Nieuwe Reus, nieuwe wending in het onderzoek naar de Bende van Nijvel? Eén ding lijkt zeker: iemand is momenteel druk bezig de media te bestoken met verzinsels en valse sporen.
“De televisie stond nog aan. Hun kelen waren overgesneden en hun hoofden waren getroffen door geweerschoten. Zij lijken geknield tegenover elkaar te zijn geëxecuteerd.”
Zo stond de vondst van de twee lichamen beschreven in het politiedossier. Het was een donderdagavond, 18 februari 1982 in Anderlecht, Herdersliedstraat 97. Een flatgebouw met vier verdiepingen. De daders hadden eerst aangebeld bij de eigenaars, een gepensioneerd Vlaams bakkerskoppel op de benedenverdieping. Een van hen vroeg: “Vandermeulen?”
Nee, Vandermeulen, dat was de andere bel. Het koppel zag twee mannen. Het gestommel daarboven duurde maar een paar minuten.
Nadat z’n keel was doorgesneden, kreeg Alfons Vandermeulen (31) twee kogels in z’n achterhoofd, Francesca Arcoulin (44) kreeg er drie. Ze waren een koppel zonder geschiedenis. Ze waren allebei getrouwd geweest en hadden elkaar pas een jaar of drie eerder leren kennen. Alfons was die avond rond tienen thuisgekomen met een zak aardappelen. De laatste pagina van de akte van beschuldiging op het latere assisenproces zegt: “Alfons leek zich enkel te interesseren voor voetbal. Hij zou nooit lid zijn geweest van de KGB.”
De KGB, de Russische geheime dienst.
De verdachten in de beklaagdenbank van het Brusselse assisenhof, begin 1987, waren Marcel Barbier en Eric Lammers, ten tijde van de dubbele rituele moord 21 en 20 jaar oud. De een was militair, de ander student aan de militaire school. Ze waren aangesloten bij Westland New Post (WNP). De neonazistische groepering was in 1981 opgericht door Paul Latinus, een vroegere medewerker van de Brusselse minister Cécile Goor. Latinus was in 1980 naar Chili getrokken, zou daar banden hebben gesmeed met de CIA. Zou zijn teruggekeerd met een missie.
WNP, zo was het idee, moest KGB-spionnen opsporen. Info vergaren over afwijkende seksuele voorkeuren van politici. Jongelui als Barbier en Lammers opleiden in close combat, en het schaduwen en doden van opponenten. Michel Libert, chef inlichtingen bij WNP, ging op vraag van Latinus telexen en toegangspasjes stelen op het hoofdkwartier van de NAVO in Evere. Sommige telexen vermeldden geheime locaties van Britse schepen tijdens de Falklandoorlog.
Het was de bedoeling dat de diefstal zou worden ontdekt en grote ophef veroorzaken. Libert plaatste zakken vol telexen in een huis, stak dat in brand, wachtte tot de brandweer en de politie zou komen, maar niemand schonk aandacht aan de telexen.
Tot 16 augustus 1983, anderhalf jaar na de rituele moord, had niemand ooit gehoord over WNP. Dat veranderde toen een dronken Marcel Barbier tijdens een ruzie met zijn broer een schot loste en werd ingerekend. De politie van Vorst trof bij een huiszoeking wapens, bivakmutsen, telexen en blanco NAVO-toegangspassen. Barbier werd aangehouden en kreeg van Latinus het bevel om alles te bekennen. Alles wat hij wist over WNP en de moord in de Herdersliedstraat. Latinus had daderkennis en bracht die over op Barbier, die zo commissaris Georges Marnette van de Brusselse gerechtelijke politie kon overtuigen.
Michel Libert: “Bij WNP waren wij er allemaal van overtuigd dat wij voor de Staatsveiligheid werkten. Na Barbier ben ik in de zomer van 1983 zelf ook aangehouden. Vanwege die telexen. Hoogverraad, heette dat. Ik heb viereneenhalve maand in voorarrest gezeten. Ik begreep er niks van.”
Niets dan raadsels
De WNP’ers hadden redenen om zich gedekt te voelen. Een van hun leiders was Christian Smets, een agent van de Staatsveiligheid. Officieel was hij belast met het infiltreren van extreemrechtse clubjes, maar binnen WNP zagen ze hem als hun kolonel, een van de auxiliaires van WNP. Contacten bij leger en rijkswacht, zoals ook Martial Lekeu, Madani Bouhouche en Robert Beijer.
