Re: Sint-Joris-Weert: 3 Februari 1985
Deadletterbox, ik sluit mij hier helemaal bij aan, kom je misschien toch weer op die "grap"van mij uit. En is het als "zelfmoord" in het dossier gegaan.
You are not logged in. Please login or register.
Bende van Nijvel → 1980-1989 → Sint-Joris-Weert: 3 Februari 1985
Deadletterbox, ik sluit mij hier helemaal bij aan, kom je misschien toch weer op die "grap"van mij uit. En is het als "zelfmoord" in het dossier gegaan.
Had gelezen dat het om een .22 gaat, en dan is het wel mogelijk. Met een 7.65 zou ik het ook niet riskeren, dan kan je er ook meerdere af in je hoofd. Komt daarbij dat deze nogal is durft te haperen. Met 9mm is het waarschijnlijk ook mogelijk maar dan moet je al veel gelu ... euh tegenslag hebben. Eentje schiet hem een .22 door het hoofd ergens in een bos, en is dan naar huis gereden om er een tweede fatale kogel bij in te jagen (had waarschijnlijk maar 1 kogel op zijn lader gestoken). Alles hangt af van het type kogel en de hoeveelheid geluk of tegenslag je die dag hebt. 99,9 % van de gevallen zullen bij de eerste impact wel sterven, maar er zijn reeds andere gevallen gemeld.
En wie is J. Houdy?
Bende van Waterloo. Vermoedelijk nauw contact met de Sudisten. En mogelijk ook met extreem-rechts in "le contact" (MSN, Gignez, ...).
Suite - Où l'on reparle de gendarmes et de partouzes
(…) Il est aussi arrivé quelque chose de bizarre au registre dans lequel le gérant, Jean-Marie Y., inscrivait les noms de tous les visiteurs. Début 1997, l'antenne Neufchâteau trouve deux versions de ce registre au greffe de Louvain: un original et une photocopie. La copie a été faite par le juge Decoux lui-même, dans les jours qui ont suivi le crime, pour pouvoir étudier le registre sans devoir manipuler l'original. Il apparaît à présent que Sur cet original, plusieurs noms ont été effacés au Tipp- Ex et remplacés par d'autres. Personne ne sait comment une chose pareille a pu se produire. Il semble que c'est la gendarmerie qui a rendu le registre au gérant avant qu'il soit à nouveau saisi par la police ou la PJ. Decoux ne s'inquiète pas davantage de cet incident.
"Toute cette affaire baignait un peu dans l'énervement de la guerre des polices", se souvient-il. L'énervement a une explication. Un des suspects du double meurtres appelle M.D. et il est gendarme. Plus, c'est un confident du colonel Gérard Lhost. L'enquête révèle que, selon certains témoignages, M.D. doit être le demier- ou l'avant-demier- à avoir vu Maria-Louiza Yanruyskensvelde vivante. Ce soir-là, M.D. est entré au camping vers 20 heures. Plusieurs résidents du camping en témoignent. Mais rares Sont ceux qui l'ont vu repartir. Interrogé, M.D. déclare que c'était à minuit dix et un témoin le confirme. Qu' allait-il faire dans la caravane du Couple? M.D. dit qu'il a répondu à une annonce dans un joumal, mais qu'il a trouvé que la prostituée, qui avait cinquante-sept ans, était "un peu vieille". Apparemment, il lui a fallu plus de quatre heures pour s'en rendre compte.
Un des noms effacés du registre original et toujours présent Sur la copie est celui d'un gendarme, ami de M.D. Il s'agit de M.H.. M.H. a donc été au camping, au moins une fois, et quelqu'un devait avoir intérêt à effacer les traces de son passage. Le nom de M.H. apparaît encore dans ce dossier, pour une autre raison. Il est l'alibi de M.D. pour le double meurtre, qui a eu lieu entre "2 heures et 3 heures du matin". Il affirme en effet que M.D. est arrivé chez lui vers I heure du matin. Les péjistes ont la nette impression que les deux gendarmes ont accordé leurs versions. Une impression encore renforcée par la perquisition à leur domicile respectif.
