40 Jaar geleden werd het Delhaize-warenhuis van Genval overvallen door 3 gangsters. De overval wordt toegeschreven aan de Bende van Nijvel. De daders van deze overval zijn nooit gevonden.

In een artikel van RTBF vertellen enkele getuigen hun verhaal. Ik haal hieronder een aantal belangrijke punten aan:

Eliane L.

Eliane L. merkt rond 18u30 een grote auto op voor haar winkel. De auto heeft zijn koplampen aan waardoor ze enkel de bestuurder kan zien.

Iets na 19u - wanneer ze haar winkel gesloten heeft en naar het Delhaize-warenhuis wandelt - wordt ze gevolgd door een man. Hij leek uit de auto te komen die voor haar winkel stond. Hij droeg een grote neus met een nepbril. Ze ging ervan uit dat het iemand was die een beetje vroeg carnaval viert.

Op het moment dat zij het Delhaize-warenhuis binnen wilt gaan, wilt ze de man voorlaten. Dat weigert hij en bijna onmiddellijk krijgt ze een pistool in haar rug geduwd en wordt ze het warenhuis binnen geduwd.

Célile Bonjean

Zij was kassierster in het Delhaize-warenhuis en ze vertelt het vervolg van het verhaal:

"Zodra de deur openging, gebeurde alles heel snel, de man had een pistool in zijn hand en zei ons 'het is een overval, het geld!' Die avond, als Cécile Bonjean in het kantoor aanwezig was naast de hoofdkassier, was dat om het geld te tellen en in de kluis te leggen: "hij zei dan tegen mijn collega die de sleutel van de kluis had, 'open de kluis', wat zij deed". De twee caissières werden vervolgens gedwongen op de grond te gaan liggen terwijl een van de daders de kluis leeghaalde."

Op een gegeven moment klonk er een schot en daarna was het stil, Cécile Bonjean durfde zich nog steeds niet te bewegen:

"Toen ze het schot afvuurden, dacht ik dat ze mijn collega hadden neergeschoten die was gebleven om de kluis te openen, toen ik zag dat ze het kantoor hadden verlaten, riep ik haar, maar omdat ze niet wist dat ze waren vertrokken, gaf ze geen antwoord, dus ik was bang dat ze gewond was. In werkelijkheid werd er een schot afgevuurd in de computer. Alles ging heel snel."

De werknemers merkten dat de daders de bankbiljetten hadden meegenomen, maar niet de cheques, die op de vloer verspreid lagen.

Jean-Marc Bothy

Jean-Marc Bothy, een jobstudent die op het moment van de feiten in het Delhaize-warenhuis werkte:

"Ik was met Claude R. bezig karretjes op te halen op de parkeerplaats van de winkel, we stonden ongeveer tien meter van de ingang van Delhaize. We zagen plotseling twee mannen die van bovenaf leken te komen. Het viel mij onmiddellijk op dat een van deze twee mannen een soort carnavalsmasker droeg dat ik kan omschrijven als een bril met een valse neus en snor."

Jean-Marc Bothy herinnert zich vooral deze man, die lang en tamelijk fors gebouwd was.

"Ik grapte met mijn vriend Claude toen deze twee mannen ons passeerden. Ze keken helemaal niet naar ons. We volgden hen met onze ogen en net toen ze in de ingang van de winkel waren, trok de grootste een pistool vanonder zijn mackintosh."

De twee studenten hadden al snel door dat het om een overval ging: "het was een riot-gun", een wapen dat Jean-Marc Bothy kent uit films. Jean-Marc Bothy en zijn vriend besloten de parkeerplaats over te steken om de politie te gaan waarschuwen in een winkel tegenover de Delhaize.

Jacques Culot

Zonder te beseffen wat er in de winkel gebeurde, stond Jacques Culot in zijn Audi 100 (*) op het punt de parkeerplaats te verlaten. Helaas hadden de overvallers net de winkel verlaten en toen hij in zijn achteruitkijkspiegel keek, zag hij een plastic tas en een pistool:

"Ik dacht dat het een overval was en draaide me om".

Toen zag hij drie mannen, van wie Jean-Marc Bothy de langste had gezien. Hij is degene met een high-powered geweer in zijn handen. Jacques Culot besloot toen om zo snel mogelijk te vluchten, maar hij zag dat een van de schurken hem gebaarde te stoppen:

"Ik ging langzaam en besluiteloos verder".

Maar de man brengt zichzelf in een schietpositie, met beide armen uitgestrekt en de benen uit elkaar:

"Toen ik dit zag, ging ik in de auto liggen".

Deze goede reflex was genoeg om hem die avond in leven te houden, want toen hij zijn auto zag, zou de kogel die de ruiten verbrijzelde hem in het hoofd hebben geraakt. Een andere kogel bleef hangen in een van de banden van de Audi, waardoor de overvallers de plek konden verlaten zonder bang te zijn dat ze gevolgd werden. Hun voertuig werd in de richting van La Hulpe gereden.

(*) Het is die Audi 100 die enkele dagen later gestolen wordt uit de garage waar hij stond om gerepareerd te worden » Forum

Tijdens het Borains-proces kwam het gebruikte wapen van Genval ook aan bod:

(...) Een getuige van de overval in Genval is formeel: het wapen dat zij zag was zwart. De Rüger van Cocu valt op met zijn glanzende roestvrije stalen loop en trommel.

Bron: Gazet van Antwerpen | 16 April 1988