Reportage: De bende van Nijvel
Een gesprek met Eddy Vos
Twintig jaar na de laatste raid van de Bende van Nijvel staat het onderzoek nog nergens. Maar de speurder Eddy Vos geeft de moed niet op. “Ooit vindt iemand een wapen of kogelvrij vest. Dan zijn we weer vertrokken.”
“Ik ben tien jaar geleden aan dit onderzoek begonnen met het idee dat de perfecte moord niet bestaat. Moordenaars maken altijd wel ergens een fout. De Bende van Nijvel heeft in drie jaar tijd 28 mensen vermoord en we hebben nog altijd niks. We hebben geen enkele dader en we kunnen geen enkele hypothese uitsluiten. Ik wil de mensen niks wijsmaken. Een succes is het niet geweest. Noem het gerust een fiasco.”
De politiecommissaris Eddy Vos (52) voert al tien jaar fulltime onderzoek naar de misdaden van de Bende van Nijvel. Het grootste deel van het jaar gebeurt dat in alle stilte. Maar één keer per jaar ontvangen de magistraten, hijzelf en zijn collega-speurders van de Cel Waals-Brabant (CWB) de nabestaanden van de slachtoffers en de pers in de kantoren van de CWB in Jumet. En elk jaar lijken de pogingen van de speurders om toch maar iets te vinden wat kan leiden tot het begin van de oplossing van de grootste moordpartij uit de Belgische geschiedenis, wanhopiger en zinlozer.
“De Bende van Nijvel is een deel van mijn verleden”, zegt Vos. “In de Delhaize van Beersel deed ik vroeger als student vakantiewerk. De Delhaize van Ukkel ligt tegenover de rijkswachtpost waar ik vroeger werkte. In het restaurant Auberge du Chevalier in Beersel kwamen we vroeger geregeld met de klas. Het zijn allemaal plaatsen waar de Bende dood en vernieling heeft gezaaid. Tijdens die golf van overvallen patrouilleerden we wekenlang in burger in de warenhuizen in de streek. Ik heb uren met winkelkarretjes rondgelopen, klaar om in te grijpen voor het geval dat er iets zou gebeuren.”
“Ik wil alles doen om de zaak op te lossen en de mensen te pakken die dit op hun kerfstok hebben. We hebben al zoveel gezaaid. Ooit moeten we toch kunnen oogsten?” De laatste zet van de onderzoekers was het aanschrijven van Canadese profilers. Zij schetsten eerder al een beeld van de vermoedelijk drie vaste leden van de Bende. Nu moeten de Canadezen aan de hand van het Belgische dossier en een aantal wiskundige parameters aanduiden waar in België de Bende vandaan zou kunnen komen. Of een plaats aanwijzen die de Bendeleden gebruikten als uitvalsbasis.
De hele operatie kost 40.000 euro. “Het heeft misschien iets van een wanhoopspoging. Maar als ik niet geloofde dat het ergens naartoe kon leiden, dan kon ik er beter gewoon mee stoppen”, zegt Eddy Vos. “We zijn het aan de slachtoffers verplicht om alles te proberen.” Volgens de eerste resultaten van het ‘geometrisch onderzoek’ voelde de Bende zich vooral thuis ten zuiden van Brussel, van even onder Sint-Pieters-Leeuw tot het noorden van Waals-Brabant.
De Cel Waals-Brabant (CBW), zoals het speurdersteam dat de Bendemisdaden onderzoekt officieel heet, werd in 1995 opgericht door de toenmalige minister van Justitie, Stefaan De Clerck. Hij besloot in 1995, in een ultieme poging om de waarheid over de Bende te achterhalen, in Jumet (Charleroi) honderd speurders op het onderzoek naar de Bende van Nijvel te zetten. Toen De Clerck die beslissing nam, was het bijna op de dag af tien jaar geleden dat de Bende in de Delhaize van Aalst acht mensen doodde – haar laatste en bloedigste aanslag.