Michel Libert: “Er waren in die tijd ook bedrijven die giften stortten aan ons. Veel mensen maakten zich zorgen over de Russische dreiging, en vonden dat er zoiets moest zijn als een geheim ondergronds leger voor als de Sovjets zouden binnenvallen.”
Overtuigd dat hij moest doen wat Latinus hem opdroeg, bekende Barbier de moorden en wees hij zijn maat Eric Lammers aan als tweede dader. Die schreeuwde op het proces zijn onschuld uit. Lammers had een stevig alibi en werd in 1987 vrijgesproken. Barbier kreeg levenslang.
Minstens een van de twee rituele doders is dus nooit ontmaskerd, en dat is maar één van de talloze raadsels rond WNP. De rol van Smets is tot op vandaag een enigma, en dat geldt ook voor de ‘zelfmoord’ van Paul Latinus. Zijn lichaam werd in de avond van 24 april 1984 ontdekt in de kelder van zijn vriendin in Court-Saint-Etienne. Volgens de officiële versie hing Latinus zich daar op met een telefoonsnoer. Latere tegenonderzoeken lieten zien dat het snoer zijn gewicht niet kon dragen en dat als je zijn lengte optelde bij die van het snoer, je meer centimeters bekwam dan tussen vloer en plafond.
Over Latinus en zijn WNP is een halve bibliotheek volgeschreven. Het hield nooit op.
Anonieme brief
Donderdag 13 juli 1989. Journalist René Haquin van Le Soir vindt een brief tussen zijn ochtendpost van Christian Elnikoff, een vroegere Franse huurling uit de harde kern van WNP. Tegen de tijd dat u dit leest, schrijft Elnikoff, ben ik dood. Hij bekent in de brief dat hij en een andere WNP’er de dubbele moord in de Herdersliedstraat hebben gepleegd, en dat Barbier onschuldig is.
De suïcide mislukt. Haquin treft Elnikoff diezelfde ochtend op de spoed in een ziekenhuis in Etterbeek. Elnikoff herhaalt zijn bekentenis, komt daar na een dag bij de politie alweer op terug en mag beschikken.
Nadat Eric Lammers is vrijgesproken, pleegt hij in 1988 een bijna identieke dubbele moord in Antwerpen. Nadat hij daarvoor z’n straf van 11 jaar heeft uitgezeten, gaat hij jaren later de moorden in de Herdersliedstraat bekennen bij de cel Waals-Brabant (CWB), die onderzoek voert naar de Bende van Nijvel. In België kun je, eens vrijgesproken voor een assisenhof, voor dezelfde feiten niet opnieuw worden berecht.
Al zo lang als er wordt gezocht naar de Bende, is WNP een hondstrouw monster van Loch Ness. Het komt altijd terug.
Ex-CWB-speurder: “Om de zoveel jaren gebeurde hetzelfde. Een nieuwe jonge speurder kwam het dossier doorlezen, begon met fonkelende ogen over WNP. ‘Waarom hebben jullie dit nooit onderzocht, en waarom dat niet?’ En dan zei je: kijk eens in de volgende farde.”
In 2012 kondigde de toen nieuwe onderzoeksrechter Martine Michel aan dat WNP voortaan dé nieuwe piste was. Er werd gegraven in de tuin van een oude druïde die ooit had aangeleund bij WNP. In 2014 werd Michel Libert, de telexdief, 48 uur lang aangehouden op verdenking de ‘Reus’ te zijn van de Bende. Hij meet 1,91 meter.
Michel Libert: “Ze vroegen me waar ik was op 7 oktober 1983, de dag van de aanslag op de Delhaize in Beersel. Wel, dat wist ik toevallig nog: in de gevangenis van Vorst. Vanwege die zaak van de NAVO-telexen. Ik heb toen gezegd dat ik misschien via de schoorsteen was buiten geraakt (lacht).”
Drie politiemensen die twee jaar verwoed hadden zitten werken op de WNP-piste, stapten na de vrijlating van Libert boos op bij de CWB. Hun woede werd in april 2015 geventileerd in een zes pagina’s lange anonieme brief aan advocaat Jef Vermassen, die een aantal Bende-slachtoffers vertegenwoordigt. Letterlijk: ‘De Bende van Nijvel is al lang geen onopgelost mysterie meer! Er zijn alleen magistraten die boven alles en iedereen staan en die zelfs de vuilste streken niet schuwen om de waarheid binnenskamers te houden.’
