Dat is dan ook wat de profilster Danielle Zucker concludeert (voor de feiten van '82-'83).

In het boek van Finné-Leurquin gaan de auteurs uit van de volgende volgorde van de feiten:

Fourez komt terug van Parijs. Op de snelweg merkt hij dat hij niet veel benzine meer heeft en beslist hij om aan de Colruyt te tanken omdat hij een over een Colruyt-tankkaart beschikte;

Een taxichauffeur herinnert zich dat hij, net vóór de aankomst van Fourez aan de benzinepomp, rechtover de Colruyt een man heeft opgemerkt die een roos hemd met korte mouwen droeg en die zich gehurkt deels in het struikgewas verschool;

Fourez tankt. Op het moment dat hij de benzineslang in de pomp wil steken wordt hij met één schot kaliber 7,65 in zijn rechteroog neergeschoten;

Dewit ziet alles gebeuren, wil ontsnappen en loopt blootsvoets weg uit de auto. Een eerste kogel mist haar. Maar de daders kunnen haar inhalen. Er wordt gevochten, haar bril valt. Dewit wordt naar de achterkant van de supermarkt gesleurd. Meerdere .22LR kogels worden in haar hoofd geschoten. De moordenaar gebruikt haar sjaal om enkele bloedspetters af te geven die hem bespat hebben;

De twee lijken worden nog iets verderop versleurd;

De daders schieten nog enkele post-mortem schoten af op beide lijken die hen onherkenbaar maken;

De Mercedes van het koppel wordt door een dader verplaatst tot net voor de opengebrande deur;

De daders vluchtten niet maar doen voort met hetgeen waarvoor ze gekomen zijn, inbreken in het warenhuis en stelen er pralines, 50 liter olie en 50 pakken koffie;

Rond 1u30 krijgt de veiligheidscentrale van Colruyt een alarm uit de winkel in Nijvel. Het alarmprocedure wordt in gang gezet;

Nog geen vijf minuten later rijdt de verwittigde Rijkswachtpatrouille stilletjes de parking van de Colruyt op;

Rijkswachter Lacroix getuigde als volgt op het proces van de Borains: "Ik had mijn grote lichten opgezet om achter de supermarkt te rijden. Ik heb twee auto's gezien die zich enkele meters van elkaar bevonden alsook de opengebrande deur van de winkel. Ik merkte geen personen op. Ik maakte mij klaar om uit te stappen. Marcel ook. Ik heb een schot gehoord. Ik voelde een lichte knijping in mijn duim. Niet meer. Ik heb mij achter de combideur beschermd. Ik heb mijn pistool getrokken. Ik zag, door de scharnierspleet van het portier,  een individu die in mijn richting schoot. Ik heb geschoten. Twee maal denk ik. Omdat hij naar mij liep heb ik nog tweemaal geschoten. Hij bleef naderen. Ik heb rond de combi gelopen. Marcel stond recht achter het rechterportier, met de mitrailleur. Ik heb de man de combi zien rondlopen. Hij had een baard, een eerder lichte jas tot onder de knieën. Gestalte ... een meter tachtig misschien. Marcel riep naar mij "Vraag versterking". Toen viel hij naar voor alsook de mitrailleur. De man naderde langs achter. er werd nog steeds geschoten. Ik heb mij laten vallen tussen het dashboard en de passagierszetel, de benen op de grond hangende, mijn 7,65 mm in mijn rechterhand op de zetel. Dood spelend ..." Morue heeft de tijd niet gehad om zijn mitrailleur te gebruiken, hij werd onmiddellijk geraakt door een hagelschot vooraleer afgemaakt te zijn met een kogel in het hoofd;

De stilte keert weer;

De daders wisselen enkele woorden. Eén van hen zei: "Oh, de smeerlappen, ze hebben een Uzi." De mannen spraken Frans met een ondefinieerbaar accent, misschien Vlaams.

Een nieuw schot wordt gelost. Eén van de daders is een laatste kogel komen afvuren op Lacroix. De kogel ketst af op de epauletten van het uniform. Lacroix voelt dat ze zijn wapen uit zijn hand nemen. Lacroix kan uiteindelijk toch de versterking oproepen. Het algemeen alarm wordt gegeven. Het is 1u34.

Op de N5 merken twee politieagenten van Braine-l'Alleud de Mercedes en de Saab die met volle snelheid aankomen. De agenten zetten de achtervolging in. Ter hoogte van de 'Diable Amoureux' zien de agenten de twee voertuigen bruusk stoppen, de Mercedes stopt links van de weg terwijl de Saab iets verderop op de rechterkant stopt. De agent vertraagt. Op ongeveer twintig meter van de Mercedes zien de agenten dat de chauffeur uitstapt met een riotgun. De man is licht kalend, heeft een breed voorhoofd, heeft gekrulde haren en droeg een Canadees hemd. De man beschiet meermaals de auto van de agenten door de voorruit. Hij herpompt de riotgun in cadans. De agent versnelt en passeert zigzaggend voor de schutter. De agent is gewond door twee schampschoten aan het hoofd. Zijn collega's gaan liggen om deze maal aan de mitrailleurschoten uit de Saab te ontsnappen. De Mercedes wordt ter plaatse achtergelaten en de daders vluchten allen met Saab richting Nijvel.

De Saab wordt 's anderendaags teruggevonden Steenweg op Alsemberg 406 in Braine-l'Alleud, vlakbij de supermarkt die twee jaar later door dezelfde bende zal overvallen worden.

De daders hadden tevergeefs geprobeerd om de Saab in brand te schieten met een riot-gun. Ze mikten echter boven de stop i.p.v. eronder;

Ze begaven zich vervolgens naar een tankstation om er papier te nemen om bloedsporen af te kuisen en verdwijnen hierna spoorloos;

De Saab droeg de nummerplaat "SX 976", gekopieerd van een identieke Saab van toevallig of niet een buurman van Generaal Beaurir;

In de koffer worden de zuurstofflessen gevonden van de brander. Deze waren enkele tijd voordien gestolen uit een doe-het-zelfketen in de omgeving. Ook de buit werd in de Saab achtergelaten alsook de Uzi van Morue. Wat de daders echter wel mee uit de auto genomen hebben is een stereoinstallatie ter waarde van 2.500 euro, twee mistlampen en een tweetonige klaxon. De Saab had meer dan 700 kilometer gereden sinds zijn diefstal. De achterlichten waren afgeplakt. De bende liet ook enkele lege vuilniszakken achter in de auto. De vuilniszakken verdwijnen later uit de griffie. Men weet niet wat de zakken mogelijks hadden ingehouden. Ook de plakband die de bende gebruikt om een aantal kabels vast te binden verdween later als bewijsstuk.

Wanneer de eerste versterkingsploeg van de Rijkswacht aankomt wordt eerst de geblesseerde rijkswachter geholpen. Morue is dood, hij werd geraakt door 34 projectielen. De Rijkswachters vrezen de komst van journalisten of nieuwsgierigen en proberen onhandig om de lichamen van Fourez-Dewit te verstoppen achter enkele winkelkarren. Het zijn dus niet de moordenaars die de lichamen hebben willen verbergen maar Rijkswachters.

Zeven wapens werden gebruikt in Nijvel: een riot-gun, een pistool .22FN, een revolver 357 magnum, een pistool 9mm, een pistool 7,65FN en een Colt 1911.45

Bron: L'Histoire vraie des tueurs du Brabant | Finné-Leurquin

Neen.