Woensdag is het twintig jaar geleden dat die moordpartij in Aalst plaatsvond. In Jumet werken er van de honderd oorspronkelijke speurders nog zeven fulltime en twee parttime aan het onderzoek. Vos mag zich met recht en reden de laatste der mohikanen noemen.
Killer
“Het was zaterdagavond negen november, twintig voor acht. Om acht uur ging de winkel dicht”, zegt Vos. “Het lange weekend van elf november kwam eraan. In Aalst wordt op 11 november bovendien Sint-Maarten gevierd, een feest dat in die streek meer gevierd wordt dan Sinterklaas.”
De film van de feiten zit in het hoofd van Vos gegrift. “De laatste klanten hebben net hun karretjes volgeladen als een donkere Golf GTI het parkeerterrein opdraait. Een van de drie gemaskerde inzittenden, de man die wij ‘Killer’ noemen, blijft die eerste minuten op het parkeerterrein. Hij schiet er drie mensen dood in hun wagens, zomaar. Twee volwassenen en een kind. De twee anderen gaan naar binnen: ‘Reus’ en ‘Ouwe’, zoals de profilers hen noemen. Ze laten zich boven in de winkel de ‘babykoffer’ overhandigen, de koffer met het wisselgeld. Die koffer wordt later, samen met wapens, een kogelvrij vest en een lange mantel, gevonden in het kanaal Brussel-Charleroi, in Ronquières.”
“In de winkel worden vijf mensen in koelen bloede afgemaakt. Wij denken dat ‘Killer’, nadat hij op het parkeerterrein uitgeraasd was, vier van de vijf mensen heeft neergeschoten. Een kind ziet hoe een van de gangsters zijn tante neerknalt omdat ze in de weg ligt. Ze ligt op de grond en blokkeert zo de uitgang. Hij schiet haar als het ware uit de weg. Die moord is volgens ons door ‘Ouwe’ gepleegd. Daarna gaan de drie terug naar het parkeerterrein, waar hun Golf GTI staat.”
“Als ze wegrijden, blokkeert een combi van de lokale politie van Aalst hun de weg. De agenten duiken weg onder het vuur van de riotgun van de gangsters. Zodra de gangsters van het parkeerterrein af zijn, zetten de agenten de achtervolging in . Eén gangster schiet met de riotgun vanuit de geopende kofferdeur van de wagen. Eddy Nevens, een schietinstructeur bij de politie van Aalst, schiet drie keer vanuit het zijraampje van de combi naar de Golf. Het is donker en N. schiet ‘op het gevoel’, maar hij heeft de indruk dat hij iemand heeft geraakt.”
“Het laatste concrete en geloofwaardige spoor van de overvallers vinden we in Leerbeek (Vlaams-Brabant). Daar heeft een getuige een paar kilometer achter een Golf GTI gereden die hem eerst bijna van de weg had gereden. De getuige zegt dat er maar twee mensen in de Golf zaten. Dan kan erop wijzen dat de derde geraakt was en plat in de koffer lag.”
Aalst was het trieste hoogtepunt van drie jaar blinde terreur. Bij de vorige dubbele overval van de Bende, de raids in Overijse en Eigenbrakel op 27 september, waren acht doden gevallen. Eerder waren doden gevallen in Waver, Bergen, Beersel, Temse, Nijvel, Ohain, Halle, andermaal Beersel en Anderlues. In totaal 28. Na Aalst was er niets meer. De Bende leek in rook opgegaan.
Hypotheses
Bij gebrek aan harde feiten en materiële elementen regende het de voorbije jaren hypotheses over de overval in Aalst en over de andere overvallen van de Bende. Van puur en simpel banditisme over roze balletten, een complot van de rijkswacht en een afpersing van Delhaize tot een strategie van de Amerikaanse geheime dienst CIA om in België een autoritair regime te installeren. Ook de onvermijdelijke Paul Vanden Boeynants werd genoemd.
