Vrije vertaling van het artikel op ResistanceS.be - deel 1
EXCLUSIEVE GETUIGENIS: De man die 'de route opende' van de bende van Nijvel naar de SHAPE
Het web-journaal ResistanceS.be heeft een getuigenis verkregen van een persoon die bevestigt deel te hebben genomen, op logistiek gebied, aan de bende van Nijvel. Hij heeft ons nauwkeurige details bezorgd die wij vervolgens met andere bronnen hebben gecheckt. Zijn rol : chauffeur van een 'openingsvoertuig' om de vlucht mogelijk te maken van de daders van minstens twee overvallen. In de richting van het hoofdkwartier van de NATO, dichtbij Mons. De onderzoekscel naar de feiten van bende van Nijvel, gepleegd in ons land van 1982 tot 1985, verifieert deze piste in alle ernst.
Leidt het spoor van de bende van Nijvel tot aan de poorten van SHAPE, het "hoofdkwartier van de geallieerde mogendheden in Europa" (NATO), gevestigd in Casteau?
De onderzoeksrechter belast met het dossier "bende Van Nijvel", Martine Michel, heeft getoond - voor zij de er nog aan zouden twijfelen - dat niets haar kan stoppen, zelfs niet de manipulaties om haar onderzoek te verstoren. Ze is ervan overtuigd het bij het rechte eind te hebben met de aanwijzingen naar extreem-rechts die voor hun logistiek gebruik maakten van het criminele milieu en dit in het kader van de 'strategie van de spanning'. Het doel van deze strategie : een versterking van de Belgische ordediensten, die als de zwakke schakel gezien werden in het dispositief van de NATO.
Het extreemrechtse spoor, dat draait rond de neonazi organisatie WNP (Westland new post), en dat van de gangsters die door deze beweging gerecruteerd werden voor de logistieke operaties, werd reeds grotendeels uit de doeken gedaan in voorgaande artikelen van ResistanceS.be
De uitzending "Devoir d'enquête" van onze collega's van de RTBF, uitgezonden op 22 oktober laatstleden, had de verdienste een aantal sleutelfiguren uit het Bende van Nijvel-dossier opnieuw in de schijnwerpers te plaatsen. We zullen hier in de komende weken in detail op terug komen. Maar nu reeds kunnen we niet eerder bekend gemaakte informatie onthullen.
WNP en de verkenning van warenhuizen
Een van de nieuwe elementen die de Cel Waals-Brabant (CWB) in beweging gebracht hebben zijn de verklaringen van Eric Lammers, een voormalige activist van WNP. Tegenwoordig heeft Lammers zijn zaken op orde; hij heeft schoon schip gemaakt en lijkt uit op een berouwvolle biecht. Maar een wet op spijtoptanten zoals in Italië bestaat in ons land niet, hij is dus verplicht te zwijgen over bepaalde criminele feiten.
Niettemin heeft het voormalig WNP-lid voor de CWB verklaringen afgelegd en opnieuw bevestigd voor de camera van de RTBF over de verkenningen begin de jaren tachtig - dus kort voor de acties van de bende van Nijvel - van de omgevingen van warenhuizen, waarvan een aantal later overvallen werden. De activisten van WNP die deze missie moesten uitvoeren hadden hun orders gekregen van Michel Libert. In 1992 reeds had de officiële nummer twee van de clandestiene neonaziorganisatie een sluier opgelicht over deze verkenningsopdrachten tijdens een interview toegestaan aan de BBC, de Engelse televisie. Volgens Libert was de WNP slechts een onderdeel van een internationale organisatie die het westen moest beschermen tegen de USSR.
De ex-rijkswachters van groep G
Een andere verklaring binnen dit dossier wees in dezelfde richting. Ze kwam van Martial Lekeu, een lid van de rijkswacht (hij nam ontslag in april 1984) en toenmalig lid van de groep G. Deze clandestiene structuur binnen het Front de la jeunesse (een extreemrechtse organisatie die hier verder nog ter sprake komt), bracht een groep afvallige rijkswachters van 'de harde lijn' samen. Een aantal onder hen zullen na de stichting ervan op het eind van de jaren zeventig verder doorstromen naar de rangen van de WNP.
Ook Martial Lekeu beweerde plannen te hebben gezien van grootwarenhuizen in de documenten van groep G. Dit voordat hij met zijn familie plots vertrok naar de Verenigde Staten, zonder dat iemand het echte motief kende van zijn transatlantisch ballingschap... Hij overleed in 1997.
Wat de verkenning van de grootwarenhuizen betreft, mogen we ook volgende chantageplannen tegen de warenhuizen niet vergeten. Dit project werd gepland door andere rijkwachters, eveneens leden van groep G, Madani Bouhouche (overleden ten gevolge van een "ongeluk" in Frankrijk, waar hij woonde) en Robert Beijer (die zich in Thailand teruggetrokken heeft).
Nieuwe getuigenis: "openingswagen"
Al deze elementen samengeteld zijn onrustwekkend. In direct verband met de verkenningen voor de aanvallen op de Delhaizes van 1983 en 1985 kan men zich eveneens ook toespitsen op de manier waarop de bende vluchtten na hun moorddadige raids. Zo hebben de speurders, heel recent, een interessante getuige ondervraagd die naar eigen zeggen een belangrijke rol heeft gespeeld om de vlucht te vergemakkelijken van de bende en om hun arrestatie te vermijden na de gepleegde overvallen. Net als Lammers en nog anderen wist hij op dat moment niet waarvoor hij dit deed en wie er nut aan had.
