Midden juni 1987 wordt Eli Spletinckx uit de gevangenis gehaald. Hij zit op dat moment opgesloten voor een groot aantal diefstallen, met en zonder geweld. Spletinckx heeft in de gevangenis - naar eigen zeggen - vernomen dat er wapens begraven liggen in het Zoniënwoud op de weg Waterloo-Brussel, ter hoogte van de grensborden tussen Oudergem en Overijse.

De speurders trekken samen met Spletinckx naar de aangegeven plek en vinden er op 20cm diepte een plastic zak met met twee wapens en cartouches. Het betreft een:

• Revolver Webley, type Mark 4 38

• Pistool Browning .22 long rifle

Spletinckx vraagt niets in ruil voor de informatie maar weigert meer te vertellen over de herkomst van de wapens.