Jean-Marie Tinck (67) heeft zichzelf zwaar in nesten gepraat toen hij vrienden vertelde dat hij deel had uitgemaakt van de Bende van Nijvel. Hij had het over feiten waarbij kinderen werden doodgeschoten. De kindermoorden zouden geleid hebben tot een zware ruzie in de Bende. Tinck ontkent nu alles.
De Bendespeurders zijn niet van plan om Jean-Marie Tinck, hun verdachte nummer 1, snel te laten gaan. De verdenkingen die op Tinck rusten, zijn immers bijzonder zwaar. De speurders denken dat de Brusselaar, die ‘le marin’ werd genoemd omwille van de vissersmuts die hij steevast droeg, niet alleen betrokken was bij feiten uit de eerste vlaag van Bende-raids in 1982-1983.
Jean-Marie Tinck schepte in zijn eigen verklaringen aan vrienden vooral op met overvallen van de Bende waarbij op kinderen werd geschoten. Dat gebeurde bij de dubbelaanslag van 27 september 1985 op de Delhaizewarenhuizen van Eigenbrakel en Overijse.
En ook tijdens de laatste overval van de Bende op de Delhaize van Aalst op 9 november 1985 richtten Bendeleden hun wapens op kinderen. Er vielen acht doden. Tinck voegde er tijdens zijn vertrouwelijke gesprekken met vrienden nog aan toe dat zeker het doodschieten van een kind (in Overijse) binnen de Bende tot een hevige ruzie had geleid.
Gisteren probeerde Jean-Marie Tinck zich samen met zijn advocaat, meester Jean-Edmond Mairiaux, uit zijn eigen bezwarende verklaringen te redden. Met een pover argument: “Ik heb deze verklaringen weliswaar afgelegd. Maar ik was dronken en ik wou mezelf met straffe uitspraken in de kijker werken.”
Bron » Het Nieuwsblad