Onderzoek overgedaan in Gent
Kleren, sigarettenpeukjes, slijm, bloed
Het gerecht van Charleroi doet niet langer uitsluitend een beroep op de Leuvense professor Cassiman voor het DNA-onderzoek rond de Bende van Nijvel. Volgens het Gentse laboratorium voor farmaceutische biotechnologie heeft onderzoeksrechter Jean-Paul Raynal van Charleroi aan hen gevraagd de sporen die gevonden zijn tijdens het Bende-onderzoek, opnieuw te analyseren. In Charleroi wou men woensdag geen commentaar kwijt.
Professor Elfride Van den Eeckhout van de Gentse universiteit zei dat haar laboratorium enkele weken geleden door het gerecht van Charleroi was benaderd. “Onderzoeksmagistraat Raynal vroeg of we de overtuigingsstukken (kleren, sigarettenpeukjes, slijm, bloed), die bij het Bende-onderzoek werden verzameld, opnieuw konden analyseren. Later zouden we eventueel ook de DNA-profielen van de verdachten moeten onderzoeken.”
Raynal, die samen met onderzoeksrechter Jean-Claude Lacroix belast is met het Bende-onderzoek, zou opdracht gegeven hebben aan de rijkswacht om de stalen bij het Centrum voor Menselijke Erfelijkheid van de Leuvense professor Jean-Jacques Cassiman op te halen en ze naar Gent over te brengen. Het team van Cassiman, die zich als eerste in België bezighield met DNA-onderzoek, kwam twee weken geleden volop in de belangstelling toen bleek dat het de speurders in het Bende-onderzoek bijstond met behulp van DNA-testen.
Als de stalen in Gent belanden, betekent dat nog niet dat een tegenexpertise mogelijk zal zijn. “Voorwaarde is dat er stalen werden bewaard voor eventuele tegenexpertises en dat op beschikbare stalen nog genoeg DNA-materiaal aanwezig is”, zo verduidelijkt Van den Eeckhout. Haar laboratorium zou de analyses sneller kunnen uitvoeren dan het Leuvense centrum.
“Omdat wij een geaccrediteerd laboratorium zijn, verbinden we ons ertoe om binnen de maand een verslag op te stellen”, aldus de Gentse professor, die erop wijst dat haar laboratorium het enige in België is dat volgens de strenge normen van bijvoorbeeld de FBI werkt. Zo worden er in Gent routinematig 13 STR-deeltjes (Short Tandem Repeats, DNA-fragmenten) gebruikt, “terwijl er in Leuven amper 3 STR-deeltjes worden gebruikt”, aldus Van den Eeckhout. Volgens haar beschikt haar Leuvense collega niet over het broodnodige hypermoderne toestel dat voor zo’n uitgebreid onderzoek gewenst is.