Re: Jean-Pierre Halla

De basis van hun activiteit blijft prostitutie. Hiervoor vertrouwen deze "peetvaders" op jonge mensen met lange tanden. De bekendste blijft Messaoud Hala. Hij en zijn team houden de prostituees in Lille met ijzeren vuist vast. Onze dossiers identificeren dan ongeveer 200 die in drie ploegen op de trottoirs van de stad werken. De kleine pooiers kunnen hun beschermelingen niet naar de "turbin" sturen zonder Hala's toestemming. Plots wordt de tijd gekenmerkt door het verrekenen van allerlei soorten scores. Marcello Brigadi, bijvoorbeeld, werd in 1976 doodgeschoten omdat hij door de gemeenschap werd verdacht van "zwaaien" naar de politie. Hij werd neergeschoten door een Lyonnais en een Marseillais die was besteld door een bar-eigenaar die toen in de gevangenis zat.

Het Hala-team viel in 1978. Tijdens de arrestaties kwamen we voor verrassingen te staan en ontdekten we misdadigers die zich in de regio hadden verstopt. Dus we stoppen, een zekere "Toinou"; een Marseillais-misdadiger die ervan wordt verdacht toen te hebben deelgenomen aan de moord op de telefoonbar in Marseille, een bloedbad dat in 1978 het leven kostte aan 10 mensen. Het Hala-team zal niet herstellen van deze operatie. Ook al had de zus van de misdadiger geprobeerd het bedrijf over te nemen. Aan de andere kant zette Messaoud Hala, bekend als "Jean-Pierre", zijn carrière voort in het banditisme. Toen hij in 1984 uit de gevangenis werd vrijgelaten, sloot hij zich aan bij de bende van Patrick Haemers, die toen als publieke vijand nr. 1 in België werd beschouwd. VS '

Wat is er van Messaoud Hala geworden?

Hij zou zijn doodgeschoten door handlangers, mogelijk voor een romantische rivaliteitsaffaire. De Belgische autoriteiten hadden vraagtekens bij zijn mogelijke deelname aan de moorden die tussen 1982 en 1985 in Waals-Brabant werden gepleegd. Ze verdachten Franse misdadigers. Plotseling, in 2009 en 2010, hoorde ik opnieuw, op hun verzoek, verschillende Rijselse gangsters uit die tijd, waaronder die rond Messaoud Hala. Ik moet zeggen dat ik niet geloof in hun betrokkenheid bij deze kwestie. Voor mij waren de moordenaars verbonden met extreemrechtse bewegingen en bedoeld om het land te destabiliseren.

Bron: www.lexpress.fr

12

Re: Jean-Pierre Halla

Zoektocht naar Jean-Pierre Halla leverde niets op

Twee dagen lang hebben speurders van de Gamma-cel, belast met het onderzoek naar de bende van Patrick Haemers, in het Brusselse Zoniënwoud gezocht naar het lichaam van Jean-Pierre Halla, een verdwenen lid van de bende van Patrick Haemers. De zoektocht leverde niets op.

Jean-Pierre Halla bracht tijdens een mislukte overval op een fondsenwagen in Etterbeek het leven van Marc Vandam in gevaar. Om die reden zou Halla terechtgesteld zijn. De speurtocht in het Zoniënwoud werd uitgevoerd tussen de Vossendreef en de Fort Jacolaan. De Gamma-cel deed daarvoor een beroep op vier speurhonden die speciaal zijn getraind om lijken van mensen te zoeken.

Bron: Gazet van Antwerpen | 27 September 1991

"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via » Facebook | twitter | YouTube

Re: Jean-Pierre Halla

FreCR wrote:

Hier en daar kan je van alles lezen over Halla wat niet helemaal de waarheid is volgens mij. In verschillende artikels/posts/beeldfragmenten (niet specifiek dit forum) zou je kunnen afleiden dat Halla & de Bende Haemers elkaar nauwelijks hebben gekend en dat er maar 1 overval samen werd gepleegd (die waarbij Vandam gewond raakte). Dat is onjuist volgens mij. Ze kenden elkaar al zeker veel langer (maar geen idee welke zaken ze eventueel samen hebben gepleegd. Wellicht zijn dit zaken die nooit aan de bende van Haemers zijn gelinkt).

Ook Léopold Van Esbroeck geeft in zijn boek aan dat Halla en de bende-Haemers elkaar al veel langer kenden dan die ene overval uit 1988. Het zou inderdaad interessant zijn om wat meer zicht te krijgen op de de jaren 1983-1985 van de bende-Haemers en de overvallen die ze misschien nog gepleegd hebben, maar die vandaag de dag niet aan hen toegeschreven worden. Want niet vergeten: men vond in de box van Haemers carnavalsmaskers, terwijl de bende die zogezegd nooit gebruikte.

En in de Jean Stasstraat was Le Pacha. Daar ging ik nu en dan iets drinken met Johnny Halliday. Jazeker, de Johnny Halliday! Mijn vriendin Therese, die in Le Pacha werkte, had iets met de trompettist van zijn groep.