"En général, les gens sont outrés quand on débarque chez eux et qu'on les emmène pour être entendus", dit un des enquêteurs de l'époque. "Ce n'était pas le cas de ces deux-là. On voyait très clairement qu'ils avaient été prévenus." Un mois après le meurtre, M.H. prend sa retraite. Jusque-là, il faisait partie du Groupe Dyane -lui aussi. Une partie de la collection de photos de Yissers a été retrouvée en 1989 lors d'une perquisition chez l'exploitant du camping, Jean-Marie V. On ne sait pas très bien ce que cette montagne de négatifs faisait là. Tout indique que la collection devait être beaucoup plus importante. (…)
Il ne faut pas beaucoup d'imagination pour replacer le meurtre du vieux couple de partouleurs dans cette zone d'ombre policière du début des années 80, faite de sexe, de chantage et de corruption. Le gardien du camping La Hetraie était un ancien maton de la prison de Saint-Gilles, que dirigeait Jean Bultot à l'époque. Un des chalets était occupé par le frère d'Achille Haemers. Haemers senior lui-même venait souvent au camping. Un des péjistes qui travaillait sur l'enquête a été retrouvé trois ans plus tard avec trois balles dans la tête.
La justice a conclu au suicide. Après les perquisitions chez M.H. et M.D., un seul enquêteur, le policier Robert Bruelmans, continuait à penser que les deux gendarmes pouvaient être impliqués. Dans les années qui ont suivi, il a eu des ennuis avec ses supérieurs, il a vu ses initiatives systématiquement contrées dans ce dossier. Il a finalement dû quitter la police et prendre un congé de maladie.
Even onderlijnen uit de tekst hierboven: verdachte M.D. is een vertrouweling van kolonel Lhost. En verantwoordelijke voor de camping is oud cipier van de gevangenis van Sint-Gilles.
Vissers zou hebben gewerkt voor M., meer bepaald als facilitator van ontmoetingen in de seksuele sfeer, huur van appartementen e.d. Bij M. werd huiszoeking verricht. In zijn agenda vindt men namen uit de bankwereld, de diamantwereld, diplomaten, edellieden.
Bron: De X-dossiers: wat België niet mocht weten over de zaak-Dutroux
Weet iemand wie M. is?
Hij heette Edmond Vissers, zij Maria-Louiza Vanruyskensvelde. Hij was geboren in 1928, zij in 1927. Hij kwam occasioneel aan de kost als fotograaf. Zij plaatste als prostituee advertenties in de krant en ontving "aan huis". Dat wilde zeggen: in een gammele caravan op de camping La Hetraie in Sint-Joris-Weert, Oud Heverlee. Het was een toevluchtsoord voor mensen die de snelle stijging van de huurprijzen in Brussel niet konden volgen. Over de koterijen die hier werden bewoond, viel soms moeilijk te zeggen of het nu ging om caravans, chalets of tot chalets verbouwde caravans. Zo'n soort camping.
In de ochtend van 3 februari 1985 werden de lijken van Vissers en Vanruyskensvelde ontdekt. Vissers was afgemaakt met een kogel in zijn linkeroog en een achter een oor. Vanruyskensvelde had drie kogels in haar rug en een achter een oor. In zijn ene hand hield het lijk van Vissers een nog niet aangestoken sigaret vast, in de andere een aansteker. Het leek er sterk op dat hij de dader moest hebben gekend. Tussen de moord op Vissers en die op zijn echtgenote, blijkt later, lag bijna een half uur. Kennelijk werd zij al die tijd onder schot gehouden, werd er gepraat. Op een gegeven ogenblik moest de oude prostituee een stuntelige vluchtpoging ondernomen hebben. Dat leidden de eerst aanwezige Leuvense politiemannen af uit de kogel die door de rug van de prostituee heen ging en de bloedsporen die ze aantroffen op de deur van de caravan. Haar lijk, zo stelden ze vast, was nadien weer binnengesleept.
