Eén van de vertegenwoordigers van Hill & Knowlton was Bob Gray:
Ook de Amerikaan Bob Keith Gray toonde interesse in de geluidsdemper. Gray landde op 14 augustus op Zaventem en nam zijn intrek in het Sheraton-hotel op het Rogierplein. Hij verbleef er een maand. Dekaise, vereerd door de belangstelling, onderhandelde er enkele keren over de prijs. Hij was telkens vergezeld door Pourtois en Montgomery Kee. De Amerikaan bracht zelfs een beleefdheidsbezoek aan de winkel in Waver en bleek uiteindelijk geïnteresseerd in de aankoop van 250 geluidsdempers. De bestelling was officieel bestemd voor het Colombiaanse leger.
Na lang palaveren raakten de heren het eens over de prijs van 31.000 euro. Gray betaalde een voorschot en garandeerde nog eens de betaling van 10.000 euro. Daarbovenop kreeg Dekaise van Pourtois vijf Ingrams in bruikleen.
Bob Gray was niet de eerste de beste. Hij maakte met de gewezen CIA-agent Ed Wilson en zijn FBI-collega Frank Terpil deel uit van The Enterprise, ook wel de parallelle CIA genoemd. Wilson was zes weken voor Grays aankomst in Brussel gearresteerd op de Kennedy-luchthaven in New York op beschuldiging van illegale wapenhandel. In het verleden hadden ze samen heel wat zaakjes bedisseld, onder meer de levering van wapens aan de Libische dictator Kadhafi.
Vooral Wilson en zijn maatje Terpil namen daarbij het voortouw. Wilson had jaren eerder al belangstelling getoond voor de ontwikkeling van infraroodkijkers en het miniaturiseren van hoogst geperfectioneerde ontstekers. Maar de levering van tientallen kilo's plastics of C4, kneedbare munitie vergelijkbaar met het latere gevreesde Semtex, was hem fataal geworden. De C4 werd verstopt in tandpasta, balpennen, telefoons of radiotoestellen, waardoor Kadhafi tegenstanders ongemerkt kon liquideren. Hij liet de C4 leveren aan allerlei terroristische organisaties in Europa en het Midden-Oosten. Wilson kon jarenlang ongestraft zijn gang gaan omdat de CIA via hem vernam wat er in het hoofd van Khadafi omging, welke aanslagen hij wilde plegen, wat zijn Sovjetadviseurs allemaal uitspookten ...
Gray en zijn kompanen verdienden onder meer de kost met het New Yorkse adviesbureau International Security Associates en Consultants International, schaduwmaatschappijen die de CIA gebruikte om betalingen uit te voeren. Wilson en Terpil verkochten ook gifstoffen om opposanten op te ruimen, stelden zelfs huurlingen ter beschikking in diverse oorlogshaarden wereldwijd en deden daarvoor een beroep op Vietnamveteranen, vooral Green berets. Wilson bleek ook een specialist te zijn in het in de val lokken van mannen met de hulp van ingehuurde prostituees. (...)
Frank Terpil kluste bij voor de Mossad en raakte zelfs betrokken bij de voorbereiding van het moordcomplot op paus Johannes Paulus II door in Libië de Turkse dader Mehmet Ali Agça te coachen in opdracht van enkele hooggeplaatste moslimgeestelijken in Teheran. De Mossad schoof nadien de zwartepiet handig heen en weer tussen de KGB en de CIA. De Amerikaanse journaliste Claire Sterling, die op de loonlijst stond van de CIA, schreef in haar boek The Terror Network dat de aanslag op de paus het werk was van de KGB. Deze gratuite bewering bood de Israëlische spionnenorganisatie de kans om bij de Poolse paus in een goed blaadje te komen, want die had toen een allerbeste verstandhouding met de CIA en vooral met CIA-baas Bill Casey.
Bob Gray beschikte in politiek Washington over een indrukwekkend netwerk. Hij schuimde recepties af, werd heel close met de communistenhater Dr. Moon en onderhield nauwe contacten met de WACL, wat hem tijdens zijn verblijf in België van pas kwam. In zijn bureau hingen de portretten van alle Amerikaanse presidenten vanaf Eisenhower, allemaal voorzien van een persoonlijke boodschap. Hij speelde in 1980 een sleutelrol in de verkiezingscampagne van Ronald Reagan en werkte daarvoor nauw samen met Bill Casey, die kort daarna de directeur werd van de CIA.
Gray bleef de Republikeinse president Reagan adviseren in pr-aangelegenheden en vertegenwoordigde het pr-bedrijf Hill & Knowlton in Washington, dat met de jaren was uitgegroeid tot de top in de internationale pr-branche en geconsulteerd werd door politici allerhande, multinationals, mediatycoons en legerstrijdkrachten, tot zelfs de onderwereld en geheime diensten.
Ik [Guy Bouten] maakte als journalist in 1990 kennis met de werkwijze van Hill & Knowlton toen generaal Kagame en zijn Rwandees Patriottisch Front vanuit Oeganda het buurland Rwanda binnenvielen en ik in Brussel werd benaderd door twee mooie Tutsivrouwen, gezanten van Hill & Knowlton en het pr-bedrijf van Christian Bavastro. Ze gaven me info en tips en brachten me in contact met de top van het RPF. Ik kon zelfs een exclusief interview krijgen met Kagame in Londen, maar mijn hoofdredacteur sloeg het aanbod af.
Toen Laurent Kabila zes jaar later vanuit Rwanda met de hulp van het RPF Zaïre binnenviel en de macht veroverde, stond H & K weer op de bres. Van de ex-huurling en geheim agent Christian Tavernier vernam ik dat het vermaarde pr-bedrijf, met de hulp van Joodse diamantairs uit Antwerpen, de veroveringstocht van Kabila had gefinancierd.
Bron: Guy Bouten | De Bende van Nijvel, Verraad. Manipulatie. Geheime diensten
"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via »
Facebook |
twitter |
YouTube