Eeneiige tweeling Frans en Paul (89) werkt mee aan forensisch DNA-onderzoek om cold cases op te lossen: “Alles voor de wetenschap”

Honderd tweelingen hebben forensische onderzoekers Sofie Claerhout (30) en Heleen Coreelman (28) nodig. Ze proberen via het Y-chromosoom te achterhalen of ze zo cold cases kunnen oplossen. Frans en Paul Mispelaere, een 89-jarige eeneiige tweeling uit Wevelgem, waren bij de eersten die intekenden als vrijwilligers voor hun nieuwe studie.

“En staan jullie nu op het punt om het mysterie van de Bende van Nijvel op te lossen?”, vraagt Frans Mispelaere voor de neus weg aan de twee jonge wetenschappers. “Sorry, maar dat is gevoelige informatie waar we niet op mogen antwoorden”, antwoordt Sofie. “Dat geldt ook voor de resultaten van jullie staalverzameling, die kunnen ook niet zomaar gebruikt worden voor een gerechtelijk onderzoek in jullie gemeente. Dat zou ethisch niet correct zijn.”

Paul reageert meteen met een knipoog naar Frans. “Oef, dat is een hele geruststelling, want er zijn een paar zaken uit ons verleden die best niet naar boven komen”, waarna broer Frans in de lach schiet.

“We zijn overigens niet 100 procent identiek, want ik ben linkshandig en mijn broer Paul rechtshandig”, zegt Frans aan het begin van het gesprek. “Goh, een gespiegelde eeneiige tweeling”, reageert Sofie verrast. “Dat is eerder uitzonderlijk volgens de literatuur.” Broer Paul reageert: “En ik heb twee zonen en mijn broer Frans drie dochters.” Sofie en Heleen vinden dat ook een interessant aspect. “Maar niet van tel voor ons onderzoek”, zeggen ze beslist.

Onopgeloste moorden

De CSY-onderzoekscel van forensisch geneticus Sofie Claerhout en haar collega Heleen Coreelman heeft vooral interesse voor het Y-chromosoom van de Wevelgemse tweeling. “In 2015 begon ik met mijn doctoraatsstudie om enkele tools te ontwikkelen op basis van dat Y-chromosoom. Dit stukje DNA kan gebruikt worden om cold cases en onopgeloste moordzaken alsnog op te lossen. Want met het Y-chromosoom van de dader kunnen we bijvoorbeeld tot wel veertig generaties teruggaan en daders identificeren via zijn familieleden. Nu zet ik dat werk verder in een postdoctorale studie”, zegt Claerhout.

Coreelman begon vorig jaar haar doctoraatsstudie over hetzelfde onderwerp, maar boort nog bijkomende takken van de forensische genetica aan. “Het is een vrij uniek CSY-verwantschapsonderzoek dat sleutels moet aanreiken waar politie en gerecht mee aan de slag kunnen.”

“Concreet willen we DNA verzamelen van tweelingen en mannen die verre achterneven of familienaamgenoten zijn van elkaar. Daar halen we het Y-chromosoom uit, maar ook het mito-DNA-profiel dat van moeder op kind wordt doorgegeven. Uiteindelijk nemen we ook een speekselstaal en een staal van de handpalmen om het microbioom, dat zijn bacteriën, virussen of andere micro-organismen die iedereen met zich meedraagt, te recupereren. We bestuderen uiteindelijk het onderscheid tussen de dicht en ver verwante mannen.”

“Ik heb zeker nog vijftig tweelingen nodig en verre achterneven”, zegt Heleen Coreelman. “Er is nog wat tijd, de staalverzamelingen starten we rond de zomer.”

Wie wil deelnemen of vragen heeft over het onderzoek, kan terecht op de website van het CSY-verwantschapsonderzoek www.csy-leuven.be/Mycrobe/

Bron » Het Nieuwsblad