoeden bestaat dat de gangsters met vier waren, werden er toch maar drie opgemerkt. Een precieze beschrijving van hen kan men ons niet geven. Wat wel naar voorkomt is dat één van de daders nogal tamelijk groot is, ongeveer 1,90 M. De twee anderen zouden iets kleiner zijn. Zij waren gekleed met donkere kledij gaande van zwart naar bruin en donkergroen. Hierover gaan de verschillende verklaringen wat uit elkaar. Wel valt op te merken dat men aanstuurt op een soort legerkledij. De dader die kassa 14 plunderde droeg handschoenen. Van de anderen kan men ons dit niet met zekerheid zeggen. Alle drie droegen ze carnavalsmaskers ttz dit is zo voorwat betreft de meeste getuigenissen, doch ook is er sprake van een sjaal voor het aangezicht. Zij zouden allen gewapend zijn met een riot-gun of toch alleszins een soort mitraillette. Van pistolen werd niet gesproken doch dat ze deze bij zich hadden is een feit om reden er meerdere hulzen van dergelijk wapen werden gevonden. De taal die gebruikt werd bij deze overval zou uitsluitend Frans geweest zijn. Van nationaliteit of ras kan niets gezegd worden, gezien de maskers.

BESCHRIJVING VOERTUIG

Het voertuig gebruikt door de gangsters zou een VW GOLF GTI zijn van donkerblauwe kleur met de nummerplaat FPF, mogelijks gevolgd door het cijfer 8. Van dit laatste is men echter niet zeker. In onze documentatie  werd nazicht gedaan of dergelijk voertuig gestolen werd doch dit bleek niet het geval te zijn.

OVEREENKOMST MET ANDERE MISDRIJVEN

Dezelfde avond dus op 27.09.85 omstreeks 20.15 uur werd op dezelfde manier en meer dan waarschijnlijk door dezelfde daders een overval geplaagd op het warenhuis DELHAIZE in Braine L’Alleud.

AANGETROFFEN OP PARKING

1 Huls 9 MM
2 Kardoes voor jachtwapen kaliber 12 van groene kleur merk Remington, kardoes voor jachtwapen kaliber 12 van witte kleur merk Legia 9 korrels, huls 9mm
3 Huls 9mm
4 Plastiek prop van jachtpatroon
5 Viltenprop van jachtpatroon
6 Kardoes Remington kaliber 12 van groene kleur
7 2 loden korrels van een jachtpatroon
8 Kardoes Remington van groene kleur kaliber 12
9 Kardoes Remington van groene kleur kaliber 12
10 Kardoes Remington van groene kleur  kaliber 12
14 Kartonnenprop van jachtpatroon
15 2 Loodsplinters
16 Kartonnen prop van jachtpatroon
17 Plastieken prop van jachtpatroon
18 Lodenkorrel
20 Drie hulzen van jachtpatronen, merk Legia kaliber 12 met vermelding 12 korrels, 12 korrels, 9 korrels

Hogergenoemde voorwerpen werden aangetroffen op de parking van het warenhuis

VOORWERPEN AANGETROFFEN IN HET WARENHUIS

A Huls van jachtpatroon (kardoes) merk Legia van witte kleur kaliber 12 – 12 korrels
B Huls 9 mm
B1 4 Loodsplinters
C Koperen mantel van kogel
D Loodsplinters
Huls 9 mm voor aan kassa 8 €
Mantel van kogel aan kassa 8 (E1)

Viltenprop van jachtpatroon in de gang achter kassa 10 (F)
Plastiekenprop tussen kassa 10 en 11 (G)
Bureel 1 kartonnenprop en een hoeveelheid loodsplinters
Bureel 1 Huls 9 mm

Bureel 2 Hoeveelheid loodsplinters
Bureel 2 Plastiekenprop van jachtpatroon
H 2 lodenkorrels onder anorakken
Een speelgoedrevolver merk Gonher van zwarte kleur
Een stuk bruin kunststof schijnbaar handgreep van speelgoedwapen
4 witte anorakken
1 blauwe broek

De gebruikte nummering op huidige bijlage is deze door ons aangebracht op de verpakking van de inbeslaggenomen voorwerpen, afhankelijk van de plaats waar ze werden inbeslaggenomen en de volgorde.

PROCES VERBAAL N° 1280 DD. 27.09.85 UITGAANDE RIJKSWACHT TERVUREN:

Heden zevenentwintig september negentienhonderdvijfentachtig, te 20.38 uur;

Wij ondergetekenden S.E., 1ste Wachtmeester en O.J., Wachtmeester, verblijvende te TERVUREN, in uniform gekleed, met dienst binnen de gemeente TERVUREN (DUISBURG) Steenweg op Tervuren worden radiofonisch verwittigd door het Hoofd Mobiele Permanentie, om ons te begeven naar het grootwarenhuis DELHAIZE Brusselsesteenweg te OVERIJSE.

