1

Topic: Zoersel: 29 Februari 1980

Samenvatting

  • Wat? Een overval op een postauto.

  • Wanneer? Vrijdag 29 februari 1980, rond vijf uur ’s ochtends.

  • Waar? Op de Oostmallebaan in Zoersel werd de postauto tot staan gebracht. Daar werden de postmannen gegijzeld en reden beide auto’s naar de Korte Maalstraat [» Google Maps].

  • Wie? Twee daders, waarschijnlijk afkomstig uit Brussel. Ze waren allebei vermomd als rijkswachter. Ze waren beiden vermoedelijk tussen de 30 en de 40 jaar. De ene was 1.80 meter groot en had kort grijzend haard; de tweede was (?) meter groot en had lang haar.

  • Voertuig: Een blauwe Peugeot 504.

  • Nummerplaat: De postmannen hadden de nummerplaat onthouden maar dit was een reproductie van een identieke Peugeot uit Molenbeek.

  • Buit: 17,5 miljoen frank.

  • Status: onopgelost. Frans Van Reeth werd wel lange tijd verdacht van deze overval.

Valse rijkswachters roofden 17 miljoen

Met een stoutmoedigheid die alle verbeelding tart hebben vrijdag in de vroege ochtend twee gangsters in het Kempische Zoersel een postwagen leeggeroofd. De overvallers waren zo goed als rijkswachters vermomd dat ze wel echt leken. De drie postmannen in de rode bestelwagen koesterden dan ook niet de minste argwaan toen hen gesommeerd werd te stoppen. Tot de chauffeur enkele seconden later een pistool onder de neus kreeg … De roof is bijzonder groot: 17,5 miljoen.

Het ziet er naar uit dat de “rijkswachters” deze overval goed hebben voorbereid. Uitgerekend op een dag dat in alle postkantoren vele lonen en pensioenen moesten uitbetaald worden sloegen zij toe.

Men kan zich anderzijds afvragen of het wel toeval is dat de postwagen in de buurt van e E3-afrit (*) te Zoersel werd opgewacht, want deze passeert hier lang niet elke dag. Postwagens gebruiken geregeld andere routes.

Kort na vijf uur vrijdag waren bestuurder Wilfried Domen (25) uit Antwerpen, en de begeleiders Jos Janssens (32) uit Borgerhout en William Van Dooren (33) uit Zandhoven met hun geldtransport vertrokken aan het postgebouw van de Groenplaats. Zij volgende de E3 tot Zoersel en zouden de postkantoren aandoen van Beerse, Geel, Balen, Herentals en Nijlen.

In Zoersel-dorp werden ze ingehaald door een donkerblauwe Peugeot 504, maar niemand besteedde daar aandacht aan. Even verder Sloet dit voertuig af naar Westmalle, terwijl de postauto zijn weg vervolgde naar Oostmalle.

Zwaailicht incluis

Ongeveer een kilometer verder, in de buurt van de legerstock aan de Oostmallebaan te Zoersel, dook de blauwe wagen weer op, haalde de postwagen in en bracht deze tot staan.

Automatisch volgden de postmannen het bevel tot stoppen op. Wat doe je anders als de rijkswacht voor u staat? Misschien een routinecontrole? Twee “rijkswachters” stapten uit en begaven zich naar de postwagen. Eén van hen droeg een rode zaklamp. Heel flegmatiek deed de ene gangster de bestuurder van een andere personenwagen, die achter de postauto genaderd was, teken dat hij moest doorrijden, en toverde dan prompt uit zijn leren vest een pistool, voorzien van een geluidsdemper, tevoorschijn. Ook zijn gezel haalde een schiettuig boven.

De postmannen moesten uitstappen; eerst bestuurder Wilfried Doomen en Jos Janssens, die vooraan zaten, vervolgens William Van Dooren, die zich achter in de bestelwagen bevond.

Even ontstond, ook bij de gangsters, paniek toen een overvaller het automatisch vergrendelde voorportier van de postauto niet open kreeg.

William Van Dooren kreeg dan in het Frans (met vermoedelijk een Brussels accent) te verstaan: “Nog een paar seconden, en de eerste gaat hier omver.” Alle “gesprekken” werden in het Frans gevoerd, hoewel de gangsters duidelijk Nederlands verstonden. Van Dooren bleef niets anders over dan te tonen hoe de deur open ging. De postmannen werden deskundig geboeid, de handen op de rug, met stellen handboeien die de “rijkswachters” bij zich hadden.