Volgens de brief bestond de Bende uit 1/ Michel Libert, 2/ Christian Elnikoff en 3/ Jean-Paul Dauphin. Drie oudgedienden van WNP. De laatste, Dauphin, is een mindervalide ex-werknemer van de Dienst Inschrijvingen van Voertuigen (DIV), toen die nog gehuisvest zat boven het centraal station in Brussel. Volgens toenmalige collega’s was de man 1,50 meter groot en heel erg gebocheld, en kon hij niet zelfstandig stappen. Volgens de auteurs van de anonieme brief zat het anders in elkaar: ‘Jean-Paul Dauphin is heel slecht te been, wellicht door een schotwond in de rug. Dit is op heden nog niet onderzocht mogen worden.’
In de brief worden magistraten Michel en De Valkeneer ervan beticht zich te verzetten tegen een simpel medisch onderzoek dat uitsluitsel zou kunnen geven over de verwonding en dus de Bende van Nijvel. Over Jean-Paul Dauphin ging parallel met de brief nog een ander hardnekkig gerucht. De man werd in 1998 beheersonbekwaam verklaard en leeft in een home, maar zou enkele jaren geleden op een geluidsopname hebben bekend dat hij de vaste chauffeur was van de Bende.
Procureur-generaal De Valkeneer werd daar op 21 november 2017 in Humo op aangesproken. Hij antwoordde: “Die bekentenis staat nergens in het dossier. Ze staat niet in een proces-verbaal.”
Exit Bonkoffsky?
Eind vorig jaar raakte bekend dat de vroegere Aalsterse rijkswachter Christiaan Bonkoffsky kort voor zijn dood tegenover zijn broer opbiechtte dat hij actief was bij de Bende. Zijn medisch dossier bij de rijkswacht, getuigenissen van zijn exen en zijn beste vriend, een ooggetuige van de Bende-raid in Overijse: alles leek de postume zelfbeschuldiging te bevestigen. Na 35 jaar leek de doorbraak dan toch een feit.
Maar die Bonkoffsky, die is het dus blijkbaar toch ook weer niet. Tenminste, zo viel twee weken geleden op te maken uit de uitlatingen van een speurder in een perslek aan Het Laatste Nieuws: “We zijn 99 procent zeker dat hij het niet is.”
Vorige week berichtte Het Nieuwsblad over een nieuwe wending in het onderzoek. De speurders zouden plots erg veel waarde hechten aan de getuigenis van een Vlaamse militair die zich in 1981 wilde aansluiten bij WNP. Hij zegt de ‘Reus’ te hebben herkend op de 20 jaar geleden vrijgegeven robotfoto 17, dezelfde waarin eerder Bonkoffsky was herkend. De nieuwe ‘Reus’ is, nog maar eens een keer, Michel Libert.
Michel Libert: “Deze week groette iedereen mij op straat. ‘Ha, daar hebben we hem, de reus!’ Ik begin het zowaar grappig te vinden.” Het idee dat de gebochelde Dauphin, die hij goed heeft gekend bij WNP, de chauffeur zou zijn geweest bij de Bende van Nijvel, vindt Libert al net zo vermakelijk: “Jean-Paul werd in alles wat hij deed gehinderd door zijn handicap, en zijn erg frequente epilepsie-aanvallen. Ik kan erover meepraten, ik zat tweemaal naast hem in de auto toen hij zo’n aanval kreeg en we uit de bocht vlogen. Ik zie hem niet zo direct als een betrouwbare chauffeur.”
Het is een bruine envelop. Ze is op vrijdag 11 mei, daags voor de onthulling in Het Nieuwsblad, afgestempeld in een postkantoor in Gent. Er zit een cd in. Later blijkt dat nagenoeg alle Vlaamse nieuwsredacties er een hebben ontvangen.
