221

(66 replies, posted in Onderzoekspistes)

Interessant artikel op basis van een interview met een anonieme, Belgische huurling. Er worden zaken verteld die bij heel veel huurlingen terugkomen: eenzaamheid, alcohol, psychologische problemen, een leven in de misdaad en zware criminele feiten (massamoord, verkrachting, ...) tijdens hun missies die nooit bestraft werden.

“Je went aan de dood” - Zucht naar avontuur brengt huurlingen naar vele oorlogen

Op de groezelige foto staat hij kaarsrecht als een reus tussen een tiental kleine, inktzwarte mannetjes; op de achtergrond de dreigende jungle. Terwijl de hoofden van de mannen schuil gaan onder te grote helmen en er alleen maar lippen, neuzen en hagelwitte tanden zichtbaar zijn, is zijn onbedekte, witte hoofd immens aanwezig. Streng blikt hij voor zich uit, aan zijn rechterschouder hangt achteloos een geweer. “Dat is in Belgisch Congo, 1964”, mompelt hij. "Ik ben er twee van mijn beste kameraden verloren. Een heb ik nog kunnen begraven. De ander heb ik in de jungle moeten laten liggen.”

Veel foto's heeft hij niet. “Huurlingen maken geen foto's. Die hebben wel wat anders te doen", licht hij toe. Op de paar foto's die hij heeft is het beeld bijna altijd hetzelfde: een paar zwaar bewapende blanken kijken, omringd door een aantal ondergeschikten, grimmig de jungle in. En terwijl de zwarten steevast een brede, parelwitte Uncle Tom glimlach produceren, staan de gezichten van de blanken strak en koel.

Ontmoeting

In vele brandhaarden is hij geweest. De namen ervan herinneren aan smerige oorlogen, sluipschutters, martelingen, verkrachtingen en moorden op onschuldige burgers: Belgisch Congo, Angola, Rhodesië, Ethiopië, Algerije. Een telefoontje van een medehuurling was meestal voldoende. Want het is een klein wereldje en de meesten kennen elkaar. Na het telefoongesprek volgde een vluchtige ontmoeting; een man met een anoniem, kritisch kijkend gezicht, in een hotel of op een vliegveld. Als de referenties goed werden bevonden en het gezicht instemmend knikte werd het contract meestal ter plekke ondertekend. Dan moest hij zich een paar dagen later met een aantal andere huurlingen voor het zoveelste karwei in een onbekend gehucht melden.

Als de financiële nood hoog was en er geen werk werd aangeboden kon hij zijn diensten nog altijd aanbevelen via een advertentie in een van de obscure, door ex-huurlingen opgerichte contactblaadjes of zich simpelweg aanmelden bij een doorgaans in Engeland of de VS gevestigd rekruteringsbureau. Zijn favoriete contactorgaan was het in de jaren zeventig in de VS opgerichte maandblad Soldier of Fortune (oplage zo'n 300.000 exemplaren), dat zichzelf 'het blad voor de beroepsavonturiers' noemt.

Hij wendde zich ook wel tot in Engeland gevestigde organisaties als de 'Watchguard Organisation' of de 'International Security Organisation', die begin jaren zeventig onder meer aan de wieg stond van de mislukte staatsgreep in Rhodesië. Ter illustratie haalt hij een vergeelde advertentie te voorschijn, waarin hij zijn diensten aanbiedt: “Ex-soldaat met veelzijdige ervaring in vele gebieden, in uitstekende conditie, gewend aan gevaarlijke opdrachten, zoekt werk. Bij voorkeur in Afrika. Curriculum vitae op aanvraag ...”

