Twee op de drie directeursfuncties bij de federale politie moeten verdwijnen. Dat staat in een optimalisatiestudie die besteld werd door minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet (cdH). Een werkgroep van tien specialisten schrijft het zwart op wit in een voorstel dat binnenlandminister Milquet gisteren op haar bord kreeg: de federale politie heeft te veel chefs en die werken te veel naast elkaar. De oplossing: minder chefs. Vandaag telt de federale politie 84 directeurs. Volgens de optimalisatiestudie moeten dat er 29 worden. Of met andere woorden: er moeten 55 directeurs sneuvelen.
“Een drastische ingreep die voor tandengeknars en traantjes zal zorgen onder de huidige leidinggevenden”, zegt Gert Cockx van de politievakbond NSPV. Hij vreest ook dat de federale politie niet langer aantrekkelijk zal zijn voor politiemensen die carriëre willen maken. Toch juicht hij het plan toe. “De werkgroep slaat de nagel op de kop: er zijn bij de federale politie te veel eilandjes die naast in plaats van met elkaar werken.”
De werkgroep stelt voor het gros van de directeurs te doen verdwijnen door in te spelen op het hervormen van de gerechtelijke arrondissementen. Vandaag zijn dat er 27 met telkens twee directeurs: een zogeheten gerechtelijk directeur en een directeur administratie. Die 27 arrondissementen moeten er straks tien plus twee worden, één per provincie en twee ‘als reserve’.”
“En elk nieuw arrondissement zal geleid worden door slechts één directeur. “Op papier ziet de oefening er niet slecht uit. Maar ik vraag me af hoe dit kan geconcretiseerd worden zonder dat het sociaal onaanvaardbaar wordt”, aldus nog NSPV-voorzitter Gert Cockx.
De woordvoerder van minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet bevestigde dat commissaris-generaal Catherine De Bolle gisteren met professor Willy Bruggeman, voorzitter van de federale politieraad, de blauwdruk van de werkgroep voorstelde op haar kabinet. Milquet vond het echter te vroeg om te reageren. Ten vroegste binnen enkele weken, als ze het voorstel voldoende heeft bestudeerd, wil de minister in haar kaarten laten kijken.
Bron » De Morgen