Topic: Chaumont-Gistoux: 6 Augustus 1988
In de nacht van 6 op 7 augustus 1988 braken vier gangsters in bij de 93-jarige Fernand Ruelle. De bejaarde man werd gekneveld en de mond dicht geplakt. Toen de zoon van het slachtoffer zijn vader omstreeks 2u45 aantrof, was de man stervende. Kort na zijn overbrenging naar het ziekenhuis overleed hij.
Voor deze roofmoord werden Istvan Farkas, Nicolas Anthonis - een "grote blonde man" -, Joseph Schneberger en Marcel Cambier veroordeeld.
Inbrekers doodden 93-jarige man
In de nacht van 6 op 7 augustus 1988 braken vier mannen bij de 93-jarige Fernand Ruelle te Chaumont-Gistoux in. De bejaarde man werd gekneveld en de mond dicht geplakt. Toen de zoon van het slachtoffer zijn vader omstreeks 2u45 aantrof, was de man stervende. Kort na zijn overbrenging naar het ziekenhuis overleed hij.
Drie man van de vier dader staan vanaf maandag terecht voor het Assisenhof van Brabant. Het zijn de 43-jarige Istvan Farkas, een UNO-vluchteling van Hongaarse afkomst, de 32-jarige Joseph Schneberger, ook van Hongaarse oorsprong maar in Straatsburg geboren, en de 26-jarige Marcel Cambier uit Anderlecht. De vierde dader, naar verluidt een grote blonde man, kon nog niet geïdentificeerd worden.
Diefstal was zeker drijfveer van het misdrijf, maar het is niet geweten om hoeveel geld het gaat. In het “milieu” wordt over een bedrag gaande van 90.000 tot 900.000 fr. gewag gemaakt. Het was algemeen gekend dat Fernand Ruelle gierig was en armoedig leefde. De volksmond geloofde nochtans dat hij miljonair was en dat hij een grote spaarpot had.
Auto
Istvan Farkas was voddenraper en aldus kreeg hij gemakkelijk toegang tot het huis van het toekomstige slachtoffer. Farkas zette het plan op om met zijn trawanten bij Fernand Ruelle binnen te dringen. Ze maakten echter al een eerste fout toen ze de auto van de moeder van beklaagde Schneberger gebruikten. De rijkswacht kwam kort na de feiten dat voertuig reeds op het spoor. De inbrekers werden achtervolgd, maar konden toch ontkomen.
Op 19 december 1988 kwam de Brusselse gerechtelijke politie te weten dat Schneberger en Cambier aan een inbraak hadden deelgenomen. Marcel Cambier werd in de woning van zijn moeder aangehouden. Het was zo dat de speurders de medeplichtigen konden klissen.
Van de drie beklaagden heeft Istvan Farkas het zwaarste strafblad. In ons land liep hij al 20 veroordelingen op en in Frankrijk 23. De twee andere beschuldigden hebben een dunner strafboek. Ze werden alle drie toerekeningsvatbaar verklaard.
Bron: Gazet van Antwerpen | 8 September 1900
Inbrekers beschuldigen “onbekende” van medeplichtigheid
Voor het assisenhof van Brabant is maandag het proces begonnen tegen drie mannen die er van beschuldigd worden tijdens een inbraak de dood te hebben veroorzaakt van een oude man. Aan de”actie” zou nog een vierde persoon hebben deelgenomen, maar die kon niet worden geïdentificeerd.
Het gaat om de 43-jarige zigeuner Istvan Farkas, bijgenaamd “Pinta”, van Hongaarse afkomst en met het statuut van VN-vluchteling, de 32-jarige Joseph Schneberger, bijgenaamd “de zigeuner” en eveneens van Hongaarse afkomst, en de 26-jarige Marcel Cambier uit Anderlecht. Samen met nog een vierde “onbekende” zouden zij in de nacht van 6 op 7 augustus 1988 hebben ingebroken in de woning van de 93-jarige Fernand Ruelle te Chaumont-Gistoux.