Op 20-jarige leeftijd, toen hij zich aanmeldde bij de Oostfront-strijders, zette hij zijn eerste stappen op het huurlingenpad. “Geldbejag en drang naar avontuur waren mijn drijfveren. Ik wilde de wereld zien, had geen scholing en was al op jeugdige leeftijd met de politie in aanraking gekomen, waardoor de kans op werk nog kleiner werd.” Wie het meeste bood kon hem krijgen. Met één uitzondering: voor linkse groeperingen was hij niet beschikbaar, daar moest hij niets van hebben. Een opvatting die de meeste huurlingen overigens delen. Links is taboe en wie er toch mee in zee gaat, is een verrader en wordt buitengesloten.

Tientallen mensen heeft hij in zijn leven gedood. Soms in man-tot-man-gevechten, maar meestal in anonieme strijdhandelingen, via hinderlagen, bombardementen en lange-afstandsbeschietingen. “Je went aan de dood. Bovendien was het leven of sterven. Net als in de natuur. Veel keus had ik niet, laat staan tijd om er over na te denken.” Als hij al wroeging heeft, dan is het vooral over de verkrachtingen en de martelingen. Zoals die ene keer in Belgisch Congo, toen hij samen met zijn kameraden in een euforie van dronkenschap en bandeloosheid een dorp “tot zijn rekening nam”. Als een dodelijke orkaan joegen ze door de hutten, en tientallen onschuldige burgers moesten boeten voor het verlies van medestrijders, wekenlang opgekropte agressie, mislukte aanslagen en de altijd aanwezige, zenuwslopende angst voor de onzichtbare guerrilla die elk moment dood en verderf kon zaaien.

“Zulke uitbarstingen kwamen helaas af en toe voor. Zeker Afrika, waar leven en dood veel dichter bij elkaar liggen dan hier", zegt hij ietwat filosofisch.

Schaduwwereld

Pas in het begin van de jaren tachtig, toen hij fysiek snel achteruitging en hij zijn huurlingen-carrière moest beëindigen, zijn de beelden van de opgestapelde lijken en de verminkte lichamen in alle scherpte weer teruggekomen. Vooral 's nachts kan hij, verstrikt als hij is in zijn eigen macabere schaduwwereld, de slaap niet vatten. Doelloos ijsbeert hij dan door zijn kleine woninkje en zit hij uren lang naar buiten te staren. Vrienden heeft hij niet. In het kleine, Belgische stadje waar hij woont is hij een getekend mens die men op zijn hoogst tolereert.

Sinds een aantal jaren is hij aan de alcohol. Een eenzame drinker in een klein huisje aan de Maas. Heel soms komt een oude collega langs en onvermijdelijk gaan dan de gesprekken over vroeger, toen het allemaal beter en span ender was en ze jong waren en de wereld nog aan konden.

Jaarlijks is er een reünie, maar elk jaar komen er minder ex-huurlingen omdat er steeds meer sterven of het lichamelijk niet meer kunnen opbrengen. De laatste reünie was vorig jaar in Luik. Ze waren met z'n tienen en tot diep in de nacht hebben ze, net als vroeger, zitten drinken en herinneringen opgehaald over vergeten oorlogen, schimmige veldslagen en dubieuze heldendaden.

Zeventig jaar is hij nu en als hij niet dronken is, kijkt hij naar de tv of naar zijn foto's. Eén foto is zijn lievelingsfoto. Hand in hand staat hij er op met een grote negerin in een spierwitte jurk met een Greta-Garbohoed op. “Dat was mijn liefje in Belgisch Congo. Ze wilde niet mee naar België en ik heb haar nooit meer kunnen vinden. Misschien is ze dood, misschien ook niet", mompelt hij, terwijl hij het zoveelste flesje bier aan de mond zet.

Bron: NRC Handelsblad | Ad Kooyman | 23 November 1988

222

(0 replies, posted in 1990-1999)

Samenvatting

  • Wat? Roofmoord op een frituuruitbater

  • Wanneer? In de nacht van 11 op 12 februari 1990

  • Waar? Hautrage, nabij het kanaal Nimy-Peronnes » Google Maps

  • Hoe? De man werd vermoord met vier kogels uit een .22 Long Rifle

  • Wie? Pascal Michel, een gewezen huurling, en Guy Heuring. Ze werden hiervoor in februari 1993 veroordeeld.

