‘The answer is blowing in the wind.’ Dat staat op het graf van de Lokerse rijkswachter Peter De Vleeschauwer (37). Hij liet in 1996 het leven bij een professionele moord. Een moord die na bijna 25 jaar nog altijd niet opgelost is. De hypotheses over zijn dood zijn vaak knotsgek, maar toch is het een smet op het blazoen van justitie dat de dood van een dienaar uit de eigen rangen nooit werd opgelost. Al beweren veel kwatongen dat ook uit eigen politiekringen het onderzoek bewust vertraagd werd. Een reconstructie van een van de weinige onopgeloste moorden op een politieagent in ons land.
14 november 1996 om 20 uur, de rijkswachtkazerne in de Vermorgenstraat in Sint-Niklaas loopt leeg. Peter De Vleeschauwer is planton, rijkswachtjargon voor een permanentie in het wachtlokaal van de kazerne. De dertiger blijft alleen achter op zijn nieuwe werkplek. Hij is recent overgeplaatst van de brigade van Lokeren naar Sint-Niklaas, een welgekomen rustiger korps na de hel waar hij in Lokeren door ging.
Enkele collega’s waren er volgens integere De Vleeschauwer zodanig corrupt en doordrongen van racisme dat er veel spanningen waren. De gevoelens waren trouwens wederzijds. Zijn collega’s met bedenkelijke sympathieën startten een petitie op om Peter, tevens vakbondsman, eruit te werken: te principieel en een man die te veel volgens het boekje werkte. Een milieu-activist ook, in die tijd zeldzaam in politiemiddens.
Toch keert de rust na zijn overplaatsing niet volledig terug voor de rijkswachter. Twee dagen voor zijn verdwijning dient De Vleeschauwer nog klacht in bij de onderzoeksrechter na doodsbedreigingen. Volgens zijn verklaring was het steeds dezelfde trage stem aan de telefoon in de kazerne: “Peter. Nu. Dood.” De beller wist ook precies wanneer hij zou opnemen. Hij belt nog een vriend op de dag van zijn verdwijning. “Ik heb problemen, maar ik vertel het morgen wel. Ik kan er met niemand anders over praten.” Hij diende ook klacht in bij onderzoeksrechter Walter Van de Sijpe.
Grote Beer
Tussen 20 en 21 uur stopt een BMW aan de poorten van de kazerne en voor de rijkswachter het beseft, wordt hij meegenomen. Met hoeveel de daders waren om de agent — bijnaam Grote Beer — zonder al te veel gedoe mee te nemen, is een mysterie. De rijkswachter die ‘met de nacht staat’ en De Vleeschauwer komt aflossen, kan alleen vaststellen dat er een stoel omgevallen is en een kom soep op de grond ligt. De kepie en uniformjas van zijn vermiste collega hangen nog keurig aan de kapstok, zijn auto staat nog altijd op de binnenkoer geparkeerd. Opmerkelijk: zijn 9mm-pistool verdwijnt samen met hem.
Het land staat al snel in rep en roer. Een speciale onderzoekscel wordt opgericht met aan het hoofd onderzoeksrechter Walter Van de Sijpe. In een maand worden 150 mensen verhoord. Vijftig tips lopen binnen, tientallen huiszoekingen worden uitgevoerd. Het Comité P ondervraagt al zijn collega’s.
Zestig vierkante kilometer terrein wordt uitgekamd. De rijkswachter blijft onvindbaar. Zijn familie doet een oproep naar getuigen of extra tips in de media, maar veel concrete sporen zijn er niet. Cruciale uren en dagen tikken weg, de hoop slinkt om Peter levend terug te vinden. Opvallend: de speurders gaan op dat moment uit van een enscenering, waarbij Peter een nieuw leven zou gestart zijn in het buitenland.
Nekschot
Op 26 december 1996 wordt die these doorbroken: De Vleeschauwer wordt dood teruggevonden. Zijn lichaam drijft op de Schelde in het naburige Hamme, zijn uniform heeft hij nog aan. De rijkswachter is geliquideerd door een professional.
