Het gerechtelijke dossier van de ‘roze balletten’ heeft de allures van het monster van Loch Ness. In de loop van de afgelopen 15 jaar is deze zaak rond seksfuiven met minderjarigen waaraan bepaalde leden van de Brusselse jetset deelnamen, al verschillende keren aan de orde geweest.
Er zijn in de loop van die periode een aantal pogingen geweest om de zaak op een sluitende manier met andere onopgeloste dossiers – waaronder dat van de Bende van Nijvel – in verband te brengen. Er zijn in diezelfde periode misschien even veel – zo niet meer – pogingen geweest om de zaak als één grote grap af te doen.
Maar de roze balletten vormen, ondanks hun status van grap, klaarblijkelijk toch een zeer gevoelige materie. Toen eind de jaren tachtig de Dendermondse onderzoeksrechter Freddy Troch bij zijn onderzoek naar de overvallen van de Bende in Temse en Aalst in de gaten kreeg dat hij zijn dossier moest vergelijken met de inhoud van een aantal andere onderzoeksbundels, verzocht hij om inzage in het onder meer het dossier van de roze balletten. Met dat verzoek tekende hij in feite zijn ontslagbrief.
Op het kabinet van toenmalig minister van justitie Melchior Wathelet werd in oktober 1990 beslist het dossier over de Bende uit Dendermonde weg te halen en over te hevelen naar Charleroi. De grootste beweging in het onderzoek is sindsdien dat van het stof dat zich op de dossiers heeft opgestapeld.
Sinds kort steken de roze balletten opnieuw de kop op. Onwillekeurig worden er parallellen gezien tussen het gerotzooi met minderjarigen toen en de praktijken die in het kader van de arrestatie van Marc Dutroux en zijn kompanen al gedeeltelijk werden blootgelegd. Volgens bepaalde bronnen heeft het parket in Neufchâteau, belast met het onderzoek in de zaak Dutroux, al enige tijd interesse voor het dossier van de roze balletten. Naar verluidt heeft zich intussen ook een getuige aangediend die beweert dat Michel Nihoul, een van de kompanen van Marc Dutroux, eind de jaren 70 ook al in de kringen vertoefde die de roze balletten organiseerden.
Het magazine Knack pakte deze week met een dossier over de roze balletten uit en deed wat niemand tot op heden deed: er werden letterlijke citaten gegeven uit een cruciale getuigenis waarin een lid van het koninklijke hof met naam en toenaam in het kader van de roze balletten wordt opgevoerd. Terwijl de auteur van het artikel de hele zaak de openbaarheid in gooit, laat hij echter meteen ook verstaan dat hij twijfels heeft bij de waarde van de informatie waarover hij beschikt.
Met de gegevens die wij vandaag te onzer beschikking hebben, kunnen we in ieder geval stellen dat de roze balletten zeker meer dan een mythe zijn, ook al lijken de namen van prominenten die bij de zaak betrokken zijn blijvend te suggereren dat het hier om de burleske vrucht van enkele op hol geslagen geesten gaat. Tegelijk wordt het ook duidelijk dat de roze balletten – een ongelukkige benaming die harige heren in tutu suggereert – meer zijn dan alleen maar vleselijke rolpartijen.
De plaatsen waar de fuifjes plaatsvonden waren ook en misschien zelfs in de eerste plaats het kruispunt van zakelijke en politieke besprekingen. Het is overigens uit de getuigenissen niet duidelijk of alle aanwezigen zich ook daadwerkelijk aan de seksuele uitspattingen begaven. Het blijft nog altijd best mogelijk dat het aspect ‘uitwisselen van informatie’ in de eerste plaats kwam en dat de seksspelletjes een fenomeen in de marge waren waarbij slechts enkelingen betrokken waren.
De belangen die om en rond de roze balletten speelden, waren klaarblijkelijk meer dan groot genoeg om deelnemers te elimineren die het in hun hoofd haalden aan chantage te gaan doen.
Opvallend gegeven is dat een kleine reeks personen die met de roze balletten in verband kan worden gebracht in de eerste helft van de jaren 80 het slachtoffer werd van de Bende van Nijvel.
Bron » De TIjd