Nicole Andrien was de maîtresse van Jacques Le Clercq, de baas van het Amerikaanse filiaal van Delhaize. Ze ontmoette hem voor het eerst in 1975 toen ze als sm-specialiste aan de kost kwam in de hoerenbuurt van het Noordstation. Het kostte me heel wat moeite om haar te ontmoeten, mediaschuw als ze was geworden door de felle perscampagne van Albert Mahieu. Deze handelsingenieur en financieel analist poneerde koudweg dat de Bende van Nijvel niet meer was dan een racket tegen de Delhaize op bevel van een Amerikaanse concurrent om wraak te nemen voor een mislukte overname. De maffia werd met de klus bedacht.
De eerste golf van aanslagen en overvallen was het werk van het Brussels prostitutiemilieu nadat Andrien van haar rijke cliënt en lover acht bars in de Aarschotstraat cadeau gekregen had. De prostitutiemaffia vreesde concurrentie en zou de hulp hebben ingeroepen van de Amerikanen. Toen er later een overnamedispuut bijkwam tussen Delhaize en Super Value Stores was het hek van de dam.
Op het eerste gezicht voldoende ingrediënten voor een stationsromannetje maar volgens Mahieu vormde dit vreemde amalgaam de Bende van Nijvel. De timing van zijn persconferentie om die theorie toe te lichten was in elk geval goed gekozen, mei 1999, exact vijf dagen voor de parlementsverkiezingen waarin hijzelf als lijsttrekker fungeerde voor Vivant in Brussel. Stichter en zakenman Roland Duchâtelet zat trouwens op de eerste rij te genieten van het spektakel onderbouwd met cijfers, grafieken en tabellen en met veel verve en poeha verdedigd.
Ik stond sceptisch omdat de visie van Mahieu heel wat leemtes vertoonde en mijn twijfel nam nog toe toen ik hem later thuis opzocht. Hij zat aan een groot ellipsvormig bureau met vijf laptops en computers en ik waande me eerder in het hol van een geheim agent dan van een klokkenluider. In de enorme ruimte op de eerste verdieping stonden twee metalen rekken. Het ene was volgestouwd met papier en tientallen kopies van het persdossier dat hij nog altijd angstvallig bijhield.
Toen ik hem vroeg wat hij zoal voor de kost deed, wees hij naar het andere rek waarop tientallen doosjes, pakjes en zakjes Herbalife stonden, een vermageringsproduct dat via een soort verkapt piramidesysteem aan de man wordt gebracht. Mahieu was niet aan zijn proefstuk toe. Eerder haalde hij de geniale meester-oplichter Jean-Pierre Van Rossum van zijn voetstuk en won hij na een lange juridische procedure een rechtszaak tegen het verzekeringsbedrijf Assubel, dat zijn aandeelhouders jarenlang had bedrogen door de balansen te vervalsen om zware verliezen te verdoezelen bij een filiaal in de herverzekeringsbranche. Niet minder dan acht Delhaize-beheerders maakten toen deel uit van het bestuur van Assubel.
Maar in de zaak van de Bende van Nijvel overschreed hij mijns inziens zijn eigen soortelijk gewicht en ging in de traditie van het Peter Principle ten onder aan zijn vermeende genialiteit. Hij waande zich een Hercule Poirot of een Maigret die het enigma van de Bende eens ging oplossen. Eerst was in 1983 dus het Brussels milieu aan zet geweest om een concurrente, een hoerenmadame nota bene, uit te schakelen en twee jaar later organiseerde de Amerikaanse maffia de dodende raids tegen Delhaize die de uitvoerders 25.000 dollar (17.000 euro) per dodelijk slachtoffer opleverden, dus in totaal 17 x 25.000 dollar. Er moesten volgens Mahieu zeventien doden vallen want Delhaize was Super Value Stores 17 miljoen dollar (11.5 miljoen euro) verschuldigd, dus 1 miljoen dollar per slachtoffer. Deze theorie verklaart absoluut niet de talrijke overvallen in 1982 en 1983 waarbij dezelfde dader of op zijn minst hetzelfde wapen minstens acht mensen ombracht (niet alleen bij Delhaize maar ook bij Colruyt).