Hij kreeg een nekschot waarbij de kogel er tussen beide oogkassen terug uitkwam, zodat de speurders – als die het lijk al zouden vinden – aan de slag moesten zonder spoor naar een eventueel moordwapen. Al snel blijkt de schotwond tussen de ogen van de rijkswachter ook exact 9 milimeter breed te zijn. Vermoord met zijn eigen dienstwapen? Ook dat is nog niet opgehelderd, maar vast staat dat zijn Glock nooit werd teruggevonden.
Verschillende pistes
Het onderzoek schiet alle kanten uit in de maanden en jaren die volgen. De voertuigen van de ex-collega’s die op slechte voet stonden met de Vleeschauwer worden onderzocht. Extra details over de slechte samenwerking in de brigade van Lokeren komen aan de oppervlakte. Hij zou bijzonder slecht gelegen hebben in de groep door zijn banden met de toenmalige partij Agalev.
Ook zijn pogingen om contact te zoeken met migranten werd hem niet in dank afgenomen. Een intern onderzoek was lopende op het moment van zijn verdwijning en bleek ook de reden van zijn overplaatsing naar Sint-Niklaas. De Vleeschauwer was buiten zijn diensturen ook bezig met een onderzoek naar vermeende milieu-overtredingen van een lokaal bedrijf. Er werd gespeurd in het hormonen- en drugsmilieu. Een ander spoor leidde naar containerdiefstallen in West-Vlaanderen. Allemaal zonder resultaat.
Vier jaar zit het onderzoek muurvast en dan worden plots Sint-Niklazenaar Carolus Pauwels, toen 43, en Ewald Ter Hamsel (34), een in Antwerpen verblijvende Nederlander, opgepakt. Ze worden aan de galg gepraat door crimineel Tony Hermans, vanuit de gevangenis van Dendermonde nota bene, in ruil voor een voorwaardelijke invrijheidstelling. Hermans zei dat hij in 1997 een gesprek van het duo had opgevangen in café De Meeuw in Antwerpen.
“Er zou toen tussen Ewald en mezelf gezegd zijn dat we die met zijn klak uit Sint-Niklaas hadden laten verdwijnen en het moordwapen in de Schelde aan de Voetgangerstunnel gooiden”, zegt Pauwels in de pers. De twee verdachten worden twee maanden na hun arrestatie vrijgelaten. Ondertussen staat het aantal ondervraagden op 400 (!). Aantal arrestaties? Twee.
500.000 euro
De familie van De Vleeschauwer, broer Chris voorop, voert vooral een eigen onderzoek. Ze leveren een lange strijd om het dossier te mogen inkijken en beschuldigen de ex-collega’s van hun vermoord familielid. Het komt bijna tot een proces voor laster en eerroof. Een andere hardnekkige piste is het zogenaamde ‘milieudossier’ dat De Vleeschauwer op het spoor zou zijn geweest.
Het komt zo ver dat de familie een dwangsom van 500.000 frank (12.500 euro) betaalt, nadat broer Chris in Terzake de namen van twee Lokerse ondernemers noemt die volgens hem iets met de zaak te maken hebben. Peter, fervent Agalev-aanhanger, zou hen op het spoor zijn voor zware milieuovertredingen. Hun overtuiging is sterk, maar nooit worden de bewijzen hard gemaakt. Een gevraagde parlementaire onderzoekscommissie komt er nooit. De broer van De Vleeschauwer zal vijf boeken schrijven over de zaak en blijft nog altijd volhouden dat de moord een ‘inside job’ is van Peters ex-collega’s.
In oktober van 2001 verzuurt de band tussen justitie en de familie De Vleeschauwer volledig. Weduwe Ginda Van den Durpel wordt door het Gentse hof van beroep veroordeeld wegens verzekeringsfraude. Ze krijgt twee maanden cel met uitstel en een boete van 40.000 frank. Aan twee verzekeringsmaatschappijen moet ze 1,2 miljoen frank terugbetalen. In 1995 deden De Vleeschauwer en zijn echtgenote aangifte van een inbraak in hun woning, waarbij drie schilderijen zouden gestolen zijn. Volgens de rechter was de inbraak geënsceneerd om de verzekeraars op te lichten.
