De speurders van de cel Bende van Nijvel groeven een hele week lang in zijn tuin naar de wapens van de Bende van Nijvel en –misschien – het lijk van de killer. Maar echt druk maakt de extreem-rechtse druïde Herman Wachtelaer (78) zich daarover niet. Hij geniet rustig verder van zijn pensioen.
“Het is toch niet waar zeker! Zijn ze daar nu weer met hun onzin? Eind jaren tachtig hebben ze me 144 uur lang ondervraagd over de Bende van Nijvel. En nu zegt u me dat ze ook alweer een hele week in Tildonk aan het graven zijn. In mijn tuin van vroeger. Dat ze maar doen. Vinden zullen ze toch niks. Er valt nu eenmaal niks te vinden.” Druïde Herman Wachtelaer (78), alias Godi Forseti, leest nog maar zelden de kranten. Dat de speurders die de misdaden van de Bende van Nijvel afgelopen week dagenlang aan het zoeken zijn geweest in zijn vroegere tuin in Haacht, is hem dan ook helemaal ontgaan.
Maar hij vindt er wel zijn plezier in. “Ik had hen kunnen gezegd dat er niks ligt. Maar ja, zouden ze me dan geloofd hebben? En ik hoop voor hen dat ze niet te diep gaan, want op veertig centimeter, zitten ze in het water. Het is daar een moeras. Zoeken ze echt naar wapens? Ikzelf heb in elk geval zelfs nog nooit met een geweer geschoten.”
Eén ding is zeker. De reus van de Bende van Nijvel kan de kwieke Wachtelaer met zijn 1,65 meter alvast niet zijn. Maar een heel duister kantje heeft hij zeker wel. Wachtelaer leeft de jongste jaren alleen in zijn Brusselse appartementje, omringd door boeken en symbolen uit de Keltische en Germaanse mythologie en een reeks naziboeken en -memorabilia, waaronder een afbeelding van de Führer Adolf Hitler, een mes van de Hitlerjugend en een embleem van de Vlaamse afdeling van de Waffen SS. Op zijn 78ste kent hij alle naziliederen nog uit het hoofd en – zo laat hij ons zien – hij speelt ze ook foutloos na op zijn elektrische piano.
“Ik ben een nazi. Een echte nationaal-socialist. Het heeft geen zin om dat te ontkennen want het is de waarheid. Mijn vader was een Duitser. Hij was tijdens de oorlog bij de Waffen SS. Zelf was ik als klein jongetje bij de Hitlerjugend. Na de oorlog ben ik met mijn moeder naar België gekomen. Zij was Belgische. Ik ben tijdens mijn jeugd een overtuigde nazi geworden. Het is niet omdat de nazi’s de oorlog verloren hebben en iedereen tegen ons is, dat ik mijn overtuiging heb afgezworen. Zo zit ik niet in mekaar.”
Maar behalve een nazi is Wachtelaer in de eerste plaats naar eigen zeggen al sinds vele jaren een paganist, een nieuwe heiden. De goden die hij vereert, zijn de sombere Noorse en Germaanse goden Odin en Wodan. Omdat ze zo oorlogszuchtig werden voorgesteld, waren de heidense Goden populair bij de nazi’s ten tijde van Hitler en zijn ze dat ook vandaag nog bij extreem-rechtse organisaties die dwepen met alles wat krachtig is. Wachtelaer geeft vandaag nog altijd lezingen over het heidendom. “Maar u mag de dingen niet verwarren: niet alle mensen die geïnteresseerd zijn in het heidendom, zijn nazi’s.”
Nadat hij eerst in de jaren zeventig met weinig succes de Nationaal Socialistische Unie (NSU) had opgericht, richtte Wachtelaer in 1980 de heidense vereniging Yggdrasil-Levensboom-Arbre de Vie-Irmingur op. Voor Yggdrassil was en is de joods-christelijke beschaving de grote boeman die vernietigd moet worden. Wachtelaer noemt zichzelf een Brabander. “Ik ben geen Vlaming en flamingant. Ik heb een hekel aan dat Vlaams-christelijke gedoe.”
