De fameuze anonieme getuige in het onderzoek naar de moord op oud-minister André Cools heeft voor zijn belangrijke verklaringen acht miljoen oude Belgische frank gekregen. Dat verklaarde onderzoeksrechter Jean-Louis Prignon voor het assisenhof in Luik.
Prignon was een tijdlang, samen met Véronique Ancia, belast met het onderzoek naar de moord op Cools. Ancia weigerde tijdens haar recente getuigenis voor het assisenhof nog te vertellen hoeveel de anonieme getuige voor zijn onthullingen gekregen had van het gerecht. Prignon had daar vandaag minder problemen mee: het ging om acht miljoen Belgische frank (198.314 euro).
“Hij had tien miljoen (247.893 euro) gevraagd. Hij zei dat Delhaize eenzelfde som wilde geven voor elke informatie over de Bende van Nijvel. Hij vond dat deze informatie evenveel waard was. Ik vond persoonlijk dat 100.000 frank (2.479 euro) wel volstond. Hij ging akkoord om zijn eis terug te brengen tot acht miljoen alvorens te verdwijnen. Toen had ik schrik dat hem iets zou overkomen of dat hij elders zou beginnen praten en heb ik mijn akkoord gegeven voor die som”, legde de gewezen onderzoeksrechter, vandaag federaal magistraat, uit.
Het was ook Prignon die het geld aan de informant heeft overhandigd, na de vondst van de wapens. “De som werd in één keer betaald, door mij, cash met nieuwe bankbriefjes. Het geld kwam van het ministerie van Justitie”, legde Prignon uit.
Prignon bevestigde dat de anonieme getuige niet beschuldigd is in deze zaak. Volgens hem kreeg hij zijn informatie van één van de daders. “De informant is geen idioot, maar een intelligente gangster”, zei de gewezen onderzoeksrechter.
Onderzoeksrechter Ancia had voor het assisenhof gezegd dat ze voor haar fysieke integriteit vreesde. Prignon zei daarentegen dat hij niets vreesde zolang hij de voorwaarden van de “markt” respecteerde. “Indien ik het contract niet respecteer, zal ik inderdaad voor mijn fysieke integriteit vrezen. De informant is in staat om mensen uit het criminele milieu te rekruteren om mij zoiets betaald te zetten”, merkte Prignon op.
In zijn getuigenis had de onderzoeksrechter het over een “personage”, zonder een naam te noemen. “We weten dat het over Castellino gaat. Waarom heeft de informant zijn naam niet gegeven”, vroeg meester Swennen, één van de advocaten van de verdediging. Prignon weigerde te antwoorden.
De procesdag begon met een half uur vertraging door een stipheidsstaking van de cipiers van de Lantingevangenis. Met hun actie willen de cipiers het gebrek aan veiligheid binnen de instelling aanklagen en de afwezigheid van communicatie met de gevangenisdirectie. In het kader van de actie gebeuren vandaag alle overbrengingen van Lantin naar het Luikse justitiepaleis met een half uur vertraging.
Bron » De Standaard