De manier waarop het paar werd geëxecuteerd, leek sterk op de wijze waarop FN-topman Juan Mendez een jaar later werd omgebracht. Met Mendez zit men opnieuw in Bende van Nijvel-sferen, want tot vandaag zijn er redenen om aan te nemen dat hij wapens leverde aan de Bende van Nijvel. De techniek van het schot in of achter het oor, bij voorkeur met inwendig ontploffende kogels, was enkele extreem-rechtse fanatici in de vroege jaren tachtig aangeleerd in de Practical Shooting-clubs. Ook de ex-BOB'ers Amory, Beijer en Bouhouche waren lid van die clubs en beschikten over dit soort wapens en munitie.
De Leuvense politieman Robert Bruelmans zag nog andere verbanden. Via een kleine rondvraag bij de campingbewoners kwam hij aan de weet dat Vissers tot in 1983 de medeuitbater was van een seksclub aan de Generaal Jacqueslaan in Etterbeek, vlakbij het hoofdkwartier van de rijkswacht dus. Een van zijn taken bestond er daar in stiekem foto's te nemen van deelnemers aan groepsseks. Waarom en in wiens opdracht hij dat deed, had Vissers nooit verteld. Het was ook niet duidelijk waarom hij uit de Brusselse beau monde was verbannen. Wel was geweten dat hij van die foto's een hele collectie negatieven bewaarde. Toen de politie na de moord zijn caravan doorzocht, lag alles daar overhoop.
Er was nog iets anders dat deze moord eerder ongewoon maakte, vond Bruelmans. De houding van de overige bewoners. Pas omstreeks 10.00 uur 's ochtends verwittigde campinguitbater Jean-Marie V. de politie. Dit, terwijl hij later zou toegeven dat hij "tussen twee en drie uur 's ochtends" schoten had gehoord. Hoe kon het dat hij toen niets had gemerkt? Zijn chalet stond pal naast die van Vissers en Vanruyskensvelde.
In de chalet zelf vond de politie een adreskaartje. Het verwees naar een wapenbedrijfje in Elsene dat uitgebaat werd door Robert Darville. Darville was in 1985 niet veel meer dan een onderwereldfiguur van dertien in een dozijn. Hij werd pas bekend toen hij in augustus 1989 in de nasleep van het onderzoek naar de ontvoering van oud-premier Vanden Boeynants geïdentificeerd werd als de wapenfreak van de misdaadbende rond topgangsters Patrick Haemers en Philippe Lacroix.
Een beperkt aantal politiemensen kende Darville in 1985 reeds als een van de vaste bezoekers van de club Jonathan, die z'n roem dan weer dankte aan de veelbesproken seksfuiven-in-confituur. Naast de fine fleur van de Brusselse onderwereld mocht de club ook figuren als de adjunct-gevangenisdirecteur van Sint-Gillis Jean Bultot, BOB'er Martial Lekeu, FJ-leider Francis Dossogne en de Brusselse GP'er Feddo Godfroid tot haar klantenkring rekenen. Voor zowel Bultot, Lekeu als Godfroid was de Jonathan een tussenstap in hun metamorfose. Darville was ook een zeer goede kennis van Juan Mendez. Tijdens een huiszoeking werd bij hem ooit een plannetje teruggevonden waarop de route stond aangeduid om naar de woning van Mendez te rijden.