  • Buit: 15.000 fr.

  • Status: Opgelost

Met kogels doorzeefd lijk te Hautrage gevonden

Maandagnamiddag werd in een metalen box, die dienst deed als garage, het met kogels doorzeefde lijk gevonden van de 56-jarige Luc Dorange. Deze man woonde op een binnenschip op het kanaal Nimy-Peronnes te Hautrage.

Het slachtoffer leefde alleen op de boot en dreef handel in gas, brandstof en drank voor de voorbijvarende schippers. Luc Dorange had ook een friettent nabij een dancing te Ville-Pommeroeul.

Zondagavond had hij zijn zaak afgesloten, bezocht zijn moeder en keerde huiswaarts. Blijkbaar werd hij overvallen toen hij zijn voertuig in de autobox wilde stallen. ’s Anderdaags deed zijn zuster, die ongerust was geworden, de griezelige ontdekking.

Maandagavond beschikten de speurders over weinig elementen in deze duistere zaak. Ongetwijfeld had Dorange de inkomsten van de friettent op zak. Ook is het mogelijk dat hij het slachtoffer werd van een afrekening nadat hij het vorige vrijdag op een warenhuisparking aan de stok had gehad met jongelui. Vastgesteld werd ook dat zondagnacht in zijn friettent te Ville-Pommeroeul was ingebroken.

Het gerechtelijk onderzoek zal moeten uitwijzen welke piste voort gevolgd moet worden.

Bron: Gazet van Antwerpen | 13 Februari 1990

Aanhouding na moord op frituuruitbater in Bergen

Onderzoeksrechter Dutillieux uit Bergen heeft woensdag de 32-jarige Pascal Michel uit Sirault in beschuldiging gesteld. De man wordt ervan verdacht de dader of mededader te zijn van een moord, om diefstal te vergemakkelijken. Slachtoffer in deze zaak was Luc Dorange, die in de nacht van 11 op 12 februari 1990 in zijn garage te Hautrage werd neergeschoten.

De feiten deden zich voor op het ogenblik dat Dorange, die in Ville-Pommeroeul een frituur uitbaatte, na zijn dagtaak naar huis terugkeerde. In zijn garage werd het slachtoffer echter door vier kogel uit een long van het kaliber .22 gedood. Hierna ging(en) de dader(s) aan de haal met de portefeuille van Dorange, die slechts 15.000 fr. bevatte. Inmiddels wordt de speurtocht naar andere medeplichtigen in deze moordzaak voortgezet door de gerechtelijke politie van Bergen en de ordediensten van Hautrage.

Bron: Gazet van Antwerpen | 11 April 1991

223

(66 replies, posted in Onderzoekspistes)

Nog een gewezen huurling: Marcel Walthery. Betrokken bij de misdaden van de bende rond Michel Anthemus en Robert Van Oirbeek. Hij werd in augustus 1979 in Marseille (of all places) gearresteerd nadat hij kon ontsnappen aan de Luikse politie tijdens een razzia, waarbij Michel Anthemus en Van Oibeek werden ingerekend.

224

(14 replies, posted in Politiek & Business)

Op 12 februari 1999 stelt VU ID-senator Chris Vandenbroeke een vraag over de zaak-Hammarskjöld en de mogelijke betrokkenheid van Union Minière.

Vraag nr. 1596 van de heer Vandenbroeke d.d. 12 februari 1999:

Dood van Dag Hammarskjöld, voormalig secretaris-generaal van de Verenigde Naties. Mogelijke betrokkenheid van het Belgische non-ferrobedrijf Union Minière.

