Topic: Albéric Otten
Otten, een man met een strafblad, een vriend van Beijer en het "alibi" van Beijer voor de overval in Aalst. Alibi staat tussen aanhalingstekens en wel hierom:
Beijer kwam met een alibi [voor Aalst] dat dat van Bouhouche tenietdeed. Op 9 november 1985, de dag van de Benderaid in Aalst, was hij aan het dineren met een bevriend koppel, de heer en mevrouw Otten, bij de Joegoslaaf in La Vieille Bosnie, zei Beijer vol vertrouwen. "Ik herinner mij die avond nog goed, aangezien ik aldaar van de ober de slachtpartij van Aalst vernam." Vanuit het restaurant had hij gebeld met Bouhouche en die was thuis.
Hij zweeg tegenover de speurders van Dendermonde in alle talen over wat volgt. De vriend in kwestie, Albéric Otten, een knoeier van een garagist met een kletskop, had zich kort daarvoor 'spontaan' aangeboden bij de gerechtelijke politie van Brussel. Hij wilde een verklaring afleggen ten gunste van Beijer en drong stevig aan. Op de dag van de overval in Aalst, zei Otten, zat hij met Beijer en hun vrouwen te dineren in een Joegoslavisch restaurant in Brussel. Beijer kon dus onmogelijk in Aalst geweest zijn.
Op de vraag hoe hij zo zeker was van de dag, zei hij dat zijn eigen vrouw obstinaat weigerde om op een andere dag uit eten te gaan dan de vrijdag. Met verve ondertekende hij zijn verklaring. De speurders zeiden hem daarna dat de overval in Aalst had plaatsgevonden op een zaterdag. Toen Otten later verhoord werd door Delta, had hij zijn Brusselse verklaring bijgesteld en nu beweerde hij dat hij dineerde met Beijer op zaterdag.
Bron: Beetgenomen | Hilde Geens