Op de cd is de anonieme brief van de WNP-speurders uit 2014 gebrand en er zit ook een powerpointpresentatie bij van een 1 uur en 46 minuten. De presentatie, waar een hoop tijd in is gestoken, wijst opnieuw Libert, Elnikoff en Dauphin met de vinger. Hun motief? Simpel: wraak op de Belgische staat omdat die straffeloosheid had beloofd voor de dubbele moord in de Herdersliedstraat en z’n afspraak niet nakwam. De powerpoint somt op hoe WNP bij elke Bende-aanslag symbolen achterliet die leiden naar één man en één man alleen. Adolf Hitler.
In 1982 en 1983 slaat de Bende onder meer toe in Ohain, Beersel en Anderlues. Als je de eerste letters van deze gemeenten (O + B + A) in het alfabet afzet tegen cijfers, aldus de Powerpoint, krijg je 15 + 2 + 1 = 18. En welke letters krijg je in het alfabet op 1 en 8? A en H. Waar sloeg de Bende bij de tweede golf in 1985 toe? In Overijse, Braine-l’Alleud en Aalst. Weer O + B + A. Waarom vielen er in Overijse en Braine-l’Alleud 8 en in Aalst nog eens 8 doden? 8 en 8 = H en H = Heil Hitler. Wat gebeurde er ook ooit op 9 november, de dag van de aanslag in Aalst? Kristallnacht. En waarom gebruikte de Bende altijd een Golf GTI van het merk Volkswagen?
Rose-Marie D.
Op fragment 00:36:42 van de powerpoint verschijnt een foto van een dame van middelbare leeftijd en haar kat. De foto blijkt geplukt van haar (inactieve) Facebook-profiel. Ze heet Rose-Marie D., zij is de ex van de enkele jaren geleden overleden Christian Elnikoff. Volgens de powerpoint ligt D. aan de basis van de geluidsopname: ‘Er werd een list opgezet waar mevrouw D. aan heeft meegewerkt. Er werd in de instelling waar Jean-Paul Dauphin vandaag verblijft tussen deze twee personen een gesprek gevoerd over de Bende van Nijvel. Uit de details die Dauphin aanhaalde blijkt dat het amper anders kan dan dat hij betrokken is geweest bij meerdere aanslagen. Dit gesprek is van op korte afstand opgenomen.’
Je adem gaat even stokken. De tape bestaat dan toch? En we weten nu ook wie Dauphin op zijn oude dag zijn mond voorbij deed praten?
Rose-Marie D. bewoont een huisje met een tuintje op het Vlaams-Brabantse platteland. Ze vraagt ons allereerst of we een beetje ernstig willen blijven. Rose-Marie D.: “Als ik iets wist over de Bende van Nijvel, had ik het al lang aan de politie verteld. Ik ben op dit moment (woensdagnamiddag, DDC) een kwaaie brief aan het schrijven aan de politie. Ik wil graag weten waar dit vandaan komt. Of dat zomaar mag, je foto van Facebook plukken, daar van alles bij fantaseren en naar alle kranten sturen. Ja, mijn ex was goed bevriend met Dauphin, ik ben die man enkele jaren geleden nog eens gaan bezoeken. Het gaat niet goed met hem, hij kan amper nog praten. Lopen kan hij al heel lang niet meer. Een geluidsopname met een bekentenis? Mijnheer toch.” (zucht)
“Ik ben de tel kwijt van hoe vaak ik al door de Bende-speurders ben ondervraagd. Er hangt nog altijd een beloning van 250.000 euro in de lucht voor de gouden tip. Denkt u echt dat ik die zou laten liggen? Die zelfmoordpoging in 1989, dat was een triest verhaal. Christian was 100 procent zeker dat de jongen die de dubbele moord had bekend, dat niet had gedaan. Hij dacht die te kunnen helpen. Hij had een ernstig drankprobleem, toen. Meer valt er niet te vertellen, vrees ik.”
Waarom steekt iemand zo veel energie in het bestoken van de media met manifest verzonnen informatie? En is het wel zo zeker dat de Bonkoffsky-piste begraven is ten gunste van WNP?
Ondervraagd over het lek in Het Laatste Nieuws zei justitieminister Koen Geens (CD&V) vorige week in de bevoegde Kamercommissie: “Het onderzoeksteam is ervan overtuigd dat het lek niet uit zijn midden komt. Indien het dus een lek zou zijn dat op waarheid zou berusten, wat ik niet weet, is dat in elk geval niet gebeurd vanuit het onderzoeksteam dat op dit ogenblik met de zaak bezig is.”
Bron » De Morgen | Douglas De Coninck