De oude man werd daarbij vastgebonden en gekneveld. Toen zijn zoon hem dezelfde nacht nog in die toestand vond, was de bejaarde reeds stervende. Hij overleed enkele uren later in het ziekenhuis. Omtrent de juiste omvang van de buit is er geen zekerheid.
Het slachtoffer, dat een zeer armoedig bestaan leidde, had de reputatie zeer gierig te zijn. In de volksmond heette het dat hij miljonair was en thuis veel geld verborg.
Istvan Farkas werkte als brocanteur. Hij kwam Fernand Ruelle op het spoor “op zoek naar merchandiser”. Dit bracht hem op de idee daar een slag te slaan.
Uit de verklaringen van Cambier en Schneberger aan voorzitter mevrouw Beaupain blijkt dat de actie zou uitgevoerd worden door Cambier en Farkas, Schneberger zou op uitkijk staan. Uiteindelijk werd beslist dat hij chauffeur zou spelen. De “onbekende grote blonde man” zou per toeval bij de zaak betrokken zijn geraakt. Maar deze bekende van Farkas zou wel een belangrijke rol hebben gespeeld bij de “behandeling” van de oude man, aangezien hij, aldus nog steeds de verklaringen van de beklaagden, “niet van plan was onverrichterzake terug te keren”.
Wagen
Het gerecht is de beklaagden op het spoor gekomen door het feit dat de wagen die bij de overval werd gebruikt, toebehoorde aan de moeder van Schneberger. Beklaagden hebben nog getracht het voertuig, dat de dag na de misdaad zwaar beschadigd werd teruggevonden, onbruikbaar te maken om de indruk te wekken dat het “geplunderd” was door onbekenden. Op 19 september, nadat de politie een tip kreeg, werd Cambier aangehouden in de woning van zijn moeder. Enkele dagen nadien ondergingen Farkas en Schneberger, die naar de Bondsrepubliek was gevlucht, hetzelfde lot.
Farkas heeft het zwaarste gerechtelijk dossier. Hij riep reeds tientallen veroordelingen op, veelal omwille van kleine vergrijpen in België en Frankrijk. Hij staat in het milieu bekend als een “specialist” inzake het beroven van alleenstaande bejaarden. Hij wordt beschouwd als het brein achter de actie. Cambier wordt door de psychiaters beschreven als een rustig, niet al te snugger iemand, die zeker niet gevaarlijk is voor de maatschappij. Ook Schneberger is niet gevaarlijk. De drie worden wel volledig verantwoordelijk geacht voor hun daden.
Aan de voorzitter zei Cambier: “Ik had een ondergeschikte rol. Farkas en de “grote blonde” spraken met elkaar in een vreemde taal. Zij kenden elkaar zeer goed”. Schneberger, die de vriend is van Cambier en drie jaar samenwoonde met diens zuster, bevestigde volledig de versie van zijn maat. Hij voegde er nog aan toe dat Farkas hen vroeg “hem buiten de zaak te houden, omdat hij anders de doodstraf zou kunnen krijgen, gezien zijn gerechtelijk verleden”. Farkas zelf wou weinig kwijt.
Bron: Gazet van Antwerpen | 11 september 1990
Farkas heeft het langste strafblad van de drie “Gitans”
Cambier is zeer gemakkelijk beïnvloedbaar, Schneberger ontbreekt het aan zelfkritiek en Farkas, voor wie diefstal een middel is om te overleven, minacht de justitie. Dat zei gerechtspsychiater Dossuin dinsdag voor het assisenhof van Brabant, waar het trio terechtstaat voor de moord op de 93-jarige Fernand Ruelle in Chaumont-Gistoux. De feiten dateren van augustus 1988.
De drie beschuldigden zijn de 43-jarige Istvan Farkas, een UNO-vluchteling van Hongaarse oorsprong met de bijnaam “Pinta”, Joseph Schneberger (32), alias “Le Gitan” of “Peti”, eveneens van Hongaarse afkomst maar geboren in Straatsburg, en de 26-jarige Marcel Cambier (“Bébel”) uit Anderlecht.
Een grote blonde man die eveneens aan de rooftocht zou deelgenomen hebben, werd nog steeds niet geïdentificeerd. Het viertal staat bekend als “de bende der Gitans”.
