Topic: Dour: 15 Oktober 1985
Samenvatting
Wat? Bomaanslag tegen advocatenkantoor Debouche
Wanneer? 15 Oktober 1985
Waar? Grote Markt in Dour » Google Maps
Wie? Onbekend
Status: Onbekend
Bomaanslag tegen advocatenkantoor te Dour
In de nacht van maandag op dinsdag omstreeks 2u30 is op de Grote Markt van de Henegouwse gemeente Dour een bom ontploft voor een advocatenkantoor. Er vielen geen slachtoffers maar de schade is vrij aanzienlijk. De bom was geplaatst aan het traliehekken voor de woning van de advocatenfamilie Debouche.
Daar hebben Etienne Debouche, zijn echtgenote Yvette Mazy en hun kinderen Nathalie en Patrice Debouche hun advocatenpraktijk. Advocaat Etienne Debouche is gespecialiseerd in faillissementen. Hij heeft in die hoedanigheid al heel wat last ondervonden van boze zelfstandigen, die hem ooit zelfs tot aan het justitiepaleis van Bergen achtervolgden. De speurders stemmen hun onderzoek dan ook op die feiten af.
De bom was van artisanale makelij en de lont van het type dat men in steengroeven gebruikt. De lading was niet zeer krachtig, maar toch voldoende om tientallen ruiten te verbrijzelen. De materiële schade zou volgens een eerste raming ca. 400.000 fr. bedragen.
De interventiegroep van de rijkswacht en de ontmijners van het leger uit Heverlee hebben geen sporen gevonden van andere ladingen. Het lijkt erop dat de bomaanslag een persoonlijke wraakneming is.
Bron: Gazet van Antwerpen | 16 Oktober 1985
Als de naam Debouche je iets zegt, dan komt dit omdat hij de advocaat van Bouardoudj was:
(...) Gisteren voormiddag heeft de KIB ook een tussenarrest geveld in verband met de klacht die eerste voorzitter Marc de Smedt na de zitting van half december had ingediend tegen mr. Debouche, de advocaat van Kaçi Bouaroudj. De eerste voorzitte maakte mr. Debouche het verwijt het beroepsgeheim te hebben geschonden door ruchtbaarheid te geven aan een vergelijkbaar dossier in de zaak van de Bende van Nijvel. Als gevolg van de klacht die tegen hem werd ingediend, was mr. Debouche van oordeel dat eerste voorzitter de Smedt niet langer de Kamer van Inbeschuldigingsstelling kan voorzitten in de zaak van zijn cliënt. Zoniet zou hij blijk kunnen geven van partijdigheid.
Het tussenarrest stelt dat de klacht, uitgaande van eerste voorzitter de Smedt, niet tegen Kaçi Bouaroudj zelf is gericht maar alleen tegen zijn advocaat. Er bestaat dus geen aanleiding om een andere voorzitter in de KIB aan te stellen wanneer de zaak Bouaroudj er wordt behandeld.
Bron: Gazet van Antwerpen | 14 Januari 1987