Wachtelaer huurde het terrein aan de Wilde Heide begin jaren tachtig in Haacht om er met zijn vereniging Yggdrassil bijeen te komen. “Ik ben landbouwingenieur van opleiding. Wij probeerden te leven van wat de natuur aan de Wilde Heide ons bood. Ik woonde in Brussel en werkte er als taxichauffeur, maar in het weekend kwamen we naar Haacht. Eerst stond er alleen een caravan maar uiteindelijk werd het een chalet met mooie tuinen en een vijver ernaast. Wij waren bij Yggdrassil ecologisten avant la lettre. Ik gaf er de leden les in de Keltische en Germaanse mythologie. We hielden er ook onze heidense feesten. Midzomervieringen, midwintervieringen en zo. Ik heb er ook heidense huwelijken ingezegend.”
Wachtelaer was de Godi van de groep. “Druïde is Keltisch. Godi is eigenlijk hetzelfde, maar komt uit de Germaanse cultuur. Mij noemden ze bij Ygdrassil Godi Forseti. Van Forseti is ons latere Nederlandse woord voorzitter afgeleid.” Op het hoogtepunt telde Ygdrassil volgens Wachtelaer in totaal zevenhonderd leden. “Dat aantal moet u natuurlijk een beetje relativeren. Het was op zijn Belgisch. Belgen worden al vaker ergens lid van maar als het erop aankomt iets te doen, zie je hen nooit.”
Hoe komt het dan dat de excentrieke Godi Wachtelaer ooit in verband is gebracht met de Bende van Nijvel? “Dat is allemaal de schuld van journalist René Haquin (wijlen René Haquin van ‘Le Soir’, red.). Hij heeft in de jaren tachtig een boek geschreven over het extreem-rechtse Westland New Post (WNP) met als titel Les Taupes dans l’extrême droite Een aantal van de leden van WNP kwamen ook naar onze Yggdrasil-bijeeenkomsten, schreef Haquin. En dat was juist.”
“Paul Latinus onder meer, een fantastische kerel, wat ze achteraf ook allemaal gezegd en geschreven hebben. Paul heeft later zogezegd zelfmoord gepleegd, maar ik ben er zeker van dat het regime hem gezelfmoord heeft omdat hij te veel wist. Er waren nog WNP’ers bij ons: Michel Libert, Jean-François Calmette. Ik vergeet er nog een paar ongetwijfeld.” Eind jaren tachtig werd Wachtelaer opgepakt door de speurders die onderzoek deden naar de Bende van Nijvel.
“Ze hielden ons in het oog natuurlijk. Er stond af en toe een anonieme camionette van de rijkswacht met twee man met een verrekijker aan de Wilde Heide. Wat wil u? Mijn religie en overtuiging is niet die van hen. En volgens sommigen zijn mijn ideeën nu eenmaal extreem. Ze zijn mij komen halen met de handboeien toen ik in mijn taxi zat. Volgens hen kende ik twee van de slachtoffers van de Bende van Nijvel: Constantin Angelou en José Vanden Eynde, ook twee taxichauffeurs in Brussel. Maar Angelou kende ik alleen van ziens en die andere helemaal niet.”
Enfin, ze hebben mij opnieuw vrijgelaten maar ik ben daarna vele zaterdagen aan een stuk naar het politiekantoor getrokken. Dat was onze afspraak. Ik werd telkens opnieuw ondervraagd over de mensen die naar mij kwamen. In totaal 144 uur lang. Maar ik kon toen alleen maar net hetzelfde zeggen als nu. Ze verliezen hun tijd. In Haacht is nooit niets onwettelijks gebeurd. Wat zouden wij over de Bende van Nijvel weten?” Het leven als druïde van Herman Wachtelaer staat ondertussen ook op een laag pitje. “We zijn sinds 2005 weg uit de Wilde Heide. Het draaide niet meer. Het enige wat we nu nog doen, is een studiereis af en toe naar Stonehenge en naar de Externsteine in het Duitse Teutoburgerwald.”
Bron » De Standaard