Bruelmans kende Darville op dat ogenblik nog niet, maar ook zonder het adreskaartje was het hem al duidelijk dat het motief voor deze moord wel eens gezocht zou moeten worden in Brusselse seksorgieën. Jean-Marie V, zoon van een schatrijke notaris en mislukt als rechterstudent, was een verwoed échangist. In hun gloriedagen waren Vissers en Vanruyskensvelde elk weekend van de partij op seksfuiven in diverse Brusselse etablissementen, meestal om en rond het Ter Kamerenbos. Ze werkten vooral voor Robert M.
Vissers werd door deze man belast met het huren van appartementen waar de klanten ongestoord hun gangetje konden gaan. M. was van dezelfde generatie als de twee slachtoffers. Hij had in 1985 al de gezegende leeftijd van 65 bereikt. Kort na de dubbele moord verrichtte de Leuvense GP een huiszoeking bij M. De aandacht ging vooral naar zijn agenda, en al bladerend nam de interesse alleen toe. De speurders stootten op de namen van allerlei hoge pieten uit het bank- en financiewezen, enkele kopstukken uit de Antwerpse diamantwereld, diplomaten, functionarissen van de Europese Gemeenschap en enkele bekende Belgische edellieden. Misschien, dacht Bruelmans, had het aan lager wal geraakte koppel wel het malle plan opgevat om een van de klanten te chanteren.
In de agenda van M. staan onder de D twee opvallende telefoonnummers genoteerd, al zeggen ook die de GP'ers op dat ogenblik niets. Er staat: Dolo Michel 734.43.78, 145 rue des Atrébates en Dolo 649.22.09. De twee nummers verwijzen naar de ons inmiddels welbekende bar, en vermoedelijk meer bepaald naar uitbater Michel Forgeot. Wanneer de speurders van de antenne Neufchâteau begin 1997 een kopie van het dossier 55/85 van de Leuvense onderzoeksrechter Raymond Decoux in handen krijgen, wachten hen nog meer verrassingen. Zoals kon worden gevreesd, is de moord nooit opgehelderd. En te oordelen aan wat er met de in beslag genomen overtuigingsstukken gebeurde, hoeft dat ook niet te verwonderen.
De met bloed besmeurde deur van de caravan is zoek. Volgens het Leuvense parket is deze goudmijn van sporen destijds wel degelijk onderzocht, maar heeft dat niets opgeleverd. Voor het feit dat de deur kwijt is, heeft men niet direct een verklaring. Onderzoeksrechter Decoux tilt niet zo zwaar aan het verdwijnen van de deur. "Als we er toen geen sporen op konden vinden, dan zal dat nu ook wel niet meer kunnen." Bij de antenne-Neufchâteau is men daar begin 1997 niet zo zeker van. In 1985 was DNA-onderzoek nog niet mogelijk. Vandaag wel.
Er is ook iets eigenaardigs gebeurd met het register waar de uitbater de namen van alle bezoekers inschreef. Op de griffie te Leuven treft de antenne-Neufchâteau begin 1997 twee versies aan van dit register: een origineel en een fotokopie. De kopie is in de eerste dagen na de moord gemaakt door Decoux zelf. Zo kon hij het document rustig bestuderen zonder zich te hoeven bekommeren over vlekken. Op het origineel, zo blijkt nu, zijn verschillende namen met Tippex uitgewist en vervangen door andere. Hoe zoiets kon gebeuren, weet niemand. Vermoedelijk heeft de rijkswacht het register teruggegeven aan de uitbater en is het na door hem te zijn beklad weer in beslag genomen door politie of GP Ook van dit voorval ligt Decoux niet wakker. "Die hele zaak baadde een beetje in de sfeer van de politieoorlog", herinnert hij zich.
