Als je de waarheid niet wilt weten, dan is het inderdaad een discussie die nergens toe leidt. Maar ik heb een idee, we zullen het eens aan Mark zelf vragen.
Vraag: Beste Mark, op 27 september 1985, zo rond 21u50, heb je een verklaring afgelegd bij een agent van de politie van Overijse. Je verklaarde toen dat je rond 20u20 aangekomen bent op de parking van het warenhuis. Weet je ook nog waar je stond toen de feiten begonnen?
Natuurlijk. "In het kader van de komende verkiezingen gingen wij affiches plakken op de muur van het grootwarenhuis. Ikzelf bevond me op de ladder terwijl mijn vrienden onderaan stonden om mij de plakbrieven aan te reiken nadat ze voorgelijmd waren. Een van hen was Luc Bennekens."
Vraag: Dat is duidelijk. Kan je je ook nog herinneren dat je een paar weken daarna, op 7 november 1985, een verklaring hebt afgelegd bij de Gerechtelijke Politie van Brussel?
Absoluut. Ik heb toen gezegd dat "ik deel uitmaakte van een groep vrienden die affiches aan het plakken waren ter hoogte van de ingang van de Delhaize. Ik stond op een laddertje toen mijn vriend Luc Bennekens ons een opmerking maakte."
Vraag: nog een laatste vraag. Heb je tegen de politie van Overijse of de Gerechtelijke Politie ooit gezegd dat je de dader herkend hebt?
Nee, ik heb zijn gezicht niet gezien. Vermits ik op de ladder stond, heb ik enkel zijn kleren, zijn wapen en zijn bivakmuts gezien.
(Disclaimer: het interview is fictief, de antwoorden zijn dat niet.)
En ja, het maakt heel veel uit of hij al dan niet op de ladder stond. Want als hij op de ladder stond, kon hij onmogelijk iemand herkend hebben. Daarnaast had de dader een bivakmuts op (zie zijn getuigenis van 27 september en 7 november 1985).