Het Hoofd Mobiele Permanentie deelt ons mede dat hij telefonisch verbinding heeft met het grootwarenhuis DELHAIZE met een zekere S. welke zegt dat er een gewapende overval is. De daders zijn nog aanwezig en er wordt geschoten op alles wat beweegt.

Wij begeven ons onmiddellijk ter plaatse alwaar wij toekomen om 20.45 uur.

De hulpdienst 900 is ter plaatse en laden juist een persoon in welke dodelijk is gewond. Deze persoon wordt nadien vereenzelvigt als zijnde BENNEKENS Luc.

Er is een geweldige volkstoeloop. Verschillende personen bieden zich aan als ooggetuigen. Nopens de daders vernemen wij dat deze zijn gevlucht. Volgens ooggetuige K. stond het voertuig van de daders achter het restaurant zonder lichten. Het betrof een personenwagen VW GOLF met nummerplaat FPF 8.., van het laatste cijfer is hij niet zeker. De VW GOLF was van blauwe kleur. Tegen de Volkswagen ter hoogte van het stuur stond één gangster gewapend met een machinepistool, ongeveer 38 jaar oud, grote gestalte, dragende een regenmantel van donkere kleur. K, welke was gevlucht achter de car-wash werd opgemerkt door de gangster. Onmiddellijk werd in zijn richting gevuurd. K. heeft zich in het gras gelegd en enkele ogenblikken nadien kwam het voertuig VW GOLF voorbijgereden en nam de richting van OVERIJSE (Jezus Eik) Brusselsesteenweg. Onmiddellijk worden deze gegevens door gegeven aan de Centrale post te Leuven teneinde onmiddellijk opsporingen te laten doen naar de daders.

Voor het grootwarenhuis liggen twee dodelijke slachtoffers, de slachtoffers worden niet aangeraakt en volgens getuigen en familie gaat het om:

NOTTE Stefaan, …………..

Zijn rode herenkoersfiets ligt voor de ingang. De ooggetuige W. M. wonende te …./…., heeft de jongen zien dood schieten.

FINNE Leon, …………

Belanghebbende ligt dood tegen zijn voertuig FORD SIERRA met nummerplaat FNZ … van witte kleur. De contactsleutels liggen op de grond ter hoogte van de voordeur van de bestuurder.

Vooraan in het grootwarenhuis tussen de kassa 2 ligt een vrouw in een bloedplas, het gaat om de kassierster:

VAN KILDONCK, Rosa, ………………………

Zij ligt tussen de kassa.

Vooraan tussen de kassa 2 en 3 ligt een man dodelijk gewond. Het gaat om:

BUSEAU, Jean Pierre,……………………

Het vijfde slachtoffer dat werd overgebracht naar kliniek HGI te ETTERBEEK en is overleden, het gaat om de genaamde BENNEKENS, Luc, ………………………….

INLICHTINGEN :

De Heer Procureur des Konings, Substituut SCHOOLMEESTERS te BRUSSEL werd van de feiten op de hoogte gebracht op 27.09.85 te 20.50 uur. Hij beslist de Heer Onderzoeksrechter te vorderen en wapendeskundige en wetsdokter te vorderen. Deze overheid is ter plaatse gekomen. De hiërarchische overheid werd verwittigd en beslist onmiddellijk ter plaatse te komen.

De Gerechtelijke Politie onder leiding van de heer C., wapendeskundige STEVENS en Wetsdokter TAHON zijn ter plaatse gekomen. Het verder onderzoek wordt geleid door de Heer Onderzoeksrechter MAHIEU te BRUSSEL.

Hierbij :

Verklaring van M. C., bijlage 1
Verklaring van D.M., bijlage 2
Verklaring van V.H., bijlage 3
Verklaring van T.M., bijlage 4
Verklaring van L.C., bijlage 5

Waarvan akte,
Getekend door opstellers

PROCES VERBAAL N° 1565 UITGAANDE RIJKSWACHTBRIGADE KORTENBERG DD. 27.09.85:

Navolgend P.V. aan aanvankelijk P.V. N° 1280 dd 27.09.85 uitgaande Rijkswacht TERVUREN

Heden zeventwintig september negentienhonderdvijfentachtig, te 21.10 uur;

Wij ondergetekenden, S.M. en V.P., beiden wachtmeester bij de Rijkswacht, verblijvende te KORTENBERG, in uniform gekleed, met mobiele permanentie belast worden opstellers belast met het ons onmiddellijk begeven naar het grootwarenhuis DELHAIZE te OVERIJSE, alwaar een gewapende overval aan de gang is.