Vos haalt de schouders op. “Het dossier is een miljoen pagina’s dik. Met nevendossiers en documentatie erbij mag je op twee miljoen pagina’s rekenen”, zegt hij. “Als u graag hoort dat de leden van de Bende van Nijvel allemaal Chinezen zijn, kan ik u daar in geen tijd aanwijzingen voor geven, met pv’s in de hand.”
“Het probleem is dat je in dit dossier, bij gebrek aan harde feiten, voor alle hypotheses aanwijzingen vindt en dat ze allemaal even plausibel zijn. Ik heb ook mijn idee, maar dat hou ik voor mij, want ik wil absoluut een open geest houden. Wat ik wel weet, is dat ik nergens in het dossier een spoor heb gevonden van welke doofpotoperatie ook. Er zijn fouten gebeurd, dat is zo, maar de onderzoekers van toen hadden ook niet de middelen die wij nu hebben. Van DNA-onderzoek was bijvoorbeeld nog geen sprake. Ik heb ook geen zin om me te verschuilen achter fouten uit het verleden om het falen van ons eigen onderzoek te verdoezelen.”
Liever dan uit te gaan van hypotheses screenden de speurders het dossier de voorbije jaren op harde feiten. Maar dat waren er bitter weinig. “We hebben nooit veel kaarten gehad om mee te spelen. Er is een DNA-spoor gevonden op zeven sigarettenpeukjes in de taxi van de vermoorde taxichauffeur Constantin Angelou. Hij werd in januari 1983 vermoord. Door de Bende, vermoeden wij. We hebben dat DNA vergeleken met dat van een aantal verdachten die ooit in het dossier genoemd zijn. Zonder resultaat. Idealiter zouden we heel België moeten vragen om DNA af te staan. Maar dat is niet wettelijk en bovendien is het onbetaalbaar en praktisch onuitvoerbaar. Verder waren er de wapens die in het kanaal Brussel-Charleroi gevonden werden, in Ronquières, maar ook dat onderzoek heeft niets opgeleverd. Daar stopt het dan mee. En het is niet genoeg geweest om een oplossing te forceren.”
De CBW was de voorbije jaren een pionier in de toepassing van de nieuwste onderzoeksmethodes. “Robotfoto’s die gemaakt werden onder hypnose, de polygraaftest, dure DNA-onderzoeken. Het hele onderzoek werd met een speciale techniek gescand en op schijf gezet. Revolutionair voor België. Noem een techniek en we hebben die als eerste geprobeerd en uitgetest. Het mocht kosten wat het wilde, we hadden carte blanche. De CBW was een laboratorium dat de politiediensten veel heeft bijgeleerd voor andere onderzoeken. Alleen heeft het voor ons onderzoek niets concreets opgeleverd.”
Uiteindelijk schakelden de speurders Franse en Canadese ‘profilers’ in om de Bende in kaart te brengen. Amerikanen had ook gekund, maar dan moest het dossier eerst in het Engels worden vertaald, dus werden het Fransen en Canadezen. Profiling is een techniek die in Canada en de Verenigde Staten vooral gebruikt worden in de jacht op seriemoordenaars. “Zij hebben voor ons op basis van de feiten en honderden getuigenissen een profiel geschetst van de daders. Zij menen dat een van de daders een dominante psychopaat is die zij de ‘killer’ noemen. Hij is de man die de meeste doden – ze schatten 23 of 24 – heeft gemaakt. ‘Killer’ neemt altijd het parkeerterrein voor zijn rekening.”
“De andere vaste bendeleden worden omschreven als ‘Reus’ – de beruchte reus van de Bende – en ‘Ouwe’, een oudere man die ook altijd terugkomt in de getuigenissen. ‘Reus’, het bekendste lid van de Bende, lijkt alleen maar gewelddadig. Hij gaat wel wild tekeer met bijl en matrak, maar lijkt minder moordlustig dan zijn kompanen. Hij zou de man zijn die altijd de brandkast pakt. Schieten doet hij alleen op mensen die al zwaar gewond zijn geraakt – of zelfs al gedood zijn – door de kogels van zijn mededaders. ‘Ouwe’ is dan weer de man die als taak heeft in de supermarkt te blijven en de klanten in bedwang te houden.”