Dossuin beschreef Cambier ter zitting als een sterk beïnvloedbaar iemand zonder werkelijkheidszin. Hij bestuurde de auto voor de rooftocht in Chaumont-Gistoux. “In principe is hij geen gevaar voor de maatschappij als hij zich niet laat beïnvloeden door mensen van laag allooi”.
Zelfkritiek
“Schneberger ontbreekt het aan zelfkritiek. Hij neemt Cambier in bescherming. Hij beklaagt zich wel hem in dergelijk avontuur te hebben meegesleept. Schneberger heeft zich goed kunnen integreren in de maatschappij. Dat is niet het geval voor Farkas die is blijven denken en leven als een zigeuner”, aldus de psychiater.
Farkas heeft het langste strafblad van de drie beschuldigden. In ons land liep hij al 20 veroordelingen op, onder meer als lid van de bende De Staerke, en in Frankrijk 23. Hij heeft een heel aparte opvatting over de maatschappij en de justitie. Hij ziet diefstal als zijn bron van inkomsten en staat bijzonder vijandig tegenover het gerechtelijk apparaat. Hij heeft wel een sterkere persoonlijkheid dan de andere beklaagden.
Ook de zoon van Ruelle kwam even aan het woord. Hij bevestigde dat zijn vader, die bekend stond als gierig en arm, verscheidene omslagen met geld ha. Diefstal was immers zeker de drijfveer van de feiten, maar hoeveel verdween is niet bekend. In het milieu is sprake van 90.000 tot 900.000 frank.
Een belangrijke getuige tenslotte was Joseph Condello, die een tijdje met Farkas in de cel zat. Condello bevestigde in een brief aan de onderzoeksrechter de stelling van een complot, maar hij gaf dinsdag toe dat hij dat deed op vraag van Farkas.
Bron: Gazet van Antwerpen | 12 september 1990
“Beklaagden zijn braven en fijne kerels”
“Ze hadden het soms al eens moeilijk om het hoofd boven water te houden en beginnen daardoor misstappen. Maar in feite zijn het brave en fijne kerels”. Dat was woensdag de teneur van de getuigenissen ten ontlaste op het proces van Istvan Farkas, Jozef Schneberger en Marcel Cambier die beschuldigd worden van roofmoord op een bejaarde man.
De vriendenkring van Marcel Cambier, de enige Belg van het gezelschap, getuigde dat “Bebel” een doodbrave, ietwat naïeve en sterk beïnvloedbare kerel is. Volgens zijn makkers is de jongeman zeker niet in staat het voortouw te nemen bij een gewapende overval.
De Hongaar Istvan Farkas wordt door het openbaar ministerie als het brein achter de misdaad bestempeld en bovendien heeft de man een Frans en Belgisch strafblad dat zijn verdedigers weinig manoeuvreerruimte laat. Niettemin kwamen zijn nichtje Thérèse De Staerke en zijn dochter Marischka getuigen dat hun oom en vader een zeer zachtmoedige en lieve man is die ze niet tot zo’n ernstige feiten in staat achten.
De echtgenote van Farkas voegde daar aan toe dat het gezin indertijd een moeilijke periode heeft doorgemaakt en dat haar man diefstallen had gepleegd om het hoofd boven water te kunnen houden. Zij getuigde dat haar man een zachtaardig iemand is die zelfs geen kip kan slachten.
André Stevens kwam voor zijn vriend “Le Gitan” Schneberger een goed woordje zeggen. “Ondanks de vele tegenslagen die zijn leven hebben getekend is mijn makker altijd een hoogstaande, fijne kerel gebleven.”
De debatten worden vandaag voortgezet en zullen vermoedelijk tot eind volgende week aanslepen.
Bron: Gazet van Antwerpen | 13 september 1990
Verdediging pleit vrijspraak voor Farkas
Voor het Assisenhof van Brabant werd vrijdag gepleit voor twee vermoedelijke daders van een rooftocht op de 93-jarige Fernand Ruelle. De bejaarde man kwam daarbij om het leven.