Punk kapsel
Het onderzoek sleept zich ondertussen voort. Eventuele sporen liggen ijskoud in de kast van een ondertussen gefrustreerde onderzoeksrechter. Er is nog wat animo wanneer in 2004 opnieuw iemand vanuit de cel haar mond opent in de hoop op eigen strafvermindering. Ina Braem werpt zich op als nieuwe kroongetuige door een Bevers escortemeisje aan de galg te praten.
Ze verklaart – vijf jaar na de feiten – hoe ze op de avond van de ontvoering een auto met drie verdachten zag in de buurt van de rijkswachtkazerne. Op de achterbank zou Inka Van Goethem hebben gezeten. “Ik herkende haar punk kapsel”, vertelt Ina in het bureau van de onderzoeksrechter. De advocaat van Inka vlooit snel uit dat ze destijds nog een normaal kapsel had.
De kroongetuige heeft zelfs een hele theorie klaar: De Vleeschauwer is per vergissing vermoord. Drugsdealers wilden een andere rijkswachter ontvoeren en toen bleek dat ze de verkeerde in handen hadden, moesten ze hem wel vermoorden. Als uitvoerders van de ontvoering en de moord worden ex-wielrenner Johnny Vanderveken en ene Willy Pintens aangewezen. Vanderveken zal in 2008 nog eens kort opgepakt worden, maar het riedeltje blijft steeds hetzelfde: geen bewijs, geen bekentenissen en een onvindbaar moordwapen. Tot op vandaag blijft het aantal arrestaties op amper vijf staan.
Porsche
Dat de zaak blijft intrigeren is een understatement. In 2006 brengt weekblad Humo een eigen spoor uit dat draait rond beroepscrimineel Luciaan D.B. en zijn neef Willy P., een collega van De Vleeschauwer. De crimineel stal in 1987 een Porsche in De Panne. Na een helse achtervolging kan hij staande gehouden worden in Lokeren en hij komt hij onzacht in aanraking met de plichtsbewuste Peter De Vleeschauwer.
In de schermutseling bij de arrestatie raakt de rijkswachter lichtgewond en hij dient klacht in tegen de crimineel. Die zou jarenlang schadevergoeding moeten betalen hebben en uitte stevige bedreigingen in de richting van de crimineel. Allebei worden ze ondervraagd nadat de agent uit de Schelde wordt gevist met een gat in zijn nek. Luciaan D.B. beweert “geen wraakgevoelens te hebben” richting De Vleeschauwer. Zijn alibi wordt niet gecheckt. Willy P. wijst meteen naar de piste dat De Vleeschauwer zijn eigen dood zou geënsceneerd hebben. “Het is opgezet spel van hemzelf”, klinkt het tijdens zijn verhoor. Opmerkelijk: Willy P. is ook de man achter de ruzie binnen de brigade van Lokeren die tot de overplaatsing van De Vleeschauwer leidt. Verder dan ettelijke pagina’s in Humo komt de piste niet.
In mei 2009 trekt de Gentse Kamer van Inbeschuldigingstelling het onderzoek weg bij het parket van Dendermonde en stelt ze onderzoeksrechter Henri Heimans aan. Hij neemt drie misdaadanalisten aan die het onderzoek herbekijken en nog eens van nul herbeginnen. Resultaat: nog steeds nul. In 2014 gaat Heimans met pensioen en samen met hem het actieve onderzoek. Volgende week volgt nog een zogenaamde BOM-zitting, de voorlaatste stap om de moord op Peter De Vleeschauwer definitief af te sluiten.
De kans is groot dat de zaak nooit verjaart – er ligt een wetsontwerp klaar om dit voor zware delicten af te schaffen – waardoor het intussen 80.000 pagina dikke dossier in theorie nog altijd kan opgelost worden. Al is de kans groot dat het bij een knotsgekke theorie zal blijven, zoals er in deze zaak veel geweest zijn.
Bron » Het Laatste Nieuws