Terplaatse gekomen is de ploeg TERVUREN reeds daar en bezig met de eerste en dringende vaststellingen. Opstellers gaan op bovenvermelde datum en uur over tot het inzamelen van de identiteiten der getuigen en tevens tot het aftekenen van de nodige bewijsmaterialen en de lijken.

Wij tekenen volgende zaken af : Binnen het grootwarenhuis :

Twee hulzen voor de kassa’s. Eén voor kassa 7 en één voor kassa 9.
Eén huls rechts van kassa 1
Eén prop achter de kassa 10
Eén vrouwelijk lijk tussen kassa 2 en 3
Eén mannelijk lijk tussen kassa 3 en 4

Buiten het grootwarenhuis:

Drie hulzen voor de ingang van de DELHAIZE
Vier hulzen parking voor het gebouw Edelweis
Eén fiets voor bovenvermeld gebouw
Een mannelijk lijk voor gebouw Edelweis
Een mannelijk lijk (jongen vermoedelijk 14 jaar) rechts van de ingang DELHAIZE
Bloedplas en braaksel voor het gebouw WINDEKIND
Zes hulzen rechts zijkant gebouw Windekind.

Bij onze aankomst liep er op de plaats der feiten zeer veel volk rond. De mogelijkheid bestaat dat er zaken zijn weggetrapt of verplaatst. Na onze verrichtingen hebben opstellers zich gehouden met het zo goed mogelijk vrijwaren van de plaatsen. Dit is ons echter niet helemaal gelukt. Er heerste een enorme paniek gepaard gaande met een enorme drukte.

Waarvan akte,
Getekend door opstellers.

PROCES VERBAAL VAN ONDERZOEK TER PLAATSE

DOOR ONDERZOEKSRECHTER MAHIEU W.

DOSSIER : 458/85

Ten jare negentienhonderd vijfentachtig, op 27 september om 21.30 uur

Wij, Mahieu W., onderzoeksrechter van het arrondissement Brussel,
Bijgestaan door onze griffier, WILLEMS J.

En vergezeld van de Heer SCHOOLMEESTERS
Substituut Procureur des Konings

Hebben ons begeven naar Overijse, Brusselsesteenweg ter hoogte van het grootwarenhuis Delhaize alwaar wij ter plaatse zijn aangekomen omstreeks 22 u 20.

Voordien werden wij te 21.25 uur ingelicht door de Heer Schoolmeesters dat er op voormelde plaats een diefstal met geweld was gepleegd waarbij verschillende dodelijke slachtoffers waren gevallen. De Heer Schoolmeesters had reeds wapendeskundige Stevens aangesteld, waarop op onze vordering beroep werd gedaan op Wetsgeneesheer Tahon.

Op de plaats van de feiten hebben wij, naast voormelde deskundigen, eveneens ontmoet :

Als leden van de Gerechtelijke Politie Brussel :

Officier C.
Inspecteurs W., D., en S
Labo-operateur L.

Als leden van de Rijkswacht :

Majoor C.
Kapitein D.
Diverse leden van de B.O.B. Leuven

Verschillende leden van de Politie van OVERIJSE onder leiding van Adjunct Commissaris V.D.B.

Ter plaatse aangekomen stellen wij onmiddellijk vast dat er op de parkingruimte een grote volkstoeloop bestaat. Voor de ingang van het grootwarenhuis ligt het stoffelijk overschot van twee personen, terwijl eveneens twee personen levenloos worden aangetroffen bij het binnenkomen van het warenhuis zelf, ter hoogte van de kassa’s.

Wetsdokter TAHON verhaalt ons dat uit zijn bevindingen  - minstens voor wat betreft drie van de vier lijken –
Zeker blijkt dat deze zijn omgekomen ten gevolge kwetsuren veroorzaakt door wapens.

Behoudens de vier overledenen ter plaatse, werden er nog twee personen door de hulpdiensten weggebracht naar het hospitaal. Eén van hen is inmiddels eveneens overleden, wat het aantal doden op vijf brengt.

De andere persoon zou enkel gewond zijn aan de schouder en mocht in de loop van de avond het hospitaal verlaten na verzorging. Volgens deskundige in ballistiek, de Heer STEVENS, werden er naar de wagen Peugeot van deze laatste drie schoten afgevuurd.

Na de technische vaststellingen van het labo en het onderzoek van Wetsdokter TAHON, werden de stoffelijke overschotten afgevoerd door tussenkomst van de Politie van OVERIJSE, aan wie formeel opdracht wordt gegeven contact te nemen met familieleden. Er werd medegedeeld dat dezen het stoffelijk overschot een laatste groet mochten brengen op 28 september 1985 van 10.00 tot 12.00 uur in het medico-legaal instituut, Wolstraat te BRUSSEL. Vanaf 13.00 uur zouden Wetsdokters TAHON en BONBLED de lijkschouwingen aanvatten.