De nervositeit heeft een oorzaak. Een van de verdachten heet M.D. en is rijkswachter. Hij is meer bepaald een vertrouweling van kolonel Gérard Lhost. Volgens enkele campingbewoners moet M.D. de laatste - of de op een na laatste - zijn geweest die Maria-Louiza Vanruyskensvelde in leven heeft gezien. Hij is die avond de camping binnengekomen om 20.00 uur. Verschillende bewoners kunnen daarover getuigen. Weinigen hebben hem echter zien vertrekken. Hierover aan de tand gevoeld, zegt M. D. dat hij om 00.10 uur is vertrokken, één van de getuigen bevestigt dat ook. Wat had hij op dat late uur te zoeken in de caravan van de 57-jarige prostituee? M.D. zegt dat hij reageerde op een advertentie ineen krant, maar dat hij haar "iets te oud" vond. M.D. had blijkbaar meer dan vier uur nodig om tot die bevinding te komen.
Een van de in het register uitgewiste namen verwijst naar een collega-rijkswachter en goede vriend van M.D., de elf jaar later door X1 op foto herkende M.H. Hij moet minstens één keer op de camping zijn geweest, en iemand moet er belang bij hebben gehad om daar de sporen van uit te wissen. De naam van M.H. duikt nog om een andere reden op in dit dossier. Het is hij die M.D. een alibi heeft bezorgd voor diens tijdsgebruik in de nacht van de moord. M.H. zweert dat M.D. rond een uur of één 's nachts bij hem is aangekomen. Daardoor kan hij met de tussen twee en drie gepleegde moord niets te maken hebben...
De GP'ers die in die tijd aan het onderzoek werken, voelen aan hun kleine pink dat de twee rijkswachters hun verklaringen op elkaar hebben afgestemd. Die indruk wordt bevestigd wanneer later bij beiden huiszoekingen worden verricht. "Normaal zijn mensen verontwaardigd wanneer je bij hen binnenvalt en ze meeneemt voor een verhoor", zegt een speurder van toen. "Niet zo bij dit duo. Je merkte duidelijk dat ze getipt waren." Een maand na de moord gaat M.H. met pensioen. Hij was tot dan toe - hij ook al - actief bij de Groep Dyane.
In 1989 is nog een deel van Vissers' fotoarchief teruggevonden tijdens eenhuiszoeking bij Jean-Marie V. Het blijft onduidelijk wat de berg negatieven daar lag te doen. Uit alles blijkt dat het slechts het restant is van een veel omvangrijker collectie. In elk geval is op geen enkele van de beelden een minderjarige te zien. Het onderzoek naar de brutale dubbele moord is officieel nooit afgesloten, maar Decoux is zovele jaren later bijzonder pessimistisch. Na de kortstondige opwinding over een mogelijk verband met het X1-onderzoek en het elimineren van de ploeg-De Baets, gaat het hele dossier terug in de lade en gebeurt er niets meer.
Er is heus niet veel verbeelding nodig om de moord op het oude partouze-koppel te kaderen in de politionele schemerzone van seks, chantage en corruptie van het begin van de jaren tachtig. De bewaker op camping La Hetraie was een gewezen cipier van de gevangenis in Sint-Gillis, waar Jean Bultot in die tijd de plak zwaaide. Een van de chalets werd bewoond door de broer van Achille Haemers. Haemers senior werd zelf heel vaak gezien op de camping. Een van de bij het onderzoek betrokken GP'ers wordt enkele jaren later dood aangetroffen met drie kogels in het hoofd. Zelfmoord, besloot justitie.
De enige die na de mislukte huiszoekingen bij H. en D. nog in hun betrokkenheid bleef geloven, was politieman Robert Bruelmans. In de jaren die volgden, kreeg hij echter problemen met zijn hiërarchie, voelde hij zich systematisch tegengewerkt in al wat hij in dit dossier nog wou ondernemen en werd hij uiteindelijk gedwongen om het politiekorps te verlaten en met ziekteverlof te gaan.
Bron: X-dossiers: wat België niet mocht weten van de zaak Dutroux | Annemie Bulté, Douglas De Coninck en Marie-Jeanne Van Heeswyck
Kan iemand zeggen om welk wapen en kaliber het hier gaat? Kan belangrijk zijn.
