Topic: Anderlecht: 22 Oktober 1982
Een Bende van Nijvel-feit dat niet in de Bende van Nijvel-lijst staat? In de nacht van 22 op 23 oktober 1982 plegen twee daders de volgende feiten:
Overval op een winkelbediende aan de Place de la Vaillance in Anderlecht. Buit: 142.000 fr.
Poging tot diefstal van een wagen aan de Avenue Marius Renard in Anderlecht. Deze mislukt maar de bestuurder van de wagen wordt verscheidene keren door kogels getroffen. (*) Buit: niets.
Diefstal van een wagens aan de Avenue de Révision in Anderlecht. Eén van de daders vuurt een schot af omdat de man niet snel genoeg zijn sleutels geeft. Buit: een Ford Capri.
Een paar minuten later merkt een politiepatrouille in Vorst de wagen op. De politie zet de achtervolging in. De wagen wordt teruggevonden nabij het "Monument Gordon" in Plancenoit. De gangsters ontsnappen.
(*) Het gebruikte kaliber was .38 SPL of .357 Magnum en het wapen mogelijk een Smith & Wesson of Llana.
Klem gereden rovers konden ontsnappen
Heel vermoedelijk door dezelfde daders werd vrijdagavond de 40-jarige L.G. in de Marius Renardlaan te Anderlecht neergeschoten, werd een overval gepleegd op een winkelbediende op het wat verder geleden Dapperheidsplein, en werd tenslotte een andere man van zijn voertuig beroofd. De daders wisten te ontkomen.
Toen L.G. vrijdagavond omstreeks 23u uit zijn voertuig stapte rechtover het flatgebouw waar hij aan de Marius Renardlaan te Anderlecht woont, werd hij aangesproken door twee kerels van het zuiderse type, van wie één gewapend met een revolver. Zonder aarzelen schoot de man met het wapen verscheidene kogels af naar L.G. die herhaaldelijk werd geraakt. Hij had nog de kracht om hulp te roepen, maar zakte enkele meters verder in mekaar. Dankzij het hulpgeroep kon de man vrij vlug naar het ziekenhuis van Anderlecht worden overgebracht. Hij wist alleen nog te vertellen dat de daders zuiderlingen waren. Het slachtoffer is ondertussen buiten gevaar.
Ongeveer een kwartier voordien werd een bediende van een discountwinkel op het Dapperheidsplein te Anderlecht eveneens door twee zuiderlingen aangerand en met een revolver bedreigd. De bediende was in het bezit van 160.000 fr., nl. de inkomsten van de voorbije dag die hij in de nachtkluis van een bank op het Dapperheidsplein wilde deponeren.
De daders sloegen met het geld te voet op de vlucht. De persoonsbeschrijving van de daders voor twee voormelde feiten is dezelfde. In gerechtelijke kringen te Brussel wordt derhalve met de mogelijkheid rekening gehouden dat de daders van de moordpoging in de Marius Renardlaan, L.G. die ze als een hinderlijke getuige beschouwden, voorgoed het zwijgen willen opleggen. Tenzij ze het voertuig van L.G. wilden roven, dat ze echter ter plaatse achterlieten.
Een tiental minuten na de moordpoging had een andere man in een straat tussen de M. Renardlaan en het Dapperheidsplein eveneens met twee zuiderlingen te maken, voor wie nogmaals dezelfde persoonsbeschrijving werd gegeven. De man werd onder de dreiging van een revolver verplicht uit zijn wagen te stappen. De daders namen toen plaats in het voertuig en reden weg.
Doordat het slachtoffer dadelijk klacht indiende kon de vluchtende auto vrij vlug worden gesignaleerd, nl. op het grondgebied van Vorst, waar hij door een gemotoriseerde politiepatrouille werd opgemerkt. Er volgde een achtervolging naar Waals-Brabant. Onderweg vuurde de politie herhaaldelijk naar de banden van de wagen, die uiteindelijk tot stilstand werd gebracht op het grondgebied van Plancenoit. Door in twee verschillende richtingen weg te vluchten, konden de daders ontsnappen.
Bron: Gazet Van Antwerpen | 25 Oktober 1982