Jean Bultot

De Bende-verdachte

De getuigenis van een jogger

In mei ’87 meldt een getuige zich bij de onderzoeksgroep in Charleroi. De getuige wordt in het proces-verbaal van het verhoor niet bij naam genoemd. De man bestierf het immers van de angst. Hij wordt door de verbalisant omschreven als iemand die de indruk geeft geloofwaardig te zijn en als iemand die dagelijks tot tweemaal toe zijn geliefkoosde hobby beoefent, joggen. De ‘jogger’ verklaart dat hij een foto zag van Jean Bultot in La Dernière Heure van 1 juli 1986 en dat hij hem formeel identificeerde als de man die zich herhaaldelijk, 7 à 8 maal, aan de benzinepompen van de Colruyt ophield in de periode voor de overval in Nijvel. De dag van de feiten zag hij opnieuw dezelfde man op dezelfde plaats.

De jogger vertelt er nog bij wat hij dacht: “Tiens, dat is zo iemand als ik, die buiten op zijn vrouw wacht op het moment dat zij in het warenhuis de inkopen doet.” Volgens de jogger gaat het om Bultot, ondanks het feit dat de man een naar beneden gekrulde snor droeg en lang gegolfd haar, wellicht een pruik. De man verplaatste zich, volgens de jogger, de dag van de feiten in een witte Mercedes. Bij andere gelegenheden zag hij een rode wagen, die telkens halt hield voor een eetgelegenheid in de onmiddellijke omgeving van de Colruyt. Men legt de man andere foto’s voor. Telkens opnieuw duidt hij Bultot aan als de persoon die tijdens de nacht van 16 op 17 september 1983 aanwezig was op de Colruytparking.

Het Colruyt-warenhuis van Nijvel, de ochtend na het bloedbad.

Het Colruyt-warenhuis van Nijvel, de ochtend na het bloedbad.

De rogatoire commissie

Het parket van Charleroi laat na dat van Dendermonde op de hoogte te brengen van de gevoelige getuigenis van de jogger, terwijl het onderzoek daar juist de richting van Bultot uitgaat. In de periode dat de zaak van de Borinage-verdachten in Bergen in behandeling wordt genomen voor de Kamer van Inbeschuldigingstelling, met het oog op de verwijzing naar assisen, lekt de zaak in de pers uit.

De volgende dag ontmoeten de procureur-generaals van de betrokken parketten-generaal elkaar. Plots wordt het sturen van een rogatoire commissie naar Paraguay, met het oog op het ondervragen van Bultot, erg dringend. Er wordt besloten tot een rogatoire commissie. Wanneer de leden van de rogatoire onderzoekscommissie al met de Iberia-vliegtuigtickets op zak rondlopen op vrijdag 23 oktober 1987, neemt de onderzoeksgroep van Jumet telefonisch contact op met Bultot. Men wil tot definitieve afspraken komen. Bultot lijkt echter onbereikbaar, spoorloos.

Het vermoeden groeit op het parket-generaal in Bergen dat de vogel gevlogen is en dat de rogatoire commissie Bultot gewoon niet zal kunnen opsporen om hem te ondervragen. Eenzijdig beslist de Bergense procureur-generaal tot het afgelasten van de hele operatie. De andere parketten-generaal worden laattijdig van dit nieuws op de hoogte gebracht. Daags nadien wordt aanvraag gedaan bij de Paraguayaanse autoriteiten door de Parketten van Nijvel en Dendermonde. Het blijkt dat Bultot helemaal niet onderdook, integendeel. Hij bleek gearresteerd te zijn op beschuldiging van betrokkenheid bij een illegale wapentrafiek en in de gevangenis van Assuncion te verblijven.

Vanuit België werd geen enkele stap gezet om deze arrestatie te bewerkstelligen, zodat mag aangenomen worden dat het initiatief tot de aanhouding volledig uitging van de gerechtelijke autoriteiten in Paraguay zelf. Zo gauw men in België realiseert dat Bultot gelokaliseerd is in de gevangenis, worden de vliegtuigtickets terug aangekocht en reist de rogatoire commissie af, richting Assuncion. De drie politie-functionarissen hebben elk een lange vragenlijst op zak, die door Buitenlandse Zaken werden beoordeeld voor de afreis. Veertien dagen later keert de rogatoire commissie terug. Bultot heeft niets nieuws verteld.

De getuigenis van Jean Bultot

Volgens het verhaal van Jean Bultot aan de rogatoire commissie in ’87 zou het duo V.C. en V.D. de overval op wapenhandelaar Dekaise hebben gepleegd. Volgens Bultot zijn beide na de overval gevlucht naar een café in Diegem. Hetzelfde café, zo bleek, werd gebruikt door andere extreem-rechtse militanten om zich te verbergen. Zo zouden onder andere de militanten die de redactielokalen van het weekblad Pour in brand staken, zich verborgen hebben in het café in Diegem.

Diezelfde V.C. was betrokken bij een diefstal op 16 januari 1982, gepleegd op het rijkswachtdetachement in Zaventem. Bij die gelegenheid gingen de dieven aan de haal met een reeks dienstpistolen. In maart ’82 werden de daders gearresteerd. Het bleek te gaan om een voormalig rijkswachter van het detachement en een cafébaas uit Diegem. De onderzoekers hebben de beschuldigingen van Jean Bultot een tijd nauwgezet afgedwongen. Zonder enig resultaat echter. Maakt Bultot enkel mist?