Het hoger belang van de natie, de communistische dreiging (de jaren 1980 waren doordrongen van een gespannen Oost-West klimaat door de koude oorlog), de aanwezigheid van infiltranten van de staatsveiligheid en (soms) een vergoeding konden ervoor zorgen dat deze handlangers op het tweede plan, soms uit een crimineel milieu gelicht, niet teveel vragen stelden.
Wat betreft de "getuige" die herhaaldelijk gehoord werd door de CWB, op 7, 8 en 9 juli laatstleden, en die verscheen onder het pseudoniem "Ginlo": het gaat hier over de genaamde Joël L. (naam gekend door de redactie), afkomstig uit de Borinage. Enkele dagen geleden heeft het web-journaal ResistanceS.be hem eveneens uitgebreid kunnen interviewen over zijn deelname aan wat duidelijk een operatie was om de staat te destabiliseren teneinde de ordediensten te versterken. De informatie die wij hebben bekomen van Joël L. zijn systematisch gedubbelcheckt met andere bronnen.
De "Lecerf beweging"
Het parcours van Joël L. in de duistere coulissen van ons land begon in het midden van de jaren 1970. In 1974, deed hij zijn legerdienst bij de 1ste Ardense Jagers (elite eenheid van het Belgisch leger) in Spich, in Duitsland. Daar wordt hij opgemerkt door zijn instructeurs en wordt uiteindelijk voorgesteld aan majoor Jean Bougerol, met wie hij meedere gesprekken zal hebben.
Deze Bougerol is een militair bekend voor zijn toebehoren aan de militaire inlichtingendiensten, die betrokken zijn het politiek-militair rechtsconservatief milieu. Sleutelfiguur van dit netwerk is Emile Lecerf, de directeur van "Nouvel Europe magazine" (NEM), een nogal zeer rechts tijdschrift.
Het NEM steunt in haar artikelen de Spaanse militaire dictatuur, alsook de Griekse en Chileense en het apartheidsregime van Zuid-Afrika. Het atlantistisch tijdschrift NEM promoot ook haar leden die actief zijn in politieke partijen : zowel de PSC als de PRL van die tijd, de voorlopers van de huidige CDH en MR. Emile Lecerf is in 1974 ook de politieke 'peter' van het Front de la jeunesse, een nationalistische anticommunistische vereniging die opgericht wordt waar enkele jaren lager ook de WNP zal gecreëerd worden.
De "Lecerf beweging" was de centrale schakel tussen het klassieke rechts en extreemrechts. Ze omvatten politici van de PSC en van de PRL, maar ook officieren van de rijkswacht en het Belgisch leger. Reeds in het midden van de jaren 1960 werd Emile Lecerf en zijn beweging aan de kaak gesteld door Jean Thiriart, de leider van de grootste extreemrechtse organisatie van die tijd (Jeune Europe), ze zouden immers ingelijfd zijn om de Amerikaanse belangen in België te dienen...
Infiltratie van extreemlinks?
Wanneer Joël L. terug gewoon burger is is hij tewerkgesteld bij de Laminoirs de Jemappes, tot 1982, het jaar van de aankondiging van de sluiting van het bedrijf. Dit geeft aanleiding tot een belangrijk sociaal conflict, met een zware staking gevoerd door arbeiders die de sluiting van het laminoirs bedrijf willen tegengaan. Als syndicaal afgevaardigde van SETCA neemt Joël L deel aan de onderhandelingen over het sociaal plan, meer bepaald met de socialistische senator Robert Leclercq die kort daarna omkomt in een mysterieus verkeersongeval, net als rijkswachtkolonel Breyers, leider van operaties die besliste om met zachte hand te werk te gaan - in tegenstelling tot zijn orders van de état-major - die van hem verwachtten dat hij zonder mededogen en hard zou optreden jegens de stakers.
Breyes zal een maand later omkomen in een ander auto ongeluk, ook in verdachte omstandigheden. In het conflict van de Laminoirs de Jemappes had je aan de ene kant het mobiel legioen van de rijkswacht, medogenloos en klaar om erin te vliegen. Aan de andere kant de stakers, ondersteund door extreemlinkse organisaties, die klaar waren om tegen welke prijs dan ook de ordediensten te affronteren. Joël L bevindt zich in het midden van dit sociaal conflict die de spanning tussen twee extremen, links en rechts, blootlegt.
Na de sluiting van de Laminoirs, is hij werkloos en blijft de gauchisten opzoeken, meer bepaald de mensen van de Parti du Travail de Belgique (PTB), die beschikken over vergaderlokalen waar ook vorming plaatsvindt en niet ver daarvandaan de alfabetiseringsschool en het Maison ouvrière van Quaregnon, in de rue Jules Destrée, waar een groot aantal andere linkse bewegingen gehuisvest zijn (zoals de Ligue révolutionnaire des travailleurs) of aanverwanten (zoals de Mouvement ouvrier chrétien).
Dankzij de verdienste van het sociaal plan, kan Joël L. een restaurant openen. Zijn echtgenote, Line W., afkomstig uit Quaregnon, is er lerares in de lagere school. Het koppel krijgt twee kinderen, die nu volwassen zijn. Was het militisme van Joël L. bij extreem links (waar hij door zijn vakbondsachtergrond kennissen heeft) oprecht of infiltreerde hij in opdracht? Zijn voormalige contacten met het extreemrechtse militaire milieu tijdens zijn legerdienst kunnen als verdacht worden beschouwd in deze.
Bron: Zondag 2 november 2014 | Brice Poirer