Vermeend lid Bende van Nijvel vrijgelaten

De Raadkamer bij de Correctionele Rechtbank van Nijvel heeft een gangster, die ervan verdacht werd deel uit te maken van de Bende van Nijvel, bij gebrek aan bewijzen vrijgelaten.

Robert Becker was op 13 december 1983 aangehouden, nadat hij door de eerder gearresteerde Adriano Vittorio was genoemd als een van de medeplichtigen aan de dubbele moord op een juweliersechtpaar te Anderlues, op 1 december 1983 van vorig jaar.

Voordien was hij al eens voorgeleid maar opnieuw vrijgelaten, omdat hij ervan verdacht werd meer te weten van de bloedige overval op 17 september 1983 op het warenhuis Colruyt te Nijvel, die aan drie personen het leven kostte. Ook toen konden de vermoedens niet door harde bewijzen gestaafd worden.

Het was uiteindelijk een politieman die Becker een onbetwistbaar alibi voor 1 december verschafte. De wetsdienaar herinnerde zich nu immers, dat hij de avond van de dubbele moord te Anderlues samen met Becker in een Brusselse bar doorbracht.

Met Robert Becker wordt de vierde persoon vrijgelaten die als vermeend lid van de Bende van Nijvel was gearresteerd. Zeven andere verdachten blijven voorlopig achter de tralies.

Bron: Gazet van Antwerpen | 24 Juli 1984

Opgelet, er is onduidelijkheid over dat alibi van Robert Becker. In de GvA bracht hij de avond door met een politieman in een Brusselse bar. Volgens een artikel in 'Le Soir' van 28 mei 1984 echter:

Becker présenta, dès le départ, un alibi coulé dans le béton: au moment des faits il buvait un verre dans un établissement à Flénu avec un policier.

Flénu ligt op 66 km van Ohain, 75 km van Brussel. De vraag rijst dus: waar was hij (en inderdaad, wie was die politieman en hoe stevig is dat 'alibi coulé dans le béton')?

Becker werd herkent door getuigen in Temse, waarom geloven we de getuigen niet? (Dit geldt ook voor getuigen van andere feiten.) Becker was er bij!

Volgens Dupont in 'Les tueurs fous du Brabant', p.86:

(...) à l'heure des faits il prenait un verre avec l'inspecteur de police Jacques Mathieu dans un bistrot de Flénu, 'La maison du peuple'. Ce qui fut recoupé et vérifié.

Wat een Becker zat te pintelieren met een politieman is weer een andere kwestie.

Hij werd door twee bronnen (politiemensen die aanwezig waren bij de feiten) tentatief herkend: éénmaal bij de feiten te Waver, een andere keer bij de schietpartij aan de Diable Ammoureux.

Dan waren er nog twee categorieke identificaties vóór de feiten te Temse, waaronder 1 die hem zag achter het stuur van een blauwe Saab 14 dagen op voorhand. En tijdens de feiten herkende een gepensioneerde die uit zijn raam keek (en beschoten werd) Becker maar die getuige overleed vooraleer er een officiële confrontatie kwam.

Becker had ook geen aaibaar karakter en heel de clan sleept tot de dag van vandaag een stevige reputatie mee in de ruime regio rond Bergen: als je niet wil dat je huis afbrandt, mogelijk terwijl je er met je gezin in slaapt, dan loop je hen best niet voor de voeten.

In elk geval: hij is reeds een tijdje dood, aan hem zal niets meer moeten gevraagd worden.