Om de agenten voor te bereiden op hun opdracht in oorlogstijd, werden door de SDRA 8 oefeningen op touw gezet. De oefeningen gebeurden in nationaal of internationaal verband. Alleen de instructeurs namen deel aan de opleidingen en oefeningen buiten België. Alle oefeningen werden gepland en vervolgens gecoördineerd door de chef van SDRA 8. Op het ogenblik dat alle gegevens waren uitgewerkt, konden de instructeurs met hun werkzaamheden beginnen. Vervolgens werden uitvoerige en nauwkeurige instructies gegeven voor de oefeningen.
Wanneer de oefeningen aan de gang waren, werd SDRA op de hoogte gehouden. Aan alle deelnemers werd een deelnemerskaart overhandigd die zij bij ongeval moesten overleggen om te bewijzen dat zij deelnamen aan een officiële oefening. Die kaart vermelde ook het telefoonnummer van degene die bij SDRA de wacht had en die contact moest opnemen met SDRA 8.
Bovendien werd elke geheime agent praktisch altijd vergezeld door zijn behandelende officier. Hij werd nooit alleen gelaten. Hij was alleen maar belast met een specifieke en in de tijd beperkte opdracht.
Bron: Verslag Gladiocommissie
"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via »
Facebook |
twitter |
YouTube