Half september 1998 heeft de heer Borginon een schriftelijke vraag ingediend met betrekking tot de dood van Dag Hammarskjöld. Tot op heden heeft hij nog geen antwoord gekregen op deze vraag. Daarom stel ik u vandaag deze actuele vraag.

Op 17 september 1961 kwam Dag Hammarskjöld, de toenmalige secretaris-generaal van de Verenigde Naties, om het leven toen zijn vliegtuig neerstortte boven Noord-Rhodesië. Dit gebeurde in nog steeds onopgehelderde omstandigheden. De VN-secretaris-generaal was in Afrika om Moïse Tsjombe te ontmoeten. De crash van Hammarksjölds vliegtuig tijdens de landing op Ndola is meermaals onderzocht geworden. Desondanks is nooit opgehelderd of het een ongeval dan wel een bomaanslag betrof.

Uit documenten van het South Africa Institute for Maritime Research (SAIMR) waarover de Zuid-Afrikaanse Waarheidscommissie beschikt, blijkt nu dat de Amerikaanse en de Britse geheime diensten mogelijks verantwoordelijk zijn voor zijn dood. Ze zouden een moordaanslag hebben beraamd om de "hinderlijke" (sic) secretaris-generaal uit de weg te ruimen met behulp van een bomaanslag aan boord van zijn vliegtuig. Daarbij zouden ze ook logistieke hulp hebben gekregen van het non-ferrobedrijf Union Minière in de vorm van explosieven.

Graag had ik van de geachte minister volgende informatie gekregen:

  1. Op welke wijze was het Belgische non-ferrobedrijf Union Minière blijkens de verschillende SAIMR-documenten betrokken bij de crash van Dag Hammarskjölds vliegtuig en diens dood op 17 september 1961?

  2. Heeft het Belgische non-ferrobedrijf Union Minière blijkens de verschillende SAIMR-documenten explosieven geleverd aan de Britse en Amerikaanse geheime diensten met het oog op een bomaanslag aan boord van Dag Hammarskjölds vliegtuig?

Antwoord:

1. Via ons consulaat-generaal in Kaapstad en onze ambassade in Pretoria heb ik een kopie van de bewuste documenten van het zogenaamde "South African Institute for Maritime Research" (SAIMR) bekomen.

2 en 3. Deze documenten handelen inderdaad over een operatie "Celeste" die het plegen van een aanslag op de VN-secretaris-generaal voor ogen zou gehad kunnen hebben. Een summiere vermelding van een aanbod van Union Minière tot levering van logistieke steun is de enige aanwijzing dat deze firma mogelijk steun zou hebben geleverd. Nergens wordt in de documenten echter vermeld dat er op dit aanbod werd ingegaan of kan worden opgemaakt dat de logistieke steun ook effectief werd geleverd. Aangezien de "Truth and Reconciliation Commission" (TRC) niet bij machte is hetzij de juistheid van de inhoud, hetzij de authenticiteit van deze documenten te bevestigen, is voorzichtigheid geboden.

Noch het consulaat-generaal in Kaapstad, noch de ambassade in Pretoria zijn erin geslaagd in contact te treden met het "South African Institute for Maritime Research". Navraag bij verschillende maritieme en wetenschappelijke instellingen hebben tot nu toe niets opgeleverd. Dit laat vermoeden dat het SAIMR ofwel nooit bestaan heeft, ofwel inderdaad een "cover"-organisatie was voor illegale activiteiten, die waarschijnlijk werd opgedoekt na de gebeurtenissen in Katanga in het begin van de jaren 60.

Ik wens het geachte lid erop te wijzen dat uit onderzoek van de archiefstukken betreffende de dood van de heer Hammarskjöld, waarover mijn diensten beschikken, blijkt dat de toenmalige Rhodesische onderzoekscommissie tot het besluit is gekomen dat het ongeluk waarschijnlijk door een menselijke fout is veroorzaakt. De piloten zouden bij het naderen van de landingsbaan van Ndola de landing op te lage hoogte hebben ingezet, waardoor bomen werden geraakt en het vliegtuig neerstortte. Het rapport van de VN-onderzoekscommissie kwam tot het besluit dat er geen enkele aanwijzing gevonden werd die toeliet de materiële oorzaak van het ongeluk met zekerheid te bepalen.

