Overgenomen alinea uit het artikel:
De Militaire Inlichtingendienst, Neerlands minst gecontroleerde dienst, van Kees Kalman.
De hardnekkige geruchten over actief ingrijpen van Nederlandse inlichtingendiensten in Suriname werden in 1994 nieuw leven ingeblazen door de voormalige secretaris van het Jungle-Commando, Frits Hirschland. Hirschland schreef in de Weekkrant Suriname dat de toenmalige LAMID al in de jaren tachtig in lichtingen verzamelde over drugshandel in Suriname en op de Nederlandse Antillen. Hij wees daarbij op de vele reizen van kapitein Werner van den Berg naar Jamaica, Oost-Suriname, Frans Guyana, Miami, de Dominicaanse Republiek, Brazilië en Paramaribo. Volgens Hirschland rapporteerde Van den Berg aan de MID over al zijn reizen en zijn gesprekken met onder meer kolonel b.d. Bas van Tussenbroek (LAMID en MID/KL, een tijd lang woonachtig in Cayenne), de Franse inlichtingendienst en Frank Castro van de CIA.
Tot oktober 1987 zou hij gerapporteerd hebben aan kolonel De Vries, daarna aan kolonel Kraak en in 1994 zou kolonel Bosch de leiding hebben gehad over deze inlichtingenoperaties. Het kan bijna geen toeval zijn dat deze drie heren de opeenvolgende chefs waren van de Landmacht- inlichtingendienst, respectievelijk MID/KL. Volgens Van den Berg zelf waren zijn Surinaamse contacten tijdens vakanties bij toeval onstaan en vond de rapportage plaats op initiatief van de MID. Hoe de reisjes gefinancieerd werden, bleef onduidelijk. Het is goed mogelijk dat het reizigersprogramma door de MID gebruikt is als cover voor offensieve inlichtingenoperaties in het Surinaamse.
Volgens Hirschland is Van Tussenbroek een centrale figuur in de operaties van Amerikaanse, Nederlandse en Franse inlichtingendiensten in Suriname.Hij had daartoe zeggenschap over gelden die door het Nederlandse ministerie van Ontwikkelingshulp ter beschikking waren gesteld aan het Zeister Zendingsgenootschap. Daarbij ging het - tussen 1986 en 1991 - om een bedrag van meer dan 32 miljoen Nederlandse guldens(10). Het is opvallend dat deze verhalen in Nederland nooit grondig zijn uitgeplozen. Eén van de weinige artikelen over dit onder werp verscheen een paar jaar geleden in het Algemeen Dagblad. De krant wist te melden dat de MID verzuimd had het bestaan van zes nieuwe vliegveldjes in Suriname, die zouden worden gebruikt voor smokkel van cocaïne vanuit Colombia en Bolivia, door te geven. Het was het toenmalige VVD-kamerlid Dijkstal (de huidige minister van Binnenlandse Zaken) die de zaak destijds aankaartte. De informatie zou afkomstig zijn van de op de Nederlandse Antillen wonende voormalige Surinaamse officier R. Bottse(11).
Noot: Roy Bottse, ooit dienend onder van Haperen in het coup verhaal.
Het is interessant deze details te vergelijken met het verhaal van Hirschland zoals dat in 1993 in grote lijnen verscheen in zijn boek Dossier Moengo. Hirschland is ervan overtuigd dat Nederland de guerrilla van het Jungle-Commando van Brunswijk steunde via kolonel Van Tussenbroek en het Zeister Zendingsgenootschap. Omdat men van Brunswijk geen stabiel bewind verwachtte, kreeg hij echter nooit voldoende steun om het van Bouterse en het Nationale Leger te kunnen winnen. Op het moment dat Bouterse een overeenkomst met het Surinaamse establishment leek te gaan sluiten, lieten de Nederlanders Brunswijk vallen door de geldkraan via Van Tussenbroek dicht te draaien. Brunswijk was toen gedwongen onderhandelingen met Bouterse te openen.
De CIA was het hier helemaal niet mee eens. De Amerikaanse geheime dienst was al jaren bezig het regime van Bouterse te destabiliseren omdat de Amerikaanse president geen toestemming gaf om een echte coup te plegen. De `oplossing' van de CIA was: drugs. Er moest een incident geënsceneerd worden om de onderhandelingen tussen Brunswijk en Bouterse te verzieken. En dat lukte wonderwel. De CIA liet een vliegtuigje met 1000 kilo cocaïne landen in Moengo, het gebied dat werd beheerst door Brunswijk. Het vliegtuigje was zogenaamd onderweg naar een bestemming die onder de controle van Bouterse viel en zou door slecht weer zijn uitgeweken. Dit incident leidde rechtstreeks tot de moord op twee lijfwachten van Brunswijk door het Nationale Leger. In de visie van Hirschland is het Jungle-Commando dus fijngewreven tussen de molenstenen van de Amerikaanse en Nederlandse inlichtingendiensten(12). De reisbewegingen van Kapitein Van den Berg ondersteunen deze theorie.
Bron » Buro Jansen en Janssen.nl
Meer over de raadsels rond Moengo vind je (natuurlijk) ook bij Stelling.nl > Raadsels rond Moengo 1 t/m 3:
Artikel over de voormalige muziekproducent, p.r.-adviseur en schrijver Frits Hirschland met als leidraad diens boek "Moengo" over zijn belevenissen aan de zijde van de Surinaamse rebellenleider Ronnie Brunswijk. Met onder andere de Israëlische wapenhandelaar Yair Klein, de voormalige Colombiaanse drugskartel-leider Pablo Escobar, ex-Mossad-topper en wapens- en drugshandelaar Mike Harari, de door president Bush afgezette Panamese leider Manuel Noriega, Iran/Contra-uitvoerder Oliver North, de in 1991 door het Amerikaans/Britse establishment opgeblazen Pakistaanse bank BCCI, de Israëlische bankier Bruce Rappaport, de Cubaanse vluchtelingenleider en Iran/Contra-figuur Frank Castro en Bas van Tussenbroek, de Nederlandse link naar Brunswijk » Deel 1
Eerste vervolg op de Brunswijkconnectie met onder andere Frank Castro, Bas van Tussenbroek, de vroegere Nederlandse ambassadeur in Parijs M. Vegelin van Claerbergen, de Amerikaanse diplomatieke vertegenwoordiger in Paramaribo Lance Hopkins, diens Nederlandse collega Joop Hoekman, leider van de DEA in Nederland Dale Laverty en DEA-"undercover" Dick Stotijn » Deel 2
Laatste deel van de Brunswijkconnectie met onder andere Desi Bouterse, Frank Castro, Lance Hopkins, Bas van Tussenbroek, ex-CIA-topman Theodore Shackley en Ruud Lubbers. » Deel 3