(...) Toen ik in de Graystraat zat ondergedoken bij de Barones had ik daar Axel Zeyen, boezemvriend van Patrick Haemers, en de Fransman Messaoud 'Jean-Pierre' Halla ontmoet. Ik kende Halla omdat ik bevriend was met zijn vriendin, het meisje dat in de nachtclub Le Pacha werkte, waar ik ooit bijna met Johnny Halliday op de vuist ben gegaan. Ik kende die twee ook van een café waar zij en ik geregeld kwamen. Wij noemden dat café Chez Pia, ik weet niet meer of het ook zo heette. We waren niet echt vrienden, maar ik leverde hun wel een en ander. Via een tussenpersoon heb ik hun valse papieren en wapens geleverd. Zij pleegden toen al overvallen. Daar gingen die vergaderingen bij ‘de Barones’ in de Graystraat over. Al heb ik die zelf niet meegemaakt. Ik ging weg toen zij arriveerden. Tenslotte waren het mijn zaken niet. Maar ik heb het uit heel goeie bron.

Zeyen en Halla waren niet alleen op die vergaderingen aanwezig. Er waren nog twee, drie andere mannen bij. Sommigen kende ik niet, maar een kende ik wel. Philippe Lacroix, het brein van de Bende-Haemers.

(...) Ik zeg dat er in 1983 al contacten waren tussen de groep-Haemers en Jean-Pierre Halla. Halla was een mannetje uit het zware Franse milieu. Halla kende Evariste Cirilli, Henri Faberes, en vooral Albert 'Bruno' Farcy. (...)

In café Chez Pia hing nog meer vreemd volk rond. Bob Louvigny (*) bijvoorbeeld, de beruchte Brusselse privé-detective, die zich toen bezighield met piraatvideo’s. En voor de rest veel flikken. Freddo was er vaste klant. Hij kende Halla en Zeyen en hij kende Louvigny zelfs goed. Hij heeft ooit geprobeerd me voor Louvigny te laten werken. (...) Eigenlijk liep het er over van de flikken. Frans Reyniers, de vroegere hoofdcommissaris van de Brusselse GP, uiteraard, en zijn rechterhand Georges Marnette liepen er ook rond. (**)

Bron: Popolino - Memoires van een ex-gangster | Léopold Van Esbroeck

(*) Volgens de informatiecontacten van Haemers-speurders De Jonghe en Van Brussel verzorgde Bob Louvigny de bewaking van de Caisse Privé, de bank waar enkele leden van de bende-Haemers rondhingen/werkten/geldtransporten voor deden. Lacroix zou in 1978 ook een poos voor het detectivebureau van Louvigny gewerkt hebben.

(**) Een andere GPP'er, Jean-Pierre Callens, kan dan weer gelinkt worden aan Denise Tyack (vrouw van) en Dagmar Zeyen (zus van), volgens diezelfde informatiecontacten.

14

Re: Jean-Pierre Halla

(...) Veel tijd om samen in te burgeren kregen we niet, want Philippe [Lacroix] had alweer een job voorbereid. Patrick [Haemers] vertrok dus weer naar België en ik bleef opnieuw alleen achter met Kevin. Een paar dagen na zijn vertrek belde hij me op. Hij was in alle staten.

“Sabrina, we zitten met een probleem”, begon hij. “Marc Vandam is gewond en het ziet er behoorlijk goor uit.” Even was het stil aan de andere kant van de lijn. Toen hoorde ik Patrick zuchten. “Door een stommiteit van Jean-Pierre Halla, de ex van Corinne. Hij panikeerde bij onze laatste overval en begon in het wilde weg te schieten. Hij heeft Vandam geraakt in de schouder en de hand. Merde!”

Jean-Pierre Halla was een zware jongen uit het noorden van Frankrijk, die occasioneel met de bende wilde samenwerken. Hij had in Frankrijk al een aantal zware overvallen gepleegd, waaronder zelfs een op een kazerne van de rijkswacht. Zijn bijnaam was ‘Le Grand’. Maar al bij de eerste overval waaraan hij deelnam ging het mis.

Het gebeurde op 29 juni 1988, tijdens een mislukte overval op een geldtransport van Brink’s Ziegler nabij een BBL-kantoor in Etterbeek. Een gewapende bewaker had bijtijds opgemerkt hoe Marc Vandam een bom tegen de achterdeur van de geldwagen probeerde te plaatsen, en had het vuur geopend. Verwarring alom. Bewaker Jos Sammels ontsnapte aan 29 kogels. Vandam werd vijf keer beschoten. Niet door de bewakers, wel door Halla.

“Wat kan ik eraan doen”, zei ik gelaten.

“Normaal was de salvo voor mij geweest, schat”, zei hij. “Hij zat op mijn plaats. Ik weet niet waarom, maar om een of andere reden had ik vandaag met hem van plaats gewisseld. Het is nu zijn rechterarm die aan flarden geschoten is.”

“Wie heeft op hem geschoten, zeg je?” vroeg ik.

“Het was godverdomme een van ons, die Jean-Pierre Halla. Ik geloof niet dat jij hem ooit gezien hebt. Wat een kluns! En met een grote mond bovendien. Luister, Sabrina. Ik stuur Marc vandaag nog naar Brazilië. Jij moet hem daar opvangen. Hij heeft al de eerste zorgen gehad hier, maar dat volstaat natuurlijk niet. Daarvoor is hij er te erg aan toe. Hij kan hier onmogelijk naar het ziekenhuis gaan. Dan hangen we morgen allemaal aan de galg!”

Bron: Mijn leven met Patrick Haemers | Denise Tyack

"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via » Facebook | twitter | YouTube