Er werden hoe dan ook door geen enkele van de verschillende onderzoekscommissies (Rhodesische, VN, Zweedse) sporen gevonden die zouden wijzen op het gebruik van springstoffen. Ook werd nergens een allusie gemaakt op een eventuele mogelijke betrokkenheid van België of van Belgische onderdanen bij de zaak. Verschillende landgenoten, waaronder de toenmalige vertegenwoordiger van "Union Minière" in Elisabethstad, werden nochtans door de VN-commissie ondervraagd.

De VN heeft in 1962 haar onderzoek afgesloten en nooit heropend. Zweden heeft in 1966 besloten het onderzoek naar de oorzaken van "het ongeluk van Ndola" en de dood van de heer Dag Hammarskjöld definitief af te sluiten.

Rekening houdend met de twijfelachtige herkomst, datering en waarde van de SAIMR-documenten, zie ik geen redenen om de resultaten van de hierboven vermelde onderzoekscommissies, 38 jaar na de feiten, in twijfel te trekken.

225

(185 replies, posted in Andere Personen)

Het stuk over Roger Beuckels uit de documentaire: "De mysterieuze dood van een VN-baas op vredesmissie in Congo".

In 1967 was er een belangrijke meeting in Monaco. In een hotel krijgt de Franse diplomaat Claude de Kemoularia bezoek van drie mannen die zich voorstellen als huurlingen op weg naar Afrika. Een van hen is een Belg, Roger Beuckels. Beuckels zegt dat hij een piloot is en dat hij het vliegtuig van Hammarskjöld heeft neergehaald op bevel van een mysterieuze commandant X. De Kemoularia stelt meteen vast dat Beuckels een wrak is. Hij is doorzopen, graatmager en gespannen. Daarna gaan Beuckels en zijn vrienden bij de Kemoularia weg en worden nadien nooit meer gezien.

(…) Beuckels komt maar één keer voor. Hij gaat bij de Kemoularia langs en verdwijnt. Hij was een alcolieker in slechte gezondheid en werkte voor een Brussels bouwbedrijf. Heeft als huurling in Congo gewerkt in de jaren ’60.

Jan Beuckels, een oom, is een gewezen Belgisch politieagent.

“Hij was altijd vriendelijk en zachtaardig. Maar hij droeg ook altijd een pistool op zak. En ook een Mills 36 [een handgranaat] in zijn auto.”

“Waarom?”

“Dat weet ik niet. Hij … Hij was wellicht bang.”

Bang van wie?

[haalt zijn schouders op]

Nog iemand die Roger Beuckels goed kende, was de Belgische Lydia.

“Hij was erg gesloten, zwijgzaam. Hij stond niet graag op de foto. Hij ging geregeld naar bijeenkomsten, maar hij heeft nooit verteld waar of met wie.”

Verteller: Ze heeft zelfs foto’s van Beuckels. Van toen hij in Congo was. Ze beaamt dat hij voor een Brussels bouwbedrijf werkte. Hij was aan de drank verslaafd en had veel gewicht verloren. Hij was een psychopaat. Gestoord.

Was hij paranoïde? Dacht hij dat ze achter ‘m aan zaten?

Lydia: “Ja, paranoïde was hij wel. Dat zeker. “

Hij is naar Congo getrokken?

Jan: “Ja, het leger van Tshombe.”

In de jaren ’60?

Jan: “Ja.”

Verteller: Er ontbreekt maar één ding.

Jan: “Hij was geen piloot. Hij was een huurling, maar piloot? Nee.”

U weet zeker dat hij geen piloot was?

