Op 9 november 1985, omstreeks 20.05 uur, bevond Philippe Willems zich in zijn BMW op de weg Ninove-Halle. Een half uur eerder was de Delhaize van Aalst overvallen. Op ongeveer een kilometer voor het kruispunt Hogenberg in Leerbeek zag hij hoe een donkere Golf met zeer hoge snelheid een ander voertuig in een bocht voorbijstak. Uit pure verontwaardiging zette hij de achtervolging in. Met 150 kilometer per uur raceten de wagens richting Halle. In de Golf zaten vooraan twee personen. Aan de verkeerslichten moest Willems de Golf laten gaan omdat die door het rood reed. Hij sloeg daarna linksaf naar zijn woonplaats in Gooik.
De Golf kon verderop rechts de Kestersteenweg indraaien en via het centrum van Kester de NAVO-basis in Kesterheide bereiken. Bij dat Satcom-radarstation was ook een kleine kazerne gevestigd. Mogelijk waren de inzittenden van de Golf de overvallers uit Aalst. Of diende de Golf gewoon als afleidingsmanoeuvre en zaten er militairen aan boord?
Rond hetzelfde tijdstip en amper zeven kilometer daarvandaan stopte Joost Van Stichel in Bierghes voor de verkeerslichten vlak voor de drukke autoweg Edingen-Halle, toen er plots een donkere Golf naast hem stopte. De Golf kwam net zoals Van Stichel uit de richting van Heikruis en Kester. Tot zijn verbazing droegen de twee inzittenden rubberen carnavalsmaskers. Ze wilden dus duidelijk gezien worden. Toen het licht op groen sprong, scheurde de Golf met gierende banden richting Braine-le-Compte. Net daarachter bevindt zich het bos van Houssière. Van Stichel viel van de ene verbazing in de andere, want op de Route de Quenast, hooguit vijfhonderd meter verderop, zag hij de Golf met gedoofde lichten geparkeerd staan op de oprit van een villaatje. Moesten de inzittenden observeren of de politie wegversperringen had geplaatst, zoals Joël Lhost twee weken eerder had gedaan na de overvallen in Eigenbrakel en Overijse?
Het manoeuvre creëerde ook verwarring, want de overvallers in Aalst droegen mutsen en sjaals, maar géén carnavalsmaskers. De maskers dienden dus alleen als afleidingsmanoeuvre, alsof men valse sporen wilde achterlaten. Van Stichel legde een verklaring over zijn wedervaren af bij de rijkswacht in Aalst. Toen hij daar niets meer over hoorde, getuigde hij opnieuw in 2003, na een oproep van de Cel van Jumet. Maar ook dit keer tevergeefs. Daarom bracht ik op 30 augustus 2010 samen met hem een bezoek aan onderzoeksrechter Michel en procureur De Valkeneer in Charleroi.
Op een bepaald ogenblik verdween Michel uit het bureau en kwam terug met het pv uit Aalst. Van de verklaring bij de Cel van Jumet geen spoor. Ik blijf met de vraag zitten waarom de topspeurders Vos en Ruth weigerden deze puzzelstukken bij elkaar te leggen, want ook de getuigenis van Lhost uit 1991 was al die tijd zonder gevolg gebleven. Vos en Ruth namen achttien jaar na de bloedige raid in Aalst wel een verklaring au serieux: die van een echtpaar dat die 9de november in het bos van Houssière twee gesticulerende mannen zag rond een Golf, met ernaast een uitgestrekt lichaam. Vos en Ruth concludeerden dat dat het lijk van de Bendekiller moest zijn, wat in hun ogen verklaarde waarom de Bende er na Aalst mee was opgehouden. Graafwerken in december 2004 leverden echter geen resultaat op.
Aalst viel dus duidelijk buiten de perimeter van de Bende, in het noorden begrensd door de NAVO en in het zuiden door de SHAPE in Casteau. Kester, met zijn NAVO-radarstation, bood een mogelijke verklaring.
Bron: De Bende van Nijvel: verraad, manipulatie, geheime diensten | Guy Bouten