Ik kan bevestigen dat het gebruikte kaliber voor deze dubbele moord .22 was. Edmond Vissers kreeg één kogel in de nek en één kogel in het linkeroog. Maria-Louiza Vanruyskensvelde kreeg één kogel in de rug en "deux coups de grâce" (iets wat ik niet kan vertalen).
Ook de namen van de verdachten in dit dossier M.H. en M.D. zijn mij bekend maar ga ik hier (nog) niet delen.
Coup de gràce = genadeschot.
Vandaag staat er een artikel in De Standaard over camping La Hêtraie. De dubbele moord wordt ook vermeld.
‘Ik blijf hier tot ik sterf’
Een Belgische vlaggetje dat koppig tussen de beukenbomen wappert, een ijzeren stoel en twee gigantische geluidsboxen. Verder blijft er weinig over van de chalet op kampeerplek C2 in La Hêtraie (het beukenbos) die zondag in de vlammen opging.
Volgens de brandweer werd er sinds 2000 al minstens vijftig keer brand gesticht op het kampeerterrein, maar een dader werd nooit gevonden. Het Leuvense parket liet weten dat de brand van zondag werd aangestoken, maar kon of wilde verder geen informatie geven. Volgens burgemeester Alexander Binon (N-VA) zijn het de eigenaars zelf die hun chalet in brand steken, zodat ze geen afbraakkosten moeten betalen.
In de jaren 60 werden gezinnen uit Wallonië en Brussel naar het kampeerterrein in Oud-Heverlee gelokt met reclame die een mooi stuk grond beloofde tussen de Dijle en het Meerdaalwoud. Volgens Roland Timmerman, de advocaat van een aantal bewoners, was de zone toen recreatiegebied. ‘Er werden minstens 33 bouwvergunningen uitgereikt, en de bewoners kregen ook de toelating om zich er te domiciliëren’, zegt Timmerman.
Maar volgens het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) ligt het domein van 6 hectare wel degelijk in natuurgebied. De discussie sleept al heel lang aan, maar sinds enkele jaren probeert de gemeente de bewoners actief te verdrijven met dwangmaatregelen. Er wordt ook geen huisvuil meer opgehaald en in 2013 werden elektriciteit en water er afgesloten.
Mysterieuze moord
Voor het gemeentebestuur is de camping al jaren een doorn in het oog, want hij trok ook heel wat schorremorrie aan op zoek naar een goedkope woonst. In 1985 werd La Hêtraie pas echt berucht toen er een mysterieuze moord werd gepleegd: een koppel werd in onduidelijke omstandigheden neergeschoten in zijn caravan.
Vandaag hebben al 60 mensen hun grond overgemaakt aan het ANB. Voor vijf mensen is er op korte termijn een oplossing in de maak. Het Agenschap beloofde hen de afbraakkosten op zich te nemen, in ruil voor de grond, waarvan ze weer bos willen maken.
Blijven over: nog een honderdtal terreinen, 3,5 hectare groot. Enkele van de kampeerplaatsen zijn er leeg, andere zijn verlaten. Wat ooit een levendige camping was, lijkt vandaag bijna oorlogsgebied. Tientallen uitgebrande chalets zijn overwoekerd door onkruid. Autowrakken, stukgeslagen caravans en afval maken van La Hêtraie een spookachtige plaats.
Toch zijn er vandaag nog zeker vijf chalets bewoond. ‘Ik heb 800.000 Belgische frank betaald voor mijn stuk grond’, vertelt Danielle (65), een gepensioneerde Brusselse die vanwege het delicate karakter van het dossier niet met haar achternaam in de krant wil. Ze woont sinds 1986 op de camping. ‘Ik denk er niet aan te vertrekken’, zegt de vrouw, een gepensioneerde ambtenaar. ‘Waarom zou ik mijn huis waar ik al dertig jaar woon zomaar opgeven? Ik kan nergens anders aarden. Ik ben verslaafd aan de rust hier.’