Mr. Loquifer en mr. Bouchat, de advocaten van de 43-jarige Farkas, trachtten aan te tonen dat er geen enkel materieel bewijs tegen hun cliënt kan weerhouden worden. Farkas wordt in de akte van beschuldiging het brein van de rooftocht genoemd.
“Bij gebrek aan bewijzen moet voor onze cliënt het vermoeden van onschuld gelden. Hij moet dus vrijgesproken worden”, aldus Loquifer en Bouchat.
“Wij willen dat in deze zaak de waarheid de bovenhand haalt. Het is absurd te stellen dat Farkas die alles loochent vrijuit zou mogen gaan, terwijl Joseph Schneberger, zoals trouwens Cambier, tot bekentenissen overging en verklaarde wroeging te hebben. Schneberger droeg bij tot het zoeken naar de waarheid en toch zou hij, als men het vorig pleidooi volgt, gestraft moeten worden”, redeneerde mr. De Quevy, verdediger van Schneberger.
“Het is spijtig dat de vierde betrokkene, de grote blonde waarover zoveel gesproken werd, niet in de beklaagdenbank zit. Farkas kent hem goed. De speurders deden niet al te veel moeite om hem op te sporen. Met de robotfoto die op basis van de beschrijving van Schneberger en Cambier kon samengesteld worden, was het mogelijk hem te vinden”, aldus mr. Leclercq, tweede verdediger van Schneberger, die betreurde dat de zoon van het slachtoffer zich geen burgerlijke partij had gesteld.
Maandag pleiten de verdedigers van Cambier en beraadt de jury zich over de schuldvraag.
Bron: Gazet van Antwerpen | 15 september 1990
Verdachten schuldig bevonden
Maandagavond heeft de jury van het Hof van Assisen van Brabant Istvan Farkas (43) na vier uur delibereren schuldig bevonden aan diefstal met geweld ten nadele van Fernand Ruelle.
De twee andere beschuldigden Marcel Cambier (26) en Joseph Schneberger (32), werden enkel schuldig geacht aan diefstal. De advocaten hadden vrijspraak gepleit. Deze morgen zal het vonnis worden geveld.
De twee advocaten van Farkas hadden aangevoerd dat er geen bewijs was tegen Farkas, die zogenaamd het brein zou zijn geweest van de roofmoord op de 93-jarige Ruelle in augustus 1988. De hele beschuldiging zou zijn gebaseerd op verklaringen van zijn zogenaamde medeplichtigen. Maar onderzoek van die verklaringen zou niets hebben opgeleverd, aldus een van Farkas’ advocaten, die nog verwees naar een mysterieuze vierde man, een “grote blonde”.
De vier advocaten van Cambier en Schneberger betoogden dat de betrokkenheid van hun cliënten bij de diefstal niet kon worden vastgesteld.
Bron: Gazet van Antwerpen | 18 september 1990
Twintig jaar voor Istvan Farkas
Twintig jaar dwangarbeid voor Istvan Farkas en voorwaardelijke celstraffen voor Joseph Schneberger en Marcel Cambier. Dat is het verdict van het Brabantse assisenhof dat dinsdag uitspraak deed in de zaak van de roofmoord op de 93-jarige Fernand Ruelle uit Bonlez-Chaumont-Gistoux.
Het drietal drong de woning binnen van de bejaarde man en beroofde hem van zijn geld. Daarbij werd Ruelle zodanig toegetakeld dat hij aan zijn verwondingen overleed.
Farkas, “de zigeuner”, werd beschouwd als het brein achter de overval en kreeg 20 jaar dwangarbeid wegens diefstal met geweld en de dood tot gevolg. Schneberger en Cambier werden enkel veroordeeld wegens diefstal. Zij kregen celstraffen van respectievelijk drie en twee jaar met uitstel voor wat de periode betreft die hun voorhechtenis (elf maanden voor Schneberger en zes maanden voor Cambier) overschrijdt.
Het hof ging dus niet in orde strenge eisen van advocaat-generaal de le Court die levenslang voor Farkas en respectievelijk vijf en drie jaar cel voor beide anderen had gevraagd.
Bron: Gazet van Antwerpen | 19 september 1990