Volgens de theorie van de speurders is ‘Killer’ door agent Nevens geraakt bij de overval in Aalst. Getuigen zagen in de nacht van de overval in Aalst bij het Bois de la Houssière in ’s Gravenbrakel een donkere VW Golf, waar één lichaam naast lag. Twee mannen stonden er vlak naast. Dat is het bos waar de Bende al eerder vluchtwagens dumpte en waar ook cheques teruggevonden zijn van de overval in Overijse. Daar vlakbij werden de wapens van de Bende uit het water gehaald. Vertrouwd terrein voor de Bende dus.
Als de theorie van de speurders klopt, hebben ‘Reus’ en ‘Ouwe’ hun maat ‘Killer’ daar die avond in het bos begraven. Als, want de graafwerkzaamheden naar het lichaam van de ‘Killer’, eind september vorig jaar, leverden niets op. “Het is anders wel een plausibele theorie”, zegt Vos. “Maar of het waar is, weet ik ook niet. Het is ook maar een hypothese. Gestaafd op elementen uit het dossier, weliswaar, maar er zitten te veel onbekende elementen in. De waarheid kan evengoed iets helemaal anders zijn. Ikzelf geloof erin. Waarom zouden de overvallen er anders mee gestopt zijn na Aalst?”
Symbooldossier
Na twintig jaar tasten de speurders dus nog altijd in het duister over de grootste moordpartij uit de Belgische geschiedenis. Toch wil Eddy Vos niet horen van het stopzetten van het onderzoek. “Hoe gaan we dat uitleggen aan de nabestaanden van de slachtoffers? Je kunt een onderzoek naar 28 moorden niet stopzetten. Bovendien is dit het symbooldossier geworden van alles wat fout loopt bij justitie. Het wordt voortdurend gebruikt door mensen die willen bewijzen dat justitie rot is. Dat we er niet mee ophouden en dat we blijven zoeken, bewijst het tegendeel.”
Vos blijft hopen. “Daar zijn genoeg redenen voor. Misschien zit de waarheid wel ergens verborgen in dat dossier van één miljoen pagina’s dik en zien we ze gewoon niet. Elke dag komen nog tips binnen, ook uit het buitenland. Delhaize heeft een premie van 250.000 euro uitgeloofd voor elke tip die tot opheldering kan leiden. Misschien komt daar op termijn toch iets uit.”
“Er zijn nog altijd tientallen voorwerpen vermist die in de loop van ons onderzoek ter sprake zijn gekomen. Die voorwerpen moeten ergens zijn. Zo stal de Bende in Temse bij de zeilmakerij Wittock-Van Landeghem (10 september 1983) zeven kogelvrije vesten. Een ervan is teruggevonden in Ronquières. Waar zijn de zes andere? Bij een diefstal bij de wapenhandelaar Dekaise in Waver (30 september 1982) zijn vijftien wapens gestolen. Een ervan hebben we later in het kanaal in Ronquières teruggevonden, tussen stukken van andere wapens die de Bende gebruikte. Waar zijn de veertien andere wapens?”
“De cel Verdwijningen en het Disaster Victim Identification-team (DVI) dreggen de laatste maanden bijna systematisch de rivieren en kanalen van ons land. Vroeg of laat wordt iets naar boven gehaald wat ons kan interesseren. Vroeg of laat wordt een van die wapens gebruikt bij – ik zeg maar wat – een familiedrama. Ieder wapen dat in België gebruikt wordt bij een misdaad, controleren wij op links met de Bendewapens. Ooit moet dat iets opleveren. Of op een dag vindt iemand bij het opruimen van de zolder van een overleden opa een wapen of kogelvrij vest. Dan zijn we weer vertrokken. Dan moeten we er klaar voor zijn. Voor mezelf kan ik duidelijk zijn: ik weiger me neer te leggen bij het idee dat die misdaden nooit opgehelderd zullen worden.”
Bron » De Standaard | 5 November 2005