Het zit hem precies in de details. Als je ziet hoeveel moeite VDB heeft gedaan om zichzelf en zijn kompanen te zuiveren van betrokkenheid bij drugssmokkel, als je ziet hoeveel bewijzen er zijn verzameld tegen VDB i.v.m. drugssmokkel, dan kun je nog maar een feit concluderen. VDB was betrokken bij drugssmokkel. Oké, hij is er nooit voor veroordeeld, maar ze hadden het wel kunnen bewijzen. Idem dito voor het hele Roze Balletten-verhaal. Maar ja, je hebt gelijk : seks met minderjarigen hebben ze nooit kunnen bewijzen, net zoals drugssmokkel. Wist je trouwens dat er ook heel interessante interviews in het boek staan?
Pagina 20 - De verklaring van Maud Sarr:
"Ik leerde Lydia kennen in Parijs, waar ze werkte als 'madame Claude'. In 1978 heeft ze de zaak van Tuna Israël overgenomen. Lydia deed vaak een beroep op me. Als klanten herinner ik mij VDB, de rijkswachtgeneraals Beaurir en Deneve et des juges et magistrats importants, advocaat-generaal Jaspar en eerste substituut Deprêtre maar ook Arabische prinsen, belangrijke zakenlui en politici, van wie ik me de namen niet meer herinner. De klanten deden erg blasé en seksten soms met minderjarigen, zowel jongens als meisjes."
Pagina 211:
Er waren toch bewezen strafbare feiten gepleegd: fiscale fraude, seks met minderjarigen, de smokkel van drugs door familieleden of via een bedrijf waarvan hij meerderheidsaandeelhouder was. Sommige Bendeslachtoffers behoorden duidelijk tot zijn entourage. Of waren dat allemaal verzinsels?
Pagina 545:
Vanden Boeynants Paul: machtige christendemocratische politicus van Brussel; eigenaar van enkele grote vleesbedrijven; oprichter van de CEPIC; minister van Defensie tussen 1974 en 1978; daarna korte tijd premier en vicepremier. Zeer corrupt; kwam in opspraak in diverse drugsdossiers, wapenhandel en fiscale fraude, maar werd door het gerecht alleen veroordeeld voor fiscale fraude. In 1989 ontvoerd door de bende van Haemers.