De huizen van Marc Dutroux raken maar niet aan de straatstenen verkocht. Deze middag werden drie huizen van de veroordeelde serieverkrachter -en moordenaar Marc Dutroux openbaar te koop geplaatst, maar de biedingen lagen erg laag. Vooral de verkoop van het huis in Sars-la-Buissière, deelgemeente van Lobbes, ligt gevoelig. Dat is het huis waar de lichamen van de vermoorde meisjes Julie en Mélissa en van Dutroux’ kompaan Bernard Weinstein in augustus 1996 werden gevonden.
Het hoogste bod op dat huis bedroeg nauwelijks 11.000 euro, ruim onvoldoende voor de verkoper, zijnde de Belgische staat. De Belgische staat heeft de huizen van Dutroux opgeëist om de torenhoge gerechtskosten ten dele te kunnen recupereren. Het lage bod kwam van de gemeente Lobbes, dat nochtans erg gebrand is om eigenaar te worden van het ‘gruwelhuis’.
Het gemeentebestuur vreest immers dat het huis anders in handen komt van mensen die er slechte bedoelingen mee hebben. Indien de gemeente het huis in handen krijgt wil het er een herdenkingsplaats van maken. Ook de huizen van Dutroux in Montigny-sur-Sambre en Marchienne-au-Pont lijken niet erg gegeerd te zijn. Hoger dan 20.000 euro werd er niet op geboden. De volgende openbare verkoop vindt plaats op 27 november.
Bron » Gazet van Antwerpen