Ze biedt evenmin een verklaring voor de drugs- en wapenhandel en de overval bij Dekaise waar men een prototype van een geluidsdemper zocht of de inbraak in Temse waar zeven prototypes van kogelvrije vesten werden ontvreemd. Volgens Mahieu waren dit allemaal valse sporen. Hij zag in de aanvallen op de Delhaizes in 1983 een escalatie. Eerst in februari een gewone hold- up in Genval, een maand later één gewonde in Ukkel, op 7 oktober drie gewonden en ten slotte de moord op de gerant in Beersel.
Het financiële dispuut tussen Delhaize en zijn Amerikaanse concurrent leek theoretisch goed onderbouwd maar klopte het met de werkelijkheid? Nergens kregen de betrokken partijen kans om op de aantijgingen te reageren. Journalistiek dus hoogst betwistbaar. Toch gedroeg Mahieu zich als een onderzoeksjournalist, wat hij in feite niet was. Toen ik hem vroeg hoeveel Delhaize betaalde om de racket te doen stoppen, gaf hij toe het bedrag en de modaliteiten niet te kennen. De warenhuisketen had betaald, daar was hij zeker van. Hoewel, één dag na Aalst gooiden de daders of hun medewerkers twee zakken met Bendewapens en spullen in het Kanaal van Ronquières waarmee ze duidelijk maakten dat er een link was tussen de liquidaties en overvallen van 1982-83 en de dodende raids van 1985. [we weten nu dat dit niet klopt, Ben]
Maar hoe kon in zulke korte tijd afpersingsgeld zijn betaald? En waarom dokte Delhaize niet af na de overvallen in Eigenbrakel en Overijse die zes weken voor Aalst plaats hadden? En wat bedoelde hij met de Amerikaanse maffia? De Gambino's in New York? De gokmaffia in Las Vegas? De Teamsters of de transportvakbond? De drugskartels in Miami verbonden met generaal Rodriquez in Asunción en Pablo Escobar in Medellín? Mahieu wist het niet.
Het enige waar hij naar verwees was de vlucht van ex-rijkswachter Lekeu naar Orlando en van Buslik naar Miami. Maar op mijn repliek dat Lekeu een vriend was van CIA-agent Frank Eaton en Buslik een informant van de DEA en het maatje van Bouhouche hoorde hij het in Keulen donderen. Onderzoeksrechter Troch van de Deltacel liet de hele Delhaize-boekhouding plus het commercieel conflict met Super Value Stores uitvlooien maar kon niets verdachts naar boven spitten.
Plots geleek Mahieu op een onbetrouwbaar personage, opvliegend en vol haat, belust op wraak tegen degenen die zijn carrière van financieel analist hadden gefnuikt. Toch zag hij in mij een bondgenoot en wou me daarom me per se in contact brengen met zijn vriend Xavier Magnée, gewezen stafhouder in Brussel die in Neufchâteau de psychopaat Dutroux verdedigde. Maar de topadvocaat gaf niet thuis. In zijn ogen wist Magnée alles want hij bewaarde in zijn huis een kopie van het volledige Bende-dossier ten behoeve van de burgerlijke partijen.
Toen ik twee uur later het bureau verliet trapte ik bij het buiten gaan op een Jack Russel die kermend naar binnen kroop. Ik was zo verdwaasd door zijn urenlang gedram dat ik het hondje nauwelijks had opgemerkt terwijl zijn broertje me met treurige oogjes nakeek.
Bron: De Bende van Nijvel | Guy Bouten
"Le monde est dangereux à vivre! Non pas tant à cause de ceux qui font le mal, mais à cause de ceux qui regardent et laissent faire." Volg ons via »
Facebook |
twitter |
YouTube