Schaf de functie van onderzoeksrechter af. Tot die conclusie komen vier gerechtelijke experts, in een adviesnota voor minister van Justitie Koen Geens (CD&V). Een schets van de pro’s en contra’s.
Geens is bezig met een hertekening van het gerechtelijke landschap. Hij wil de grote wetboeken, onder meer van het strafrecht en strafprocesrecht, hervormen en moderniseren, zodat ze aangepast zijn aan de realiteit.
Ter voorbereiding van die gigantische oefening stelde hij een tijd geleden een commissie aan, waarin behalve twee Franstaligen ook twee Vlamingen zitten: Philip Traest, hoogleraar aan de UGent, en Yves Liégois, eerste advocaat-generaal bij het Antwerpse hof van beroep.
In een nota van de commissie wordt een suggestie aangereikt om de functie van onderzoeksrechter af te schaffen. Welke argumenten zijn er pro de afschaffing en welke contra?
Pro
“Een onderzoeksrechter opereert autonoom en onafhankelijk, los van de politieke en maatschappelijke druk. Zijn enige betrachting is de waarheid boven te halen en de democratische rechten van alle betrokken partijen te beschermen.” Philippe Van Linthout, onderzoeksrechter in Mechelen, vindt de suggestie van de experts om zijn functie af te schaffen, allesbehalve een goed idee.
“Tijdens een onderzoek krijgt de politie en het parket door de aanwezigheid van een onderzoeksrechter niet alle macht in handen en krijgt de beschuldigde een kans op een eerlijk proces”, aldus van Linthout.
En ook: “Dossiers beslaan makkelijk duizend bladzijden. Stel dat de politie een huiszoekingsbevel vraagt aan een gewone rechter die zich nog moet inlezen. Moet die dan eerst alles lezen, met het risico dat de politie een verdachte misloopt? Of moet hij toestemming geven zonder het dossier te kennen, waardoor het ambt zijn controlerende functie verliest?”
Contra
“Een onderzoeksrechter is niet omringd door een team van collega’s, hij handelt grotendeels op zijn eentje. Dat maakt hem in sommige omstandigheden bijzonder afhankelijk van de politieambtenaren aan wie hij geacht wordt leiding te geven”, stelt Frank Schins, voormalige procureur-generaal van Gent.
“Bovendien moet een onderzoeksrechter zich bijvoorbeeld niet houden aan de taakverdeling tussen de verschillende politiediensten, wat een efficiënt optreden niet altijd ten goede komt.”
De experts die Geens raadpleegde, vinden het dubbele petje dat een onderzoeksrechter draagt het grootste probleem. Hoe kan iemand tegelijk Maigret zijn en optreden als rechter Salomon? Hoe kan een rechter objectief oordelen over zijn eigen onderzoek?
Overigens hebben enkele wetten (zoals het minionderzoek) de macht van een onderzoeksrechter al uitgehold.
Bron » De Standaard