Topic: SOS Agression
Nadat de organisatie CERSBER werd stopgezet, werd er een nieuwe organisatie in de startblokken gezet: SOS Agression. Haar oprichtingsakte verscheen in het Belgisch Staatsblad van 4 november 1986, onder de naam SOS Agression. Het eerste publiek optreden van SOS Agression was de organisatie van een kleine plechtigheid aan het Brusselse Noordstation ter ‘nagedachtenis’ van een lid van een privé-bewakingsdienst die in een rel met drie jonge Noordafrikanen het leven liet.
Voorzitter van de vzw was op dat moment Marcel Depoortere, een fervent militant van Forces Nouvelles die echter spoedig werd opgevolgd door Luc Vankeerberghen. Deze laatste is ongetwijfeld een specialist in deze materie. Al in 1980 haalde hij, als lid van het Front de la Jeunesse, het nieuws met z’n gewelddadige acties en toespraken tegen de migranten.
In januari 1981 overviel hij samen met andere leden van het Front de la Jeunesse een Spanjaard die hij voor een Arabier hield. In augustus 1983 werd hij voor deze aanslag door de Mechelse rechtbank veroordeeld tot dertig maanden gevangenis, waarvan tien met uitstel. Drie maanden voordien had hij samen met enkele andere extreem-rechtse militanten de zoon van een rijkswachter afgeranseld. Verkeerdelijk dachten ze met een Marokkaan te doen te hebben. Daarnaast was Vankeerberghen een actieve militant van de ZOON en van de WNP.
Het toeval wil dat 24 dagen na de oprichting van SOS Agression, 28 november 1986, verschillende progressieve organisaties een schriftelijke door ‘Zwarte Orde-Ordre Noir’-boodschap ontvingen. De inhoud: ‘Eerste verwittiging: la valise ou le cercueil (de valies of de doodskist)’. Om deze korte kennismaking met de nobele strijders ‘tegen het geweld’ te besluiten, moeten we nog even de penningmeester van SOS Agression vernoemen: André Harlez. Deze hulpverlener werd op 23 april 1986 door de correctionele rechtbank van Brussel veroordeeld wegens slagen en verwondingen op een Noordafrikaanse gastarbeider in een café in Anderlecht.
Bron: De barbaren: migranten en racisme in de Belgische politiek | Hugo Gijsels