Die rust is wel relatief. In haar tuintje zoemt een grote generator de stilte weg. Danielle kocht die samen met haar buurvrouw om hen van elektriciteit te voorzien. ‘Hoe kunnen we ons anders verwarmen’, zegt de buurvrouw van B36, die al 25 jaar in haar houten huisje woont.
Ook zij is niet van plan te verhuizen. ‘Naar waar zou ik gaan?’, zegt de poetsvrouw op rust. ‘Ik heb geen geld voor een ander huis, zeker niet als ik het mijne gratis moet weggeven. Nee hoor, u mag er zeker van zijn. Ik blijf hier tot ik sterf.’
Het is verre van evident om er vandaag nog te wonen. Zeker in de winter is het er modderig en moeilijk bereikbaar. Maar een aantal bewoners verzet zich resoluut tegen een uitzetting. ‘Tien jaar geleden heeft onze buurman zelfmoord gepleegd nadat hij het bericht had gekregen dat hij zijn caravan moest verlaten’, vertelt Danielle. ‘Emile was al langer depressief, maar hij kon het niet verkroppen dat hij weg moest. Ze hebben zijn lichaam gevonden in een meer wat verderop.’
Wegpesten
Hoe moet het verder met de camping aan het Meerdaalwoud? Het ANB zegt dat het de laatste bewoners niet onder druk wil zetten. ‘Maar het is uiteraard wel onze bedoeling om het natuurgebied in ere te herstellen’, zegt Bart Meuleman, die voor het ANB het dossier beheert. In eerste instantie wil Natuur en Bos erop toezien dat de chalets niet gekraakt worden. ‘Voor de zomer willen we ook beginnen met het opruimen van onze terreinen, maar dat zal een werk van lange adem zijn.’
Burgemeester Alexander Binon is strijdvaardiger. ‘Het is totaal onaanvaardbaar dat de eigenaars brandstichten’, zegt hij. ‘Eigenlijk is het heel simpel. De chalets zijn illegaal en ze moeten zo snel mogelijk weg.’
Voor een bewoner, die in het enige bakstenen huis woont op het terrein, is die uitspraak het bewijs dat er meer achter zit. ‘Ik geloof niet dat de burgemeester al die onteigeningen wil, enkel en alleen om een stukje gazon te creëren. Er zijn al jaren geruchten dat de gemeente hier graag sociale woningen wil neerpoten.’
De 38-jarige man noemt de insinuaties over brandstichtingen en criminele bewoners ook ‘totaal van de pot gerukt’. ‘Wie zegt dat de eigenaars brand hebben gesticht? Ik heb zondag de brandweer gebeld toen ik de vlammen zag, maar ik heb niemand gezien. De enige crimineel in dit dossier is de overheid die rechtmatige eigenaars zomaar uit hun huis zet. Mijn vrouw is vertrokken omdat ze het niet meer aankon. ik zit met een lekkend dak waarvan ik niet weet of ik het mag herstellen. Weet u in wat voor stress ik leef? Maar ik laat me hier niet wegpesten.’
Bron: De Standaard | 14 maart 2018
Vissers zou hebben gewerkt voor M., meer bepaald als facilitator van ontmoetingen in de seksuele sfeer, huur van appartementen e.d. Bij M. werd huiszoeking verricht. In zijn agenda vindt men namen uit de bankwereld, de diamantwereld, diplomaten, edellieden.
Bron: De X-dossiers: wat België niet mocht weten over de zaak-Dutroux
Weet iemand wie M. is?
Een kennis van Mendez en Finné? De maanden na deze moord waren er observaties in Overijse ivm roze dossiers. Mendez had er tegen een collega op FN over gesproken trouwens.
Bende van Nijvel → 1980-1989 → Sint-Joris-Weert: 3 Februari 1985
Powered by PunBB, supported by Informer Technologies, Inc.