Op 12 oktober, binnen de twee weken na de moord op de stoep van de wapenhandel in Waver, verhoorden de Brusselse BOB'ers Jacques Carré en Charles Toumpsin Bruno Vandeuren in de gevangenis van Vorst over de wapenroof. De verdachte was ondertussen al weer opgepakt. Hoe waren ze bij hem terechtgekomen? Die vraag heeft generaties speurders in het bendedossier beziggehouden, en voor zover ik [Hilde Geens] heb kunnen achterhalen, is daar nooit een antwoord op gekomen.
De adjunct-politiecommissaris van Woluwe, die met de babbelzieke advocaat [Delhuvenne] had gepraat, had secuur het boekje gevolgd, het parket in Brussel en de onderzoeksrechter in Nijvel onmiddellijk op de hoogte gesteld en een proces-verbaal opgesteld. Maar hij kende de naam Vandeuren niet en meester Delhuvenne was nog niet verhoord. Commissaris Zimmer had nog helemaal geen verslag doorgestuurd. Wat was dan wel de aanleiding om Vandeuren in de gevangenis een bezoek te brengen?
"Volgens een inlichting van onze collega's van de BOB van Waver zou een zekere Bruno Vandeuren met de zaak te maken kunnen hebben." Dat zinnetje, vrij vertaald uit het Frans, zegt zo veel. Het vertelt niet dé reden, maar wel een van de redenen waarom het onderzoek naar de bende van Nijvel dertig jaar later nog altijd aan de gang is. Welke inlichting? Van welke collega's? Wie was hun bron en wanneer juist? En hoe kwam deze vage tip binnenwaaien in Nijvel? Alles wat misverstanden en verwarring kon creëren, stond in die zin, en misverstanden en verwarring zijn er gekomen.
Wat er aan dat verhoor voorafging, weten we dus niet, maar wat er tijdens het verhoor naar boven kwam, staat op proces-verbaal. De Brusselse BOB'ers Toumpsin en Carré vroegen Vandeuren wat hij gedaan had op de dag dat Claude Haulotte werd doodgeschoten. De verdachte scheepte hen af. Dat wil zeggen, hij bleef vaag. Voor de middag lag hij in de woning van zijn halfzus in bed met zijn vriendin Nadine, en daarna was hij met Nadine naar zijn vriend Guy gereden. Hij voegde er nog wat gecompliceerd over en weer gerij voor de mid- dag aan toe, en na de middag was hij dan weer met Nadine bij zijn halfzus gebleven.
Drie mensen waren zijn alibi. Dik in orde, zou je denken. Maar daar begint het. Bruno kon de speurders de achternaam en het adres van zijn vriend Guy niet geven. Die woonde in Zaventem of Sint-Stevens-Woluwe, daarmee moesten ze het doen. Het BOB-duo vroeg hem niet om hen daar dan zelf naartoe te brengen. Dat was raar, maar het was nog meer bevreemdend dat iemand die verdacht werd van zo’n zware misdaad zich de luxe permitteerde om de naam en het adres van de man die hem een alibi kon geven niet te zeggen.
Maar hij had er nog twee anderen natuurlijk. Nummer twee, de halfzus van Bruno, werd helemaal niet verhoord. Carré en Toumpsin controleerden Bruno's alibi alleen bij zijn vriendin Nadine in de stomerij waar het meisje strijkster was. Ze was pas achttien en ze bevestigde het verhaal van Bruno, die ze al twee jaar kende. Toen ze de ochtend van de overval rond kwart voor zes naar haar werk vertrok, had Bruno haar opgepikt en waren ze op de motorfiets naar zijn half-zus in Haren gereden. Daar waren ze gebleven tot een uur of tien. Uit geen enkel stuk blijkt dat de twee speurders in de stomerij geverifieerd hebben of het meisje de ochtend van de overval inderdaad was weggebleven van haar werk.
Hoe dan ook, tot een uur of tien klopte haar versie met die van Bruno, maar de overval was een halfuur later gebeurd en daarover waren er tegenstrijdigheden tussen de versie van Bruno en die van Nadine. De naspeuringen gebeurden twaalf dagen na de moord op agent Haulotte en iemand had later met de hand in de marge van het proces-verbaal van het rijkswachtduo "faux [onjuist]!" geschreven, en onder aan de bladzijde, vrij vertaald, opgemerkt dat er "onduidelijkheden tussen 10.30 uur en 12.00 uur" bestonden. Ongeveer de tijdspanne van de overval, de moord, de achtervolging en het vuurgevecht in Hoeilaart.
Niet echt een sluitend alibi dus, maar Toumpsin en Carré besloten dat "de verklaring van Nadine die van Vandeuren bevestigt", en ze lieten de onderzoeksrechter weten dat "Vandeuren absoluut niet lijkt op de robotfoto die gemaakt is, en op het signalement van de daders". Exit het spoor-Vandeuren op basis van een wazig, tegenstrijdig en bij "vriend Guy", bij de halfzus en in de wasserij niet gecontroleerd alibi en op basis van een robotfoto en een signalement die volgens magistraat Marcel Trousse omstreden waren en een overval met minstens drie daders betroffen.
Bron: Beetgenomen | Hilde Geens
"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via »
Facebook |
twitter |
YouTube