Jan: “Ja.”

Lydia: “Hij kon geen vliegtuig besturen. Dat wil ik beklemtonen.”

Hij was geen piloot? Dat weet u met honderd procent zekerheid?

Lydia: “Ik weet het zeker. Nee.”

Waarom gaat hij dan in 1967 naar Zuid-Frankrijk om tegen een Franse diplomaat te zeggen dat hij het heeft gedaan? Waarom zou hij zoiets doen? Hebt u enig idee?

Jan: “Ze zullen hem daar wellicht toe hebben gedwongen.”

Gedwongen door wie dan?

Jan: “De veiligheidsdiensten.”

(…) De commissie [die onderzoek deed naar de dood van Dag Hammarskjöld] was op zoek gegaan naar de huurling Roger Beuckels, maar had bot gevangen.

“Het verhaal van Beuckels kan al dan niet kloppen, maar het gaat ons vooral om de getuigenverklaringen die ons ertoe aanzetten om de radiocommunicatie te onderzoeken op die bewuste avond in Ndola."

226

(94 replies, posted in Bibliografie)

Nog vijf dagen beschikbaar op VRT Max:

De mysterieuze dood van een VN-baas op vredesmissie in Congo

In de nacht van 17 september 1961 stort het vliegtuig van VN-secretaris-generaal Dag Hammarskjöld onder verdachte omstandigheden neer in de Congolese provincie Katanga. Hammarskjöld was een voorvechter geweest van de onafhankelijkheid van Congo en had zich daardoor weinig populair gemaakt bij de Westerse grootmachten op het Afrikaanse continent. De mysterieuze crash werd nooit helemaal uitgeklaard.

Meer dan 50 jaar later trekt de Deense filmmaker, journalist en provocateur Mads Brügger op onderzoek uit om voor eens en altijd de waarheid te achterhalen. Samen met de Zweedse privédetective Göran Bjorkdahl trekt hij de Afrikaanse brousse in op zoek naar antwoorden. Het duo belandt in een web van bedrog, verraad en nog meer vragen. Een valse start, een dood spoor en enkele hallucinante interviews later is het tweetal iets veel groters op het spoor dan de moord op een VN-secretaris.

Bekijk de documentaire hier » www.vrt.be/vrtmax

227

(80 replies, posted in Bibliografie)

C.P. wrote:

Terug naar Wavre. Hier is de chronologie van de mensen die aanvankelijk verdacht werden volgens de BCS die ik heb kunnen verkrijgen:

Je chronologie is niet juist want de allereerste piste waarop gezocht werd was deze van Michel Anthemus en Francis Royen. Die waren van in het begin al in het vizier van de speurders en dus niet pas vanaf 20 oktober 1982. Op 20 oktober 1982 zal er waarschijnlijk een BCS zijn opgemaakt maar die personen waren al veel langer verdacht, nog voor de tip over Sliman.

Zie bv. Le Soir van 2 oktober 1982 » Forum

228

(0 replies, posted in Tijdlijnen - Context)

Feiten Bende van Nijvel

Misdaad 1970-1999

Historische context

Onderzoekspistes » Forum

229

(839 replies, posted in 1985)

  1. Een aantal aanwezigen hebben het lichaam van Finné omgedraaid.

  2. Finné is niet doodgeschoten toen hij uitstapte. Finné is doodgeschoten toen hij terug naar zijn wagen liep. Sleutels in de hand, want die werden naast hem gevonden.

Insp. Witse wrote:

Ben, geloof me vrij dat jij niet beschikt over het 'hele' autopsierapport.

Graag dan de passage in het rapport waar staat dat Finné al lange tijd dood was.

230

(103 replies, posted in Mededelingen)

Forum

De onderdelen Staatsveiligheid en Gladio zijn samengevoegd in één forum. Dit is hier te vinden » Forum

Ze hebben ook een gemeenschappelijke Wiki gekregen.