Tijdens de afstapping ter plaatse waren de leden van de B.O.B. LEUVEN nog volop bezig met het verhoor van getuigen. Niettemin werd ons voorlopig een zeer schematische weergave gegeven van het verloop van de diefstal, als volgt samen te vatten:

Op een bepaald ogenblik omstreeks 20.30 uur merkten enkele leden van een plakkersploeg, welke affiches aanbrachten ter hoogte van de ingang van het grootwarenhuis, enkele personen op ( 2 of 3 ), welke de aandacht trokken van hun kledij. Plots werd er geschoten waarbij twee slachtoffers vielen, namelijk een jongen die op de parking fietste en een cliënt welke blijkbaar zopas zijn voertuig had verlaten ofwel wou instappen. Deze laatste viel eerst op zijn voertuig want de radioantenne werd hierbij geplooid. Ook werden zijn autosleutels naast zijn lijk teruggevonden. Een lid van de plakkersploeg met name BENNEKENS werd door de overvallers als gijzelaar medegenomen binnen het grootwarenhuis en dit onder bedreiging van een wapen. In het grootwarenhuis werd geschoten op wijnflessen. Ook werd een kassierster doodgeschoten. Aan de kassa verder werd een cliënt gedood. Een overvaller baande zich een weg naar het bureel. In de Franse taal gaf deze bevel de koffer te openen. Aldaar werd hij vervoegd door een tweede, terwijl de derde overvaller aan de kassiersters opdracht gaf hun kassa te ledigen. In de kofferzaal ( bureautje voor een afzonderlijk bureel van de gerant ) werden de twee telefoontoestellen onbruikbaar gemaakt. Een eerste raming van de buit werd geschat op ongeveer 500.000,- bfr.

Na de roof verlieten de drie personen het grootwarenhuis, BENNEKENS nog steeds met zich mee geleidend. Op de parking bij het achterlaten van deze gijzelaar werd hij doodgeschoten. Hij werd nog overgebracht naar het ziekenhuis te Etterbeek. De daders zouden de parking verlaten hebben aan boord van een wagen GOLF.

Ter plaatse vernemen wij dat een gelijkaardige overval had plaats gehad te Braine-L’Alleud. Wij geven Kapitein D. van het District LEUVEN opdracht contact op te nemen met zijn collega’s ter plaatse om de nodige informatie uit te wisselen en desgevallend nuttige inlichtingen te verzamelen met het oog op de verdere opzoekingen naar aanleiding van de feiten gepleegd te OVERIJSE. Bij deze gelegenheid vernemen wij dat er in een recent verleden ernstige zoekingen zijn gebeurd door de Rijkswacht naar aanleiding van de overval te WAVER in het pretpark Walibi. Er wordt ons verzekerd dat deze inlichtingen zeker ter kennis zijn gebracht van de gerechtelijke autoriteiten te Nijvel gelast met dit onderzoek. Er wordt dan ook beslist op dit punt geen verdere acties te beginnen. Wij vernemen dat de Heer wapendeskundige DERY is afgestapt te Braine-L’Alleud. De Heer STEVENS wordt door ons verzocht zo spoedig mogelijk contact te nemen met de Heer DERY om in functie van de eerste bevindingen uit te maken of dezelfde wapens zouden gebruikt zijn ter gelegenheid van de twee overvallen. Uit een eerste oppervlakkig onderzoek zou immers reeds blijken dat de persoonsbeschrijving van de daders tekenen van overeenkomst vertonen. De afstand tussen de twee plaatsen zou mogelijk kunnen worden afgelegd in de tijdspanne verlopen tussen de twee overvallen.

Na ons vergewist te hebben dat de nuttige seiningen werden verricht en de nodige observatieposten werden opgezet verlaten wij de plaats van de feiten, de verdere vaststellingen ter plaatse en het verhoor van de getuigen toevertrouwend aan de leden van de Rijkswacht.

Waarvan akte,
Getekend Onderzoeksrechter en Griffier.


OPMERKING IVM OPZETTEN OBSERVATIEPOSTEN:

We kunnen verwijzen naar de brieven en de verklaringen van Rijkswachters dewelke het verbod kregen om hun eenheid te verlaten of terug op hun eenheid werden binnen geroepen.  Het betroffen Provinciale Verkeers Eenheden (PVE) van de Rijkswacht, uitgerust met onder andere Porsches en VOLVO om eventuele achtervolgingen in te zetten.

Ik verwijs naar mijn post in huidig topic » Forum