Vervolgens moesten de drie achter in de postauto. De ene overvaller zette zich aan het stuur in de bestelwagen, de andere in de Peugeot, en zo reed het gezelschap enkele honderden meter ver, eerst de Maalstraat in (naast dancing De Kievit) en dan links naar de Korte Maalstraat. Een asfaltwegje van nauwelijks twee meter breedte, in een bosrijke buurt. Hier werd halt gehouden en werden vijf zakken overgeladen in de donkerblauwe Peugeot, waarmee de daders op de vlucht sloegen.

Spoorloos

Geboeid bleven de postmannen achter in de bestelwagen. Van Dooren slaagde er na tien minuten in zich langs een binnenraampje van 45 op 54 cm op de voorzetel te laten glijden. Met een arm kon hij een deur openen, en dan ging hij met het lichaam “aanbonken” aan een villa in de buurt.

De bewoners hiervan belden dadelijk de 901, en om zes uur was een eerste rijkswachtploeg, van de brigade van Schilde, ter plaatse. Eén van de rijkswachters lukte het de handboeien los te maken … met zijn eigen sleutels. De boeien geleken erg op één van de types die door de rijkswacht gebruikt worden. Zij droegen echter een andere merknaam (“Alcycon”), en bleken van Spaanse makelij. Dat de rijkswachter de boeien los kreeg met eigen sleutels is niet zo ongewoon, omdat de sloten van boeien doorgaans eenvoudig van structuur zijn.

Pas enkele uren later kon uitgemaakt worden dat het geroofde bedrag enorm groot was: bijna 17,5 miljoen frank. Inmiddels sloeg de rijkswacht in heel het land alarm, maar de mysterieuze blauwe wagen bleef spoorloos. De postmannen hadden nochtans de nummerplaat onthouden. Die bleek echter een reproductie te zijn van een andere blauwe Peugeot, die vrijdagochtend al werd teruggevonden in een garage te Molenbeek (Brussel). De motor hiervan was koud, en ook uit andere elementen bleek dat dit voertuig zeker niet in Zoersel kon gebruikt zijn.

Wat het blauwe flikkerlicht betreft, dat was er één dat wellicht net voor de overval op de auto werd geplaatst (een zwaailicht van het type Koyak), en achteraf wel snel zal verwijderd zijn.

De postmannen konden geen precieze persoonsbeschrijving geven, wat niet verwonderlijk is. Op twintig minuten tijd doorstonden zij honderd en één angsten. Bovendien kregen zij van de gangsters voortdurend bevel hen niet aan te kijken en uiteraard speelde ook de duisternis in het voordeel van de overvallers. De postlui waren het er echter aanvankelijk over eens dat zij met echte rijkswachters te doen hadden: groot van gestalte, kepi, half lange leren vest, gordel, auto … Het leek allemaal zo echt.

De overvallers waren beiden vermoedelijk tussen de 30 en de 40 jaar. De ene was 1.80 meter groot en had kort grijzend haard; de tweede was meter groot en had lang haar.

Geen vingerafdrukken

Achter vingerafdrukken hoede men ook al niet te zoeken, want de mannen droegen wollen handschoenen, en die kwamen geen moment van hun vingers.

Dat men wel met echte rijkswachters zou te doen gehad hebben, is al bij al weinig waarschijnlijk. Op het eerste gezicht zou men dit kunnen geloven, maar in de loop van vrijdag kwam men tot allerlei andere bevindingen.

Zo onder meer in verband met de donkerblauwe auto. Wagens van het bedoelde type heeft de rijkswacht niet in gebruik. Trouwens, het is helemaal geen kunst even op een auto een zwaailicht te zetten en dat blauw licht te laten verspreiden. Ook de zaklamp was wellicht geen toortslamp, zoals degene die door de rijkswacht gebruikt worden. En de leren jassen die de namaak-rijkswachters droegen, zijn niet identiek aan deze waarin men soms rijkswachters van de Bijzonder Wegpolitie ziet. Dus allemaal namaak, wellicht, maar dan wel handige namaak.

Bron: Gazet van Antwerpen | 1 Maart 1980

(*) Nu E34

Deze overval vertoont heel wat gelijkenissen met de overval in Zaventem en in Mechelen, allebei gepleegd in 1982.

"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via » Facebook | twitter | YouTube