In het nieuwe nationale veiligheidsplan – de officiële bijbel voor de bestrijding van criminaliteit – geeft de politie zelf aan dat ze twijfelt of ze de verwachtingen nog kan inlossen.
Wat elke politieman- en vrouw in het veld al lang aanvoelt, krijgt nu ook officieel weerklank in dé basis voor het politiewerk in ons land: het nationaal veiligheidsplan. Dat wordt begin volgende maand officieel voorgesteld, allicht tijdens een interministeriële conferentie.
Verschillende bronnen bevestigen aan De Standaard dat er voor het eerst een bijzonder opmerkelijke passage in het document is geschreven. De politie – zowel lokaal als federaal – vraagt uitdrukkelijk dat er wordt nagegaan of met de huidige capaciteit en begroting alle prioriteiten wel nog kunnen worden vervuld. Tot hiertoe werd dat soort problemen vooral binnenskamers geventileerd, of lieten de vakbonden hun ongenoegen blijken over de jarenlange bezuinigingen.
“De politie in het algemeen wil hiermee een signaal geven dat het zo niet verder kan”, zegt Willy Bruggeman, de voorzitter van de Federale Politieraad. “Vooral bij de federale politie zijn de limieten absoluut bereikt.”
Om te beginnen is er te weinig personeel om de roosters in te vullen. Dat is een gevolg van een rekrutering die jarenlang lager lag dan de uitstroom. Daarnaast is het dikwijls behelpen met infrastructuur en materiaal, met als dieptepunt de vraag van onze speciale eenheden aan hun Franse collega’s om voor de inval in een safehouse van terroristen in Verviers, in januari vorig jaar, gespecialiseerd materiaal van hen te mogen gebruiken.
Bron » De Standaard