Re: Zoekactie Ronquières: 1985-1986
Het laatste gedeelte over Ronquières uit het boek Beetgenomen:
Was Ronquières dan onbelangrijk? Zeker niet. Ronquières vertelde enkele geheimen van de Bende van Nijvel. Sommige werden met veel geduld ontraadseld, andere nog altijd niet. "Het allerbelangrijkste leidt met een beetje geluk naar opheldering: op een stuk kogelwerend vest in de zwaaikom zat DNA, de handtekening van een dader. De nieuwe onderzoeksrechter Martine Michel had het goede idee om alle materiële sporen opnieuw na te laten kijken, en dankzij een verbeterde technologie werd het profiel ontcijferd", bevestigden speurders van Delta en de Cel. De vondst in Ronquières blijft dus de beste kans om nog resultaat te halen in dit verziekte dossier, en als dat ooit gebeurt, is dat te danken aan Martine Michel, die de stukken kogelwerende vest opnieuw in onderzoek nam, maar in de eerste plaats toch aan Delta, die ze naar boven dregde.
De dumping verklapte een tweede geheim: de Bende van Nijvel had op 10 november 1985 nog plannen. Ze was niet klaar, want de meeste Bende-wapens lagen niet in de zwaaikom, ook de twee riotguns en de Ingram niet waarmee in 1985 zestien mensen om het leven werden gebracht.
Er was een derde geheim. Delta-leden vertelden: "Toen wij die zakken opvisten, hoorden we dat de speurders van Nijvel op basis van de twee getuigen op de oever in november 1985 ook een label van Legia-munitie gevonden hadden. Zij, wij niet. Maar wij hebben dat stuk verpakking geanalyseerd. Het kwam uit een lot waar een fout in zat, en die fout leidde naar de springstoffenleverancier van Patrick Haemers, Robert Darville."
De vondst vertelde ook dat de leden van de Bende van Nijvel knoeiers waren met hun wapens. De patroongordels, pistooltassen en messenhouders kwamen niet uit de winkel, maar waren zelf gemaakt, met lompe hand gesneden en gehamerd en met nietjes aan elkaar geklungeld.
Het succes van Ronquières werd Delta nooit gegund. Voor de maand om was, moest substituut Willy Acke zich verantwoorden waarom ze in godsnaam daar waren gaan duiken. Toen al kon niet meer achterhaald worden wanneer Delta de kopie van het proces-verbaal met de verhoren van de twee dumpinggetuigen in handen had gekregen. Delta-leden zeiden: "Na Ronquières is de verhouding tussen de onderzoekscellen totaal verziekt. De zaak werd ei zo na een Vlaams-Waalse kwestie. We hebben het kanaal Brussel-Charleroi doorzocht, dat al decennia de vuilbak was van de De Staerke-clan, maar ook de Zenne en het kanaal Brussel-Willebroek, weken aan een stuk, en zo zijn we ten slotte in Ronquières gearriveerd. Daar kunnen ze bij de Cel Waals Brabant niet bij. Zij blijven erbij dat er een informant moet zijn. Maar het enige wat we wilden, was een informant."
Delta had een belangrijke vondst gedaan in het kanaal, maar wat ze zochten hadden ze niet opgedregd: de antracietgrijze Golf GTI met de gepantserde achterdeur en de grijze gespikkelde jas van Johnny. Twee mensen die gewond raakten in de Delhaize van Aalst, vertelden dat de schutter zo'n jas droeg. Twee maten van Johnny, die geen inzage hadden in dit proces-verbaal en het dus niet konden weten, signaleerden bij Delta dat De Staerke een gespikkelde jas had. Maar de vondst in Ronquières had Delta geen stap dichter bij De Staerke gebracht.
Bron: Beetgenomen | Hilde Geens